11000 kilometer gereden in 10 weken tijd lees hieronder ons verslag met 2000 foto’s
Verslag 1
Alhoewel we pas twee maanden geleden terug zijn gekomen uit Australië van een schitterende trip door de binnenlanden en langs de westkust, reizen we nu weer af naar Down Under om, samen met Cas en Anja, de zuidkust van dit fascinerende land te gaan onderzoeken. In tien weken tijd reizen we van Perth naar Adelaide, onderweg van alles bekijkend.
Gistermorgen (maandag 16 januari) zijn we vanuit Düsseldorf vertrokken en zijn via Dubai met de Emirates naar Perth gevlogen, waar we tegen vijven ’s middags (17 januari) aankomen. (Het is hier zeven uur later dan in Holland !)
Nadat we even enkele boodschappen hebben gehaald rijden we naar Banksia Tourist Park, waar we vorige keer de laatste dagen van de reis gestaan hebben en toen al gereserveerd hadden voor vandaag.
Ruim na negenen zijn onze koffers allemaal uitgepakt en hebben de meeste spullen een plek gekregen, voor vandaag is het genoeg geweest !
We nemen nog een biertje en duiken dan ons bed in, morgen ruimen we de laatste dingen wel op !
Verslag 2
De eerste nacht in Australië verloopt meteen stormachtig, we liggen regelmatig te schudden in ons bed. Deze onbestendige wind noemt men hier: Fremantle Doktor, ik heb geen idee waarom. Toen wij in 2015 onze huidige camper in Perth kochten hadden wij de luifel uitgezet zonder lijnen eraan, ’s nachts is deze helemaal over de camper gewaaid en waren de stokken gebroken (Wim heeft het gelukkig kunnen repa-reren !). Sindsdien gebruiken we altijd scheerlijnen, de daktent waar Cas en Anja in slapen was ook helemaal verankerd, wat ook zeker nodig was. Toch hebben we alle vier haast niet geslapen vanwege de harde windstoten en het klapperen van het tentdoek. Om half zes stonden we alweer naast ons bed en later hebben we buiten ontbeten, al vlogen de mokken en borden af en toe van de tafel !
Nadat we voor vier dagen levensmiddelen hebben gekocht én een topper voor in de daktent, zodat Cas en Anja iets zachter liggen, rijden we zo’n zeventig kilometer noordelijk naar Yanchep N.P., waar Anja eindelijk koala’s ziet, ook al zitten ze wel hoog in de boom. (De vorige trip heeft ze er geen één gezien, wat ze erg jammer vond !) In het park leven veel soorten vogels en de kangoeroes hippen er vrolijk rond.
We verblijven hier vannacht en tegen vijven gebruiken we de barbecue van de kampplaats om zo uit de wind, met uitzicht op een groep kangoeroes, te kunnen eten.
Anja en Cas gaan nog een keer naar de koala’s in de hoop dat er één wakker is (deze dieren slapen zo’n twintig uur per dag !) en ze hebben geluk, enkele zijn zelfs van de eucalyptusbladeren aan het eten.
Vanavond liggen we vroeg op bed, even slaap inhalen van de afgelopen dagen ! (als de wind het toelaat !)
Verslag 3
Het was vannacht bijna windstil en we hebben dan ook allemaal uitgebreid de slaap ingehaald van de afgelopen dagen. Tijdens het ontbijt hippen de kangoeroes nog vrolijk rond, maar zodra het warmer wordt verdwijnen ze naar schaduwrijkere gebieden. Wij trekken ook weer verder en gaan eerst naar de kustplaats Lancelin met z’n prima surfgolven en natuurlijk de witte duinen waar je het stuifzand op ziet waaien.
Ook wij klimmen een duin op om er later weer af te rennen, je wordt weer helemaal kind !
Vervolgens rijden we naar Namburg N.P., bekend van de Pinnacles: bizarre kalkstenen zuilen.
Je kunt hier een zes kilometer lange rit door het park maken en Anja en Cas rijden voorop, wij hebben het al vijf keer eerder gezien. Cas zit achter het stuur zodat Anja kan filmen en foto’s maken en niet elke keer hoeft uit te stappen, het is vandaag bijna veertig graden, dus de airco staat nu wel aan. Helaas gaat er iets mis bij een parkeerplek: Cas rijdt per ongeluk achteruit en komt (gelukkig vrij zachtjes) tegen onze camper aan, met als gevolg een aardige deuk ! Nu heeft de Nissan aan twee kanten een “kusje” gehad, tijdens de vorige trip ging Wim met achteruit rijden tegen de voorkant aan !
Nadien gaan we naar het vlakbij gelegen Cervantes waar we heerlijk afkoelen in zee. (In Nederland is het nu rond het vriespunt en ligt er sneeuw !)
Dan wordt het tijd om een overnachtingsplek te zoeken, we rijden weer een stukje landinwaarts en komen uit bij Namburg Station Stay, een alternatieve kampplaats, die tevens boerderij is met landbouw en veeteelt.
We zien er schapen, koeien, emoes, paarden en een alpaca.
Weer staat er een stevige wind, die we nu goed kunnen gebruiken, want om zeven uur ’s avonds is het nog ruim dertig graden !
Verslag 4
We hebben vandaag weer iets heel anders gedaan: na honderd vijf en zeventig kilometer rijden komen we aan bij de benedictijner missiepost New Norcia, waar we ruim op tijd zijn voor de twee uur durende rondtoer die start om elf uur.
De post werd in 1846 gesticht door de Spaanse monnik dom Rosendo Salvado en zijn missie was de Aboriginals te bekeren, hun Europese landbouw te leren en te redden van vervolging. De zachte aanpak van het klooster werkte goed bij de locale Yued bevolking en leverde in de 19e eeuw een harmonieus landbouwdorp op. De graanmolen die in 1879 openging draait nog steeds, het is de oudste werkende molen in West Australië.
De unieke mix van Byzantijnse, gotische en klassiek Spaanse bouwkunst is een exotisch contrast met de tarwevelden en het Australische struikgewas rondom New Norcia.
Veel kinderen, zowel Aboriginals als Australische, zijn hier groot gebracht met lezen, schrijven, rekenen en religie, en daarnaast mochten ze een vak leren. Rond de eeuwwisseling verschoof de nadruk naar het onderwijs van Europese kinderen waar de ouders voor moesten betalen.
Er wonen nog steeds zes monniken in het klooster en deze is daarom niet toegankelijk voor publiek. Wel zien we de Abbey Church, de graanmolen, twee colleges en het prachtige museum.
Rond half drie verlaten we de prachtige plek weer en rijden nog ruim honderd dertig kilometer richting Kalgoorlie. De temperatuur ligt weer rond de veertig graden dus in de auto is het goed toeven met de airco aan. Tegen vieren stoppen we bij het plaatsje Meckering, waar in 1968 een aardbeving heeft plaatsgevonden met een kracht van 6.9.
We mogen hier gratis staan aan de rand van het tegenwoordig welvarende, slaperige dorpje !
Verslag 5
Gisteravond hebben we voor het eerst deze reis het leuke spel Mexican Train gespeeld, toen we tegen middernacht klaar waren was het nog steeds negenentwintig graden !
Vanmorgen hebben we bijna drie honderd kilometer afgelegd en tegen enen komen we aan bij Karalee Rocks, in vroeger tijden (rond 1890) een plek waar water opgevangen werd in een reservoir bestemd voor stoomtreinen richting de goudvelden.
Je kunt nog altijd zien hoe regenwater via granieten rotsen en stenen muurtjes uitkwam bij een metalen aquaduct en zo terecht komt in een natuurlijk meer waar zo’n vijftig miljoen liter water opgeslagen kon worden, heel interessant. Helaas gaat het bij Anja mis wanneer ze een vrij steile wand op wil lopen: ze glijdt uit en heeft meteen bebloede knieën, toch gaat ze daarna mee om de omgeving te bekijken.
We besluiten om niet verder te reizen maar hier te overnachten, waardoor we een heel relaxte middag hebben.
Wim en ik doen een spelletje Carcassonne en later houden we uitgebreid happy hour.
Pas tegen half acht zitten we aan de avondmaaltijd, helemaal tevreden met hoe onze reis tot nu toe verloopt !
Verslag 6
Na honderd vijftig kilometer rijden komen we in de loop van de morgen aan in Kalgoorlie-Boulder, waar in 1893 voor het eerst goud gevonden werd door de Ier Paddy Hannan, waarna het gebied al gauw overspoeld werd door goudzoekers.
En in tegenstelling tot andere gebieden waar goudvelden snel uitgeput raakten, bevindt zich hier tegenwoordig de op één na grootste open mijn van de wereld (alleen in China is een nog grotere !) waar jaarlijks 600.000 tot 800.000 ounces goud geproduceerd wordt. We gaan eerst naar het informatiecentrum waar we, naast de bezienswaardigheden die ik zelf al had gevonden, enkele leuke tips krijgen.
Nadat we het oude centrum te voet hebben bekeken, rijden we naar de “super pit” goudmijn die 3,8 kilometer lang is en 1.35 km. breed en zo’n 500 meter diep.
Het geheel is dan ook erg indrukwekkend: je ziet gigantische vrachtwagens die meer op dinky toys lijken maar wel ruim 200 ton erts per keer vervoeren.
Nadat we de “canyon” uitgebreid bekeken hebben gaan we verder naar “Bush Two-up” gelegen aan de rand van de stad. Hier zien we, in een soort golfplaatamfitheater een uitbundig gokspel waarbij gewed wordt over twee opgegooide munten. Dit gaat gepaard met grof geld en we kijken onze ogen uit hoe honderden dollars steeds wisselen van eigenaar.
Vervolgens rijden we naar Hammond Park, de tweede tip van het infocentrum, waar we een verlate lunch gebruiken en daarnaast ook emoes, kangoeroes, parkieten en pauwen zien.
Nadat we bij Mount Charlotte Lookout het reservoir van negen miljoen liter water gezien hebben en tevens de pijpleidingen die vijf honderd zestig kilometer hebben afgelegd van Mundaring Weir bij Perth tot Kalgoorlie, wordt het tijd om naar onze overnachtingsplaats: Lake Douglas te rijden, waar we rond half vijf aankomen.
Weer staan we voor noppes op een prachtige plek in de bush met slechts op ruime afstand enkele andere kampeerders.
Tot bedtijd zitten we buiten in onze korte broek en hemdje met boven ons een prachtige, heldere sterrenhemel !
Verslag 7
Vandaag is Dennis zevenendertig jaar geworden, we hebben dit vorige week al gevierd, maar hebben hem vanmorgen om zeven uur (in Nederland twaalf uur ’s nachts) gebeld om te feliciteren.
We hebben de hele dag doorgebracht in Kalgoorlie: eerst zijn we nog een keer naar de Super Pit gegaan waar meer activiteit is dan gisteren.
Vervolgens hebben we de Boulder Town Hall bekeken, dat in 2008 zijn honderdjarig bestaan vierde en waar tegenwoordig een klein oorlogsmuseum in zit.
Je kunt er echter ook een oude theaterzaal en een vergaderruimte bewonderen die de tand des tijds goed doorstaan hebben, tevens staan er in dezelfde straat (Burt street) meerdere gebouwen uit de 19e eeuw.
Natuurlijk gaan we ook naar het Museum of the Goldfields waar we terug gaan in de tijd van de “goldrush” en vanuit de toren een mooi uitzicht hebben over de stad.
Na de lunch rijden we naar Hannans North Tourist Mine waar we de gigantische grote trucks zien die de brokken erts uit de Super Pit halen.
Ook hier zijn weer allerlei oude gebouwen te bekijken en zelfs het spel two-up wordt uitgelegd.
Anja en ik houden om de beurt een stukje puur goud in onze hand dat een waarde heeft van 2766,00 dollar !!
Er is ook een mooie Chinese tuin bij waar we kort rondlopen maar het is vandaag weer bijna veertig graden dus we zoeken zoveel mogelijk schaduw op.
(Zelfs de haren worden nog natgemaakt voor verkoeling !).
Nadat we onze voorraden levensmiddelen, water en brandstof weer aangevuld hebben, rijden we naar de plek waar we afgelopen nacht ook stonden.
Helaas is er nu haast geen wind en blijft het lang warm, we hebben vannacht geen dekbed nodig !
Verslag 8
Vanaf onze kampplaats zijn we vanmorgen eerst naar Coolgardie gereden, de “Mother of the Goldfields”, waar in 1892 goud werd gevonden en daarna zorgde voor de grootste volksverhuizing naar West- Australië. Tijdens het hoogtepunt van de goudkoorts in 1897 woonden er vijfentwintig duizend mensen en waren er vijf honderd mijncompagnies in Coolgardie. Tegenwoordig is het meer een spookstad met verschillende, in zeer slechte staat verkerende, oude gebouwen.
We bekijken er een oude mijn (Lindsay Pit) waar nu geen activiteit meer is,
wandelen door het “Ben Prior” openluchtmuseum, wat weinig voorstelt en bekijken het oude treinstation dat niet meer in gebruik is.
