Onze reizen: Afrika 2010

Afrika 2010

Kenya – Tanzania en Zanzibar

Tijdens deze vakantie hebben we in Kenia en Tanzania veel wilde dieren gezien, maar de armoede in Afrika was schrijnend, met name de contrasten tussen plaatselijke bevolking en de toeristen resorts was absurd.

Op Zanzibar hebben wij ons duikbrevet gehaald.

Een reactie op dit verslag kan gemaild worden naar wblits@hotmail.com

dag 1

1e dag – Maandag 18 Januari

We gaan weer aan een nieuw avontuur beginnen: 4 weken naar Kenia, Tanzania en Zanzibar.

We zijn gistermiddag al van huis vertrokken en hebben geslapen in het Schiphol A4 Hotel (een Valk-concern). Dennis heeft ons weggebracht. We hadden een heel luxe kamer met bubbelbad en stoomcabine.

Vanuit het bad hebben we de halve finale van “op zoek naar Mary Poppins” gezien (Pas over 4 weken zullen we weten wie gewonnen heeft!). Voordat we naar de kamer gingen hebben we met Dennis heerlijk uitgebreid gegeten in het restaurant.

Het is wel een relaxte manier om de vakantie te beginnen: je staat ’s morgens niet in de file en de auto is gewoon thuis. Na een uitgebreid ontbijt brengt een shuttlebus ons in 5 minuten naar het vliegveld. Ons vliegtuig naar Nairobi vertrekt om 10.20 uur en we zijn mooi op tijd op Schiphol. Van te voren hadden we thuis al ingecheckt en zo gezorgd dat we plaatsen met veel beenruimte kregen, ideaal voor Wim, want we moeten wel 8 uur vliegen.

De vliegreis is zonder problemen verlopen. Onderweg hebben we een paar films gekeken: Fame en”Komt een Vrouw bij de dokter (alleen ik) en wat gelezen. Het eten is minder goed dan we gewend zijn bij andere lucht- vaart-organisaties (we vliegen nu met KLM). Om 20.15 uur lokale tijd (2 uur later dan in Nederland) landen we bij Nairobi. Eerst moeten we een visa halen van 25 Am.Dollar per persoon (gouden handel!) en daarna duurt het een tijdje voor we de koffers hebben, maar we missen niets en daar ben ik altijd weer blij om. We worden buiten al opgewacht door 2 personen, we krijgen nog een keer uitleg over de eerste week in Kenia en worden daarna afgezet bij het hotel (Sarova Panafric). We trekken wat luchtiger kleding aan en om half elf zitten we buiten met een biertje en een klein hapje.

Daarbij nemen we onze eerste malaria pil (Malarone), die we de hele vakantie moeten slikken, tot en met 1 week na thuiskomst. Het is zo’n 20 graden, lekker om mee te starten!

dag 2

2e dag – Dinsdag 19 Januari

We hebben een heel afwisselende dag gehad. Hij begon fris en bewolkt, maar tegen de tijd dat onze chauffeur/ gids ons op kwam halen (10 uur) begon de zon te schijnen, wel waait er de hele dag een verfrissende wind. Als eerste zijn we naar het Nairobi N.P. geweest, waar olifantenwezen verzorgd worden.

In totaal waren het er 19. Ze komen van diverse Nationale Parken uit Kenia, waar de moeder dood of gewond gevonden is. Elke 3 uur krijgen de weesjes melk uit een grote fles

en een heel team staat voor ze klaar, ook om met ze te spelen. Na 3 jaar gaan ze terug de vrije natuur in.

In het park zien we ook nog apen, een giraf en veel knobbelzwijnen met jongen. Nadat we een uur naar de capriolen van de olifanten hebben gekeken rijden we naar the Giraffe Centre. Dit is een plaats waar je giraffen van dichtbij kunt bekijken en zelfs voeren, wat we natuurlijk ook gedaan hebben.

Wim heeft de giraf zelfs een kusje gegeven (net als Dikkertje Dap!). Tevens wordt er van alles over ze verteld. Wist je dat een giraf maar 30 minuten slaapt per dag en dat hij dat staande doet met zijn ogen open? En dat hij wel 65 kg. eet op een dag! We hebben een heel intelligente en gezellige chauffeur (Eduard),die ons veel van het land weet te vertellen. Samen met hem gaan we naar het Karen Blixen museum, waar we eerst een heerlijke visschotel nuttigen, lekker buiten in een mooie tuin.

Vervolgens bekijken we het huis van Karen waar in 1985 de film: Out of Africa is opgenomen. Veel originele spullen of rekwisieten van de film zijn er terug te vinden. Karen was een Deense vrouw die jaren in Nairobi heeft gewoond en veel voor de bevolking heeft gedaan.

Als laatste rijden we naar een soort fabriekje met de naam Kazuri, waar kralen gemaakt worden van klei. Ze worden stuk voor stuk met de hand gekneed en gaan vervolgens de oven in.

Daarna worden ze beschilderd, waarna ze een tweede keer verhit worden. Ook het rijgen van de kettingen gebeurd met de hand.

In een shopje kon je daarna nog het eindresultaat bekijken en natuurlijk ook kopen. Ik kon het niet laten en heb diverse kettingen gekocht.

De hele dag tijdens het rijden viel het op dat er zoveel mensen langs de weg lopen. Ze wandelen vaak uren om bij hun werk te komen en verdienen er vaak maar een paar dollar mee. Ook kwamen we langs een grote sloppenwijk (slam), waar ruim een half miljoen mensen leven onder de armoedegrens.

Er is hier (in Nairobi) veel verschil tussen rijk en arm. Een gevaar op de weg zijn de matatu’s: kleine busjes vol lokale bevolking die vrij hard over de weg scheuren. Ook zie je locals in open wagens als vee vervoerd worden.

Veel lijkt op wat we 5 jaar terug gezien hebben in Zuid-Afrika, ook daar zag je veel mensen achter stalletjes met eten of andere waar langs de weg, om zo een centje bij te verdienen. Een verschil met Zuid-Afrika is dat hier iedereen zwart is, daar werden de belangrijke taken door blanken uitgevoerd, hier zijn de toeristen de enige met een lichte huidskleur. Water is hier ook geen gemeen goed. We zagen diverse mensen water uit sloten scheppen, met een soort pan, dit is uitermate onhygiënisch, maar ja, als je geen geld hebt of niet beter weet… Het was een vermoeiende dag en terwijl ik zit te schrijven doet Wim even een dutje. Zodirect gaan we wat eten en drinken beneden en daarna op tijd naar bed, want morgen worden we al om 7.15 uur opgehaald.

dag 3

3e dag – Woensdag 20 Januari

Vanmorgen zijn we om 7.15 uur, na het ontbijt, opgehaald door Tom, onze gids/chauffeur voor de komende 7 dagen. Hij heeft gelijk al moeite om onze koffers in het busje te krijgen (terwijl ze in Nederland zeiden dat “harde koffers” geen probleem was!). We moeten nog 2 andere mensen oppikken, een jong Fins koppel. Zij heet toevallig ook Marja en zijn naam is Jani. Nairobi is een drukke stad en we stonden dan ook aardig vast in de “traffic”. Buiten de stad was het flink scheuren om op tijd bij Masai Mara (ons eerste kamp) aan te komen. De wegen zijn vrij slecht, er zitten grote kuilen in en om de haverklap zijn er grote hoge drempels, waar je stapvoets overheen moet rijden. En hoe verder we rijden, hoe slechter de weg wordt. Halverwege zijn we gestopt bij een giftshop, waar een schone toilet was en waar je iets kon drinken. In de shop was veel houtsnijwerk te koop.

We zagen een paar prachtige schalen met dieren erop, maar ze vroegen er bijna 500,- dollar voor. Na wat gepingel waren ze gezakt naar 120,- euro, maar dat was nog veel te duur; we hebben dus niks gekocht. Wel hebben we hier onze voorraad water ingeslagen. Flesjes van een halve liter en dan 8 per dag, welke in de koelbox in het busje koud gehouden en steeds aangevuld worden door Tom. Onderweg zien we veel Masai, een bedoeïenenvolk wat leeft van de veeteelt.

Ze dragen rode gewaden en lopen met een paar koeien of een hele kudde schapen over de vlaktes. Ook hebben ze vaak grote gaten in hun oorlellen met sieraden erin. Later die morgen bezoeken we ook een Masai-“dorpje”. We zien een groep mensen die leven in hutten van hout en klei, die zijn dichtgesmeerd met koeienstront. Ze zingen en dansen voor ons ( tijdens het dansen springen ze hoog in de lucht)

en we mogen een hutje van binnen bekijken. Alles is heel primitief,

maar ook hier heeft het toerisme toegeslagen, want we moeten er wel voor betalen. Ook proberen ze ons “zelfgemaakte” spulletjes te verkopen. Normaal loopt er ook vee rond en onze schoenen zaten dan ook onder de stront.

