vakantie in Nederland 2020

Verslag 1

Door de coronacrisis is 2020 een heel vreemd jaar: inmiddels zijn er wereldwijd ruim twaalf miljoen besmettingen met COVID-19 en zijn er al meer dan een half miljoen mensen gestorven door de pandemie. Gelukkig is er in onze familie en kennissenkring niemand aan dit vreselijke virus overleden en boften we met het prachtige weer zodat je veel buiten kon vertoeven, waar je weinig merkte van alle problemen. (Heel anders is dit voor mensen die in de zorg werken of op een flatje wonen, thuis moeten werken en ook nog kinderen, die niet naar school mogen, om zich heen hebben !)  In Nederland is op dit moment het virus redelijk onder controle en zijn veel restricties versoepeld, wel blijft de 1,5 meter regel van kracht en moet je voor diverse dingen, zoals een restaurant of uitje, van te voren reserveren. Reizen is nog steeds moeilijk: in veel landen zijn nog grote aantallen besmettingen en breidt het zelfs nog uit, zodat er niet naartoe gevlogen of gereden mag worden. Wij hadden voor half juli een driemaandse reis naar Australië geboekt samen met Dennis, maar deze stellen we nu een jaartje uit (in de hoop dat volgend jaar het virus onder controle is en dat er een vaccin is !) en doen dit keer een “rondje Nederland”. We zullen niet de enigen zijn die nu in Holland op vakantie gaan, dus het kan overal vrij druk zijn, maar daarentegen blijven veel buitenlandse toeristen nu weg ! We zien wel hoe het allemaal gaat verlopen, vermaken zullen we ons in ieder geval !

Vanmorgen (maandag 13 juli) zijn we tegen elven met onze campers vertrokken en komen ruim een uur later en zestig kilometer van huis uit bij minicamping de Kaaie Paole in Veen, waar we een plekje pal aan het water van de Veense plas vinden.

Meteen na de lunch pakken we onze fietsen en rijden via dijkjes en langs de Wilhelminasluis naar Slot Loevestein, een uit de 14de eeuw, strategisch gelegen vesting met een veelbewogen historie als tolkasteel, verdedigingswerk van de Hollandse Waterlinie en  zelfs staatsgevangenis in de 17de eeuw. Het bekendst aan dit slot is natuurlijk de ontsnapping van de briljante geleerde Hugo de Groot in 1621 via een boekenkist. We hadden ons van te voren op de kampplaats via internet aangemeld  maar het is vandaag erg rustig in het kasteel, waar we via filmpjes en vriendelijke medewerkers leuke uitleg krijgen.

Twee uur later rijden we de tien kilometer weer terug naar onze overnachtingsplek en genieten daar, onder het genot van een biertje, van het mooie uitzicht.

We kunnen tot ’s avonds laat buiten zitten, een prima begin van onze trip !

Verslag 2

Gisteren heeft het een groot deel van de dag geregend en we hebben dan ook uren, afwisselend onder de luifel en in de camper, spelletjes gedaan. Pas tegen negenen ’s avonds kwam de zon in z’n volle pracht tevoorschijn.

Ook vanmorgen liet hij zich al vroeg zien en we starten de dag met een prachtig blauwe lucht.

Na het ontbijt hebben we de fietsen weer gepakt en hebben zo’n vijfentwintig kilometer in de omgeving getoerd.

We bevinden ons duidelijk in het rivierengebied tussen Maas en Waal en de meeste tijd rijden we over smalle dijkjes waar de rieten daken van de huizen net boven de weg uitkomen.

Ook is het leuk om te zien dat de oude namen van de plaatsjes nog vermeld worden op de borden.

De middag brengen we weer door op de leuke kampplaats waar natuurlijk het spel Carcassonne weer tevoorschijn komt.

 

 

Tegen de avond verhuizen we weer naar binnen, er waait een frisse westenwind over het water waardoor het buiten niet aangenaam meer is. We hebben enkele leuke dagen gehad in Veen, morgen vertrekken we naar een volgende plek !

Verslag 3

Gisteren hebben we eerst in Veen voor vier dagen boodschappen gedaan bij koopcenter Duijzer, een ondernemende familie die diverse zaken heeft en waarvan wij, nog uit onze supermarkttijd, de oudere generatie kennen. Via leuke binnenwegen (we hebben onze TomTom op “vermijdt snelwegen” gezet) rijden we naar Nationaal Park de Biesbosch, een uitgebreid zoetwater getijdengebied tussen de rivieren de Boven-Merwede en de Amer, waar je prima kunt fietsen en varen. De camperplek bij de jachthaven van Drimmelen is helemaal vol, dus rijden we door naar de vijf kilometer verderop gelegen mini camping Oud Drimmelen, waar we bij aankomst verwelkomd worden door de eigenaren met: “We hebben elkaar eerder gezien”. Het blijkt dat zij die nacht met hun campertje ook in Veen stonden bij de Kaaie Paole en er even een dagje tussenuit waren. Eigenlijk is hun kampplaats helemaal volgeboekt maar we krijgen een plekje bij de ingang en staan daar prima beschut tegen de westenwind. Het weer laat nog steeds te wensen over: het is druilerig en de zon laat zich niet zien.

Later op de dag maken Dennis en ik nog een wandeling in de omgeving maar wel met lange broek en  jas aan !

Vanmorgen zijn we op de fiets naar het dorpje Drimmelen, met z’n leuke fleurige straatjes, gereden en huren er tegen de middag  een sloep aan de Havenkade bij de oude haven.

Vier uur lang varen we door de Biesbosch met z’n scheefgegroeide bomen, wilgenvloedbossen en ondiepe kreken, waar we enkele keren bijna vastzitten.

Jaren terug hebben we hier met Marcel en Dennis in onze zeilboot een week vertoefd en de herinneringen hieraan komen weer boven. Destijds hadden we schitterend weer, vandaag ziet het er vrij triest uit met af en toe zelfs wat regen.

Wanneer we tegen half vijf terug zijn op de camping breekt ineens de zon door en kunnen we nog uren buiten doorbrengen, hopelijk blijft dit voorlopig zo !

Verslag 4

We zijn weer thuis ! Onze vakantie loopt dit keer niet zoals gepland: voor we van huis gingen had Wim al wat problemen met plassen, maar dinsdag was de urine ineens heel troebel en zijn we, na telefonisch contact met onze huisarts, naar Dodewaard gereden voor een consult met als uitslag een flinke blaasontsteking. Met antibiotica op zak zijn we teruggegaan naar de kampplaats bij Veen in de veronderstelling dat het binnen enkele dagen weer beter zou gaan.

 

Donderdag begon Wim last te krijgen van zijn knieën en toen hij vrijdag, na het varen in de Biesbosch, uit de boot wilde stappen wilde dit haast niet lukken vanwege de pijn en de stijfheid. ’s Nachts werd de pijn (nadat hij weer een pil ingenomen had (dit moest steeds voor het slapen gaan !)) steeds erger en zijn de knieën helemaal opgezet, hij kon het wel uitgillen van de pijn.

 

Zaterdagmorgen hebben we de artsenpost gebeld in Drimmelen, maar omdat het geen levensbedreigende situatie is krijg je het advies om paracetamol en diclofenac te slikken en het zo uit te zingen tot na het weekend ! Het wordt steeds moeilijker voor Wim om de camper in te komen en we kunnen eigenlijk niet veel ondernemen.