Bij het informatiecentrum is wél een mooi museum waar we geruime tijd doorbrengen.
Daarna verlaten we de voormalige goudstad en rijden naar het ruim vijftig kilometer zuidelijk geleden Burra Rock, waar in het verleden water opgeslagen werd voor de goudvelden.
Nadat we hier opgeklommen en rondgewandeld hebben rijden we verder naar Cave Hill, één van de grootste en hoogste granieten plaatsen in de omgeving met prachtige open grotten. Ook hier maken we weer een wandeling terwijl de temperatuur oploopt naar de veertig graden !
Wanneer we na een uur terug komen bij de auto’s zijn we dan ook oververhit. Het is inmiddels rond drieën en we kunnen óf hier de rest van de dag blijven zitten en overnachten óf verder rijden met de airco aan !! We besluiten nog zo’n negentig kilometer verder te rijden in de veronderstelling daar na ruim een uur aan te komen. Het blijkt echter dat we eerst een “track” van veertig kilometer af moeten leggen waar we ruim twee uur over doen.
De weg is regelmatig gigantisch slecht met diepe gleuven waar we niet doorheen kunnen en zodoende om moeten rijden, ook weten Cas en Anja nu wat een “wasbord” is !!
Vanaf het moment dat we Coolgardie verlaten hebben zijn we geen mens meer tegen gekomen, iets wat in Holland onvoorstelbaar is.
Pas tegen half zeven arriveren we op onze overnachtingsplaats bij Lake Johnston gelegen aan een drooggevallen zoutmeer.
Het waait hier flink en meteen denken we terug aan slechts een week geleden toen we aankwamen in Australië en begonnen met een stormachtige wind ! Wat hebben we sindsdien al veel gezien en beleefd, we genieten alle vier volop !!
Verslag 9
Omdat we gisteren nog enkele uren doorgereden hebben, zijn we vandaag veel vroeger dan gepland bij onze eindbestemming: Wave Rock. Onderweg zijn we nog gestopt bij een onverwacht, prachtige plek: Breakaways, gelijknamig aan een plek vlakbij Coober Pedy, waar we onze vorige trip nog geweest zijn.
En er zijn gelijkenissen, ook hier zie je rotsen in prachtige verschillende tinten van bijna wit tot okerkleurig.
Na de lunch, waar we net als de afgelopen dagen weer veel last hebben van vliegen, rijden we naar de meest opmerkelijke rotsformatie van de streek.
Uit een blootliggende aardlaag die duizenden jaren lang is geërodeerd, is een grote granieten golf van vijftien meter hoog ontstaan met rode en grijze strepen veroorzaakt door de regen.
Nadat we Wave Rock van alle kanten bekeken hebben en ook nog enkele andere rotsformaties, rijden we nog zo’n veertig kilometer naar onze volgende overnachtingsplaats McCann Rock waar we tegen half vijf aankomen.
Op deze gratis plek is een toilet, mogen we de barbecue gebruiken en kunnen we zelfs de afwas doen in een overdekte ruimte.
Wat zijn er toch veel leuke, mooie plekken in Australië waar je zo mag kamperen !
Verslag 10
Na twee honderd kilometer rijden richting de westkust komen we rond de middag aan bij het stadje York, al gesticht in 1831. Tijdens de goudkoorts was dit de laatste plaats waar men gereedschappen en andere spullen kon kopen voor men naar Coolgardie ging.
Er staan nog diverse oude, goed onderhouden gebouwen en in één ervan huist het York Motor Museum met een van de grootste collecties oude auto’s en andere vervoersmiddelen van Australië.
We brengen geruime tijd door in dit werkelijk prachtige museum en rijden daarna slechts een klein stukje verder naar de Suspension Bridge in Avon Park waar we lunchen en natuurlijk de hangbrug, die oorspronkelijk stamt uit 1888, oplopen.
Daarna is het nog ruim honderd en twintig kilometer rijden voor we aankomen bij Coogee Discovery Parks, een camping pal aan zee vlakbij Fremantle. We hebben echt geluk dat er nog een plekje vrij is want het is vandaag (26 januari) Australia Day, een Nationale feestdag waarop de meeste mensen vrij hebben en er gelijk een lang weekend van maken.
We gaan pootje baden in het zeewater dat een prima temperatuur heeft en wandelen heerlijk langs het strand waar een verkoelende wind waait.
Tegen half acht willen we de zon in de zee zien zakken, maar helaas zit er net een wolk voor, morgen hebben we weer een kans, want we blijven hier drie nachten staan !
Verslag 11
Vandaag hebben we de tijd en de middelen om schoon te maken: de mannen geven de auto’s een beurt en Anja en ik ontfermen ons over de vuile was.
Rond de middag is alles weer schoon en nadat we een boterham gegeten hebben vertrekken we met de Nissan richting Fremantle om daar wat bezienswaardigheden te bekijken. We starten bij Round House (1830), het oudste gebouw van de stad wat vroeger dienst deed als gevangenis.
Precies om één uur wordt er een kanon afgevuurd wat een oorverdovende knal geeft, m’n oren tuten ervan !
Onder de gevangenis loopt een tunnel, in 1837 gegraven voor walvisvaarders, die zo hun vangst van de kade naar High Street brachten.
We lopen door naar het Maritime Museum waar we heel wat soorten boten bekijken, zelfs een grote onderzeeër.
Het interessants vinden we echter de Fremantle Markets waar echt van alles te koop is.
Tegen vijven zijn we terug op de camping, Cas neemt nog een duik in zee die best wel wild is en daarna is het tijd voor happy hour.
’s Avonds zien we een bandicoot, een op een rat lijkend dier, met een spitse snuit, die vooral in het donker actief is. Hij loopt onder de tafel door en zit bij onze voeten, maar toch valt het niet mee dit dier op de foto te krijgen !
Verslag 12
(Een bandicoot op de blauwe mat voor onze camper !)
Wim en ik zijn deze reis voor de zestiende keer in Australië en zeker vijf keer zijn we in de buurt van Perth geweest, maar nog nooit hebben we Rottnest Island bekeken, tot nu toe !
Vanmorgen zijn we vanaf de camping met een busje naar de haven van Fremantle gereden, waar in 1829 de eerste immigranten aankwamen vanuit Engeland, om tegen half tien met de boot van Rottnest Express af te varen naar het eiland, waar we een half uur later arriveren.
We konden van te voren geen fietsen boeken, want alles was al verhuurd, maar op het eiland lukt het ons gelukkig wél, zodat we Rottnest Island fietsend kunnen verkennen.
Het blijkt een prachtig eiland te zijn al is het slechts elf kilometer lang en maximaal vier en een halve kilometer breed, het is heel afwisselend.
Het bekendst van het eiland zijn natuurlijk de quokka’s, een buideldier zo groot als een haas waar er zo’n tien duizend van rondhuppelen, we zijn nog maar net onderweg wanneer we de eerste al zien.
Ook zijn er veel schitterende baaien met turkoois water en witte stranden waar je kunt zwemmen of snorkelen, maar we zien ook verschillende inlandse zoutmeren en vuurtorens.
(Oeps, de ketting ligt eraf !)
Later, tijdens de fietstocht zien we meerdere quokka’s die totaal niet bang zijn voor ons.
Nadat we onze dorst gelest hebben op een terrasje bij Fays Bay rijden we het laatste stuk terug naar de Thomson Bay waar we de fietsen weer inleveren en even later aan boord gaan voor de terugtocht, die met windkracht zes vrij stormachtig verloopt.
(Anja merkt hier echter niets van !)
Tegen vijven zijn we terug aan vaste wal en een half uurtje later zitten we weer op de camping, nagenietend van een schitterende dag.
Zelfs de zon laat zich op z’n best zien wanneer deze tegen half acht ondergaat !!
Verslag 13
Vanmorgen hebben we de camping in Fremantle weer verlaten en nadat we kort gestopt zijn bij de Henderson Cliffs rijden we door naar Rockingham om de gasfles te laten vullen, brandstof te tanken en weer voor vijf dagen levensmiddelen in te slaan.
Daarna rijden we een stukje het binnenland in naar Serpentine Falls N.P. waar we eerst naar een picknickplaats gaan. Hier zien we enkele kangoeroes die bij de mensen staan om gevoerd te worden, iets wat verboden is en met diverse borden duidelijk aangegeven wordt: het is ongezond voor ze en ze kunnen agressief worden wanneer ze geen eten meer krijgen.
Ook zijn ze tam genoeg om geaaid te worden, wat Anja natuurlijk wil doen.
Na de lunch lopen we naar de waterval met z’n grote poel erbij waar we heerlijk afkoelen, het is namelijk weer rond de vijfendertig graden !
Nadien rijden we, helemaal opgefrist, verder naar Lake Clifton waar trombolites te zien zijn: ze lijken op rotsen maar zijn oude vormen van leven (zo’n twee duizend jaar oud) die energie produceren uit zonlicht.
Zolang ze onder zoet water staan overleven ze, iets wat met de opwarming van de aarde steeds moeilijker wordt.
Na nog een half uurtje rijden komen we rond half zes aan bij kampplaats Martins Tank in het Yalgorup N.P., waar we een prachtige plek vinden midden in het bos.
(Helaas had ik een kastje niet goed afgesloten !)
Af en toe horen we een kookaburra en ook schijnen hier possums te zitten, hopelijk krijgen we deze dieren vanavond te zien !
Verslag 14
We hebben gisteravond nog lange tijd met de zaklamp buiten gezeten om possums te spotten en hebben nog heel wat foto’s gemaakt !
Vanmorgen zaten we heerlijk in de schaduw te ontbijten toen er op nog geen twee meter afstand een grote “brown snake” langs kwam glijden.
Nadat we hem eerst vereeuwigd hebben pakken we voorzichtig onze tafel en stoelen op om een eindje verderop verder te eten.
Opeens schiet de slang vooruit om een lizzard te pakken, één schiet gauw een boom in, maar een iets kleinere is niet snel genoeg en wordt gepakt en verdoofd door de giftige slang. (Het is net of we naar een aflevering van National Geographic zitten te kijken, maar nu is het echt !)
De slang blijft actief en neemt nog een keer een spurt, we zijn blij dat we verhuisd zijn, maar van een afstand is het prachtig om te zien.
We verlaten onze mooie plek in het Yalgorup Nationale Park weer en rijden eerst naar “the Cut – Dolphin lookout” bij Bunbury, waar we verschillende dolfijnen spotten, sommigen zwemmen met een plezierbootje mee, want ze willen altijd “spelen”.
Daarna gaan we naar het Dolphin Discovery Centre bij de Koombana Bay in Bunbury, een vrij nieuw, goed informatief centrum waar we allerlei prachtige vissen, schildpadden en zeesterren kunnen zien. In de baai leven zo’n honderd “bottlenose” dolfijnen die regelmatig langs komen en waarmee je (tegen betaling) kunt zwemmen.
’s Middags vervolgen we onze weg langs de kust richting Busselton, bekend van zijn 1,8 kilometer lange houten pier (jetty), waarvan de bouw al begonnen is in 1865. Je kunt met een treintje naar het eind van de jetty waar een onderwater observatiepunt is.
Wij nemen alleen een duik in het heerlijke zeewater vlakbij de pier,
waarna we het laatste stukje afleggen naar onze volgende overnachtingsplaats: Adventist campground waar we vlakbij zee komen te staan. Het is een prima kampplek met slechts één vreemde regel: je mag hier geen alcohol gebruiken. Aangezien we allemaal wel van een wijntje houden, drinken we deze vandaag uit een limonadeglas met een stubbieholder eromheen (een soort hoesje wat veel gebruikt wordt in Australië om je drankje koel te houden) !
Verslag 15
We hebben het grootste deel van de dag doorgebracht op het schiereiland ten noorden van Dunsborough waar ook het Nationale Park Cape Naturaliste zich bevindt.
We zien de oude vuurtoren gebouwd in 1903 en diverse mooie baaien, onder andere het Aquarium.
Heel speciaal zijn de Canal Rocks waar het zeewater tussen smalle rotsen door bruisend tevoorschijn komt, wat je vanaf een houten brug prima kunt bekijken.
Vlakbij is een leuk strandje waar we onze stoelen en parasols neerzetten, we gebruiken er onze lunch en nemen een duik in het vrij frisse water !
Vervolgens gaan we naar Wyadup Rocks Natural Spa en ook hier zie je weer de kracht van het water, wat een leuk effect geeft.
De golven hier in de omgeving zijn zeer geschikt om te surfen en nadat we dit bij Moses Rocks bekeken hebben rijden we naar Grace Town caravanpark waar we rond vieren aankomen.
Het waait vandaag behoorlijk hard dus we zetten schotten aan de luifel om uit de wind te kunnen zitten en fatsoenlijk te kunnen eten zonder dat er zand in waait !
Vandaag is het twee weken geleden dat we voet zetten op Australische bodem, wat hebben we in die tijd al veel gezien en gedaan !!
Verslag 16
Het was gisteravond weer dikke pret tijdens Mexican Train !