Voor we naar de giftshop gingen waren we al gestopt bij een bank, in het stadje Narok, om geld te wisselen, dit vanwege het Masai-dorp waar ze geen dollars aan namen. De automaat was buiten werking dus moesten we binnen wisselen, het duurde allemaal aardig lang en de koers was vrij ongunstig. Ook hebben we onderweg een ballonvaart besproken voor morgenvroeg. Tegen tweeën kwamen we aan bij Masai Mara, in het Mara Sarova Camp, voor die tijd hebben we al impala’s, zebra’s en gazellen gespot.

Na het welkom en de nodige uitleg zijn we eerst gaan lunchen samen met de Finnen. We zijn al iets meer over elkaar te weten gekomen: ze werken allebei in het ziekenhuis, maken veel uren en kunnen daarom vaak op vakantie. In de winter maanden kan het 30 graden vriezen en hebben ze maar een half uur licht per dag, dus dat is de tijd om naar warme landen te gaan. Na de lunch krijgen we onze “tent” te zien, het ziet er prima uit,

alleen hebben we maar een half uurtje om te douchen en om te kleden voor we onze eerste game-drive hebben. Om 4 uur staan de busjes (we zijn natuurlijk niet de enige) voor de tocht klaar, het dak omhoog, zodat je goed foto’s of film kan maken. We rijden over onverharde wegen of over gras-tracks, maar gelukkig iets rustiger dan vanmorgen. Binnen 10 minuten zien we al een groep olifanten op een paar meter afstand voorbij wandelen.

Via de mobilofoon horen we dat er een cheeta gespot is, dus gaan alle busjes die richting op. Hij is helaas vrij ver weg en Wim krijgt hem niet goed in beeld. Wel zien we een topi, een giraf, struisvogels, gieren en buffels.

en een groep leeuwen die een buffel aan het verslinden is, ook hier stonden weer diverse busjes bij.

Onze game-drive wordt afgesloten met een schitterende, Afrikaanse zonsondergang.

We zijn pas tegen 7 uur terug in het kamp, er brand een vuur in de open haard en een local zingt liedjes bij gitaarmuziek. We genieten, met een wijntje, nog even na van de afgelopen dag.

Daarna gaan we naar de tent om om te kleden en keren weer terug naar het ressort, waar we buiten de maaltijd nuttigen. Het eten is prima, maar de drankjes zijn aan de prijs. De Masai groep die we ’s middags in het dorp gezien hebben, komt nog een keer langs: zingend, springend en joelend. Volgens Wim net een stel kippen die hun ei niet kwijt kunnen.

Tegen tienen duiken we ons bed in, morgen moeten we weer vroeg op!

dag 4

4e dag – Donderdag 21 Januari

We zijn al voor half 5 uit bed, gauw douchen, aankleden en richting receptie. Daar drinken we een kop koffie en dan rijden we in het donker naar een open plek, waar de ballon klaar ligt.

De lucht is helder, vol sterren en er staat een lichte wind. Tegen zessen gaan we de lucht in, in een mand met 16 personen. Je staat met 2 personen in een compartiment en hebt genoeg ruimte.

We blijven vrij laag bij de grond en kunnen alles prima zien. Al vrij snel spotten we een groep olifanten met jongen. We varen maar een paar meter hoog over ze heen, dit vinden ze niet leuk, hun oren gaan wijd uit en de jongen gaan tussen de volwassen olifanten in staan.(Volgens onze kapitein zouden ze ons veranderen in sandwiches, als we nu een noodlanding moesten maken!).

Daarna zien we struisvogels, gazellen, meerdere kuddes olifanten en een giraf. Ook de zonsopkomst is mooi om te zien.

We zijn in totaal 1 ½ uur in de lucht en nog maar een paar kilometer verwijderd van Tanzania.

We landen vrij zacht in het hoge gras en worden daarna weer met de jeeps naar een heuvel gebracht waar een uitgebreide maaltijd met champagne klaar staat. Zo prachtig, ontbijten in de vrije natuur!

We krijgen een certificaat en kopen een CD-rom met foto’s van de ballonvaart. Dan komt Tom weer met ons busje en maken we aansluitend een game-drive tot ongeveer 12 uur. We zien weer olifanten, topi’s en warthogs (knobbelzwijnen).

Maar het mooiste is toch wel het paren van 2 leeuwen te zien. Dit is binnen 8 seconden gebeurd, dus we hadden echt geluk en dat op maar een paar meter afstand!

(Zo te zien is hij trots op wat hij gepresteerd heeft!)

We rijden weer in een heel ander gebied dan gisteren, over veel zandwegen, rotsen en tussen de heuvels door. Half december is er veel regen gevallen (niet normaal voor die tijd) en daardoor is er overal voldoende water en zijn sommige paden nog drassig.

Rond de middag zijn we terug bij de tent en nu hebben we tot 4 uur de tijd voor ons zelf. We lunchen heerlijk buiten op de veranda van het restaurant en daarna luieren en lezen we wat.

Om 4 uur staat het busje weer klaar met het dak omhoog, wat betekent dat we weer gaan game-driven. Na een paar minuten rijden zien we een groep baboons, deze apen (bavianen) met hun hondachtige vooruitstekende snuit en de vrouwtjes met hun kale konten, leven veel in groepen. Een vrouwtje heeft een jongen op haar rug.

We zien diverse mooie vogels, waaronder deze prachtige ijsvogel.

2 keer over loopt er een groep olifanten langs onze auto, we staan er midden tussenin.

Ook zien we een jakhals, hyena’s en struisvogels, waarvan er 1 een heleboel jonkies heeft.

Verder zien we veel luie leeuwinnen, sommigen met welpjes.

Tegen 7 uur zijn we terug, nadat we een mooie zonsondergang hebben gezien.

We drinken een wijntje bij de open haard, weer met muziek erbij en besluiten gelijk door te gaan naar het restaurant, zonder eerst om te kleden. Dit keer is het geen buffet, maar a la carte, het eten is prima, wel afgestemd op de Europese smaak. Daarna gaan we gauw naar bed, want we moeten morgen alweer om half 6 op.

dag 5

5e dag – Vrijdag 22 Januari

Vannacht was er veel kabaal van apen en vogels, maar we hebben redelijk goed geslapen. Na het ontbijt gaan we weer de bus in, de koffers zijn weer ingepakt en worden weer achter in het busje gepropt, dit is een bijna dagelijkse handeling. We hebben een lange rit voor de boeg, zo’n 350 km. Het eerste stuk is weer slecht en we zitten te schudden in de auto. Wel zien we nog allerlei dieren: een grote groep bavianen, veel zebra’s, die we in het park niet gezien hebben (de meeste zijn naar Tanzania) en veel soorten gazellen.

In de plaats Narok tanken we en het valt ons weer op hoe vies alles overal is: aan de kant van de weg zijn diepe geulen vol afval en alles is heel stoffig.

We stoppen 2 keer onderweg bij een giftshop, waar we gelijk naar het toilet kunnen, ze proberen ons weer van alles te verkopen. Bij de 2de stop zijn ze bezig met houtbewerking, maar volgens ons is het een beetje show.

We kopen niks, de koffer is vol en ze vragen veel te hoge prijzen. Tegen half 2 komen we aan bij Lake Nakuru, in the Lion Hill Lodge. Het huisje is iets simpeler dan de tent in het vorige kamp, maar alles is aanwezig.

Na de lunch kunnen we tot 4 uur weer relaxen, we verkennen de omgeving en pakken daarna een leesboek. Het is weer vrij warm vandaag, zo’n 30 graden.Voor je het weet is het 4 uur en gaan we weer op pad.

Dit N.P. is weer heel anders dan het vorige: er zijn veel baboons, maar ook een ander type, de franje aap. De dieren hebben een opvallende vacht, deze is overwegend zwart, maar de haren op de onderste helft van de rug zijn extra lang en wit, net als de staart, ook het gezicht is wit omrand.

We zien weer jakhalzen en hyena’s, deze vind je vaak bij elkaar. We rijden naar het sodameer waar duizenden flamingo’s staan of net opvliegen, een prachtig gezicht.

Ook zijn er heel veel buffels.

Even later zien we zebra’s en voor het eerst de witte neushoorn.

Zelfs een waterval komt voor in het park, vlakbij een camping plaats (deze wordt ’s nachts bewaakt!)

Dan krijgen we bericht dat er een luipaard gespot is, een van de big five, de moeilijkste om te vinden. Tom zet er flink de gang in om op tijd bij het roofdier te zijn. Bij aankomst staan er nog 15 busjes, maar het is ook wel heel bijzonder: 1 luipaard zit in de mik van een boom (wat een mooie staart heeft dit dier) en iets verderop loopt er een in het hoge gras op zoek naar prooi. We hebben dus “the big five” allemaal gezien en we zijn pas 5 dagen in Kenia.