 

We zijn dus vanmorgen (zondag 19 juli) vertrokken van de camping en op weg naar huis in Tiel bij de huisartsenpost in het ziekenhuis langs gegaan.

Ik moest Wim in een rolstoel vervoeren want hij kan echt niet meer lopen ! Ook nu vindt de arts het vreemd dat de pijn in de knieën (inmiddels doen de bovenbenen en zijn pols ook zeer) veroorzaakt wordt door de antibiotica en moet hij doorgaan met de diclofenac en paracetamol, wel krijgt hij andere medicatie voor de blaasontsteking.

 

Bij thuiskomst lezen we de bijsluiter van de nieuwe antibiotica en zien we dat bij één op de honderd mensen er kans is op gewrichtspijn en pijn in spieren en botten. Dit medicijn gaat hij dus niet slikken, morgenvroeg gaan we naar onze eigen huisarts !

’s Middags komen Marcel, Marieke en de jongens op “ziekenbezoek”, de enige leuke bijkomstigheid, want normaal gesproken zouden we de kleinkinderen lange tijd niet gezien hebben !!

Hopelijk krijgen we morgen de goede medicijnen en pas zodra Wim weer helemaal gezond is vervolgen we onze reis door Nederland !

Verslag 5

We zijn weer op pad ! Inmiddels zijn we zes weken verder, waarvan Wim er één in het ziekenhuis heeft doorgebracht. Na allerlei onderzoeken kwamen ze er na vijf dagen, waarin Wim heel veel pijn had en nauwelijks kon bewegen, achter dat hij reactieve artritis heeft, wat ontstaat wanneer gewrichten “reageren” op een ontsteking elders in het lichaam, zoals bij hem de blaasontsteking. Na dagen geleefd te hebben op morfine kreeg hij daarna prednison, een medicijn wat hij nu nog steeds slikt en in de komende tijd langzaam af moet bouwen. (Hij is ondertussen wel twaalf kilo afgevallen, door alle pijn en vermindering van spieren.)

Eenmaal thuis kon hij eerst nog niet veel: met een rollator verplaatste hij zich door het huis en door veel te masseren en ice packs te gebruiken kwam hij de dag redelijk door, met ’s nachts regelmatig een terugslag en nachten van slechts enkele uren slaap. Maar langzaamaan gaat het beter, al kan het een half jaar duren voor hij helemaal beter is: hij kan weer fietsen, wat heel goed is voor de gewrichten en kleine stukjes lopen. We hebben een opvouwbare rollator gekocht die achterop de fiets past ! We zijn trouwens heel blij dat we nu niet in Australië zijn, zoals oorspronkelijk de bedoeling was, want dan had hij daar in het ziekenhuis gelegen, Dennis en ik ergens op een camping gestaan en daarna zou het heel erg behelpen zijn geweest. Ook hebben we ontzettend geboft met het prachtige weer, de afgelopen tijd. We hebben veel op ons dakterras vertoeft en de omgeving op de fiets bekeken. Tijdens de hittegolf konden we ons terugtrekken in huis, waar het lekker koel was door de airco’s, iets wat we natuurlijk niet in onze camper hebben. Maar de schoolvakanties zijn weer voorbij, hopelijk wordt het weer wat rustiger op de kampplaatsen in Nederland, dus nu willen we toch weer proberen te “camperen”. We zijn vanmorgen (maandag 31 augustus) gestart op de Veluwe, waar we tegen de middag aankwamen op camping Erfgoed “de Lindehof” in Otterlo.

Hier staan we midden in de natuur grenzend aan de Hoge Veluwe. Op de fietsen hebben we de omgeving verkend, voor mij herinneringen ophalend, want ik heb hier in mijn jeugdjaren heel wat weekenden doorgebracht, eerst op camping de Zanding in Otterlo en later op de Midden-Veluwe camping in Harskamp. De eerste is onherkenbaar veranderd en is nu meer een “Centre Parcs”, de tweede is natuurlijk gemoderniseerd, maar het meertje is nog precies hetzelfde als vroeger.

We hebben prachtig bloeiende hei gezien onderweg en in Harskamp, waar een legerbasis is, zagen we diverse militairen en legervoertuigen.

(Dennis zag nog een winkel vol legerspullen !)

Tegen vijven waren we terug op de kampplaats waar we heerlijk in de zon konden zitten, deze hadden we de laatste week wel gemist.

Rond schemertijd zagen we in het bos een hele familie wilde zwijnen voorbij lopen, helaas waren ze moeilijk op de foto te zetten. We zitten nu binnen in de camper (want het koelt snel af), met uitzicht op het bos, hopelijk zien we zo nog meer wild voorbij komen !

Verslag 6

En weer loopt onze reis door Nederland heel anders dan gepland: …..

Nadat we vanmorgen heerlijk buiten hebben ontbeten pakken we onze fietsen om naar het vlakbij gelegen Nationale Park de Hoge Veluwe te rijden, een natuurpark in particulier bezit met vijfduizend vierhonderd hectare  aan bos, heide, ven en stuifzand. Er lopen twee fietsroutes door het park maar we beginnen bij het Kröller-Müller Museum, waar je een grote collectie werken van kunstenaars als Van Gogh, Picasso en Mondriaan kunt bewonderen. Aansluitend bevindt zich een grote beeldentuin met allerlei sculpturen.

Met behulp van de rollator wandelt Wim het museum door en terwijl hij later in de tuin geniet van een kopje koffie bekijken Dennis en ik de vele aparte beelden.

Daarna fietsen we uren door het afwisselende landschap, waar we helaas geen enkel dier spotten, terwijl er onder andere herten, moeflons en wilde zwijnen leven.

Volgens Dennis zien we wel veel “gazelles”, er rijden namelijk wel heel wat fietsers rond, vaak op witte fietsen die je gratis kunt gebruiken in het park.

Wanneer we tegen drieën als laatste naar het Jachthuis Sint Hubertus rijden en inmiddels zo’n vijf en veertig kilometer hebben afgelegd, gaat het mis: bij het afstappen blijft Wim met z’n broek (deze zit een beetje wijd omdat hij zoveel afgevallen is !) haken achter het zadel en verliest zijn evenwicht. Hij komt heel ongelukkig terecht en heeft meteen veel pijn aan zijn hiel, die er ook vreemd uitziet.

Met veel moeite komt hij toch weer op de fiets en puur op wilskracht, met heel veel pijn, rijdt hij terug naar de camping. De eigenaar van de kampplaats brengt ons met zijn auto naar de dokter en vervolgens naar het ziekenhuis Gelderse Vallei in Ede waar bevestigd wordt wat we al vermoeden: de achillespees van z’n linker voet is volledig afgescheurd. Wim’s been gaan in het gips en hij krijgt te horen dat hij een vervolgafspraak moet maken in Tiel voor verdere behandeling.

Inmiddels is het al ruim zeven uur, Dennis is op de camping gebleven en heeft onze campers ondertussen “rijklaar” gemaakt, want het is wel duidelijk dat we naar huis moeten. Wim kan de camper zo niet inkomen en bovendien moeten we naar ziekenhuis Tiel voor foto’s en verder onderzoek.  En zo zijn we dinsdagavond alweer thuis, dit keer zijn we maar één nacht van huis geweest !!!!