We bevinden ons momenteel in de regio van Margaret River gelegen in het zuidwestelijke puntje van Australië. Tegenwoordig is het vooral bekend vanwege de vele wijnmakerijen, de druipsteengrotten en de uitstekende surfstranden. Midden in het gebied bevindt zich de plaats Margaret River en de gelijknamige rivier stroomt er ook langs. Wij zijn vanmorgen op zoek gegaan naar de Kevill Road Waterfall die zich in de rivier moet bevinden, na lang zoeken komen we uit bij rotsen waar aan één kant nog water staat.
Van de aardige dame, die ons op de foto zet, horen we dat drie maanden terug het water volop over de rotsen stroomde en dat zelfs de parkeerplaats onder water stond !
We gaan verder naar de Old Settlement Historic Site aan de rand van de plaats Margaret River, hier kwamen in 1920 Britse immigranten aan waar ze geconfronteerd werden met de ontberingen van de hitte, het ongedierte en het stof. Toch hebben ze er een bestaan opgebouwd, waarvan nu nog enkele gebouwen te zien zijn.
Vervolgens rijden we naar Calgardup Cave, waar we op ons gemak zelf kunnen rondkijken in de prachtige grotten.
Natuurlijk moeten we wel diverse trappen op en af, en moeten we soms bukken om verder te kunnen lopen, maar het is zeker de moeite waard .
’s Middags bezoeken we één van de vele wijngaarden: Redgate, waar we enkele wijntjes proeven !
Daarna rijden we tussen de hoge bomen door van het Leeuwin-Naturaliste National Park naar Hamelin Bay, waar we in het holiday park twee overnachtingen boeken, we maken er morgen een luie dag van !
We gaan nog even naar zee, maar er staat weer, net als de afgelopen dagen, veel wind. Hopelijk kunnen we morgen wel wat tijd aan zee doorbrengen !
Verslag 17
Het is vandaag echt een klusjesdag: de mannen hadden eindelijk tijd om de deuk, zo goed als mogelijk, uit de auto te halen en de onderkant moest nog opnieuw vastgezet worden vanwege een akkevietje tijdens de vorige trip.
Ook een kastje sloot niet goed meer en de parasol zat los en vloog van de week haast de lucht in, allemaal werkjes die vandaag opgelost zijn. Anja en ik hadden tijd voor een wasje en wat schoonmaakwerkzaamheden en rond de middag was alles gefikst. Na de lunch zijn we naar het prachtige witte strand gelopen met z’n grillige rotsen waar we vlak langs de waterlijn stingrays spotten: grote zwarte, platte vissen die helaas moeilijk te fotograferen zijn.
Cas neemt natuurlijk weer een duik, wij houden het bij “pootje baden”.
Eenmaal terug bij onze onderkomens doen Wim en ik een spelletje terwijl Anja en Cas relaxen met een tijdschrift (met hun ogen dicht !).
Tegen de avond houden we een uigebreide barbecue, waarna we weer naar zee lopen voor een mooie zonsondergang, waarschijnlijk de laatste, want morgen gaan we verder naar de zuidkust.
Het was een heerlijke relaxte dag, we zijn helemaal uitgerust en gaan morgen weer op avontuur, want Australië heeft heel veel te bieden !
Verslag 18
De dag begon vanmorgen meteen goed (!): tijdens het verlaten van de camping reed Anja tegen een laagstaand paaltje aan wat een flinke deuk opleverde.
Gelukkig viel het achteraf mee en kon Cas de deuk er weer uitduwen, maar drie keer is scheepsrecht, nu is het wel genoeg !!
Onze eerste stop is bij Cosy Corner in de buurt van Hamelin Bay, waar Cas en ik helemaal naar beneden lopen, wat zeker de moeite waard blijkt te zijn.
Vervolgens bekijken we de schitterende grot: Jewel Cave, waar Anja dit keer afhaakt want we moeten twee honderd vijftig traptreden naar beneden en natuurlijk later weer omhoog.
Nadat we onze voorraden weer aangevuld hebben in de plaats Augusta en op een prachtige plek aan zee gegeten hebben,
rijden we naar de uiterste zuidwestelijke punt bij Cape Leeuwin en natuurlijk staat daar een vuurtoren om de schepen te waarschuwen dat ze dicht bij land zijn.
Bij de Hardy Inlet, in de buurt van de zee, spotten we een groep pelikanen en later zien we daar een stingray zwemmen in het ondiepe water en dit keer krijgen we hem wél goed op de foto !
Dan wordt het tijd om een kampplaats te gaan zoeken en vandaag komen we weer terecht in de “bush” bij Sue’s Bridge Campground behorend bij het Blackwood River National Park.
Hopelijk spotten we vanavond weer wildlife, de eerste vogel staat al op de foto !
(De mannen zijn samen weer bezig een heerlijke maaltijd te bereiden !)
Verslag 19
En ja hoor, bij het vallen van de duisternis begint het te ritselen in het bos en even later komen er enkele possums tevoorschijn !
Vanmorgen werden we wakker door een indringende rooklucht, waarschijnlijk was er ergens in de buurt een bosbrandje gaande, we zijn in ieder geval vrij vroeg vertrokken van de kampplaats, je zit toch niet echt rustig meer.
(Dit is Sue’s Bridge, geheel van hout !)
We gaan richting Pemberton waar we eerst de Beedelup Falls bekijken, al valt er nu niet veel water naar beneden. Wél is het leuk om over de wiebelende “suspension bridge” te lopen, vanwaar je op de waterval kijkt.
Vanaf dezelfde parkeerplaats maken we een vijftig minuten durende wandeling naar de “walk trough tree”, een pittige trip waarvan we bezweet terugkomen.
Na de middag wacht ons weer een hele uitdaging: we gaan de boom in ! De Dave Evans Bicentennial Tree in het Warren N.P., die in het verleden gebruikt werd als brandweer uitkijkpost, is tegenwoordig een attractie waar je in kunt klimmen via grote ijzeren pinnen die in de boom geslagen zijn.
Op ruim twintig meter hoogte is een platform en daarvandaan kun je hoger de boom in tot vijfenzestig meter hoogte, wij gaan niet verder dan de eerste stop !
Daarna maken we een prachtige rondrit door het Warren Nationale Park met z’n hoge karri bomen, waarbij we wél flink wat stof doen opwaaien.
Nadat we ook nog de Cascades in het Gloucester N.P. bekeken hebben gaan we naar de Big Brook Dam, een natuurlijk meer waarin we heerlijk afkoelen.
We wilden daar vlakbij overnachten, maar het is weekend en de kampplaats (Big Brook Arboretum) is helemaal vol dus komen we terecht bij Pemberton Caravan Park, zeker geen verkeerde plek, waar we aan de rand van het bos komen te staan.
Ook hier is er de mogelijkheid om te zwemmen in een meer, maar we waren al genoeg afgekoeld bij de Big Brook Dam.
De temperatuur liep vandaag op tot zesendertig graden en ’s avonds kunnen we nog lang buiten zitten in korte broek en hemdje !
Verslag 20
Vlakbij het leuke plaatsje Pemberton, waar de meeste huizen van hout zijn, bevindt zich nog een hoge boom waarin geklommen kan worden: Gloucester Tree. In tegenstelling tot de Dave Evans Bicentennial Tree is hier maar één platform op ruim vijftig meter hoogte. Jaren terug hebben Wim en ik allebei deze top bereikt, iets wat we nu echt niet meer durven. Het was nu trouwens ook niet mogelijk want de boom is gesloten vanwege reparatiewerkzaamheden !
Wij rijden verder naar Northcliffe waar we anderhalf uur doorbrengen in het “under story sculpture park” waar allerlei kunst te zien is, al moet er soms echt naar gezocht worden.
Het mooist zijn de tientallen boomstammen waar gezichten in verwerkt zijn, al vindt Cas de billen van een liggende dame ook wel erg interessant !
De temperatuur loopt vandaag weer snel op, maar wanneer we richting de kust gaan naar Windy Harbour wordt deze snel aangenamer. Rond de plek, behorend bij d’Éntrecasteaux N.P., is van alles te bekijken, we zien onder andere de Cathedral Rock, de Salmon Beach met z’n hoge golven, maar het mooist is toch wel “the Window”, een heel grillig gat in de rotsen.
Ook zien we twee emoes, die snel wegrennen wanneer ze onze auto horen.
We overnachten op de campground van Windy Harbour, waar we de zijkanten van de tent opzetten omdat het ’s avonds snel afkoelt.
Er lopen verschillende kangoeroes op de kampplek, eentje heeft nog een jong bij zich dat bij onraad snel weer bij mamma in de buidel glipt.
Ook de kookaburra’s lachen weer volop en op de achtergrond is het geluid van de wilde zee duidelijk te horen …… weer hebben we een prima overnachtingsplaats !
(Anja maakt unieke opnamen van twee kookaburra’s die samen vechten om een slang !)
Verslag 21
Het grootste deel van de dag brengen we vandaag door in het bos: via Nortcliffe rijden we naar Shannon N.P. waar we de “Great Forest Tree Drive” willen nemen, maar er blijkt een gedeelte afgesloten te zijn door werkzaamheden aan een brug. Wij denken een alternatieve route gevonden te hebben en volgen deze, niet veel gebruikte weg, lange tijd totdat deze ook ophoudt, waardoor we weer helemaal terug moeten.
Ondertussen zien we wel veel hoge bomen, waarvan sommige meer dan drie honderd jaar oud zijn.
Nadat we pauze gehouden hebben bij de Shannon dam rijden we een rit van ruim twintig kilometer door de “forest” en nemen daarna een afslag naar het volgende Nationale Park: Mount Frankland, waar de Fernhook Falls te bekijken zijn. Inmiddels is het bijna drie uur en besluiten we om onze huisjes te parkeren op de bij het park behorende kampplaats en van daaruit naar de waterval te lopen.
Helaas “valt” er helemaal niets meer, wel is er een groot meer (Rowell’s Pool) maar deze ziet er niet aanlokkelijk uit om in te zwemmen.
Nadat we de omgeving verkend hebben en enkele mooie salamanders op de foto gezet hebben relaxen we de rest van de dag.
Wim en ik doen weer eens een spelletje Carcassonne en Cas en Anja bekijken de binnenkant van de ogen, reizen is best vermoeiend !!
(De grond is een beetje scheef vandaag, maar daar hebben we krukjes voor !)
Verslag 22
Vanmorgen werden we wakker met het zachte getik van de regen op het dak, maar tegen de tijd dat we opstonden was het alweer droog. Wel moesten we de tent en de luifel nat inpakken, maar voor één dagje is dat geen enkel probleem. Nadat we in de plaats Walpole bij de IGA onze voorraden aangevuld hebben gaan we eerst even kijken bij het vlakbij gelegen Coalmine Beach park, waar we eigenlijk zouden overnachten, het is er nu heel winderig en de mooie Normalup Inlet ziet er koud en verlaten uit.
We rijden de prachtige Walpole Tingle Drive met z’n gigantische hoge bomen en wandelen naar de Giant Tingle Tree, waar in het verleden zelfs een auto in geparkeerd stond.
De grote red tingle eucalyptus tree, die alleen rond Walpole voorkomt, is vijfenzeventig meter hoog en heeft een omvang van vierentwintig meter !
Een eindje verder tijdens de rondrit komen we langs Circular Pool, een plek vol granieten rotsen waar nog een klein stroompje water doorheen loopt.
Dan maken we een afslag naar de kust om de Conspicious Cliff te bekijken, maar zonder zon en met harde wind is het niet erg aanlokkelijk.
Nadat we nog een stuk van de Valley of the Giants hebben gereden, wat erg tegen valt en zeer toeristisch is, gaan we naar Parry Beach, een kampplaats aan zee waar zowaar de zon doorbreekt wanneer we daar aankomen.
Nadat we onze camper en tent op z’n plek hebben staan maken Wim en ik een strandwandeling en Cas gaat nog even de zee in.
Én we zien een heel mooi bord: we mogen een kampvuur maken !!
Dus na de maaltijd kunnen we eindelijk wat hout opmaken wat al weken in de auto ligt en nog over is van de vorige reis !
Verslag 23
We hebben de dag doorgebracht rondom het vredige plaatsje Denmark, vlakbij zee gelegen en met een prachtig binnenmeer: Wilson Inlet, ook zijn er veel wijngaarden en alternatieve bedrijfjes. Net rond tienen staan we bij “good food factory” een leuk plekje waar allerlei soorten toffees en sauzen worden gemaakt, die geproefd en natuurlijk gekocht kunnen worden.
Een eindje verderop bevindt zich Barthelomeus Meadery waar alles van honing gemaakt wordt en we de bijen bijna aan kunnen raken. We proeven daar een honingijsje en gaan er op zoek naar de bijenkoningin.
Dan buigen we af naar William Bay N.P. waar we bij de prachtige Greens Pool, een beschutte baai aan zee, over de granieten rotsen lopen.
Bij hetzelfde Nationale Park behoren ook de Elephant Rocks, de Madfisch Bay en de Waterfall Beach, waar we ook werkelijk een waterval ontdekken.