Tegen half 7 zijn we terug op het kamp, we voelen ons vrij stoffig en wassen ons snel, want om 7 uur is er een show met dans. Bij een kampvuur nemen we een wijntje en pas tegen half 8 begint de dansshow.

Deze is werkelijk goed opgezet, er wordt door 10 personen gezongen, op trommels gespeeld en gedanst. Ook het publiek moet mee doen (ik dus ook). Naderhand komen ze nog nader kennis maken, echt gezellig.

Daarna gaan we eten, weer lekker buiten. Bij de mensen aan het tafeltje naast ons is er 1 jarig: een groep van ruim 10 Afrikanen (ook enkelen van de dansgroep) komt zingend en dansend met een taart naar ze toe, ook wij worden omringd, echt hartverwarmend. Ik ben benieuwd wat ons op 3 februari te wachten staat! Tegen half 10 gaan we weer richting huisje, nog even alle belevenissen opschrijven en dan gauw onder de klamboe, want morgen hebben we om 6.30 uur alweer een game-drive

dag 6

6e dag – Zaterdag 23 Januari

Dennis wordt vandaag 24 jaar. Normaal bellen we om 12 uur ’s nachts, maar nu liggen we al uren plat. Om 2 uur gaat de telefoon en belt Dennis zelf. We praten even en beloven ’s middags terug te bellen. Na een kop koffie zitten we om half 7 weer in de bus. Het dak is weer omhoog, maar het is nog knap fris, je hebt nog wel een vest nodig. We zijn net op weg als we een nijlpaard zien in de verte, deze komen hier haast niet voor. Even verderop stopt Tom opeens, op nog geen meter van de weg ligt een grote leeuw ons aan te kijken.

Iets verderop ligt ook een leeuwin. Ze staat op, loopt een keer om de leeuw heen ten teken dat ze wil paren, hij klimt er achterop en zo zien we voor de tweede keer het natuurlijke proces tussen male en female.

Ook nu is het weer binnen 8 seconden gebeurd.

Vlak erna zien we een groep baboons met veel jonkies, ze zijn druk aan het klauteren en spelen. De natuur is al volop in beweging.

Ook een witte neushoorn met zijn jong zien we een eind verderop, deze dieren, die wel 2000 kg. kunnen wegen, krijg je niet gauw van dichtbij te zien.

We rijden weer richting het meer waar een grote kudde buffels net aan het ontwaken is.

Inmiddels is de zon al even op en ziet alles er nog mooier uit.

We rijden een heuvel op, waar een hele grote groep bavianen woont, samen met klipdassies, een soort grote hamsters. De apen zijn best brutaal en 1 klimt zelfs in een busje. Je hebt vanaf deze plek een prachtig uitzicht over het meer.

We maken weer veel foto’s (samen hebben we er al zo’n 1200 stuks gemaakt en Wim heeft natuurlijk ook al heel veel gefilmd!)

Later zien we nog waterbokken, die alleen in dit park voorkomen en natuurlijk impala’s, allerlei soorten gazelles en herten en nog een jakhals (hij lijkt veel op een vos).

Tegen 8.15 uur zijn we terug bij het kamp om te ontbijten. We krijgen hetzelfde tafeltje als gisteravond, buiten, nu in het zonnetje.

Om 9 uur moeten we ons al weer melden bij Tom, de koffers zijn netjes opgehaald door 2 Kenianen (die sjouwen zich, voor een dollar (70 euro cent), een ongeluk met onze zware koffers!) en we gaan op weg naar Lake Naivasha, waar we gister al langs kwamen. In deze streek wonen veel Nederlandse bloemenkwekers, het klimaat is hier erg gunstig, er is water voldoende aanwezig en het vliegveld van Nairobi is maar anderhalf uur rijden van Naivasha. De bloemen die in de vroege ochtend geoogst worden, liggen vaak de volgende dag al in de Nederlandse bloemenwinkels.

Daar aangekomen stoppen we in het stadje, de Finnen moeten geld wisselen. Gelijk komen er een paar Afrikanen op ons af, die ons spulletjes willen verkopen. Voor 6 dollars heb ik een set onderzetters en een mooie plaat van zebra’s en giraffen, nadat Wim natuurlijk flink gepingeld had. Bij het meer hebben we een boottocht gemaakt.

Langs de kant zien we allerlei soorten vogels en in het water zaten diverse groepen nijlpaarden. Hele families hippo’s leven bij elkaar, hun huid is vrij dun, daarom blijven ze overdag in het water en komen ze ’s nachts aan wal. Ook hier zijn we weer getuige van het paringsritueel, alleen duurt het iets langer als bij de leeuwen, ongeveer 25 minuten, al die tijd is het vrouwtje onder water en staat de rest van de familie eromheen, gezellig, hè?

In hetzelfde meer werd gezeild door een groep kinderen en waren veel locals zich aan het wassen, soms poedelnaakt.

Ook zagen we zeearenden in de bomen, die je kunt lokken met vis. Onze “kapitein” gooide een stuk in het water en de arend pakte het zo, al vliegend, tussen zijn klauwen.

Na de boottrip brengt Tom ons (dit keer slaapt de groep in 2 verschillende hotels) naar Great Rift Valley Lodge, boven op een heuvel met uitzicht op het meer. De weg er naar toe is erg slecht en na 11 km. zijn we helemaal geradbraakt. Na de lunch doe ik een dutje en Wim gaat het park om de lodge verkennen, er zijn ontzettend veel verschillende bloemen te zien.

Image Thumbnail Image Thumbnail
Image Thumbnail Image Thumbnail
Image Thumbnail Image Thumbnail
Image Thumbnail Image Thumbnail
Image Thumbnail Image Thumbnail
Image Thumbnail Image Thumbnail
Image Thumbnail Image Thumbnail
Image Thumbnail Image Thumbnail
Image Thumbnail Image Thumbnail
Image Thumbnail Image Thumbnail
Image Thumbnail Image Thumbnail
Image Thumbnail

Later maken we dezelfde wandeling samen nog een keer. Onze kamer is erg mooi, het uitzicht is ook niet verkeerd en we kunnen heerlijk op het balkon zitten.

Tegen 7 uur gaan we naar het restaurant, we gaan buiten zitten, bestellen een fles wijn, maar bij het openmaken ervan knoeit de ober wijn op Wim z’n beige broek en nieuwe overhemd en niet zo’n klein beetje ook. De knaap zegt dat hij de kleding wel zal wassen en morgenvroeg aan ons terug zal geven bij de bar. We vertrouwen dat niet en brengen de spullen naar de receptie, die het gelijk door geeft aan de laundry.

Morgenvroeg halen we het op en dan zien we wel of alle vlekken eruit zijn. De ober laat zich, nadat we naar zijn naam gevraagd hebben, niet meer zien. Het eten is redelijk, het minste van de ressorts tot nu toe en ook is alles vrij onpersoonlijk. Als we om half 10 terug komen op de kamer is er nog niets opgeruimd of klaargemaakt. Normaal doen ze de klamboe om het bed en spuiten ze tegen de muggen, nu doen we dat gewoon zelf (ook geen probleem!) We doen nog een spelletje en duiken dan ons bed in, voor het eerst kunnen we ruim 8 uur slapen.

dag 7

7e dag – Zondag 24 Januari

We hebben prima geslapen vannacht en werden zonder wekker al om half 7 wakker. Wim kan nog steeds zijn ontlasting niet kwijt, wat natuurlijk knap vervelend is, terwijl het er bij mij waterdun uitkomt en we eten en drinken hetzelfde!! Tegen 8 uur gaan we naar de receptie om de kleding op te halen, de vlekken zijn er dus niet goed uitgegaan. De manager van het ressort komt erbij en wil al onze gegevens hebben, zodat hij het later via E-mail op kan lossen, ook ons bankrek.nr. geven we door. De wijn en drankjes van de lunch hoeven we niet te betalen. (Later terug in Nederland krijgen we een mail met nogmaals de verontschuldigingen en dat het niet expres gebeurde en daar blijft het bij!) Tom en de Finnen zijn inmiddels al aangekomen, we nemen heel snel een ontbijtje en daarna hobbelen we weer 11 km., over het werkelijk ontzettend slechte wegdek, naar beneden. We zeiden al: in Holland zou zo’n hotel geen bestaansrecht hebben, niemand rijdt over zo’n weg. Daarna rijden we een stuk over de hoofdweg Nairobi – Nakuru, welke doorloopt tot in Oeganda. Dit is de enige weg die te vergelijken is met de wegen in Holland, verder zijn alle wegen vol kuilen en gaan we vaak slingerend over de weg. Je kunt zien dat het zondag is vandaag. Iedereen die langs de weg loopt heeft z’n mooiste kleren aan, vaak zijn ze op weg naar de kerk.

Je ziet hier nog veel ezels die een kar trekken en ook mensen op de fiets met wel 6 jerrycans om vers water te halen.