Verslag 7

Iedereen die Wim een beetje kent weet dat hij altijd optimistisch is, nooit opgeeft en steeds naar oplossingen zoekt. Zo ook na de heel teleurstellende en pijnlijke ervaring door het vallen van de fiets met als gevolg een afgescheurde achillespees. Thuis heeft hij al snel geregeld dat de drempels verdwijnen zodat hij beter met de rolstoel door het huis kan rijden en ook hebben we inmiddels een traplift, waar hij nu niet buiten kan omdat we boven wonen.

Beneden staat de scootmobiel van mijn vader (die deze zelf aanbood omdat hij hem toch haast nooit gebruikt !) en hiermee crost Wim overal heen door Dodewaard !

(Een kniebeschermer doet hier dienst als hak, omdat de voet in spits-stand staat en Wim anders geen steun heeft.)

 

We zijn ondertussen alweer anderhalve week thuis, Wim is helemaal gewend aan de nieuwe situatie en wil weer op pad met de camper.  (Hij kan weer in bed komen !)

Van iemand uit ons dorp kregen we een karretje te leen aangeboden waar de scootmobiel precies in past en zo gaan we nu, in plaats van met de rollator en de fiets, op pad met een rolstoel, krukken en de scootmobiel.

(Wim kan natuurlijk niet rijden met zijn “gipspoot”, maar gelukkig kan ik ook met de camper overweg !)

We zijn tegen de middag (zaterdag 12 september) vertrokken naar het dichtbij gelegen ’t Mun in Appeltern, waar we rond Hemelvaart dit jaar ook twaalf dagen gekampeerd hebben.

Hier staan we nu aan een vijver waar een heleboel karpers en steuren in zitten waarop gevist mag worden, ook zijn er diverse vijvers met forellen.

De weersvoorspellingen zijn heel goed dus hier willen we de komende dagen blijven staan en kijken of Wim goed “uit de voeten !!” kan in de camper. Vandaag is het nog redelijk fris en doen we ons favoriete spel Carcassonne beschut achter de zijkant van de luifel, maar als het klopt hebben we straks zelfs de parasol nodig voor schaduw !?!……

We zijn in ieder geval weer op pad !

Verslag 8

Het was vandaag de hele dag prachtig weer al was vanmorgen alles kletsnat, maar het is dan ook al half september. Na het ontbijt hebben we de omgeving bekeken: Wim natuurlijk op de scootmobiel en Dennis en ik er op de fiets achteraan, met een gangetje van twintig kilometer per uur is dat prima te doen.

Het gebied is voor ons heel bekend, want we hebben jaren op camping de Maasterp gestaan, maar “de Gouden Ham” blijft een prachtige omgeving voor zowel de watersporter, de fietser als de wandelaar.

Het was goed druk met zeil- en motorboten, iedereen wil deze zondag nog even genieten van het mooie najaar.

Met een pontje zijn we de Maas overgestoken naar het oude dorpje Megen, waar de meeste wegen nog bestaan uit kinderkopjes, wat “heerlijk” rijdt met de fiets !

Ook de tweede pont, weer terug naar de Gelderlandse kant van de Maas, was goed gevuld met fietsers, de Corona-regel: anderhalve meter afstand houden van elkaar, kon maar net in acht genomen worden. Helaas is het virus nog lang niet over en wereldwijd zijn er nu bijna negenentwintig miljoen mensen besmet met Covid-19 en ruim negenhonderd duizend personen overleden aan de pandemie. Maar met kamperen heb je weinig problemen: je kunt goed afstand houden en leeft meestal buiten, waar je minder kans op besmetting hebt.

Ook wij hebben de middag buiten bij de camper doorgebracht, genietend van het prachtige weer. Tegen de avond hebben de mannen hun hengels uitgegooid en Dennis heeft een flinke karper gevangen, die, nadat hij vereeuwigd is met de visser, terug gezet wordt.

Wim heeft geen beet gehad, maar …… morgen is er weer een dag !!

Verslag 9

Ook vandaag is het weer ongekend warm voor de tijd van het jaar, zo’n dertig graden, en we moeten dan ook regelmatig de schaduw opzoeken. De mannen zitten uren aan het viswater en dit keer vangt Wim een grote karper, de stand is nu 1-1.

’s Middags pakken we onze mobiele voertuigen weer en rijden naar Maasbommel waar we een ander stukje van de Gouden Ham bekijken.

Dennis gaat er zelfs zwemmen, bij mij blijft het bij pootje baden.

We houden uitgebreid  “happy hour” en gaan pas tegen achten koken, het is dan nog drie en twintig graden dus Dennis bereidt de maaltijd gewoon buiten ! Het lijkt wel of we ergens in het zuiden van Europa zijn, met deze hoge temperaturen !!

Verslag 10

Deze “Derde Dinsdag van September” is met zesendertig graden één van de heetste ooit gemeten, maar ook is dit jaar “Prinsjesdag” veel soberder dan normaal: dit keer geen Glazen (Gouden) Koets en geen “hoedjesparade”, de troon is zelfs verplaatst naar de Grote Kerk omdat daar meer ruimte is dan in de Ridderzaal en dit alles vanwege het coronavirus dat nog steeds rondwaart.

Behalve een ritje naar Beneden-Leeuwen om lekkere dingen voor de barbecue te halen blijven we, vanwege het hete weer,  het grootste gedeelte van de dag op de camperplaats waar Wim en Dennis ieder weer een grote karper vangen, maar veel zin om te bijten hebben de vissen ook niet !

’s Avonds is Dennis de “barbecueman”, iets wat normaal z’n vader doet …… en tot bedtijd kunnen we buiten verblijven, heerlijk !

Vanmorgen moesten we al voor tienen in het ziekenhuis van Tiel zijn: Wim’s voet wordt in een andere stand gezet met nieuw gips eromheen en ook moet er weer bloed geprikt worden. Alles verloopt vlot en voor de middag zijn we al terug op de kampplaats.

De fietsen en scootmobiel worden weer van stal gehaald en nu rijden we via het stoomgemaal de Tuut in Appeltern naar het stadje Batenburg, weer een pareltje aan de Maas.

Hier bevindt zich de ruïne van het oudste kasteel van Gelderland en ook zijn er diverse historische, veelal witgepleisterde boerderijen te zien.

Helaas is het fietspontje over de Maas dit jaar niet in gebruik, weer door Covid-19, omdat deze, net als vele andere kleine pontjes, wordt gerund door oudere vrijwilligers die geen risico willen lopen op besmetting.

Nadat Dennis nog een duik heeft genomen in de Gouden Ham keren we terug naar ’t Mun, waar Wim zes grote karpers vangt, een nieuw record hier !

Na het avondeten verhuizen we de camper in, helaas koelt het snel af, het hete weer is voorbij !

Verslag 11

Donderdag was onze laatste dag aan de visvijver, ’s middags zijn Jan en José nog enkele uren op visite geweest en José heeft meteen de scootmobiel even uitgeprobeerd !

Tegen de avond hebben we alle spullen ingepakt, iets waar we nu ruim een uur voor uit moeten trekken, om weer naar huis te gaan, maar we weten nu dat het te doen is: kamperen met een “gehandicapte” man. We hebben in ieder geval vijf heerlijke dagen bij ’t Mun gehad.    Vrijdagmiddag kwamen Roel en Janna, die we inmiddels al bijna tien jaar kennen en waar we al heel wat reizen mee hebben gemaakt, met hun camper aangereden in Dodewaard, ook zij kwamen kijken hoe het met Wim gaat.