Weer richting Denmark stoppen we bij Farmhouse Cheese, hier kun je kaas en tegelijkertijd wijn proeven, wat we natuurlijk doen.
En nadat we nog een afslag naar de monding van Wilson Inlet hebben genomen en bij Lions lookout een schitterend uitzicht hebben over de baai, rijden we naar de Hay River om daar een leuk plekje te zoeken om te overnachten.
We hebben geluk en staan nu pal aan de rivier, Wim gooit er zijn hengel uit en Cas koelt af in het heldere water.
Er zijn hier totaal geen voorzieningen, maar dat is gelukkig voor alle vier geen enkel probleem !
Verslag 24
We zijn vanmorgen nog lange tijd op ons prachtige, gratis plekje aan de Hay rivier blijven staan. We stonden er als enigen, wat ons mooi de gelegenheid gaf om de haren van de mannen te fatsoeneren, al deed Anja met de schaar wel gevaarlijk !
Onze eerste stop onderweg in bij Cosy Corner, weer een mooie plek bij een baai tussen Denmark en Albany.
Daarna rijden we naar Torndirrup N.P. gelegen op een schiereiland waar we enkele prachtige natuurlijke fenomenen bekijken: the Gap en Natural Bridge.
Ook een schitterende wandeling over granieten rotsen staat op het programma, waarna we lunchen bij de Frenchman Bay.
Dan wordt het tijd om het Historic Whaling Station in de Discovery Bay te bekijken, waar we de rest van de middag doorbrengen.
Vijfentwintig jaar lang zijn hier walvissen gevangen en gedood, vooral voor hun olie. Pas in 1978, na veel demonstraties van Greenpeace en omdat er ondertussen andere grondstoffen beschikbaar kwamen, is er een eind gekomen aan deze slachterij. We mogen rondlopen in en op het schip Cheynes IV, vanwaar op zee heel veel walvissen gedood zijn, zien skeletten van de whales, bekijken de plekken waar de walvissen geslacht werden en in de oude olietanks zijn nu films te zien over de walvisvaart.
Een kwartier voor sluitingstijd lopen we naar het bijbehorende wildlife park waar Cas en Anja weer een nieuw Australisch dier zien: de wombat, een op een beertje lijkende viervoeter die vooral ’s nachts actief is.
Dan gaan we naar het dichtbij gelegen Panaroma Holiday Park waar we weer een prachtige plek krijgen met uitzicht op zee.
Er zwemmen diverse pelikanen rond die uitgebreid gefotografeerd worden.
Al met al was het weer een fantastische, afwisselende dag !
Verslag 25
Gisteren kregen we van de kampeigenaar een tip over een mooi strandje in de buurt: Fischeries Beach dus daar zijn we vanmorgen eerst gaan kijken.
Het blijkt een verborgen juweeltje (hidden gem) en Cas wil er meteen gaan zwemmen.
We zouden eigenlijk boodschappen gaan doen en ik wil naar de kapper dus we besluiten dat Cas en Anja gewoon op het strand blijven en Wim en ik naar Albany rijden om de noodzakelijke dingen te doen.
Tegen tweeën zijn we terug met boodschappen voor vijf dagen en een bijgewerkt kapsel en kunnen we ook gaan genieten van het prachtige witte zandstrand met kristalhelder zeewater.
Nadat we er nog enkele uren doorgebracht hebben rijden we naar camping Panorama die we vanmorgen, op weg naar Albany, al bijgeboekt hebben. We houden uitgebreid happy hour en zijn helemaal uitgerust om morgen verder te gaan met de trip en weer nieuwe dingen te gaan beleven !
Verslag 26
In en rond Albany is van alles te bekijken, wij starten bij de waarheidsgetrouwe replica van de Brig Amity, die in 1826 de eerste kolonisten uit Sydney hierheen bracht.
We dalen af in het schip waar zo’n vijfenveertig mannen in een kleine ruimte, samen met allerlei dieren, ruim zes weken doorgebracht hebben met stormen op zee, weinig vers water en eenzijdig eten.
Rondom het schip bevinden zich diverse gebouwen uit diezelfde tijd, onder andere een school en een gebouw waar nu een museum in gevestigd is waar ook heel interessante documentaire films van vroeger worden afgespeeld.
We gaan even terug naar de huidige tijd om wat kleding (en een hoed voor Cas !) te kopen bij de KMart, waarna we doorrijden naar de Princess Royal Fortress, waar nog allerlei barrakken te zien zijn uit 1891.
Ook is er veel informatie over de eerste en tweede Wereldoorlog te vinden. Veel interessanter zijn echter de twee kanonnen die nog aanwezig zijn om de haven van Albany te beschermen.
Nadat we nog wat modernere wapens bekeken hebben en gestopt zijn bij enkele plekken aan zee, rijden we naar Yoorlarup Napier Creek Rest Area, waar we gratis kunnen overnachten.
Er staat vandaag een harde wind dus een kampplaats aan zee is nu geen optie.
De mannen zijn nog een tijdje bezig met de camper omdat de voorkant een beetje los zit, maar hiervoor hebben we gelukkig geen garage nodig !
Het koelt vanavond snel af, we hebben al gauw de lange broek aan en een dubbel vest, dat wordt vroeg naar bed vandaag !!
Verslag 27
Twintig kilometer van onze overnachtingsplaats bevindt zich het Porongurup N.P. waar je prachtige wandelingen kunt maken. Wij kiezen voor de populaire Castle Rock Granite Sky Walk, een ruim twee kilometer lange trip, categorie vier en vijf, die vrij steil omhoog gaat.
We zijn niet de enigen die op deze zonnige zondagmorgen (12 februari) de weg omhoog lopen, maar het is zeker de moeite waard.
Na ruim twee uur zijn we terug bij Anja, die bij de auto is gebleven, voor haar is de trip te zwaar. We rijden door naar het vijf kilometer verderop gelegen Porongurup Range Tourist Park, eigenlijk hoofdzakelijk omdat we nodig moeten wassen en hier wasmachines zijn.
Alleen hebben ze er weinig waslijnen zodat de mannen een heel netwerk van draden spannen zodat we alles op kunnen hangen. De kampeigenaar komt er zelfs een foto van maken, dit had hij nog nooit gezien !
Tegen de avond koelt het weer snel af en Wim kookt dan ook in de barbecueruimte waar we uit de wind kunnen zitten.
Later verhuizen we naar een binnenruimte om nog een spelletje Mexican Train te spelen !
Verslag 28
Nadat we vanmorgen een korte wandeling hebben gemaakt naar de Tree-in-the-Rock gaan we verder met een rondrit in het Porongurup N.P. om de vele granieten rotsen van alle kanten te kunnen bekijken.
Daarna volgt een rit van ruim veertig kilometer landinwaarts naar Stirling Range N.P., een bergketen met pieken van meer dan duizend meter boven zeeniveau.
Ook hier maken we een rondrit over onverharde wegen, die helaas vaak op een wasbord lijken, maar de trip is er niet minder om.
Tegen half twee komen we aan bij Stirling Range Retreat waar je zowel kunt kamperen als een huisje kunt huren, maar het belangrijkste is wel …. ze hebben een heerlijk, groot, koel zwembad en aangezien de temperatuur vandaag ruim boven de dertig graden ligt is deze pool nu zeer welkom !
We brengen er enkele uren luierend en zwemmend door tot het weer aangenaam is bij onze onderkomens, waar we de rest van de dag en avond verblijven !
(Even dansen op nostalgische country muziek, hoe ouder, hoe gekker !)
Verslag 29
(Deze spin zat vanmorgen in de wasbak op de camping !)
Bluff Knoll, met z’n 1073 meter de hoogste top van Stirling Range N.P., is vanaf een mooi plateau goed te zien evenals de andere bergen behorend bij het park.
Nadat we deze langdurig bekeken hebben rijden we via Amelup, waar we onze tanks weer volgooien, over de Borden-Bremer Bay Road naar de kust om te eindigen bij Cape Riche Campground waar we tegen de middag aankomen en een plek vlakbij zee krijgen.
(Onderweg zien we een grote kudde schapen, ze hebben gelukkig wel water, maar het land is helemaal verdroogd !)
De middag wordt doorgebracht in de schaduw bij de camper en aan zee, waar Wim en Cas nog even voor verkoeling in gaan.
(Vlakbij de kampplaats staat een oude, historische schuur, die in de 19de eeuw gebruikt werd om wol op te slaan en later te verschepen.)
Bij aankomst viel het ons op dat de zandgrond erg zwart was, veroorzaakt door houtskool en, inderdaad, we mogen hier weer een kampvuur maken. Na de maaltijd gaat de vlam er dan ook in en wanneer we ’s nachts naar bed gaan zijn de rollende golven van de zee duidelijk hoorbaar, een heerlijk geluid om bij in slaap te vallen !
Anja heeft oudejaarsavond met een kampvuur, morgen wordt ze 70 jaar jong. proost !!!
Verslag 30
De vlaggetjes en ballonnen van zeventig jaar hingen al te wapperen in de wind toen Anja vanmorgen de tent uitkwam en natuurlijk werd ze toegezongen, een mooi begin van een speciale dag !
We blijven vandaag echter niet bij Cape Riche staan, vanwege de slechte internetverbinding daar, maar verhuizen naar Bremer Bay, dus pakken we onze spullen én vlaggetjes weer in om rond de middag te arriveren bij Bremer Bay Beaches Resort Tourist Park. We bekijken ons plekje even maar vertrekken meteen weer, want op de zeventigste verjaardag van Anja gaan we natuurlijk wel uit eten. Normaal doe je dit ’s avonds maar het enige restaurant hier ligt drie kilometer verderop en taxi’s kennen ze hier niet, dus besluiten we te lunchen in plaats van te dineren. We komen terecht bij een verrassende plek : the Historic Wellstead Museum met een leuk restaurant erbij.
Nadat we hier een prima vismaaltijd genuttigd hebben wandelen we door de verschillende ruimtes behorend bij het museum, waar we weer duidelijk merken dat we ouder worden, vanwege de herkenning van haast “antieke” spullen.
Er staan allerlei soorten voertuigen en gereedschappen, maar ook huishoudelijke artikelen en speelgoed.
Tegen half vier zijn we terug op de camping waar blijkt dat een band van de auto wel erg zacht is. Er zit een grote spijker in, die de mannen eruit halen waarna Wim er een soort stop induwt, voorlopig kunnen we weer rijden.
De vlaggetjes worden weer opgehangen en dan is het tijd voor champagne, die we heerlijk in het zonnetje opdrinken.
(Anja krijgt de hele dag door allerlei mailtjes, appjes en zelfs een telefoontje !)
Het blijkt dat we ook hier weer een kampvuur mogen maken, dus moet er eerst gekloofd worden, want gisteren is al ons hout, wat we nog hadden, opgebrand. Gelukkig verkopen ze dit bij de receptie.
Tegen de avond maak ik, voor het eerst deze trip, tosti’s en natuurlijk moet er ook nog taart gegeten worden, we komen niets te kort hier !
We sluiten de dag af met een lekker warm vuurtje, hopelijk kijkt Anja terug op een heel speciale zeventigste verjaardag !!
Verslag 31
Het koelde gisteravond snel af naar dertien graden, dus een warm kampvuur was zeer welkom !
We hebben vanmorgen diverse punten en strandjes bekeken van Bremer Bay, dat vooral populair is vanwege het vissen, duiken en zonnen.
Je kunt hier ook een boottocht maken op zoek naar orka’s, iets wat wij dus echt niet gaan doen ! Bij de inlet zitten pelikanen te wachten tot er vissers komen om hun vangst schoon te maken.
Je snapt niet dat er bij zo’n gewilde, afgelegen plek als Bremer Bay maar één kleine supermarkt is waar heel weinig vlees en verse waar te krijgen is, we zullen het de aankomende dagen met macaroni en spaghetti moeten doen, wat natuurlijk ook geen probleem is ! We vervolgen onze reis richting Fitzgerald River N.P. en zodra we in het park zijn zien we volop prachtige struiken.
Ook een bobtail loopt over de weg en we willen wel z’n blauwe tong zien dus moeten we hem een beetje plagen !
Helaas is de weg naar onze kampplaats St. Mary’s Inlet niet al te best, tientallen kilometers rijden we over een vreselijk wasbord, alles trilt in en aan de camper, maar bij aankomst is dit snel vergeten: we zien weer een prachtig, verlaten strand en ook is er een mooie inlet.
Wim en ik maken een lange wandeling met de voeten in zee en Cas en Anja luieren heerlijk op het strand.
Ook bij de camper is het goed te houden, we doen weer eens een spelletje en hebben tijd voor een boek.
Tegen de avond krijgen we bezoek van een kangoeroe die totaal niet schuw is, we moeten dus zorgen dat we vannacht het afval goed opruimen, anders treffen we morgenvroeg een grote puinhoop aan !
Verslag 32
Wim heeft vanmorgen eerst wat lucht uit de banden laten lopen, zodat we iets soepeler over het slechte wegdek kunnen rijden.
We hebben heel wat kilometers onverhard op het programma staan, al blijkt later dat er een weg afgesloten is vanwege een brand, een week geleden.