De weg is inmiddels veranderd in een zandweg met keien en diepe gaten. We hobbelen wat af, maar het landschap blijft wisselen en is erg interessant. We passeren heel wat kleine dorpjes en elke keer weer valt het op hoe armoedig alles is.

Tegen 11 uur stoppen we voor een sanitaire stop en omdat we precies op de evenaar zijn.

We krijgen een demonstratie te zien: op het noordelijk halfrond draait water rechtsom, op het zuidelijke gedeelte linksom en precies op de scheidingslijn valt het recht naar beneden.(Dit tonen ze aan door water via een trechter in een bak te laten lopen. In het water ligt een lucifer, deze draait langzaam rond maar blijft werkelijk stil liggen precies op de evenaar.)

We “krijgen” (voor 2 dollar) een certificaat voor het passeren van de “equator”. We horen dichtbij zingen, wat een groep locals blijkt te zijn, in een gebouwtje dat dienst doet als kerk. Het klonk erg mooi. Vanaf nu wordt de weg nog slechter en ook is alles veel droger. De temperatuur stijgt naar 36 graden, wat ons aan Australië doet denken.

Ook dromedarissen komen hier voor, ze worden gehouden voor de melk en hun vlees, evenals de koeien.

Rechts van ons zien we in de verte Mount Kenya, met zijn besneeuwde top. Tegen tweeën stoppen we voor de lunch, we hebben pakketten meegekregen, omdat we niet op tijd bij het ressort kunnen zijn. We eten met z’n vijven bij een giftshop, waar altijd wel een paar tafels en stoelen staan. Vandaag komen we erachter dat Marja en Jani allebei chirurgen in opleiding zijn en vaak lange dagen en nachten in het ziekenhuis doorbrengen en dat op zo’n jonge leeftijd. Het is echt een leuk stel. Nadat we weer een stuk gereden hebben begint de auto een raar geluid te maken, we stoppen en meteen komen er een stel vrouwen bij de open ramen staan, om ons fruit en andere waar te verkopen. Iedereen probeert hier iets te slijten aan de blanke toeristen. Wim geeft een van de vrouwen een dollar en de anderen beginnen er meteen ruzie om te maken.

Met de auto valt het gelukkig mee en tegen kwart voor 4 arriveren we bij Buffalo Springs Nationaal Reserve (reserve betekent dat het park wordt onderhouden door de lokale bevolking en niet door de overheid, dan wordt het Nat.Park genoemd). Dit park is weer heel anders dan de vorige parken, veel droger, ruiger en met bergen op de achtergrond. Er zijn veel acaciabomen met hun puntige stekels waar een giraf wel de blaadjes vanaf durft te eten.

Vanwege het tijdstip zien we niet zoveel wild, wel spotten we voor het eerst de spiesbok met zijn lange rechte hoorns

en de grevy zebra’s die heel andere strepen hebben dan hun “normale”soortgenoten, ook zijn hun oren ronder en hebben ze een witte buik (We hebben weer het geluk getuige te zijn van het paringsritueel).

De netgiraffe (op de onderste foto) met zijn roodbruine huid met daarover een wit lijnenspel is ook verschillend van de zuidelijker types.

De gerenoek is een antilope die zich goed heeft aangepast aan de droge omstandigheden. Hij lijkt het meest op een impala met een heel lange nek, het dier drinkt nooit maar haalt al het benodigde vocht uit de bladeren die hij eet.

Ook de struisvogel is weer anders dan de zuidelijker soorten, hij heeft een grijs/blauwe in plaats van een roze nek.

Verder zien we nog een paar olifanten die, door de kleur van het zand waarmee ze zich onderstuiven, bruin zijn.

Dan heb je nog de meerkat, de meest voorkomende apensoort in Oost-Afrika. Hij is vrij klein, de vacht bestaat uit grove geelgrijze haren, handen, voeten en gezicht zijn zwart en om het gezicht loopt een band wit haar. Ze leven in groepen van 20 tot 30 dieren en zijn vrij brutaal. De mannetjes hebben een blauwe scrotum en hebben daardoor de bijnaam blue ball monkey gekregen.

Dus al met al hebben we vandaag heel wat nieuwe soorten dieren gezien.

Tegen half 7 komen we aan bij ons nieuwe ressort: Sarova Shaba Lodge, het is er prachtig.

We kijken uit op een rivier waar ’s avonds krokodillen aan land komen (ze worden gevoerd!).

We voelen ons erg stoffig en springen lekker onder de douche. Daarna is het al weer tijd om te eten. De temperatuur is gezakt naar 28 graden!! Heerlijk, beter dan gisteren, toen vond ik het echt fris. Na een prima maaltijd en dito wijntje gaan we richting huisje, waar ik dit verslag nog even afmaak, dan gauw onder de klamboe (deken is niet nodig) en morgen fris weer op!

dag 8

8e dag – Maandag 25 Januari

Om 6 uur staan we op en terwijl het licht wordt zien we een stel baboons vlakbij ons huisje, die voelen zich hier wel thuis met al die bomen.

Na een heerlijk ontbijt zitten we om half 8 weer bij Tom in z’n busje. Het dak is weer omhoog, want we gaan game-driven, extra lang dit keer. Het duurt een kwartier voor we bij het eerste park zijn, Buffalo Springs, waar we gistermiddag ook waren. Al snel zien we een paar warthogs, ze worden hier “Kenia expres” genoemd, omdat ze meestal achter elkaar met de staart recht omhoog lopen.

Ook ligt er een krokodil bij een kleine plas en later zien we er nog een paar bij de rivierbedding in het zonnetje liggen.

Een groep blauwe vogels/eenden, waar ik geen naam meer van weet, zien we voor het eerst

en verder nog paradijsvogels, dickie-dicks (dit zijn net kleine “bambi’s”), koedoes, baboons, olifanten en een cheeta.

Tegen half 11 bezoeken we een dorp waar de samburu’s en de trukana’s samen leven.

Er wordt weer voor ons gedanst en gezongen,

we mogen hutten bekijken en krijgen uitgebreid uitleg over hun leven.

Ook zien we veel kleine kindertjes die les krijgen op “school”, onder een boom.

Dit bezoek is veel mooier en langer dan bij het vorige dorp van de Masai. We filmen en maken ontzettend veel foto’s. De vrouwen zijn kaal, dragen en soort kraag van kralen om hun nek (welke op en neer gaat tijdens het dansen)

tevens hebben ze grote gaten in hun oren en dragen velen een kleintje op hun rug in een doek.

Aan het eind van het bezoek lopen we over een grote markt waar de vrouwen hun zelfgemaakte spullen proberen te verkopen. Er zijn er minstens 50, dus dat wordt veel “nee” zeggen en doorlopen, wat echt moeilijk is. Ze hebben het niet breed en zijn blij met wat Keniaanse Shillings.

We kopen 2 samburu poppetjes, waarvan je kan zien dat ze zelfgemaakt zijn, voor 10 dollar.

We verblijven ruim een uur in de village. Van daaruit gaan we naar Samburu N.R., we moeten de rivier Ewaso Nyiro over via een brug en als we halverwege zijn zien we een grote groep olifanten die de rivier over wil steken.

Prachtig om te zien! Even later komen er 3 giraffen vlak voor ons busje langs, ze lopen zo gracieus.

Ook zien we nog 2 cheeta’s van dichtbij, wat niet vaak gebeurd, enkele giraf-gazelles (die staande op hun achterpoten eten) een kudde olifanten en nog enkele impala’s .

Tegen half 1 zijn we terug bij het prachtige ressort. Zoals altijd staan ze bij de ingang weer klaar met vochtige handdoekjes, zodat je je even op kunt frissen. Er zijn nog maar een paar toeristen in het ressort, gister was er een flinke groep Hollanders, die met een grote bus rondreizen, maar deze zijn alweer vertrokken. Wij geven de voorkeur aan onze manier van reizen, we hadden het erover met Marja en Jani en die zouden ook niet graag met een bus vol Finnen op pad willen. We zitten tijdens het eten ook gewoon apart van elkaar, maar hebben het verder erg gezellig. De stroom is uitgevallen, iets wat regelmatig voorkomt en daarom kunnen ze geen koffie serveren, gelukkig is het probleem voor donker weer opgelost. Na de lunch hebben we wat tijd voor onszelf, we schrijven en lezen wat bij de poel en gaan nog even pootje baden. Bij een lekker biertje bekijken we onze nieuwe souvenirs.

Om 4 uur maken we onze laatste game-drive in Kenia in Shaba N.R. De temperatuur is alweer gestegen naar 37 graden, waardoor er weinig dieren te spotten zijn. Wel is de natuur erg mooi, met hoge heuvels (we mogen het van Tom geen bergen noemen) en rivieren.

Overal zie je termietenheuvels en acaciabomen met hun grote stekels. Verder zien we bomen waar wevernesten aanhangen.

We zien ook nog een paar grevy zebra’s met hun prachtige strepen, witte onderbuik en ronde oren.