We hebben gezamenlijk zo’n vijfentwintig kilometer door de omgeving gefietst met Wim voorop met z’n scootmobiel en daarna ’s avonds tot half één (!) buiten op ons dakterras gezeten met de houtkachel aan.

Enkele weken terug zijn Cas en Anja (het vierde koppel van onze reisgroep van o.a. Griekenland en Italië én natuurlijk van onze vroegtijdig afgebroken reis met z’n vieren door Australië) ook met hun camper op “ziekenbezoek” geweest. Toen konden we nog allemáál met de fietst op pad en was de achillespees van Wim nog niet afgescheurd, al was normaal lopen in die tijd ook een groot probleem.

We hebben in ieder geval een heel gezellige reisvriendengroep en al hadden we in juli dit jaar nog een meerdaagse reünie in Sellingen bij Janna en Roel, het is altijd leuk om elkaar weer te zien.

Nadat we zaterdag tegen de middag de Groningers weer uitgezwaaid hebben volgde er voor Wim en Dennis, sinds lange tijd, weer een zangrepetitie van het Mannenkoor in de buitenlucht, met aansluitend een gezellig samenzijn. Daarna zijn we naar Marcel en Marieke en onze kleinkinderen gegaan, Stijn en Ruben vonden het vervoersmiddel van opa erg interessant !!

En nu, zondag 20 september, zijn we weer op pad met de campers, dit keer eerst voor enkele dagen naar Denekamp waar vrienden van ons uit Dodewaard een huisje hebben gehuurd op camping de Papillon.

Tegen enen komen we aan en even later staan we op een prachtige plek aan de karpervijver behorend bij de kampplaats. Na een welkomstdrankje bij Gerrit en Hermien gaan we terug naar ons stekkie waar Wim, terwijl Dennis afkoelt in een zwemmeertje van de camping, binnen een uur drie flinke karpers vangt.

Dat belooft wat voor de komende dagen !

Ook ’s avonds brengen we enkele uren door in het huisje van Gerrit en Hermien waar we een gezamenlijke maaltijd gebruiken en gezellig bijkletsen.

Morgen gaan we de omgeving verkennen, met nog steeds zonnig weer en ruim twintig graden !!

Verslag 12

Vanmorgen om elf uur lag ons “prachtige plekje” nog steeds in de schaduw, enkele hoge bomen stonden in de weg ! En als er iets is wat wij heerlijk vinden dan is dat: uitgebreid ontbijten in het zonnetje. In overleg met de eigenaresse van de camping hebben we een andere plaats gekregen aan de visvijver en terwijl Wim, samen met Gerrit, aan het vissen was, hebben Dennis en ik alles opgeruimd, verhuisd en weer opgebouwd. Binnen een uur stonden de campers weer helemaal klaar, we waren best trots op onszelf ! Ondertussen vangen Gerrit en Wim diverse grote karpers.

(Dennis haalt op de nieuwe visplek het onkruid weg !)

Na de middag gaan we met onze fietsen op pad door en langs Denekamp: we zien de zeven honderd jaar oude monumentale Sint Nicolaaskerk, we bekijken landgoed Singraven met haar statige huis, watermolen en mooie bossen en komen, via “nummertjes fietsen” langs het Schuivenhuisje, een stuw met een zeer bijzondere stalen schuivenconstructie.

Voor vijven zijn we terug bij ons nieuwe stekje en doen daar een spelletje Carcasonne in de “zonne”, waarna de mannen hun hengel weer uitgooien voor een volgende karper.

Om zeven uur is het nog steeds windstil en ruim twintig graden, terwijl vandaag officieel de herfst begonnen is. Van mij mag het nog heel lang dit weer blijven en hopelijk kunnen we morgen heerlijk in de zon ontbijten !

Verslag 13

Vanmorgen konden we heerlijk in de zon zitten tijdens het ontbijt, het is nog steeds prachtig weer, zo’n vierentwintig graden. De mannen zitten uren te vissen en ook Gerrit is weer van de partij, in het viswater bij hun huisje zitten alleen maar voorntjes en karpers vangen is natuurlijk veel leuker.

Tegen de middag gaan we in de auto van Gerrit en Hermien met z’n vijven naar Oldenzaal en verblijven daar ruim twee uur in “Wok Royal Plaza”, waar je voor 11,25 euro per persoon onbeperkt kunt eten en drinken. Er zijn allerlei sushi’s, diverse soorten vis, kipsaté,  het “Chinese eten” dat je normaal kunt bestellen en bij de koffie is er keuze uit meerdere soorten gebak. Ook ijs en vruchten zijn er voldoende aanwezig, je snapt niet dat dit allemaal kan voor zo’n klein bedrag.

Nadien rijden we terug naar onze kampplaats waar de hengels weer uitgegooid worden. Dennis is vandaag de kampioen: hij heeft vijf grote karpers gevangen.

Op de camping wordt het steeds rustiger, elke dag staan er minder caravans en campers en maar af en toe komt er nog een nieuwe bij. De avonden worden ook snel frisser en ’s morgens is alles buiten kletsnat, de herfst is nu duidelijk begonnen !

Verslag 14

We hebben vandaag een heel mooie tocht gemaakt door de omgeving van Denekamp waar bossen,  heide, gras- en maïsvelden elkaar afwisselen. Wim crost met z’n (four wheel drive !?!) scootmobiel over onverharde bospaadjes en heeft inmiddels al bijna twee honderd kilometer met dit racemonster afgelegd, alleen vandaag al vijfendertig kilometer.

We starten langs het Nordhorn-Almelo-kanaal, zien er één van de twintig sluizen die begin 1900 gebouwd zijn, en bevinden ons zelfs even in Duitsland. Ook rijden we langs enkele commiezenhutjes, deze deden vroeger dienst als schuilhut voor de grenswachters die smokkelaars najoegen.

Een prachtig natuurgebied is Lutterzand waar het riviertje de Dinkel doorheen stroomt, we zien er zelfs enkele rivierkreeftjes in het heldere water.

Weer richting Denekamp komen we langs het Klöpkeshoes: hier woonde vroeger een ongehuwde vrouw, klöpke, die veel tijd doorbracht met bidden . Zij riep de rooms-katholieken op tot het bijwonen van een geheime kerkdienst door op de deuren van de woningen te “kloppen”.

Eenmaal terug in Denekamp gaan we eerst naar de apotheek om nieuwe medicijnen voor Wim te halen, die hij gister, na een telefonisch consult met de reumatoloog, voorgeschreven kreeg omdat de gewrichtsontstekingen blijven terugkomen. De apotheek in Dodewaard heeft het recept doorgestuurd naar hun collega’s in Denekamp, ideaal dat dit kan !

Nadat we een heerlijke maaltijd hebben genuttigd in het centrum van de stad (een traktatie van Dennis !) gaan we terug naar de camping waar het net begint te regenen bij aankomst. Gelukkig duurt dit niet zo lang en kunnen we daarna nog buiten verblijven en alvast wat opruimen, want morgen trekken we verder naar een volgende plek !

Verslag 15

Nadat we tegen elven afscheid hebben genomen van Gerrit en Hermien rijden we, via Duitsland, richting Emmen waar we ruim een uur later stoppen bij het Veenpark in Barger-Compascuum. In dit openluchtmuseum ga je terug in de tijd en kom je van alles te weten over het armoedige leven van de “turfstekers” in het hoogveen.