We rijden nu via Raventhorpe en Hopetoun naar onze volgende overnachtingsplaats: Wonjarup Campground in het Fitzgerald River N.P., waar we tegen drieën aankomen.
Weer lukt het ons een leuk plekje te vinden met uitzicht op de Hamersley Inlet, het enige vervelende zijn hier de vele grote steekvliegen, we slaan onszelf regelmatig op de benen en armen !! Anja en Cas zien de eerste leguaan rondlopen, waarvan natuurlijk weer heel wat foto’s worden gemaakt.
Later zien we een slang voorbij schuiven, maar deze is te snel om te vereeuwigen. Na een mooie zonsondergang koelt het snel af en gaan de lange broeken en vesten weer aan.
We mogen hier geen kampvuur maken, maar we zitten natuurlijk wel de hele avond buiten !
Verslag 33
Sinds januari vorig jaar wonen mijn ouders (ondertussen allebei 92 jaar !) in een prima verzorgingstehuis bij Arnhem, waar ze het goed naar de zin hebben. Alleen de laatste paar maanden gaan ze achteruit: ze worden verward en vallen regelmatig, tot nu toe gelukkig zonder blijvende gevolgen. Normaal gesproken gaan we bijna elke week op bezoek, wat nu natuurlijk niet mogelijk is, waar ik me dan ook regelmatig schuldig over voel, maar onze reis met Cas en Anja was al vorig jaar september geboekt toen alles nog prima in orde was. Gelukkig worden we heel goed op de hoogte gehouden van alle “wel en wee” door mijn jongste zus Margriet en hopen we over zo’n zes weken weer gewoon bij ze binnen te kunnen komen lopen, maar elke keer als er weer een bericht binnenkomt schrik je een beetje en hoop je dat het positief nieuws is !
Vanmorgen hebben we eerst nog enkele plekken van het Fitzgerald River N.P. bekeken: Cave Point en Barrens Beach en weer komen we op plaatsen waar verder helemaal niemand is.
In Hopetoun hebben we weer internetverbinding en moeten we eerst een plaats boeken om op onze volgende overnachtingsplek te kunnen gaan staan, wat heel ingewikkeld is, waarschijnlijk blijkt het daarom, bij aankomst, zo rustig te zijn.
Wij hebben echter weer een prima plekje veroverd en staan pal aan zee bij Mason Bay waar we uren op het strand doorbrengen en lekker zwemmen in het heldere water.
Ook mogen we weer een kampvuurtje maken en we hebben voldoende hout, dus het wordt weer een avond met country muziek bij een warm vuurtje en daarna in slaap vallen met het geluid van de ruisende golven !!
Verslag 34
Gisteravond hebben we flink wat hout opgestookt, maar gelukkig hadden we pas nog een zak vol hardhout gekocht en deze is vanmorgen eerst in kleinere stukken gekloofd door de mannen.
(Een oude “rabbit proof fence !)
In tegenstelling tot het prachtige weer van gisteren laat de zon zich vandaag niet zien, ook waait er een flinke wind uit zee. Onze volgende kampplaats (Munglinup Beach), waar we in de loop van de morgen aankomen, is dan ook niet zo geschikt om te verblijven, want hier staan we weer pal aan zee. We rijden verder naar Stokes N.P. waar we heel beschut op Benwenerup Campground kunnen gaan staan.
Het is een mooi park met allerlei soorten struiken en veel verschillende vogels, die constant rondvliegen.
We wandelen naar Stokes Inlet met z’n aparte “paperbark trees” waar net enkele vissers actief zijn en zodoende pelikanen aantrekken die graag een hapje meepikken van het visafval.
’s Middags maken we er echte spelletjesronde van met Carcassonne, Mexican Train en Skipbo en alle vier winnen we een potje.
We mogen hier vanavond helaas geen kampvuur maken, dus bewaren we het hout maar voor een volgende gelegenheid !
Verslag 35
Terwijl we vanmorgen wegreden van de kampplaats zagen we tientallen kangoeroes, ver weg, maar ook dichterbij en zelfs voor de camper springend.
Toen we vorige week in Bremer Bay te maken kregen met een lekke band bij de Nissan zagen we dat die band aan één kant helemaal afgesleten was en dat deze aan vervanging toe is. Vandaag zijn we aangekomen in Esperance, de eerste plek vanaf Bremer Bay waar bedrijven zijn die banden vervangen. Pas bij de vierde zaak hadden ze de banden voor een Nissan (blijkbaar een heel speciaal soort dat weinig voorkomt !), maar deze hebben een iets grotere maat waardoor alle vier de banden vervangen moeten worden.
Tijdens onze vorige trip had Dennis een lekke band (in Fitzroy Crossing) en daar hebben ze toen een andere tweedehands opgelegd, vandaag kwamen we er achter dat deze een fractie groter was dan de andere drie en daardoor de band (die lek was) scheef afgesleten heeft. In ieder geval liggen er nu vier gloednieuwe banden onder de auto waar Anja en Cas in rijden en hopelijk kunnen we daar heel lang mee doen ! Ondertussen hebben we boodschappen gedaan en, voor het eerst deze trip, garnalen gekocht die we bij de Esplanade, onder een afdak, opeten.
Het is vandaag onstuimig weer met af en toe een bui, wat nu niet zoveel uitmaakt voor de zaken die afgehandeld moeten worden. We rijden door naar Cape Le Grand N.P. waar we enkele dagen terug al een plek gereserveerd hebben bij Le Grand Beach Campground en ook hier krijgen we te maken met veel wind, maar we kunnen redelijk beschut staan.
Voor morgen wordt er veertig graden met veel zon voorspeld, iets wat we ons nu niet voor kunnen stellen, we wachten het af !!
Verslag 36
Het heeft vannacht flink geregend en geonweerd, ook stond er zo’n harde wind dat we ’s nachts de luifel nog afgebroken hebben. Maar vanmorgen scheen de zon meteen volop en ook liep de temperatuur snel op, zou de voorspelling van ruim veertig graden dan toch kloppen ! We bekijken verschillende punten in het Cape Le Grand N..P.: Frenchman Peak, Helfire Bay en Thistle Cove met z’n Whistling Rock waar je ook echt het geluid van de zee gereflecteerd hoort door de gebogen rots.
Dan gaan we verder naar Lucky Bay, het bekendste en mooiste plekje van het park, waar we met de auto’s zo het strand op rijden, om er daarna uren door te brengen.
Het kwik loopt snel op naar zevenenveertig graden in de schaduw en we zijn dan ook nog nooit zo vaak de zee in gedoken voor verkoeling als vandaag.
We kunnen onder de luifel in de schaduw zitten maar voelen de hete föhnwind zodra we naar het water lopen.
De mannen hebben nog een tijdje “gesurft” al viel dat niet mee !
Tegen half drie zijn we weer richting Le Grand Beach gereden om vandaar tweeëntwintig kilometer over het strand te rijden naar Wylie Beach, een veel mooiere en kortere route naar Esperance.
Onderweg stoppen we nog een keer om af te koelen in het heldere, verkwikkende water, voorlopig is dit de laatste keer, want morgen gaan we beginnen aan de twaalf honderd kilometer lange route over de Eyre Highway.
In Esperance maken we gebruik van openbare douches om al het zout af te spoelen en vervolgens rijden we nog zo’n negentig kilometer voor we aankomen bij Willoughby’s Spot, een stukje voor het gehucht Salmon Gums.
Ondertussen is het weer helemaal veranderd: donkere wolken pakken zich samen en regelmatig zien we een bliksemschicht. Het lijkt wel of de onweersbuien van drie kanten tegelijk komen en terwijl we noordelijk rijden richting Norseman blijft het onbestendige weer in de buurt.
We kunnen nog net droog onze spullen opzetten voor het onweer in alle hevigheid losbarst, er volgt zelfs een blikseminslag op nog geen twee meter afstand met tegelijkertijd een enorme knal, we schrikken ons kapot.
Gelukkig loopt het goed af en zitten we even later aan een wijntje na te genieten van deze prachtige, hete dag !
Verslag 37
We moesten vanmorgen alles nat inpakken, het heeft afgelopen nacht regelmatig geregend en ook het onweer kwam weer terug. Zelfs vanmorgen viel er nog een enkel buitje maar bij het ontbijt was het droog.
Na honderd kilometer rijden komen we in Norseman, de laatste plaats voor we aan de Eyre Highway, beter bekend als de “Nullarbor” beginnen, waar twaalf honderd kilometer lang geen enkel dorpje of afslag te zien is, alleen maar om de ruim honderd kilometer een roadhouse waar je kunt tanken, eten en naar het toilet kan. Wel zijn er wat dingen te bekijken onderweg: al vrij snel stoppen we bij Buldarra Rocks, waar diepe gaten in de rotsen zitten die de Aboriginals vroeger gebruikten als wateropslagplaats.
Ook stoppen we even bij een “old telegraph station” en even later bij het bord: 90 mile straight, waar Cas en ik het stuur over nemen, zodat Wim en Anja even de ogen dicht kunnen doen.
Maar voor die tijd hebben we getankt bij Balladonia Roadhouse en binnen een “hamburger with a lot” gegeten (een broodje met hierop hamburger, gebakken ei, ananas, sla, bietjes, tomaat, spek, ui en augurk), buiten was het inmiddels weer veertig graden dus niet aangenaam om daar te lunchen.
Natuurlijk zien we weer heel wat roadtrains die de lange afstand afleggen !
Tegen vieren stoppen we bij Caiguna Blowhole, een plek in de bush waar je kunt overnachten, en bouwen daar ons “kampje” weer op. Totaal hebben we vierhonderd zeventig kilometer gereden, nog ruim acht honderd dertig kilometer te gaan.
Weer begint het tegen de avond te regenen en zie je het flitsen, waarschijnlijk moeten we morgenvroeg alles weer nat inpakken !!
Verslag 38
(Dit is de blowhole waar de kampplaats naar genoemd is !)
We gaan weer verder over de “Nullarbor” waar het tegenwoordig aardig druk is: toen we zo’n twintig jaar terug voor het eerst hier overheen reden zagen we ongeveer om de tien minuten een auto of roadtrain voorbij komen, nu lijkt het op een gewone highway en zie je minstens elke minuut een voertuig rijden. Al vrij snel nemen we een afslag naar Murra-El-Evelyn Cave, zo’n tien kilometer westelijk van Cocklebiddy Roadhouse, waar je ineens een groot gat ziet in de verder vlakke omgeving, mooi om te zien.
Een eind verderop bij Madura kijken we uit op de oneindige vlakte van de werkelijke Nullarbor, wat “geen bomen” betekent.
Een klein stukje verder nemen we weer een afslag naar de Madura Caves, waar we na ruim tien kilometer rijden, en even zoeken, aankomen !
Het blijkt een prachtige grot te zijn waar we in kunnen lopen, ook is het er gelijk een stuk koeler.
Binnen bevinden zich diverse karkassen van kangoeroes die er duidelijk al lange tijd liggen.
Nadat we geluncht hebben (niet in de grot !) bij ruim vijfendertig graden gaan we weer door richting Eucla, waar de auto’s weer bijgetankt worden, de Nissan stond al op reserve, waarschijnlijk omdat de airco veel aangestaan heeft en daardoor veel meer verbruikt.
Bij Eucla kun je weer een zijweg nemen naar een oud telegraaf station, ook is hier een kampplaats bij.
Het is inmiddels ruim vier uur en vinden het lang genoeg voor vandaag, dus zetten we hier onze auto’s neer.
Weer staan we helemaal alleen, dit keer echter wel in de “bulldust” wat inhoudt dat onze voeten er niet al te schoon uitzien !!
Verslag 39
Net als de afgelopen dagen zijn er geen voorzieningen bij onze overnachtingsplaats, dus moeten we zelf een gat graven om onze “behoefte” te kunnen doen !
We zaten afgelopen nacht dicht bij de grens met Zuid Australië en zodra we daar zijn moeten we de klok tweeënhalf uur vooruit zetten, het tijdsverschil met Holland is nu negen en een half uur ! Ook is de ochtend al grotendeels voorbij zonder dat we veel gereden hebben. Natuurlijk gaan we op de foto met de grote kangoeroe, zoals iedereen die hier langs komt en ook het bord met alle afstanden erop staat weer op de plaat.
Daarna stoppen we enkele keren om de prachtige ruige kust te zien van de Great Australian Bight.
Twee kilometer landinwaarts van de highway bevindt zich een heel groot gat: Clay Dam Cave, zonder hek eromheen of een enkele waarschuwing, als je hier invalt kom je er niet levend uit !
Na een lang eind rijden draaien we nog een keer de snelweg af om een “wombat motel” te bekijken: er zitten een heleboel gangen onder de grond waar wombats leven, helaas zien we er nu geen één, omdat ze meestal ’s nachts actief zijn.
Na totaal ruim vier honderd kilometer rijden stoppen we tegen half zeven (vier uur oude tijd) bij een kampplek zestien kilometer voor Penong om te overnachten.