Bij aankomst in het ressort worden we verwelkomd door een stel baboons en zwartkopaapjes.

Na een verfrissende douche is het tijd voor het evaluatiegesprek. Met z’n vijven zitten we bij de bar en nemen gezellig de afgelopen week door.

Tom complimenteert ons, we waren alle 4 steeds mooi op tijd, wat hij ook wel anders meemaakt. Iedereen was dik tevreden over de trip en we geven Tom een envelop met ruime fooi. Jani had nooit verwacht zoveel dieren echt te zien en vond het knap dat Tom zo scherp kon zien en alle dieren van verre zag. Marja vond dat Tom veel geduld had en ons goed de tijd gaf om foto’s en film te maken, dat was bij andere gidsen wel anders. Het bleek dat er een snelheidslimiet ingebouwd zit in de busjes van 80 km. p/u. Op de rechte stukken weg hield de wagen regelmatig in en wij dachten dat er iets aan de auto mankeerde, maar hij kon gewoon niet harder. De busjes gaan maar 3 jaar mee, dan zijn ze helemaal op. Ook hadden we nog wat vragen over het dorp waar we ’s morgens waren: we hebben er veel foto’s gemaakt van de mensen, maar dat vinden ze blijkbaar niet erg. Het geld wat ze krijgen voor verkochte spulletjes wordt netjes gedeeld. Het bleek dat Jani het opperhoofd nog wat geld in de hand gedrukt had, zo onopvallend mogelijk, ook hij vond het heel erg hoe arm de mensen waren en hoe ze leefden. We hebben nog gesproken over de afstanden die we afgelegd hebben, dit wordt niet genoemd in de reisprogramma’s en over onze grote koffers, maar goed dat de bus niet helemaal vol zat, anders hadden we een probleem gehad!

We nuttigen onze laatste maaltijd in het ressort, net als ’s middags a la carte, een buffet heeft weinig zin, met zo weinig (+/-15) gasten.

We betalen de rekening van de drankjes bij de receptie, pakken de laatste dingen in de koffers en gaan dan snel naar bed, want morgen moeten we om half 5 op !!

dag 9

9e dag – Dinsdag 26 Januari

We waren alle 4 weer netjes om 5 uur bij het busje. We hebben een lange rit voor de boeg, de Finnen moeten om half 11 op het vliegveld zijn, dus tijd om te stoppen is er niet. We zien de zon opkomen, maar voor die tijd lopen er al honderden mensen op de straat, op weg naar hun werk of naar school. We nemen niet dezelfde weg als heen. Wel zien we in de verte de besneeuwde toppen van Mount Kenya, deze berg is 5199 meter hoog. Hier zijn de wegen meer geasfalteerd (wel met de nodige gaten erin!) Onderweg ontbijten we, terwijl we rijden, uit een kartonnen doos.

Er is weer genoeg te zien onderweg, het land is heuvelachtig en erg groen. Er wordt koffie verbouwd en mais, ook staan er bananenbomen en we komen langs de ananasplantages van Delmonte.

Richting Nairobi worden de huizen van steen en doemen er flatgebouwen op. Maar eenmaal in Nairobi rijden we dwars door de “slam”, een heel grote krottenwijk waar ruim 600.000 mensen wonen. Tom zegt ons de ramen te sluiten en ook niet te reageren als iemand iets wil verkopen. Hier wonen de mensen zo dicht op elkaar in krotten en toch zijn er ook allerlei kraampjes en winkeltjes en zien we mannen houten bedden en stoelen maken of fruit verkopen. De straten zijn bezaaid met vuil en het is een drukte van belang. We zijn netjes om half 11 bij de luchthaven “Kilimanjaro” en daar nemen we afscheid van elkaar, de Finnen gaan nog een week naar Zanzibar en Tom begint morgen weer aan een volgende safari-trip. Wij hebben ruim de tijd want we vliegen pas om 2 uur naar Arusha. We eten onze lunch op (weer zo’n doos met dezelfde inhoud) en bekijken de winkeltjes. Ik koop nog een mooie tas, zodat ik nog wat meer handbagage (of souvenirs) kwijt kan. Tegen kwart voor 2 vertrekken we in een klein vliegtuigje waar maar 12 passagiers in kunnen, echter we zijn maar met 4 personen, inclusief de piloot.

Het vliegtuigje schudt af en toe aardig heen en weer, ook is het goed warm in het toestel, maar binnen een uur landen we veilig in Tanzania, waar we gewoon lopend over het vliegveld naar de terminal lopen. Voor 100 dollar kopen we 2 visums (de afzetters!) en buiten staat onze nieuwe gids Peter al op ons te wachten.

Het blijkt dat we de enige personen zijn voor de trip van aankomende week. We gaan even langs een hotel, waar we nog wat informatie krijgen van een medewerker van Leopard Tours, de organisatie in Tanzania.(In Kenia werkt Tom voor Southern Cross Safari’s). Daarna brengt Peter ons naar Karama Lodge, waar we de nacht door gaan brengen. De lodge ligt vrij hoog en we hebben een mooi zicht over het dal.

We nemen een drankje bij de bar, deze heeft een open balkon met een prachtig uitzicht, tegen de avond zien we van daaruit een stukje van de Kilimanjaro, de hoogste berg van Afrika (5895 meter), met zijn besneeuwde top, overdag was de berg in wolken gehuld.

We gaan een verdieping lager, waar het restaurant zich bevindt en na het eten gaan we gelijk door naar bed, het was een vermoeiende dag.

dag 10

10e dag – Woensdag 27 Januari

We hoeven vandaag pas om 9 uur weg, maar tegen half 7 zijn we wakker en zijn mooi op tijd om de rode gloed van de opkomende zon te zien, een prachtig gezicht.

Na een prima, uitgebreid ontbijt gaan we eerst Arusha in om water in te slaan, voor de komende dagen. We nemen net als de vorige keer 4 liter per dag, maar halen het nu zelf bij de supermarkt, vorige keer regelde Tom dit en waren we 2 keer zo duur uit. We dachten toen al dat Tom overal wel wat provisie had, maar het kan ook zijn dat Tanzania gewoon goedkoper is, het eten gisteravond was ook niet duur.

Terwijl we richting Ngorongoro Farmhouse rijden, valt het ons op dat Tanzania minder arm is dan Kenia. De wegen zijn beter, veel huizen zijn van steen en er ligt veel minder vuil langs de kant van de weg. Ook de auto’s en busjes zijn in veel betere staat.

Peter stopt bij een hoog punt waar we een mooi uitzicht hebben over Lake Kiruzumu, gelijk komen er een paar jongens aanlopen, die kettinkjes willen verkopen; we nemen er 2 voor 3 dollar (later zien we ze in de shop hangen voor 5,00 dollar per stuk).

Even later volgt een tweede stop bij een giftshop. We zien veel mooie dingen, maar kopen niets, wanneer we iets zouden kopen moeten we het laten verschepen, want meenemen lukt echt niet.

Tegen enen komen we aan bij de farm, onze lodge is werkelijk schitterend, de mooiste tot nu toe. Ook de omgeving blijft je verbazen.

We eten bij de pool en drinken ons eerste Tanzaniaanse biertje:”Serengeti” (in Kenia dronken we “Tusker”).

Daarna gaan we terug naar onze lodge, lezen er wat, doen een dutje en genieten van het uitzicht.

Tegen half 5 hebben we een rondleiding over de farm door een local Paulo genaamd. Er wordt van alles verbouwd en ook werkelijk gebruikt voor de maaltijden, zowel voor onze, als ook voor verschillende lodges in de buurt. We zien o.a. diverse soorten bananen, kruiden, groenten en vruchten.

Ook hebben ze zelf dieren voor consumptie. De farm heeft ook zijn eigen koffieplantage en we krijgen uitleg over het hele proces.

Na de rondleiding kleden we ons om en daarna gaan we weer naar “the farmhouse”, waar op het terras hapjes worden geserveerd bij een kampvuur.

We zien Paulo weer en tegen half 8 maakt hij muziek op een 2- snarig instrument, terwijl zijn vrouw en 2 dochters erbij zingen en dansen.

Daarna gaan we alweer eten (we groeien langzaam dicht!), binnen in het farmhouse, alles is even luxe en mooi ingericht. Na een sterke Farmhouse koffie van eigen plantage gaan we richting onze lodge, morgen moeten we weer om 5.45 uur op.

dag 11

11e dag – Donderdag 28 Januari

Om 7 uur zitten we weer in de auto voor de tocht naar de Ngorongoro-krater, deze heeft een oppervlakte van 12 bij 19 km. Bij de poort van het Nat.Park lopen veel baboons, die vrij brutaal zijn en bovenop auto’s gaan zitten.