Het is er vandaag (donderdag 24 september) erg rustig, toch is de klompenmaker aan het werk, bakt de bakker heerlijke rozijnenbroden, rijden er twee treintjes rond en kun je met een oud turfschip rondvaren.

We lopen rond door het oude  plaggenhuttendorp ’t Aole Compas, bekijken allerlei oude woningen en winkeltjes en Wim komt zelfs met de scootmobiel op de turfboot.

Tegen vieren nemen we het veen-treintje naar een afgelegen stuk veengrond waar je kunt zien hoe arbeidsintensief het turfsteken was.

Pas na vijven zijn we terug bij de campers en rijden dan naar minicamping Emmerdennen, gelegen aan de rand van de stad Emmen. Hier vinden we een plekje onder de appelbomen en drinken we buiten nog even een wijntje terwijl de kippetjes rondscharrelen. We hebben de hele dag droog weer gehad, al is het wel flink afgekoeld, maar weer hebben we ons prima vermaakt !

Verslag 16

Eigenlijk was het de bedoeling dat we eind dit jaar naar Afrika zouden gaan, vanwege ons veertig jarig huwelijk, maar door de coronapandemie en Wim’s achilles- en gewrichtsproblemen gaat dit nu niet gebeuren. Om toch wat “wilde dieren” te kunnen zien zijn we daarom naar Wildlands gegaan, een prachtig, vrij nieuw dierenpark in Emmen waar we zo’n vijf uur doorgebracht hebben.

Je start in de vochtige jungle (waar gelijk je fototoestel en je bril beslaan !) met diverse soorten orchideeën, waar allerlei vlinders en prachtige vogels rondvliegen.

Even later varen we in een bootje (ook Wim kan mee !) langs de olifanten en zien we grote groepen slingerapen.

Via de “otterbeek” lopen we langs drie nijlpaarden die een dutje doen in het water en ook zien we enkele grote schildpadden.

Dan komen we bij “Serenga” waar we oog in oog komen te staan met leeuwen, waterbokken, gnoes, giraffen en zebra’s, ieder in hun natuurlijke habitat, ook de impala’s springen er rond.

(Ook hier hebben we met z’n drieën in rondgereden !)

Na een bezoek aan de bavianenarena, waar een duidelijke hiërarchie heerst, komen we in het laatste deel van het park: Nortica. Hier zien we ijsberen, pinguïns en zeeleeuwen, voor ieder soort is er voldoende water om in rond te zwemmen.

Op de terugweg naar de camping rijden we nog even langs één van de oudste monumenten van Nederland: een hunebed. Hunebedden zijn meer dan vijf duizend jaar geleden gebouwd door mensen van de trechterbekercultuur, de eerste boeren van Noord-Europa, die hun doden erin begroeven. Deze, in Emmen, is met achttien en een halve meter lengte, één van de grootste van Drenthe en is gebouwd bovenop een stuifduin.

Eenmaal terug bij onze campers gaan we meteen naar binnen, het is nog  maar dertien graden, een heel verschil met enkele dagen terug !

Verslag 17

Het was vanmorgen fris en grauw dus we zijn laat op gang gekomen, pas rond half twaalf verlaten we de camping. Na een supermarktbezoek voor de weekendboodschappen rijden we richting Westerbork waar we het “doorgangskamp” van de Tweede Wereldoorlog willen bezoeken. Het is dit jaar vijfenzeventig jaar geleden dat er een einde kwam aan de verschrikkingen van deze oorlog en we zijn met Dennis van de zomer al naar het Airborne Museum en het oorlogsmuseum in Overloon geweest, om stil te staan bij dit herdenkingsjaar. Bij aankomst in het Herinneringscentrum Kamp Westerbork blijkt het erg druk te zijn (ik had dit keer niet gereserveerd !) en kunnen we helaas niet naar binnen, wél kan je, via een wandeling van twee en een halve kilometer, naar de originele plek lopen waar de barakken stonden. Na een prachtige tocht door het bos, komen we bij het terrein waar we door borden en geluidspalen geïnformeerd worden over deze historische plaats.

Er staat nog een treinwagon waarin mensen, als beesten, gedeporteerd werden naar de vernietigingskampen. In totaal zijn er 102.000 joden, zigeuners en verzetstrijders (onder hen ook het Amsterdamse meisje Anne Frank) hiervandaan vertrokken naar onder andere het concentratiekamp “Auswitch” in Polen, voor ieder van hen staat er een steen, op de voormalige appèlplaats van het kamp.

Ook barak nr. 56, één van de meer dan honderd woon- en werkbarakken van het complex tijdens de oorlog, is nog gedeeltelijk in tact.

(Dit is de originele woning van de kampcommandant, met uitzicht op de barakken.)

We lopen dezelfde weg, het “Melkwegpad” genoemd,  terug richting het museum en zien onderweg weer de veertien grote radiotelescopen, gebouwd in 1969-1970, die astronomen de kans bood een grote variatie aan sterrenkundige problemen te bestuderen.

Ook de “fluisterschotels” zijn interessant: wat je in het brandpunt van de ene schotel zegt  kan, door het reflecteren van het geluid, in het centrum van de andere schotel heel goed gehoord worden en vice versa.

Tijdens de boswandeling zien we allerlei aparte paddenstoelen staan.

Eenmaal terug bij de auto’s rijden we naar camping “Landgoed Börkerheide” in Westerbork. Net nadat we alles opgebouwd hebben begint  het zachtjes  te regenen, zolang dit alleen ’s avonds gebeurd, is dit geen probleem, het is wel een lekker geluid dat getik op het dak !

Verslag 18

Tijdens de week die we nu onderweg zijn (de langste aaneengesloten periode sinds we gestart zijn in juli met onze rondreis !) is het weer gigantisch veranderd: begonnen we in korte broek en hemdje, nu hebben we de lange broek en dikke jas aan en zijn we zelfs op zoek geweest naar handschoenen voor Wim, omdat hij de hele tijd stil zit op z’n scootmobiel ! Toch hebben we vandaag diverse uren buiten doorgebracht, eerst lopend door de mooie omgeving en daarna op de fiets naar het dorp Orvelte, dat feitelijk een bewoond openlucht museum is.

In de gerestaureerde Saksische boerderijen van begin negentiende eeuw zijn agrarische en ambachtelijke bedrijfjes gevestigd.

Het is er vrij rustig, we hebben droog, maar fris weer (veertien graden !) en nadat we, na een uurtje rondkijken, via een mooie landelijke route terugrijden naar de kampplaats verblijven we de rest van de dag in de camper.

We vermaken ons met allerlei spelletjes onderwijl de inwendige mens niet vergetend !! Buiten zitten is er nu niet meer bij, we hebben de tafel en stoelen niet eens meer uitgepakt !

Verslag 19

We hebben vandaag de provincie Drenthe weer verlaten en rijden langs de Weerribben in Overijssel naar de Noordoostpolder, behorend bij Flevoland, om het vissersplaatsje Urk te gaan bekijken, dat tot de inpoldering een eiland was. Nadat we onze auto’s geparkeerd hebben op de camperplek ’t Urkerbos gaan we op de fiets naar dit bekoorlijke dorpje met z’n hellende straatjes en fraaie vissershuisjes.