Pas rond negenen zitten we, na een laat happy hour, aan de avondmaaltijd, de nieuwe tijd is nog even wennen !
Verslag 40
We waren vanmorgen maar een half uurtje later wakker dan normaal en dat met twee en een half uur tijdsverschil ! In tegenstelling tot gisteren schijnt de zon meteen volop waardoor alles er vriendelijker uitziet.
Na tachtig kilometer rijden moeten we, net voor Ceduna, bij het quarantaine checkpoint onze koelkast openen voor controle, je mag namelijk geen groente of fruit mee de grens over nemen.
Wij vinden dit nog steeds een onzinnig iets maar hebben wel gezorgd dat alles voor dit punt opgegeten is.
In Ceduna doen we weer uitgebreid boodschappen en boeken daarna een plaats bij Ceduna Foreshore Caravan Park, waar we een prachtig plekje krijgen op GRAS, dat is lang geleden !
Ook is het alweer twee weken terug dat we wasmachines gezien hebben en de auto’s kunnen wel een beurt gebruiken, zowel binnen als buiten.
We zijn dus allemaal uren bezig met poetsen en wassen en er gaan heel wat bakken met donker rood water in de afvoerput.
Natuurlijk benutten we ook de douches en de elektriciteit van de camping en Cas gaat nog even het verwarmde zwembad in ! Tegen de avond genieten we van een uitgebreide, door Wim gemaakte, visschotel en nadien zien we nog een mooie zonsondergang.
Het was een nuttige, aangename dag, we kunnen nu weer een tijdje primitief gaan kamperen !!
Verslag 41
Nadat we kort gestopt zijn bij de jetty van Smoky Bay rijden we verder naar Perlubie Beach, een plek waar we heel leuke herinneringen aan hebben en nog een keer willen gaan staan. Helaas is er wel wat veranderd: was het voorheen wie het eerst komt heeft de beste plek, nu moet je van te voren “online” reserveren en alles was al volgeboekt tot half maart. Wél is de rieten overkapping, die er al jaren staat, nu alleen bedoeld voor dagrecreatie dus daar hebben we dankbaar gebruik van gemaakt.
Het is eb als we tegen elven aankomen en we lopen eerst naar enkele grotten, uitgesleten door het water.
Wim en ik maken een lange wandeling door het ondiepe water naar een groep zandduinen, al staat er tegenwoordig dat je er niet meer op mag klimmen, wat we natuurlijk wel doen.
Na de lunch lopen Anja en Cas ook langs en door zee en al schelpen zoekend zijn ze verder gelopen dan dat ze erg in hadden, de weg terug is dan ook langer als verwacht.
Inmiddels begint het vloed te worden en rijden we de auto’s iets hogerop, het water loopt haast onder de overkapping.
Natuurlijk gaat Cas nog even zwemmen in het vrij warme zeewater.
Even later steekt de wind ineens op en besluiten we te vertrekken, we rijden zo’n twintig kilometer noordelijk om uit te komen bij Haslam Campground, een simpele plek mét toilet, dicht bij zee. En ook hier is weer een jetty !
Na het eten zijn we nog even sportief bezig, goed voor de spijsvertering !
Verslag 42
We hebben vandaag een leuke, afwisselende dag gehad. Als eerste zijn we op zoek gegaan naar de replica van een haai, die in 1990 in Streaky Bay gevangen is: vijf meter lang met een gewicht van ruim vijftien honderd kilo. We vinden deze namaak haai binnen bij het Shell pompstation !
Dan beginnen we aan de Cape Bauer rondrit die vrij saai start maar toch aardig spectaculair wordt bij de lookout en later bij de Whistling Rocks.
De Blowholes zijn blijkbaar te ver landinwaarts, daar komt al lange tijd geen zeewater meer door omhoog.
Daarna rijden we naar de Yanerbie Sandhills, prachtige, bijna witte, duinen waar je op kunt klimmen.
Ook Anja komt helemaal boven en is verrast door het uitzicht, het lijkt wel op de Sahara.
Na de lunch gaan we naar Point Labatt in het gelijknamige Conservation Park, waar je zeeleeuwen kunt spotten vanaf een platform en we zien er tientallen die we langdurig observeren, zowel met als zonder verrekijker.
Het was de bedoeling om aan een soort binnenmeer te overnachten, maar net als gisteren waait het zo hard dat we besluiten verder landinwaarts te gaan.
Onderweg stoppen we nog even bij Calca, een voormalig plaatsje, waar alleen nog een kerk en een onbewoond huis te zien zijn,
waarna we doorrijden naar Murphy’s Haystacks, heel aparte rotsen die zo omhoog lijken te steken uit het verder vlakke landschap.
Je mag hier ook kamperen, dus zetten we hier onze auto’s neer, waarna we de “hooibergen” uitgebreid bekijken en fotograferen.
Nadien genieten we nog lange tijd, in de zon, van deze prachtige dag !
Verslag 43
Vanaf Murphy’s Haystacks rijden we vanmorgen (28 februari) naar de pier van Venus Bay waar druk gevist wordt.
Er zijn net enkele vissers hun vangst aan het schoonmaken en natuurlijk komen daar weer heel wat pelikanen op af wetend dat ze zonder moeite hun maaltje binnen krijgen.
Ook de grillige kust rond de vissersplaats is prachtig om te zien en nadat we hier diverse keren gestopt zijn rijden we verder naar Talia waar alweer enkele natuurlijke pareltjes te aanschouwen zijn.
De Woolshed Cave trekt tegenwoordig aardig wat bezoekers maar bij the Tub zijn we de enigen die er rondwandelen.
’s Middags gaan we het binnenland in richting Gawler Ranges N.P. en omdat we de aankomende dagen alleen maar over onverharde wegen rijden laat Wim wat lucht uit de banden ontsnappen zodat we wat meer grip op de weg hebben.
Tegen vieren komen we aan bij Pildappa Rock, een grote granieten rots waar we op kunnen klimmen, al valt dat soms niet mee !
Er staat nog steeds een harde wind die vooral merkbaar is bovenop de rots, ook zorgen we ervoor dat we met de camper beschut kunnen zitten: overdag is het zo’n dertig graden, maar ’s avonds koelt het snel af naar rond de tien !
Helaas krijgen we hier ook weer te maken met vliegen en die zullen we de komende dagen wel veelvuldig zien !!
Verslag 44
We hebben de gehele dag doorgebracht in het Gawler Ranges N.P. en ook nu verblijven we er nog. Het is ontzettend rustig in het park, we hebben slechts twee andere auto’s gezien. Wél is er veel “wildlife”: regelmatig zien we een kangoeroe verbaasd opkijken en wegspringen en ook de emoes zijn in grote getale aanwezig. Een groep blijft zelfs voor de auto staan zo van: het is óns park !
(We zijn echt aan het game-driven vandaag !)
We starten met een wandeling naar de Organ Pipes, heel aparte rotsformaties die een beetje lijken op pijpen van een kerkorgel.
Daarna rijden we naar de Stone Dam, gebouwd begin 1900 door de eerste bewoners die wanhopig op zoek waren naar water en door middel van een dam probeerden regenwater op te vangen.
Ook stoppen we bij Old Paney, een gerestaureerd huis van de pioniers die hier schapen hielden. Zelfs de hokken van de honden, die de schapen bijeen moesten houden, zijn nog te bekijken.
Ondertussen genieten we van de schitterende omgeving terwijl we door het park rijden.
Tegen drieën zijn we bij de Kolay Mirica Falls waar weer de aparte achthoekige rotsen te bewonderen zijn, het is hier echter al lange tijd droog dus er valt geen water langs de rotsen.
Dan gaan we naar Chillunie Campground waar we nu, weer als enigen, midden in de prachtige natuur staan.
Wat heeft Australië toch veel te bieden !
Verslag 45
Vandaag (2 maart) is Marcel, onze oudste zoon, veertig jaar geworden, helaas zijn we niet aanwezig bij deze mijlpaal. Gelukkig is hij het, net als Dennis, inmiddels wel gewend dat we vaak verjaardagen niet op de dag zelf vieren. Wél zorgen we er altijd voor dat we contact hebben op zo’n dag. Nu verblijven we al twee dagen in het binnenland zonder internet bereik (ook de laatste twee verslagen staan nog op de laptop, klaar voor verzending !) maar we hebben al een filmpje opgenomen en een berichtje klaarstaan, dus zodra er even internetverbinding is komt de felicitatie binnen. Aan de oostkant van het Gawler Ranges N.P. bevindt zich de “Paney Old Shearing Shed”, een plek waar vroeger de schapen geschoren werden en hier moet Telstra Reception zijn, maar helaas blijkt deze onvoldoende om iets te ontvangen of te versturen.
Nadat we de gerestaureerde schuur van binnen en buiten bekeken hebben verlaten we het Nationale Park, al blijven we wel in het gebied Gawler Ranges.
We rijden richting het zoutmeer Lake Gairdner een rit die enkele uren in beslag neemt. Onderweg zien we, behalve emoes en kangoeroes, ook schapen en bokken lopen.
We lunchen bij de Pondanna Ruïns, waar nog enkele restanten van huizen uit lang vervlogen tijden te zien zijn.
Nog een stukje noordelijker zien we in de verte de eerste zoutcontouren en eenmaal aangekomen bij de lookout, vlakbij Waltumba Camping Area, strekt zich voor ons een immense witte zoutvlakte uit.
Het lijkt net of je op ijs loopt wanneer je over het krakende zout wandelt, maar er zijn ook tijden dat het Gairdner Lake door regen verandert in een “gewoon” meer, zoals afgelopen winter.
We moeten een stukje terug rijden naar onze overnachtingsplaats Mount Ive Station, een nog actieve schapenfarm en tevens kampplaats, waar we internet hebben !!
Dus tegen half vijf (in Nederland zeven uur ’s morgens !) bellen we Marcel wakker om hem te feliciteren, het is ons toch weer gelukt !!
Verslag 46
(Weer konden we vanmorgen starten met een ontbijt in de zon !)
Vlakbij de ingang van Mount Ive Station ligt een “submarine”, het is een natuurlijk geen echte, maar geinig om te zien.
We leggen nog zo’n honderd en twintig kilometer af over onverharde wegen richting Iron Knob, regelmatig over een “grid” rijdend, een rooster met omheining eraan vast dat het ene stuk grond met vee van de andere scheidt, zodat de dieren niet weglopen.
Onderweg zien we weer schapen en geiten die hard wegrennen als ze ons horen aankomen. Ook zien we, in the middle of nowhere, een vliegtuig van the Flying Doctors staan, zonder nederzettingen in de omgeving.
In Iron Knob, een plaatsje met zo’n honderd inwoners dat z’n glorie tijd gehad heeft, doet Wim, bij een verlaten pompstation, weer lucht in de banden, omdat we vanaf hier voorlopig weer over asfalt rijden.
Dan gaan we richting Port Augusta waar we bij de Royal Flying Doctor Service hopen op een rondleiding, maar helaas is deze sinds Coronatijd afgelast en nog niet opnieuw opgestart.
Bij de Water Tower Lookout in Port Augusta stoppen we voor de lunch waarna we de toren beklimmen voor een mooi uitzicht over de stad.
Dan is het tijd om onze voorraden weer aan te vullen: gas, water, brandstof en levensmiddelen en nadat we van alles voorzien zijn rijden we nog een klein stukje naar onze volgende overnachtingsplek Pichi Richi, vlakbij de plaats Quorn.
Het is al ruim vijf uur en nog altijd rond de dertig graden wanneer we daar aankomen, tijd voor een koud biertje !
Voor de komende dagen wordt er ook warm weer voorspeld, gelukkig houden we alle vier meer van heet dan van koud weer !!
Verslag 47
Het is vandaag zeven jaar geleden dat Wim en ik opa en oma werden van Stijn en Ruben. Toen ze vier werden hebben we dat met z’n allen gevierd in Australië op Kangaroo Island en met de verjaardag van vijf en zes jaar waren we allemaal gewoon thuis. Dit keer zitten we dus aan de andere kant van de wereld en moeten we het doen met felicitaties via een filmpje. Tegen de tijd dat zij wakker worden hebben wij geen internetbereik meer omdat we te ver afgelegen zitten. Wij starten de dag in Quorn bij het Flinders
Range visitor centre waar ze voor ons diverse kampplaatsen boeken in het Nationale Park. Tegenwoordig moet alles online, maar in het park heb je geen internetverbinding dus moet het voor die tijd al geregeld zijn, heel omslachtig allemaal.
Ook kun je hier het oude Pichi Richi treinstation bekijken waar tot 1956 de Ghan aankwam.
Richting Flinders Ranges stoppen we bij de Kanyaka waterhole en Death Rock en even later bij de ruïnes van de oude Kanyaka Homestead, allemaal heel interessant om te zien.
Nadat we bij Hawker in de schaduw geluncht hebben nemen we, na ruim twintig kilometer rijden, de mooie Moralana Scenic Drive richting het Nationale Park.
We overnachten bij Edeowie Campsite, een voormalige schapenfarm tegen de heuvels van Wilpina Pound aan gelegen. We bekijken hier de oude stallen en Anja probeert de schaapscheerderschaar uit bij Cas, die het als een “mak schaap” ondergaat !!