Het dak van de landrover gaat voor het eerst omhoog en Wim kan hier goed in rechtop staan. (In de bus van Tom moest hij steeds wijdbeens gaan staan.) Zittend is het uitzicht van Wim echter veel minder dan in de vorige auto: de ramen zijn kleiner en Peter heeft constant een grote hoed op, waar Wim precies tegenaan kijkt.(Het gevolg is dat hij haast alle trips staande bekijkt!).

Om bij de krater te komen moeten we eerst een berg op, daarna rijden we een heel stuk over de rand en vervolgens dalen we langzaam af, de krater in. Op weg omhoog komen we al langs een grote groep buffels, die ons verbaasd aanstaren.

Bij een open plek op de rand stoppen we om te genieten van het mooie uitzicht: in de krater is het heel vlak met een paar meren erin, de afstand is echter te groot om dieren te onderscheiden.

Het is vrij fris, maar we zitten dan ook 2300 meter boven de zeespiegel. Het hele gebied bij Ngorongoro is heel groen en bebost, een soort tropisch regenwoud. Wanneer we in de krater afdalen (waar we helaas niet de enige zijn!) zien we een kudde olifanten, druk etend van bomen en struiken. Deze dieren zijn voortdurend aan het eten, werken iedere dag zo’n 180 kg. voedsel naar binnen en zijn daar minstens 14 uur per dag mee bezig. De olifant drinkt eenmaal per etmaal en slurpt dan ongeveer 80 liter water naar binnen.

In het dal bestaat de bodem voornamelijk uit gras en lage struiken, in het grote meer leven flamingo’s en in enkele kleinere plassen leven nijlpaarden. We komen langs grote kuddes zebra’s, waarvan er velen hoogzwanger zijn.

Ook rijden we dwars door een gigantische groep gnoes (of wildebeesten), het zijn er honderden.

Verder zien we struisvogels, leeuwen (die erg lui zijn), thomson-gazelles, hartenbeesten, warthog’s, verschillende hyena’s (waarvan er zo’n 400 in de krater leven),

diverse soorten antilopen en natuurlijk de zwarte neushoorn, al is het niet van dichtbij. Deze dieren (de neushoorns) komen alleen in de krater voor. Peter, onze chauffeur/gids in Tanzania is veel minder gedreven dan Tom. Hij vertelt veel minder over de dieren en vaak spotten wij ze eerder dan dat hij ze ziet. Een antiloop of gazelle is de moeite van het noemen niet eens waard en zelfs een nijlpaard wijst hij niet aan. Tom deed ook veel meer z’n best om ons goede plaatjes te laten schieten, bij Peter moeten we soms gewoon “stop” roepen. Maar we hadden al gehoord dat gidsen soms “lui” waren, zijn “tip” zal dan ook een stuk minder zijn.

Onderweg gebeurde er iets vreemds met Wim’s filmcamera, hij was net een stel leeuwen aan het filmen toen er op het scherm iets van “recover pictures”verscheen. Hij kon niets meer met z’n camera doen, ook niet uitzetten, daarna was hij al z’n fragmenten van de hele vakantie kwijt. Wel gaf de camera aan dat er nog maar 215 min. bruikbare ruimte op zat, terwijl hij in totaal 10 uur heeft om te filmen. We hopen dus maar dat alles in het geheugen staat, alleen, we kunnen nu niets meer na- of terugkijken. Wim heeft nog met Thomas van Beek gebeld en ook die wist bijna zeker dat alles er nog op moet staan. Hij stelde zelfs voor, als het niet mocht lukken alles terug te vinden, samen naar Sony te gaan.

We hebben weer een lunchpakket bij ons en nuttigen die, vanwege een groep rondzwermende vogels die uit zijn op lekkere hapjes, in de auto. We kijken uit op een meer waar nijlpaarden in huizen, alleen hun neus, oren en ogen steken boven het water uit.

Terug op de rand van de krater passeren we weer een kudde olifanten. Daarna rijden we terug naar onze lodge. Tegen half 4 hebben we volle zon op ons terras en verhuizen we naar het zwembad, waar we een verfrissende duik nemen en daarna lekker luieren. We zijn op tijd terug bij ons huisje voor de zonsondergang, ook al is hij niet spectaculair. Daarna is het weer tijd om naar het “farmhouse” te gaan, waar we bij kampvuur dezelfde dans-met- zang als gisteravond zien. Paulo komt nog even een praatje maken (hij moet na het zingen, samen met de anderen, nog 6 km. naar huis lopen en dit doet hij elke dag, om een paar shillings bij te verdienen!) en daarna hebben we weer een prima maaltijd met produkten uit eigen tuin en van eigen vee. Als afsluiter krijgen we een extra sterke koffie, speciaal voor ons gezet. Het was hier echt erg goed verzorgd.

dag 12

12e dag – Vrijdag 29 Januari

We hebben een lekkere lange nacht gehad, want we hoeven pas (!!) om 6.30 uur op. Vandaag gaan we naar Serengeti, het grote park dat aansluit op de Masai Mara in Kenia en waar de grote “track” (van de gnoes en zebra’s) van het ene park naar het andere steeds plaats vindt. De meeste dieren moeten nu hier zijn.

Zoals ik al zei is het uitzicht vanuit de auto een stuk minder, zodat Wim moeilijk kan filmen. Het is de bedoeling dat het dak pas bij Serengeti omhoog gaat, maar wanneer we 2 keer mooie “shots” missen, gaat het dak, na dringend vragen, toch omhoog. We zien namelijk een luipaard lopen voor ons op de weg en Peter reageert en zegt helemaal niets, pas als hij in de struiken verdwijnt zegt hij heel kalm: dat was een luipaard. Even later rijdt hij zo voorbij een kudde olifanten. Toen was het dus genoeg, het dak moet omhoog! Maar goed ook, want meteen daarna spotten we een grote groep giraffen, die staan gelukkig wel goed op de film.

Wim heeft bijna de hele weg gestaan. Onderweg komen we langs een paar Masai-dorpen, die je kunt bezoeken, maar ze zien er zo onecht uit, gewoon gemaakt voor de toeristen. Ook de Masai zelf willen alleen voor geld op de foto!

We stoppen bij een gorge, waar opgravingen zijn gedaan en waar ook een museum en een winkel bij zijn. Er zouden botten van pre-historische homo-sapiens gevonden zijn.

De uitleg erover duurt vrij lang en wij zijn niet genoeg geïnteresseerd, dus vertrekken we weer. Onderweg naar de “gate” van het Nat. Park zien we veel wild: gnoes, zebra’s, impala’s, antilopen en struisvogels, maar zodra we binnen het park zijn (er zit geen hek omheen) is dat zo goed als gebeurd. Ook wordt het steeds kaler en vlakker. Bij de officiële ingang stoppen we, omdat Peter ons moet registreren en natuurlijk ook moet betalen. Wij klimmen ondertussen naar een uitkijkpunt: je kijkt uit over een eindeloze vlakte, dit is ook de betekenis van het woord “Serengeti”.

Tegen enen zijn we bij het ressort (Serengeti Sopa Lodge), ook deze is weer luxe en vanaf het balkon van onze kamer kijk je uit over de savanne.

Vanuit het open restaurant is het uitzicht bijna hetzelfde, helaas spotten we geen enkel dier. De temperatuur is weer prima, ruim 30 graden. Alleen bij de gorge stond er een harde wind en de wegen zijn erg stoffig.

In de winkel van het ressort zien we een schitterende giraf staan, ook een leuk tafeltje en een mooie schaal, die we al bij diverse shops gezien hebben, zien we hier weer. We onderhandelen over de prijs, inclusief verschepen, maar hij is nog te hoog. Misschien wil de verkoper nog zakken met zijn prijs. Om 4 uur gaan we onze eerste game-drive maken in Serengeti, hopelijk zien we wat! Tot nu toe is Peter meer een chauffeur dan een gids geweest…..De game-drive is de slechtste tot nu toe: het is erg druk met jeeps, waardoor er grote stofwolken hangen. Peter heeft blijkbaar geen goede ogen, want wij zien alles eerder dan hij, zelfs een leeuw vlakbij moeten wij nog aanwijzen! Bij Tom was het precies andersom! Ook rijdt Peter vaak achter collega’s aan, als zij dan stoppen, stopt hij ook. We zien enkele giraffen, veel impala’s,

een leeuw in het gras en een in de boom, helaas is deze wel erg ver weg.

Wat ook nieuw is en erg irritant is de tseetsee vlieg, we hadden ons flink ingesmeerd met DEET, maar we worden toch nog gestoken. De weg terug bestaat weer uit een grote stofwolk, want iedereen moet om half zeven terug zijn, anders krijgen ze een waarschuwing en na 3 van deze overtredingen mogen ze het kamp niet meer in voor een paar maanden. Morgen vertrekken we om 7 uur om zo de grote groep voor te zijn, dus we moeten weer vroeg op! Na het eten is er een mooie show met zang, dans en acrobatiek, die wil ik morgen nog wel een keer zien.