Naast de oude dorpskern is de haven het interessantste gedeelte waar het vol ligt met vissersboten.

Het vissersmonument, dat een vissersvrouw voorstelt die nog één keer achterom kijkt naar zee, vanwaar haar geliefde(n) had (den) moeten komen, laat zien hoe zwaar de tol is van het altijd gevaarlijke vissersberoep. Op marmeren platen staan de namen van hen die niet terugkeerden uit zee, en dan besef je pas dat  inderdaad “de vis duur betaald wordt” !

Het is de hele dag fris en zwaar bewolkt weer, maar gelukkig blijft het droog. Voor we terugkeren naar onze campers gaan we natuurlijk nog even bij een viswinkel naar binnen en halen er kibbeling en heerlijke gerookte paling ! Morgen rijden we via Dieren, even bij mijn ouders op bezoek, door naar huis, want woensdag  om tien uur moeten we weer in het ziekenhuis in Tiel zijn en krijgt Wim nieuw gips. En…. daarna is het de bedoeling om nog twee weken verder door Nederland te trekken al is het nu wel écht herfst met fris, vochtig weer !

Verslag 20

Dinsdag, op weg naar huis, zijn we onderweg nog even gestopt bij Schokland, ook een voormalig eiland in de Noordoostpolder en vanwege archeologische rijkdom en geschiedenis in 1995 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO geplaatst.

Bij m’n ouders in Dieren kunnen we mijn vader feliciteren met de verlenging van zijn rijbewijs, en dat op negentigjarige leeftijd ! Hij heeft z’n scootmobiel dus nog niet echt nodig en Wim kan hem gelukkig voorlopig blijven gebruiken.

(Pa Ling (pa Lingeman) genietend van een paling !!)

Inmiddels is het vrijdag 2 oktober en heeft Wim weer nieuw gips waarop hij voorzichtig mag gaan staan, pas over drie weken gaat het eraf ! In de camper is alles weer schoon en gevuld met warme kleding dus we gaan er weer voor ! Tegen de middag vertrekken we in zuidelijke richting, snelwegen vermijdend, naar het plaatsje Blitterswijck, gelegen aan de Maas. Anderhalf uur later staan we op een prachtig plekje op camping ’t Veerhuys, pal aan het water, waar regelmatig vrachtschepen langs varen.

Natuurlijk willen we het duizend inwoners tellende dorpje Blitterswijck, dat slechts één letter verschilt met onze achternaam, bekijken, dus pakken we onze fietsen en toeren door de omgeving.

Eenmaal terug bij de campers zitten we nog een tijdje buiten, maar met zeventien graden en een koude wind is dit niet echt behaaglijk.

We verplaatsen ons naar het bij de kampplaats gelegen restaurant “Tante Jet”, een begrip in de  buurt, waar we een heerlijke viergangen- verrassingsmaaltijd nuttigen.

Vol gegeten keren we daarna terug naar ons huisje, eensgezind over het feit dat de start van onze trip weer prima is ….. !!

Verslag 21

We werden vanmorgen wakker met getik op het dak en ook vanmiddag heeft het flink geplensd, toch is het ons gelukt om vijfentwintig kilometer op de fiets (en scootmobiel) af te leggen zonder dat we een drup regen hebben gehad.

Met het voet- en fietsveer bij de camping zijn we naar Wellerlooi aan de andere kant van de Maas gegaan en via Well, met z’n mooie kasteel, kwamen we uit bij Nationaal Park de Maasduinen, een langgerekt bos- en heidegebied van zo’n twintig kilometer lengte en gemiddeld twee à drie kilometer breed.

Het bevat de langste rivierduingordel van Nederland, in duizenden jaren ontstaan door een samenspel van water, wind en mens. Er lopen allerlei fiets- en wandelpaden door, waarvan we er vandaag enkele bereden hebben.

We waren net weer terug met het pontje naar Blitterswijck toen het begon te regenen en de rest van de dag hebben we ons binnen in de camper vermaakt. Pas tegen de avond liet de zon zich nog even zien, hopelijk doet hij dat morgen wat langer !

Verslag 22

We hebben vandaag ruim dertig kilometer afgelegd en weer een stuk van de Maasduinen, één van de twintig Nationale Parken van Nederland, bekeken.

We starten weer op de pont die ons naar Wellerlooi brengt en waar Dennis en ik even later de uitkijktoren beklimmen, vanwaar je een mooi uitzicht hebt over de Maas.

Daarna gaan we, gebruik makend van fietsroute nummers, in zuidelijke richting en rijden door bossen, langs prachtige vennetjes en over smalle wegen.

Nadat we in Arcen gestopt zijn bij de kasteeltuinen nemen we daar het fietsveer over de Maas terug richting de camping.

Het is onstuimig weer en af en toe wordt je haast van de fiets geblazen, maar het laatste stuk hebben we de wind in de rug.

Tegen half vier zijn we weer bij de campers en pakken gelijk alles in, het is nu nog droog weer !

Morgen trekken we verder, kijken wat Limburg nog meer te bieden heeft !

Verslag 23

Elke morgen wanneer Wim wakker wordt zijn z’n knieën helemaal stijf, doen zijn handen en polsen erg zeer en kan hij deze nauwelijks bewegen. Nadat hij zich moeizaam heeft gewassen en geschoren is hij lange tijd in de weer om de gewrichten weer enigszins beweeglijk te krijgen, maar de hele dag is hij niet zonder pijn. Hij slikt heel wat medicijnen maar hij gaat maar erg langzaam vooruit. Toch is hij degene die elke keer weer op reis wil met de camper: “We kunnen nog lang genoeg thuis zitten !”, zegt hij dan. Inderdaad, als Dennis over twee weken weer aan het werk is kunnen wij niet meer weg: achter zijn auto zit het karretje met de scootmobiel en rolstoel, bovendien neemt hij nu heel wat taken van Wim over, … maar op het ogenblik zijn we nog onderweg ! Vanmorgen zijn we via allemaal kleine dorpjes naar het witte stadje Thorn gereden, dat met zijn pittoreske straatjes en huizen, historische hoeven en monumentale Abdijkerk oogt als een openluchtmuseum.

Ooit was Thorn een minivorstendom waar onder leiding van een abdis zo’n twintig adellijke Stiftdames woonden. Het staatje had een eigen rechtspraak en sloeg een eigen munt. Met de komst van de Fransen in 1794 kwam hieraan een einde. Zij voerden belasting in op basis van de omvang van de ramen. De arme bevolking metselde deze dicht om de belastingaanslag te beperken. Om de “littekens van de armoede” te verbergen, werden de huizen wit gekalkt. Vanaf toen kreeg het historisch centrum van Thorn zijn kenmerkende witte kleur.

Nadat we het stadje en de prachtige Abdijkerk bekeken hebben rijden we naar “Marina Oolderhuuske” gelegen tussen de Maas en de Maasplassen, vlakbij Roermond. We staan weer pal aan het water en ook nu komen er grote vrachtschepen langs varen.

Er was voor vandaag slecht weer voorspeld, maar het is de hele dag droog gebleven, pas tegen half negen vanavond begon het te regenen,   laten we hopen dat het morgen weer overdag droog is !!