Nadat we ook hier ruïnes bekeken hebben rijden we naar onze kampsite (Glenora) vanwaar we een prachtig uitzicht hebben over de Flinders Ranges.
De temperatuur loopt vandaag op tot boven de vijfendertig graden dus zoeken we de schaduw op en helaas zijn er veel vervelende vliegen, die gelukkig verdwijnen zodra het donker wordt.
Ook ’s avonds koelt het maar langzaam af, maar omdat we hier een kampvuur mogen maken gaan er toch wat blokken hout in de bak, al is het maar voor de sfeer !
Verslag 48
Na een heel leuk verblijf bij Edeowie Station, waar we de enige kampeerders waren, gaan we nu het Nationale Park Ikara-Flinders Ranges in waar we eerst stoppen bij een mooi uitkijkpunt voor we beginnen aan de Branchina Gorge scenic drive: een twintig kilometer lange rit dwars door de bergen waar we regelmatig stilstaan om de schitterende omgeving in ons op te nemen.
Opeens zie ik een rock-wallabie springend op de rotsen, het is een prachtig dier met een lange staart waarvan de kleuren opgaan in de natuur.
Het blijken er zelfs twee te zijn, maar door de schutkleuren vallen ze haast niet op
Ook zien we onderweg nog een paar emoes en zelfs enkele schapen die het wel erg warm zullen hebben met hun dikke vacht.
Tegen de middag zijn we bij de Aroona Ruins, in de 19de-eeuw een schapenfarm, hier ontstaan vanwege een natuurlijke waterbron die hard nodig was om te kunnen bestaan.
Dan rijden we door naar onze overnachtingsplek: Koolamon, waar weer verder niemand staat. Het is inmiddels ruim vijfendertig graden dus we besluiten er een relaxte middag van te maken en alle vier zitten we met een spannend boek in de schaduw te lezen ! Wel is de wind erg wisselend vandaag: af en toe hebben we te maken met een ware zandstorm en even later is het windstil en komen de vliegen met bosjes op ons af!
Weer zitten we tot bedtijd in hemdje en korte broek buiten,we mogen hier geen kampvuur maken, dat is met deze draaiende winden en hoge temperatuur veel te gevaarlijk, maar die hebben we nu ook echt niet nodig !!
Verslag 49
Het onbestendige weer van gisteren is verleden tijd, vandaag hebben we geen rare hete windstoten uit allerlei richtingen vergezeld door opwaaiend zand en de temperatuur is terug naar een aangename zevenentwintig graden. We gaan eerst op weg naar de Wilkawillina Gorge en de weg ernaartoe en weer terug is interessanter dan de kloof waar we slechts een klein stukje in wandelen.
Er zitten heel slechte stukken weg tussen waar goede stuurmanskunst voor nodig is, iets wat Wim en Anja allebei goed kunnen.
Omdat het zo rustig is in het park zien we vrij veel emoes en kangoeroes die opschrikken wanneer ze ons horen aankomen.
Tegen de middag rijden we naar de Appeallina Ruins, hier zijn de restanten van een homestead uit 1856 te zien en ook spotten we hier een bobtail lizzard.
Bij de Stones Hill Lookout hebben we, behalve een mooi uitzicht, ook internetverbinding zodat we het verslag kunnen verzenden en alle mails en app-jes op kunnen halen. Zo ben ik weer op de hoogte van het welzijn van mijn ouders, waar het weer even wat minder mee ging, en zien we de foto’s van de verjaardag van de tweeling.
Nadien hebben we nog een lange mooie rit voor de boeg, de Bunyeroo Scenic Drive die weer heel afwisselend is.
Pas tegen vijven komen we aan bij Trezona Campground en zelfs daar blijven we actief: de mannen moeten weer gekortwiekt worden en daarna wordt onze buitendouche gebruikt om al het stof af te spoelen.
Ook moet er natuurlijk nog gekookt worden, gegeten, afgewassen en het verslag gemaakt en pas daarna kunnen we relaxen…… reizen is best vermoeiend !!!
Verslag 50
We zijn vandaag voor het laatst in het Ikara-Flinders Ranges N.P. zoals het tegenwoordig heet. De Aboriginals krijgen steeds meer invloed, wat we ook merken wanneer we de Sacred Canyon willen bekijken: in het verleden konden we daar zo naartoe rijden en vanaf de parkeerplaats heen wandelen, nu moet je elf (!!) kilometer lopen óf met een gids naar de plek waarvoor je vijfennegentig dollar per persoon betaalt ! Nou, zó bijzonder is die “heilige” plek van hun nu ook weer niet !
Wij gaan eerst naar de Wood Duck Dam, een meertje waar de dieren naartoe komen om te drinken en inderdaad zien we er enkele kangoeroes en emoes.
Vervolgens maken we enkele foto’s bij de Cazneaux Tree, een apart staande boom die in 1941 al gefotografeerd werd en waar een poëtische tekst bij hoort.
Rond de middag komen we aan bij het centrale deel van het park: Wilpena Pound met een visitor centre, een benzinestation, een winkeltje en luxe kampplaats. Hiervandaan kun je ook wandelen en met z’n drieën, Anja blijft bij de auto, maken we een ruim zeven kilometer lange wandeling naar een punt uitkijkend op Wilpena Pound, het hart van Flinders Ranges.
Na ruim twee uur lopen zijn we terug waarna we nog even stoppen bij een oude “homestead”.
Vier dagen terug hadden we in Quorn onze overnachtingplaatsen al geboekt dus rijden we nog een keer een stuk van de prachtige Bunyeroo Scenic Drive om tegen vieren uit te komen bij Acraman Campground, weer een prachtige plek midden in de natuur. Nog steeds hebben we prima weer en zitten we tot bedtijd buiten, iets wat in Holland ondenkbaar is, daar sneeuwt het nu !
Verslag 51
Voor we, na drie dagen, het park verlaten maken we nog een prachtige rit door Flinders Range.
Onderweg zien we ineens enkele grote roofvogels die ik helaas niet helemaal scherp op de foto krijg !
We stoppen nog even bij de parkeerplaats van Arkoroo Rock, hier zijn Aboriginal tekeningen te zien, maar je moet eerst ruim een uur lopen voor je bij die rots bent. Wim maakt wel een foto van de afbeelding, die “kinderkrabbels” zijn geen lange wandeling waard (vinden wij !).
In Hawker vullen we onze water- en dieseltank weer waarna we richting Clare rijden. In het gehucht Cradock stoppen omdat Cas een nieuwe hoed nodig heeft, Anja vindt zijn rieten hoofddeksel niet mooi !
In Hammond, een soort “ghost town”, houden we middagpauze, al moeten we nu uit de wind gaan zitten, het is vandaag beduidend minder warm.
Via het leuke plaatsje Melrose rijden we naar Gladstone waar een oude gevangenis moet zijn, helaas is deze niet meer te bekijken en zien we alleen de buitenkant.
Daarna wordt het zoeken naar een overnachtingsplaats waar we uit de wind kunnen zitten én pinnen in de grond kunnen slaan om een soort “voortent” op te bouwen. Dit lukt bij het plaatsje Guinare waar je bij een voormalig sportveld kunt gaan staan. Er zijn hier toiletten, prullenbakken, drinkwater en zelfs douches, wat een service ! Sinds lange tijd gaan de lange broeken weer aan, maar we weten al dat het de komende dagen weer flink warmer gaat worden !
Verslag 52
Het was vandaag echt een “werkdag”: we zijn gestart bij de carwash in de plaats Clare waar beide auto’s een flinke wasbeurt krijgen. Je ziet het roodbruine zand vermengd met water als bruine modder langs de auto’s lopen, maar nadien zien ze er weer blinkend uit. Ook de binnenkant wordt onder handen genomen met een grote stofzuiger.
Nadat we weer voor vijf dagen levensmiddelen ingeslagen hebben gaan we naar een Discovery Park, voornamelijk vanwege de wasmachines want het is alweer bijna twee weken geleden dat we deze gebruikt hebben. Maar op de camping wordt er verder geklust: de achterkant van de Nissan zit weer los en ook moeten er enkele krassen weggewerkt worden.
We zijn alle vier uren bezig met poetsen en pas tegen vijven hebben we tijd voor een hapje en een drankje !
Voor het eten staat vandaag vis op het programma en omdat alles net weer helemaal “zuiver” is gebruiken we de barbecue van de camping waar we enkele uren gezellig doorbrengen.
Inmiddels is het half tien en nog maar veertien graden en trekken we ons terug in onze “voortent”. De aankomende dagen gaat het trouwens moeilijk worden om een kampplaats te vinden, je hebt hier “Adelaide cup”, wat inhoudt dat iedereen op maandag vrij is en de Australiërs trekken er dan massaal op uit ! ………Maar er zal vast wel ergens een plekje zijn waar wij kunnen overnachten !
Verslag 53
De plaats Clare, waar we overnacht hebben ligt middenin een wijngebied: de Clare Valley, maar we hebben dit keer geen enkele wijnproeverij gedaan. Wél zijn we vanmorgen naar Sevenhill gereden waar zich de oudste wijngaard van de omgeving bevindt, al in 1851 opgezet door Oostenrijkse jezuïeten, in eerste instantie om miswijn te produceren, maar er wordt ook nog altijd prima tafelwijn gemaakt.
We mogen rondlopen door de wijngaarden met z’n grillige druivenstokken en er zijn enkele oude gebouwen te zien, vooral de St.Aloysius’ Church (1875) met z’n crypte, waar tweeënveertig jezuïeten hun laatste rustplaats hebben, is heel bijzonder.
We rijden door naar het historische stadje Mintaro waar veel gebouwen getooid zijn met het leisteen dat meer dan honderd vijftig jaar lang in de streek gedolven werd.
Dan gaan we verder naar Burra, een plek waar in 1845 koper werd gevonden en vijf jaar later de grootste mijn van Australië ontstond. Het is nu een State Heritage Area en je kunt er een rondrit maken langs allemaal historische gebouwen en natuurlijk de groeve van de voormalige kopermijn bekijken.
Ook het oude treinstation is een bezoekje waard.
Dan rijden we naar onze overnachtingsplek, waar we niet te laat aan willen komen vanwege het lange vrije weekend. We vinden een prachtige plek bij Worlds End Reserve tussen heel grote, oude gumtrees.
Er stroomt een heel smal riviertje waardoor er veel vogels te zien zijn en we kunnen heerlijk in de schaduw van de bomen zitten.
In de loop van de middag komen er verschillende caravans en campers om te overnachten maar er is ruimte genoeg en ze komen niet bij ons in de buurt, hopelijk vinden we zaterdag en zondag ook zo’n mooie slaapplek !
(Wim heeft ons weer verrast met een heerlijke maaltijd, dit keer gevulde paprika met kip !)
Verslag 54
Vanmorgen hebben we ons prachtige plekje bij Worlds End Reserve weer verlaten, eigenlijk hadden we nog een dag moeten blijven staan, zo mooi was het, maar we zijn nu eenmaal nieuwsgierig naar wat er nog meer te zien is ! Eerst rijden we naar Redbanks Conservation Park, het is er nu erg droog maar je kunt zien wat een kolkende rivier kan doen met de omgeving.
Dan gaan we naar Morgan een historisch plaatsje aan de Murray River, de langste rivier van Australië met een totale lengte van over de vijfentwintig honderd kilometer, stromend door drie staten: Victoria, New South Wales en South Australia.
Bij het informatiecentrum in Morgan krijgen we te horen dat de Murray ruim een maand lang buiten z’n oevers is getreden door de vele regen in Victoria en pas sinds drie weken is het water aan het zakken, waardoor veel kampeerplekken aan de rivier helaas nog steeds onbereikbaar zijn. We lunchen aan de Murray maar het ruikt er niet al te fris: er liggen diverse dooie vissen op de grond die nog niet opgeruimd zijn.
Het wordt echt zoeken naar een overnachtingsplaats: we zien een plekje zonder schaduw mét stinkende vissen en bij een leuke stek waar net een scoutingskamp actief is, moeten we weer vertrekken omdat alles volgeboekt is.
Pas tegen half zes komen we, na twee keer met een (gratis) pont de rivier overgestoken te zijn, uit bij Tenbury Hunter Reserve, vlakbij de plaats Swan Reach.
Hier staan we nu op een gratis plek, pal aan de rivier, maar wel tussen andere kampeerders in, zonder voorzieningen en in de wind…….morgen gaan we toch weer op zoek naar een ander plekje !!
Verslag 55
We zijn vandaag (zondag 12 maart) verder langs de Murray gereden in zuidelijke richting. Onderweg zien we regelmatig de gevolgen van het hoge water: huizen die onder water hebben gestaan en waarvan de huisraad kapot buiten staat, nog stukken ondergelopen grond en zelfs boten die het wassende en weer dalende water niet hebben overleefd.
We voelen ons af en toe net “ramptoeristen”, maar we zijn tevens op zoek naar een plek waar we leuk aan de rivier kunnen staan.