Ook gaan we nog een keer terug naar de shop, de prijs zakt al, maar is nog te hoog.

dag 13

13e dag – Zaterdag 30 Januari

We hebben vandaag een mooie dag doorgebracht in Serengeti van 7 tot 4 uur ’s middags. Het enige minpuntje is dat Peter waarschijnlijk een bril nodig heeft, want wij zien alle dieren veel eerder dan hij. Zo misten we bijna een nijlpaard, op een paar meter afstand (we zouden er haast overheen gereden zijn), Wim heeft hem nog net op de film gekregen. Ook zag hij een paar keer een stuk steen voor een leeuw aan, maar verder heeft hij goed z’n best gedaan. We hebben diverse kuddes olifanten voorbij zien komen, allemaal op weg naar water.

Honderden zebra’s en duizenden gnoes, soms grazend, maar ook springend achter elkaar aan in grote groepen, prachtig om te zien,

ook zijn er heel jonge gnoes bij. Op de grasvelden liepen veel maraboes, enorme grijswitte dieren en tevens de lelijkste vogels van Afrika, pikkend in de nageboorten van de gnoes. Er zat weer een leeuw in een boom (niet dezelfde van gisteren!)

en verder zien we nog worthogs, hyena’s, giraffen, impala’s en deze bosbok.

We hadden een lunchbox mee en die hebben we leeggegeten in de open lucht, op een grote rots met diverse bomen erop. Ze noemen dit een “kopje”, een Zuid-Afrikaans woord voor berg met laagjes.

Tussen een stel kopjes was een rangers-post met een klein museum over neushoorns. Daar liet Peter op een kaart zien waar we allemaal geweest waren en nog heen gingen.

Eerst gaan we naar een berg met Masai-paintings, deze tekeningen stammen van 200 jaar terug. Je ziet schilden, olifanten en een fiets afgebeeld, die 200 terug gebruikt werd door missionarissen. Ook is hier een grot, waar de Masai veilig konden overnachten.

Daarna gaan we naar de Ngong-rock, weer een granieten rots, met kleinere stenen erop.

Een ervan maakt een metaalachtig geluid als je er op slaat, net een muziekinstrument, heel apart. Het was voor de Masai een heilige plaats, waar ze offers brachten.

Vervolgens rijden we naar een soda-meer, wat grotendeels droog staat.

Wel zijn er een paar buffels, die het zout oplikken.(Hier moesten we Peter de dieren aanwijzen, hij kon ze niet vinden!). We zijn inmiddels aardig vies en moe, we hebben bijna de hele tijd gestaan in de auto om maar niks te missen. Regelmatig zijn de tseetsee vliegen weer vervelend en dan slaan we onszelf!(dom, hè!) . Het zijn gemene steekvliegen, maar laten geen bulten achter.(We kennen ze van Fraser Island in Australië).

Eenmaal terug in het ressort staan we langdurig onder de douche, alles is stoffig. Daarna is het hoog tijd voor een biertje op het terras, om ook van binnen het stof weg te spoelen.

Tegen 7 uur gaan we nog een keer naar de giftshop. We worden het eens over de prijs en maken diverse foto’s en film van alle artikelen die we gekocht hebben, ze worden namelijk verscheept naar Holland. Daarna volgt nog het nodige papierwerk. We kopen het liever hier dan ergens onderweg, bij een giftshop, onze reisorganisatie kent deze mensen ook. Binnen 4 weken moet het thuis afgeleverd worden en kunnen we de giraf, tafel en 2 schalen een mooi plaatsje geven in de huiskamer.

Na het eten kijken we nog even naar de acrobaten die weer nieuwe stunts tonen, maar voor tienen liggen we al op bed.

dag 14

14e dag – Zondag 31 Januari

We hebben heerlijk lang en vast geslapen en worden pas wakker van de wekker om kwart voor 6. Om half 8 vertrekken we weer met al onze bagage. Peter heeft het dak van de jeep al omhoog gedaan.(Hij leert het!) Onderweg zien we een groep giraffen die de blaadjes van de acaciabomen eten, waar nu nog dauw op zit.

We komen weer langs Simba-rock, een van de grootste “kopjes” van Seregeti.

Peter leidt ons langs een stuk rivier waar leeuwen kunnen zitten, maar in plaats van “kings of the jungle” zien we een groep nijlpaarden in het modderige water. Overdag blijven ze in de pool, omdat hun huid erg dun is en weinig zon kan verdragen, ook verliezen ze anders te veel vocht, alleen na zonsondergang komen ze het water uit om gras te eten. Ze wegen ongeveer 2800 kg. (als ze volwassen zijn) en kunnen best hard lopen, zo’n 40 km. per uur. Ze zijn, samen met de buffels, de gevaarlijkste dieren, waar de meeste dodelijke ongelukken mee gebeuren.

We spotten er ook nog een Crowned Cranebird (kroonkraan) met z’n uitbundige gele kruinveren, deze vogel is het symbool van Oeganda.

Daarna komen we eerst weer door het vlakke kale stuk land, waar je haast geen dieren ziet. Peter meldt ons weer af bij het kantoortje van Serengeti en meteen zitten we in het volgende N.P. Gnorongoro. Hier zien we weer honderden gnoes, zebra’s en thomson-gazelles. Een grote groep gnoes kruist rennend de weg, dit noemen ze de “migratie” of “trek”. Deze dieren zijn constant aan het verhuizen, op zoek naar sappig grasland.

We zijn weer in het land van de Masai, die leven van de veeteelt.

Je herkent ze aan hun rode kleding (soort tafelkleed) en de grote gaten in hun oorlellen.

We moeten dezelfde weg terug van 2 dagen geleden en klimmen weer naar de rand van de krater, deze neemt slechts 3% van het totale N.P. voor zijn rekening. We rijden een stuk op de rand en dan weer richting Farmhouse.

Daarna is het nog bijna een uur rijden naar Lake Myara. Peter zei vanmorgen dat het 4 uur rijden was, we doen er dus ruim 6 uur over en zijn pas tegen tweeën bij het restaurant van “Kirumuru Tented Lodge”, dat eigenlijk om 2 uur sluit. We kunnen gelukkig nog onze lunch krijgen: een bakje farmersalade, een kipburger en een caramelpuddinkje, dit menu is het meest simpel van de hele vakantie. Ook de “tent-lodge” is gewoontjes (wij zijn gewoon heel erg verwend de laatste weken!) en Wim moet met opgetrokken knieën op bed liggen.

Het laatste uur rijden naar het kamp hebben we een stevige wind en ook hier waait een warme fohnwind. De haren staan stijf van het stof (we hebben ook bijna de hele weg gestaan in de jeep). De grond is hier in de omgeving roestbruin van kleur.

Om half 4 hebben we onze laatste safari, voor deze game-drive moeten we een heel eind naar beneden rijden. Het N.P. ligt in een dal en bestaat grotendeels uit water, verder is er veel bos met enkele rivieren. We zijn pas tegen vieren in het park en het is nog goed warm, 37 graden. Het park is vrij klein, maar er rijden wel veel jeeps rond, niet erg leuk met al het stof wat dan opwaait! We stoppen bij een hippo-lake, een plas met nijlpaarden, maar ook met veel toeristen. We hadden het vanmorgen al veel mooier en rustiger gezien, dus gaan we snel weer weg. Er zijn veel zwartkopaapjes in het park,

ook zebra’s, giraffen, olifanten, impala’s en buffels, maar de meeste zien we van een afstand, je moet namelijk op de paden blijven.

Peter is weer stekeblind en ziet zelfs de olifanten over het hoofd. Ik weet zeker dat we met Tom veel meer dieren gezien zouden hebben, maar ja, het zij zo. Het is genoeg geweest, 2 weken safari, we hebben genoten, maar ook alles gezien wat er te zien was.

Terug op het ressort nemen we eerst een pilsje bij de bar.

Het is een gezellige open ruimte met uitzicht op het meer. Daarna gaan we heerlijk douchen. Opeens horen we in de verte zingen; bij het restaurant is een groep mannen en vrouwen (waarschijnlijk uit de buurt) een soort gospelsongs aan het zingen, het klinkt erg goed. De enige begeleiding komt van een trommel in de vorm van een lege jerrycan. Ze zingen minstens 10 liederen en swingen mee op de maat van de muziek (ze hebben geen bladmuziek met tekst nodig!) Tijdens de hele maaltijd, die overigens voortreffelijk was, zingen ze, het is prachtig!

Tegen half 10 zijn we weer bij onze tent, we schrijven/lezen nog wat en dan zijn we uitgeteld.

dag 15

15e dag – Maandag 1 Februari

We worden wakker met de oranje gloed van de opkomende zon, die door het gaas van de tent schijnt. Ook het geluid van de vogels is overweldigend. Het ontbijt is weer in het open restaurant. Er staan diverse schalen fruit, maar deze zitten vol vliegen, we durven deze dus niet te eten en nemen maar een banaan. Wel maken ze een omelet en toast voor ons, alles bij elkaar was het toch een aardig verblijf. Van Peter horen we dat de locals alleen op zondag komen zingen, dus we hadden geluk met die mooie zang, gisteravond. Onze koffers worden weer ingeladen (ze werden op het hoofd vervoerd naar de auto),

dit keer door 2 Masai’s met traditionele kleding en schoenen gemaakt van autobanden.