Verslag 24

De dag begon regenachtig maar zodra het droog werd hebben we onze elektrische vervoersmiddelen gepakt om een tocht van ruim dertig kilometer te maken. We rijden vandaag grotendeels dichtbij, langs of over water want we doen “een rondje” Maasplassen, het grootste aaneengesloten watersportgebied van Nederland met een oppervlakte van drie duizend hectare. Helaas waren we toch nog te vroeg vertrokken want twee keer over worden we verrast door een bui, waarvan we er één in een supermarkt afwachten.

Daarna blijft het droog en komt zelfs de zon regelmatig tevoorschijn. We nemen weer fietsknooppunten en komen daardoor op verrassende plekken: bij stuwen, dijkjes, leuke dorpskernen en natuurlijk bij water.

Ook rijden we ineens de oude binnenstad van Roermond in !

Eenmaal terug op vakantiepark Resort Marina Oolderhuuske, ook wel de parel van de Maasplassen genoemd, verkennen we dit grote schiereiland: in de luxe jachthaven liggen flinke plezierboten, er is een grote camping, er zijn restaurants en een sauna, maar ook zijn er drijvende woningen met eigen aanlegsteiger en prachtige villa’s iets hoger gelegen.

Bij de huizen staan veel Duitse auto’s en ook bij de boten wappert vaak een Duitse vlag ! In de zomer zal het hier wel gigantisch druk zijn, nu zijn er op de camping maar weinig mensen aanwezig.

We genieten nog even buiten van het zonnetje, wel met de jas aan, en verblijven de rest van de dag in de camper, het was weer een mooie herfstdag !

Verslag 25

We hebben vandaag (woensdag 7 oktober) “internationaal” gereisd: omdat we ons op het smalste stukje van Nederland bevonden en snelwegen steeds vermijden, reden we ineens in Vlaanderen. Nadat we weer even op Hollandse bodem waren gingen we zonder erg de grens met Duitsland over, terwijl we op weg waren naar Hoensbroek, waar één van de grootste kastelen van Nederland staat.

Het complex is omgracht en heeft vier vleugels rond een rechthoekige binnenplaats. De naam van het kasteel komt van de eerste bewoner, de in de regio bekende ridder Herman Hoen en zes eeuwen lang leefden hier ridders, rijksbaronnen, graven en markiezen.

Vanwege zijn voor Limburg zeer strategische ligging aan de belangrijke handelsroutes naar Maastricht, Aken en Keulen werd het kasteel in opeenvolgende fasen uitgebouwd tot de grootste burcht tussen Maas en Rijn. Het bevat zevenenzestig zalen, vertrekken en ruimtes, waarvan je slechts een gedeelte kunt bekijken, maar het geheel is erg imposant.

Na de bezichtiging hebben we nog twintig kilometer gereden naar onze volgende overnachtingsplaats: camping de Watertoren in Landgraaf. Dit keer staan we niet aan water maar aan de rand van een bos. We hebben vanavond zuurvlees (zoervleisch) gegeten: zacht gegaard stoofvlees in een zoetzure saus met appelstroop, een echt traditioneel Limburgs gerecht (in de supermarkt gekocht). Ik had er gekookte aardappels bijgedaan en bruine bonen, maar het wordt ook vaak gegeten met friet en sla. Het lijkt wel wat op hachee en is best machtig, maar erg lekker, ik snap dat de Limburgers er gek op zijn !

Verslag 26

We hebben een prachtige tocht van ruim dertig kilometer door de omgeving van Landgraaf gemaakt startend bij de watertoren vlakbij de camping.

Dit rijksmonument werd in 1925 gebouwd om het waterleidingnet van voldoende druk te voorzien. Na de sluiting van steenkolenmijn Julia (Eygelshoven) werd de watertoren buiten gebruik gesteld. Tegenwoordig doet hij dienst als uitkijkpunt: via een trap of lift kom je op ruim vijfendertig meter hoogte vanwaar je uitkijkt over Rimburg en nabije omgeving, ook kun je dineren bovenin de toren.

Nadat we met z’n drieën boven zijn geweest rijden we richting de Brunssummerheide, een prachtig heuvelachtig natuurgebied met afwisselend bos, heide, zandvlakten en vennetjes.

We bevinden ons duidelijk in Zuid-Limburg:  Dennis en ik moeten regelmatig flink trappen om de heuvels op te komen, ook staat er vandaag een straffe wind, maar goed dat er versnellingen op de fiets zitten !

Weer richting de camping komen we langs kasteel Strijthagen, het laatste geheel intact gebleven adellijke landgoed op het grondgebied van de gemeente Landgraaf, waar je een wandeling rond de bijbehorende vijver kunt maken en ondertussen allerlei kunstwerken kunt bewonderen.

(Wim crost met de scootmobiel de hele kasteelvijver rond !)

Ook is er een oude watermolen uit 1617 te zien.

Dan zien we in de verte de watertoren weer staan en in de loop van de middag zijn we terug bij de kampplaats, zonder dat we een drup regen hebben gehad, wel hebben Dennis en ik een natte rug van het fietsen !!

Verslag 27

Op een folder zagen we dat er een oorlogsmuseum is in Beek: Eyewitness, natuurlijk wil Dennis dit graag bekijken, dus zijn we vanmorgen met de campers afgereisd naar dit museum dat gevestigd is in een prachtige villa.

Nadat we een indrukwekkende film hebben bekeken zien we in dertien diorama’s met honderd vijftig levensechte mannequins en originele attributen verschillende oorlogsscènes uitgebeeld, verspreid door het hele gebouw.

Ook zijn er veel foto’s, achtergrondinformatie, geluidseffecten en topstukken die zelden of nooit eerder aan het publiek zijn vertoond.

Wim kan helaas maar een gedeelte van de diorama’s bekijken, maar het museum is werkelijk een aanrader.

Onze volgende bestemming is Valkenburg, dat op zo’n twintig kilometer afstand ligt en tegen half vier zetten we op camping de Cauberg onze huisjes neer, al valt het niet mee om ze waterpas te krijgen op de “beroemdste berg van Nederland”.

Vanaf de kampplaats gaan we lopend het toeristische stadje in, op de heenweg alleen bergafwaarts, en komen langs de “Lourdes-grot” die best wel gelijkenis vertoond met de “echte” in Frankrijk.

De indrukwekkende kasteelruïne is niet echt geschikt voor rolstoelgebruikers dus strijken we neer op het bijbehorende terras waar we in de zon een biertje nuttigen.

Daarna bekijken we de middeleeuwse stadskern waar de rivier de Geul doorheen stroomt.

Rond half zeven lopen we, nu dus bergopwaarts en best vermoeiend, terug naar de camping waar het bij aankomst net begint te regenen, ook vandaag hebben we geboft met het weer !

Verslag 28

(Wim heeft hier een trap nodig om de camper in en uit te komen !)

Vandaag hebben we de Gemeentegrot van Valkenburg bekeken, een kalksteengroeve, waar tot in de jaren vijftig van de twintigste eeuw mergel werd gewonnen.

De mergel is ontstaan in de tijd dat Zuid-Limburg nog een zee was, dat verklaart ook de grote hoeveelheid schelpen die nog in de mergel zitten. Door de ondergrondse winning lopen er hele gangenstelsels door onder andere de Cauberg, waar we nu op kamperen.