Bij de plaats Mannum zien we, wanneer we de raderboot de “Murray Princess” op de foto zetten, dat er aan de overkant van de rivier gekampeerd wordt.
Dus nemen we nog maar een keer een veerpont en staan even later prachtig aan het water met uitzicht op de plaats Mannum. Eigenlijk is de kampplaats (Bolto Reserve) nog gesloten maar er staan al meerdere campers en tenten, alleen het toiletblok is nog niet te gebruiken !
Er is hier van alles te zien: er wordt volop gevist, de kaketoes vliegen in grote getale krijsend over of strijken neer in een grote boom en ook op het water komt van alles voorbij !
We kunnen lange tijd in de zon en uit de wind zitten en tegen de avond gaat, voor het eerst deze trip, de houtskoolbarbecue aan. Misschien gaat er later nog wel een stukje hout op, want het koelt wel weer af naar zo’n tien graden !
Verslag 56
(We hebben gisteravond, na de barbecuemaaltijd, nog lange tijd bij het kampvuur gezeten !)
We hadden gehoopt nog wat meer dagen aan de Murray door te kunnen brengen, maar het zuidelijkste stuk van de rivier heeft weinig plekken om te overnachten en is niet zo interessant. In het verleden hebben we al zoveel prachtige plaatsen gehad aan de Murray, maar deze waren allemaal veel noordelijker. We rijden naar Murray Bridge, daar aangekomen blijkt deze plaats weinig charme te hebben en besluiten we door te rijden naar Lake Alexandrina.
Onderweg stoppen we nog even bij het Port Milang Historic Railway Museum dat alleen van de buitenkant te bekijken is.
Dan gaan we verder langs het meer richting Point Sturt waar je gratis kunt overnachten met uitzicht op het water, we hebben zelfs gras onder onze voeten !
Hier brengen we de middag door in het zonnetje, maar tegen de avond koelt het flink af. Helaas mogen we hier geen kampvuur maken, dus wordt het lange broek aan met twee vesten ! Omdat we ruim tien dagen ingelopen zijn op ons reisschema gaan we als “extraatje” naar Kangaroo Island, waar we waarschijnlijk morgen al aankomen !
Verslag 57
Vanmorgen zijn we eerst naar Goolwa gereden waar een oude “paddle steamer” moet liggen, bij aankomst is de kade echter leeg en bij navraag blijkt de boot enkele maanden terug tegen de brug aangevaren te zijn en nu ergens in een dok voor reparatie ligt.
We gaan verder naar Victor Harbor, waar we in 2020 ook geweest zijn, je kunt er met een paardentram naar Granite Island en ook vandaag loopt er weer een paard voor de oude tram volgeladen met toeristen.
Bij een Woolworths supermarkt slaan we uitgebreid boodschappen in voor Kangaroo Island, want daar is weinig te koop, waarna we de laatste zestig kilometer afleggen naar Cape Jervis vanwaar de boot vertrekt richting het eiland.
(Apart transport: een trein op een vrachtwagen !)
Daar aangekomen staat er een lange rij auto’s geparkeerd voor de overtocht en wacht ons een grote teleurstelling: de eerste acht dagen is de boot helemaal volgeboekt !! We zijn hier drie keer eerder geweest en konden altijd zo meevaren, nu staat ons niet anders te doen dan om te keren, Kangaroo Island kunnen we wel vergeten. We rijden naar de twintig kilometer verderop gelegen kampplaats Rapid Bay, waar het ook erg vol staat. Heel vreemd, het lange weekend en de schoolvakanties zijn voorbij, maar het blijft gewoon overal druk.
We staan aan zee en Cas gaat nog even het water in, Wim en ik maken een wandeling naar een grot, waarna ik een nieuwe planning maak voor de komende twee weken.
We zullen ons best vermaken, er is nog zoveel te zien in Australië !
Verslag 58
We hebben vandaag ruim twee honderd twintig kilometer afgelegd: eerst hebben we het schiereiland Fleurieu, vanwaar je naar Kangaroo Island gaat, verlaten en via Wellington, waar we nog een keer met een pont over de Murray gaan, zijn we richting Meningie gereden.
We passeren weer het grote Lake Alexandrina, waar we twee dagen terug aan gekampeerd hebben en stoppen onderweg bij een van de vele zoutmeren.
Dan rijden we naar Coorong N.P. , een smalle strook land met kleine meren, gescheiden van de Southern Ocean door zandduinen.
Bij Parnka Point (Pelican) Campground boeken we ter plekke een plaats en zetten daar onze “huisjes” neer, met uitzicht op het water.
We zien heel veel pelikanen overvliegen en horen duidelijk het ruisen van de zee, maar kunnen deze niet zien.
We relaxen met een mooi boek en doen weer eens een spelletje Carcassonne bij een prima temperatuur.
Wanneer de zon ondergaat kan gelijk de lange broek en het vest weer aan, niet alleen omdat het snel koeler wordt, maar er zitten hier veel vervelende midgees en muggen !
Verslag 59
We gaan de laatste twee weken van onze reis een beetje de trip volgen die we drie jaar terug met Marcel, Marieke en de jongens hebben gemaakt, maar dan in omgekeerde volgorde. Afgelopen nacht stonden we al op dezelfde plek en ook vandaag, wanneer we verder door de Coorong rijden stoppen we nog even bij een bekende overnachtingsplaats.
En terwijl ik een stuk het duin opklim zijn Wim en Cas bezig met onze camper: de bullbar piept en kraakt, maar met een paar ty-raps is alles tijdelijk weer opgelost.
Wanneer we stoppen bij the Granites, enkele grote ronde stenen die in zee liggen, is het al net zo fris als vorige keer.
In Kingston stoppen we bij de Big Lobster, een zeventien meter hoge kreeft, en nadat we deze op de foto hebben gezet gaan we in het bijgelegen restaurant “fish and chips” eten, buiten is het nu niet zo aangenaam.
In de verderop gelegen plaats Robe wilden we eigenlijk een stuk over het strand rijden, maar daar aangekomen bleek het water vrij hoog te staan en ook was het zand erg mul, daar wagen we ons echt niet aan.
Nadat we het plaatsje bekeken hebben rijden we nog een stukje verder naar Nora Creina Roadstop, waar we onze auto’s parkeren voor de nacht. Er staat een harde, koude wind, dus we bouwen meteen de luifel met zijkanten op zodat we toch comfortabel buiten kunnen zitten.
Er is hier geen toilet aanwezig dus Cas graaft alvast een gat voor de hele “familie” !
Voor het eerst doen we ’s middags een spelletje Mexican Train, die glansrijk door Anja wordt gewonnen, we vermaken ons nog steeds prima !
Verslag 60
We zagen gisteravond diverse holen vlakbij de camper en omdat het daar “wombat-gebied” is hoopten we er eindelijk één in het wild te zien.
We waren dan ook heel verbaasd dat we, nadat we wat geritsel hoorden, opeens op nog geen meter afstand een prachtige bruine vos zagen staan, die snel wegliep. Helaas hadden we geen van allen ons toestel paraat en is er slechts één onduidelijke foto van dit dier.
Vanmorgen is het gelukkig, in tegenstelling met het druilerige weer van gisteren, weer opgeklaard en gaan we een mooie zonnige dag tegemoet. We starten onze trip bij Cape Buffon, een schiereiland bij Southend, waar we uitkijken over een ruige kustlijn van kalk-zandsteen in diverse kleuren, ze worden dan ook “Rainbow Rocks” genoemd.
We gaan verder naar Mount Gambier, een stad gebouwd op een vulkaan, waar nu nog twee kratermeren te zien zijn. De bekendste is Blue Lake, een meer van zeventig meter diep en een waterinhoud van 36.000 miljoen liter water, dat tussen november en maart op mysterieuze wijze diep blauw kleurt. De rest van het jaar is deze, net als Valley Lake, waar we onze lunch nuttigen, gewoon grijs.
We rijden verder naar Hells Hole, een meer met een diameter van vijfenveertig meter en vijfentwintig meter diep. Vanaf een platform is het nog bijna veertig meter tot de waterspiegel en het ziet er erg onheilspellend uit, toch is het meer populair bij grotduikers.
Ook het verderop gelegen Caroline Sinkhole is indrukwekkend om te zien, maar hier staat geen water in.
We vervolgen onze reis naar de kust, onderweg de grens met Victoria overstekend, waardoor we onze horloges een half uur vooruit moeten zetten. (Het tijdsverschil met thuis is nu tien uur !). Bij Portland maken we nog iets bijzonders mee: bij Point Danger huist de enige kolonie Gannets op het vaste land van Australië en drie keer per week kun je er een uurtje vlakbij komen wanneer de ranger een poort opent. Wij zien meer dan zes duizend (!) gannets, een soort zeemeeuw, bij elkaar zitten en rondvliegen, prachtig om te zien.
Dan wordt het tijd om naar een overnachtingsplek te gaan, dit wordt Sawpit, een gratis kampplaats in de Narrawong State Forest, waar we een Nederlands stel tegenkomen dat afgelopen nacht ook op dezelfde plek als wij stonden. Wim schenkt ze een Nederlands vlaggetje, ze vonden die van ons zo leuk ! (Hij werd meteen op hun auto bevestigd !)
We mogen hier kampvuur maken, dus waarschijnlijk wordt ons laatste hout vanavond opgestookt. Het was vandaag weer een heel gevarieerde dag, we hebben twee honderd tachtig kilometer afgelegd en veel nieuwe dingen gezien,…. en dat terwijl we nu voor de zestiende keer in Australië zijn !
Verslag 61
We zijn vanmorgen als eerste naar Tower Hill Wildlife Reserve gereden, een prachtige plek in de natuur, pal aan de Princess Highway, waar kangoeroes, emoes en koala’s in het wild leven.
We hadden koala’s alleen pas de tweede dag in Australië gespot in Yanchep N.P. en Anja wilde ze heel graag nog een keer zien. Ze werd niet teleurgesteld want we hebben er zelfs zes gezien en deze wel honderd keer op de foto gezet !!
Ook liepen er emoes rond die knap brutaal waren, tijdens de lunch aten ze zelfs ons brood op.
Onze volgende stop is bij Flagstaff Hill Maritime Village in Warrnambool, een openluchtmuseum met als thema: de immigranten die hier per schip aankwamen om een nieuw leven op te bouwen. Ook hier maakt ons fototoestel overuren van alle historische gebouwen en boten.
Dan beginnen we aan de Great Ocean Road, een van de mooiste routes in Australië, met een totale lengte van tweehonderd drie en veertig kilometer, al is het eerste stuk niet echt interessant. Pas bij “Bay of Islands” komen we bij zee en zien we aparte rotsen uit het water steken.
Net voorbij Peterborough stoppen we bij onze favoriet “the Grotto”, waar je, na het afdalen richting zee, een prachtige doorkijk hebt.
Dan volgen al snel de London Bridge en the Arch (deze is tijdelijk niet te bekijken), twee heel bekende uitstulpingen in het water, maar helaas is inmiddels de zon verdwenen waardoor alles er minder mooi uitziet.
We stoppen nog een keer bij Gibsons Steps, in de hoop daarvandaan the Twelve Apostles te kunnen zien, op de parkeerplaats van de laatst genoemde was het namelijk abnormaal druk.
Nadat Cas en ik vijfentachtig treden naar beneden zijn gelopen en uitkomen op het strand zien we nog steeds geen Twelve Apostles, wel is het bijzonder om de hoge steile wand te zien waar langs we afgedaald zijn.
Daarna rijden we naar onze overnachtingsplek (Wreck Track Gravel Pit), die dit keer niet veel voorstelt, maar voor Anja kan de dag niet meer stuk: naast de koala’s heeft ze ook nog een schildpad en echidna (een soort egel) gespot !!
Verslag 62
We hoefden vandaag (zondag 19 maart) slechts veertig kilometer te rijden, want we hadden een plek geboekt bij Aire River West Camping, waar we drie jaar terug ook gestaan hebben. Toen leefden daar diverse koala’s, sommige konden we zelfs aanraken, maar natuurlijk verandert er wel wat in de jaren.
Het is er vrij druk met jongeren die daar hun weekend doorgebracht hebben en ook zien grote stukken terrein er drassig uit. Wij hebben echter een prima plek in de buurt van de toiletten en….. met uitzicht op twee koala’s, al zitten ze wel heel erg verscholen tussen de takken van een boom.
Ook vliegen hier allerlei prachtige vogels rond dus Anja kan zich helemaal uitleven met haar fototoestel.
We hebben tijd voor wat klusjes: er moet onder andere hout gekloofd worden (wat we gisteren gekocht hebben) , Cas geeft de auto een wasbeurt en de bedden worden verschoond.
Regelmatig lopen we rond op zoek naar herkenningspunten en “wildlife”, maar de meeste foto’s van vogels in dit verslag komen van Anja !
Voor het eerst deze reis kookt Cas en heeft Wim een keer een “rustdag” !
Vanavond kunnen we weer kampvuur maken met het nieuw gekloofde hout, ….dat we niet naar Kangaroo Island konden vinden we echt niet erg meer !