De gangenhoogte varieert van twee tot tien meter en de breedte bedraagt doorgaans drie tot vijf meter. In de groeve zijn op tal van plaatsen kunstwerken aangebracht in de vorm van tekeningen of beelden.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog boden de Gemeentegrot en andere grotten goede bescherming voor burgers en soldaten en vorig jaar hebben ze hier uitgebreid vijfenzeventig jaar bevrijding gevierd (Limburg werd al in september 1944 bevrijd !).

We hebben bijna twee uur doorgebracht onder de grond, dat is prima te doen, maar om hier dagen te moeten zitten bij twaalf graden en een luchtvochtigheid van bijna honderd procent, dat was echt afzien tijdens de oorlogsjaren !

Eenmaal buiten lopen we nog even door het stadje dat weer vol is met toeristen. Het coronavirus is nog lang niet onder controle, het aantal besmettingen loopt juist weer erg op (vandaag zijn er zes en een half duizend nieuwe besmettingen in Nederland !), toch zijn de mensen hier erg laconiek en zitten  vrij dicht bij elkaar op terrasjes, slechts een enkeling draagt een mondkapje.

Wij halen een lekkere Limburgse rijstevlaai bij de supermarkt en eten deze in de camper op,  we lopen liever geen risico !!

Verslag 29

Wij zijn geen “stedenmensen”, maar als je dan vlakbij Maastricht bent wil je de stad van André Rieu en “Flikken Maastricht” natuurlijk wel even bekijken. Dus hebben we tegen de middag onze fietsen en scootmobiel weer gepakt en zijn via een prachtige route richting de hoofdstad van Limburg gegaan.

We rijden een stukje langs het meanderende riviertje de Geul en over smalle bospaadjes.

Via de St.-Servaasbrug komen we de stad in en zien daar al snel een politieauto, helaas zonder Eva en Wolfs erin !

Ook het Vrijthof, het belangrijkste plein van Maastricht oogt nu leeg, dit jaar zijn er, vanwege corona, geen concerten van André Rieu.

Op de Markt, waar het stadhuis staat (gebouwd in de jaren 1659-1664) met zijn voortdurend spelende carillon, was het wel gezellig druk.

In de binnenstad hoefden we niet te kijken waar Wim heen reed, we volgden gewoon het gerammel van de scootmobiel, wat voor Wim erg hinderlijk was over de ongelijke klinkers ! We waren daar zo wie zo snel uitgekeken: het was er erg druk met winkelend publiek.

We pakken een terrasje aan de Maas en rijden daarna nog even een stukje langs de stadsmuur, waarna we weer richting de camping gaan.

(Een heel apart “kunstwerk” !)

Ook de terugweg is weer verrassend en erg heuvelachtig.

Tijdens een flinke helling komt Wim stil te staan, de scootmobiel doet helemaal niets meer ! Nadat we hem een stukje omhoog geduwd en getrokken hebben komt Wim erachter dat de zekering eruit is, waarschijnlijk door oververhitting, en krijgt hem gelukkig weer aan de gang.

Terug op de kampplaats genieten we nog even van de zon, die vandaag flink z’n best heeft gedaan, tot er opeens een regenbui komt !

Verslag 30

Vijf kilometer verwijderd van Valkenburg ligt Margraten en daar bevindt zich het Amerikaanse oorlogskerkhof, waar,  met simpele witte kruisen gemarkeerd, acht duizend drie honderd  graven van Amerikanen liggen die in de Tweede Wereldoorlog zijn gesneuveld.

Nadat we hier rondgekeken hebben maken we met onze auto’s een rondrit door het Zuid-Limburgse Heuvelland, een weelderig, golvend landschap  met fraaie vergezichten en leuke dorpjes.

We komen door Eijsden, Mheer, Noorbeek, Slenaken, Epen en Mechelen waar mooie vakwerkhuizen staan, en eindigen in Gulpen, slechts tien  kilometer verwijderd van Valkenburg ! Hier staan we nu op terrassencamping  Osebos en kijken uit over de “Dutch Mountains”.

De kampplaats ligt op een zuidhelling en we kunnen lange tijd buiten genieten van het mooie uitzicht met een verwarmend zonnetje !

De komende dagen blijven we hier staan !

Verslag 31

We waanden ons vandaag in het buitenland met de glooiende heuvels, steile bospaadjes, leuke boerendorpjes en prachtige vakwerkhuizen.

Deze huizen werden vroeger gebouwd uit pure armoede, want bakstenen waren niet te betalen voor de boeren, burgers en buitenlui van toen. Hout en leem daarentegen, dat vond je overal om je heen. Naar de muren waartussen ze leefden, werden ze meewarig “leemlui” genoemd.

We rijden weer een schitterende route door het Heuvelland, waar we regelmatig flink op de pedalen moeten, maar na ruim dertig kilometer zijn we weer terug in Gulpen waar we stoppen bij de Gulpener bierbrouwerij. Hier doen we een “high beer”: we proeven drie verschillende biertjes met bijpassende hapjes uit de regio, erg lekker.

De locatie is ook heel speciaal, heel leuk opgezet, zelfs op het toilet !

De laatste kilometers terug naar de camping, heuvelopwaarts, vallen ons wel een beetje zwaar !!

Laatste verslag

Na een koude nacht (vijf graden), blijft het vanmorgen lang bewolkt, vochtig en fris, we verblijven dan ook de hele morgen in onze camper. Pas ’s middags wordt het buiten iets behaaglijker en zitten we zelfs nog even buiten.

We besluiten om morgen naar huis te gaan, de komende dagen wordt het weer niet beter en maandag moet Dennis weer gaan werken. Voor de laatste keer pakken we onze fietsen en stapt Wim op z’n scootmobiel: in Wijlre, een dorp verderop heeft Brand z’n bierbrouwerij, dus daar willen we even gaan kijken. Helaas zijn ze daar niet ingespeeld op gehandicapten en kan Wim niet binnenkomen met z’n voertuig, dus rijden we nog een stukje door de mooie omgeving.

Ook hier krijgen we te maken met hindernissen: de weg is afgesloten, fietsers moeten lopend verder, maar Wim kan er niet door !

Dan maar terug naar de camping, het is inmiddels al half vijf en waterkoud, dus houden we “happy hour” in ons knusse huisje. We hebben deze reis niet zoveel gereden met de auto’s, maar wel met de fietsen en Wim heeft al ruim vijf honderd kilometers afgelegd met z’n racemonster !

’s Avonds wordt er voor het laatst heerlijk gekookt (Grieks) in de camper, vanaf morgen eten we gewoon weer thuis. Uit eten gaan is trouwens de komende tijd geen optie, gisteravond zijn er door Mark Rutte weer verscherpte maatregelen aangekondigd vanwege de oplopende coronabesmettingen: onder andere moeten alle restaurants en bars vier weken dicht, een flinke strop voor de horeca die zo hun best doen om alle regels na te leven ! Reizen naar het buitenland wordt ook afgeraden, dus het gaat een lange en koude winter thuis worden ! Voor ons is echter het belangrijkste dat Wim weer helemaal gezond wordt: hij heeft nog steeds veel pijn in z’n gewrichten, ook gaat volgende week het gips van zijn been en moet hij gaan revalideren. Toch blijven we positief, we hebben ondanks alle beperkingen een heerlijke tijd gehad, rondtrekkend door Holland en zodra er een vaccin is tegen Covid-19 en alle reisbeperkingen zijn opgeheven, zijn wij één van de eersten die weer op pad gaan !