Daarna gaan we op weg, het dak is weer omhoog op verzoek van Wim, maar Peter rijdt opeens erg langzaam, wat volgens hem niet harder kan vanwege de luchtdruk, terwijl hij gister over de weg scheurde op de terugweg naar de lodge. (de finale voetbal was op T.V., die wilde hij niet missen!). Dus laten we het dak weer zakken, we willen wel op tijd in Arusha zijn. Onderweg komen we weer langs koffie- en bananenplantages en zien we de Masai met hun kuddes. Het gras wordt hier nog met een groot mes gemaaid, i.p.v. met een machine en meegenomen voor het vee of voor de verkoop. Ook zien we vrouwen hun kleding wassen in vieze meertjes en worden er weer kilometers afgelegd om schoon drinkwater te halen. Het gewone leven op maandagmorgen begint weer.

We zijn ruim op tijd (10.30 uur) bij hotel Impala, waar het kantoor zit van Leopard Safari’s. We moeten er een formulier invullen over hoe de trip was en laten daar wel even weten dat Peter nodig een bril moet aanschaffen!! We drinken een biertje op het terras en krijgen een vroege lunch. Tegen half 1 brengt Peter ons naar het vliegveld en nemen we afscheid, zijn fooi is stukken minder dan die van Tom, maar hij had het ook niet verdiend. Bij de airport doen ze moeilijk over onze koffers en de rest van de bagage, we moeten 28 dollar bijbetalen. We mogen maar 15 kg. per persoon meenemen en wij komen dik over de 50 kg. en dan hebben ze mijn tas en de fotokoffer nog niet eens gewogen. Op de terugweg hebben we weer KLM (nu is het een binnenlandse maatschappij) en als ik dan wat meer in de handbagage doe, hebben we waarschijnlijk geen problemen. Het vliegtuigje zit helemaal vol, 16 personen, zelfs op de plek van de co-piloot zit nog een passagier.

Na 1 ½ uur vliegen landen we op Zanzibar. Er staat al een chauffeur op ons te wachten, die ons in een uur rijden naar het noorden van het eiland brengt, onderweg vertelt hij van alles over het gebied.

We zitten in een prachtig ressort: Ras Nungwi, ons huisje ligt vlak aan zee en het waait behoorlijk, bij zo’n 30 graden is dat wel lekker.

Ik krijg nu eindelijk de kans de koffers uit te pakken en gelijk diverse kledingstukken voor de laundry klaar te leggen. Ik heb een paar keer onderweg spullen kunnen laten wassen, maar dan moet je wel ergens 2 nachten blijven. Om 8 uur is het diner-time; er wordt voor een paar minuten op een trommel gespeeld, wat aangeeft dat je kunt gaan eten. Vandaag is het thema barbecue en dat is in buffetvorm, alles is werkelijk prima: diverse soorten vis o.a. kreeft en garnalen, salades en heerlijke desserts. Maar goed dat we alleen ontbijt en diner hebben, anders groeien we dicht!

dag 16

16e dag – Dinsdag 2 Februari

We worden vanmorgen gewoon om half 7 wakker, maar nu hoeven we niet meteen ons bed uit. Buiten is het bewolkt en het is vloed, waardoor je de golven flink tegen het strand hoort beuken.

Tegen achten ontbijten we, maar voor die tijd gaan we eerst de omgeving verkennen, wat snel gebeurd is, want het ressort is niet zo groot. Er staan 33 huisjes, er is een restaurant met bar, een duikschool, een pool, een winkeltje en er zijn diverse plekken waar je kunt zitten of liggen, alles is even luxe en natuurlijk heb je het strand en de zee.

We trekken onze zwemkleding aan en gaan naar het strand vlak voor ons huisje. Er hangt een brede hangmat tussen de bomen en er staan diverse ligstoelen en houten klapstoelen. Meteen komt er een “bediende” aan met dikke kussens en handdoeken, we kunnen heerlijk relaxen met een boek. Wim bestelt een cocktailtje en we hebben echt zo’n bounty eiland vakantie gevoel.

Het wordt eb en het water trekt zich een flink eind terug, we kunnen een heel stuk de zee in lopen, met nauwelijks natte voeten.

Het water is heerlijk op temperatuur zo’n 29 graden, daarna duiken we nog even het zwembad in.

Om 3 uur hebben we een scrub-massage geboekt en we laten ons een uur heerlijk verwennen. Naderhand zitten we goed in de olie (van buiten). We lopen door naar de duikschool, waar we allerlei papieren in moeten vullen, voor onze duikcursus.

We krijgen een dik boek mee, met een heleboel tekst en allerlei vragen, wat we helemaal moeten lezen en dat in het Engels!! Weg vakantie gevoel, we moeten huiswerk maken!! Met ons leerboek gaan we aan het water zitten, het waait inmiddels weer flink. We eten en drinken wat en daarna is het omkleden en naar een t.v.-ruimte, waar we een video van PADI-duiken bekijken. Dit is makkelijker te begrijpen dan het boek. Wim wil het boek niet eens meer lezen! (dat doet hij later toch wel!) Na het avondeten nemen we de rest van onze fles wijn mee naar ons huisje en lezen daar nog heerlijk een poosje op de veranda (niet uit het cursusboek). Het waait nog aardig, maar bij 30 graden is dat wel lekker! (In Nederland sneeuwt het nog steeds…!)

dag 17

17e dag – Woensdag 3 Februari

Vandaag zijn we 30 jaar getrouwd. Om 9 uur worden we opgehaald voor een “halve dag toer” naar Nungwi. We hebben een chauffeur die heel veel weet te vertellen van het eiland en ons eerst naar een ander dorp brengt, wat totaal niet toeristisch is.

We mogen er wel gewoon foto’s maken, al doen sommige mensen gauw iets voor hun gezicht, ze zijn bang dat er een stukje van hun ziel in de camera verdwijnt.(Maar voor een paar dollar is die angst ineens weg!)

Er is een visafslag, waar iedereen zit te wachten tot het vloed wordt en waar sommigen ondertussen een spelletje “bao” doen.

Er zijn kraampjes met fruit en andere waar.

Ook zien we daladala’s: open busjes die de locals vervoeren, deze sjouwen echt van alles mee, leuk om te zien.

Ondertussen vragen we van alles aan onze gids! Op het eiland komen veel fietsen voor, velen zijn afkomstig uit Nederland (tweedehands, gekocht of gejat!). Volgens het Engelse systeem dragen alle schoolgaande kinderen uniforme kleding.

Daarna stopt hij onderweg bij een open smederij: mannen zijn op de ouderwetse manier spijkers aan het maken voor de schepen in de buurt

Dat is ook het volgende wat we gaan bekijken, het dorp Nungwi leeft van de scheepsbouw. In Nederland zie je zoiets alleen nog bij de Batavia-werf, hier wordt alles nog echt met de hand gemaakt. Er komt geen elektriciteit aan te pas, heel interessant om te zien.

We hebben wel een uur staan kijken hoe met een handzaag en -boor dhows vorm krijgen.

Bij het pittoreske dorpje is ook een afgebakend stuk terrein waar schildpadden opgevangen worden, we krijgen er de nodige uitleg over de green-turtles en mogen zelfs een kleintje vastpakken.

We wandelen nog wat door het dorp

en keren daarna terug naar de taxi, in de veronderstelling dat hij ons terugbrengt naar ons ressort. In plaats daarvan stopt de chauffeur bij het Z-Hotel, dat aan de westkant van het eiland ligt, ons ressort ligt aan de oostzijde. We worden er ontvangen met een drankje en krijgen te horen dat, vanwege onze trouwdag, we een lunch aangeboden krijgen, voorafgegaan door een wijn-proeverij.

De manager van het hotel, een nog vrij jonge knaap die oorspronkelijk uit Zuid-Afrika komt, is wijnkenner en laat ons 6 soorten proeven, ondertussen kletsen we heel wat af en genieten van de mooie omgeving. Aan deze kant van het eiland is de zee veel rustiger en het strand schoner en witter. Omdat er veel minder wind is, is het er wel veel benauwder. Ook is alles grootschaliger opgezet en is er zowel geen stroom als geen water voor de toiletten. De lunch is prima, wel moeten we ruim een uur wachten voor deze geserveerd wordt.

Alles bij elkaar gezien, zijn we toch blij met óns ressort, al is het strand minder mooi. We nemen ons voor om over een paar dagen, bij eb, helemaal langs het strand naar dit ressort terug te lopen (ongeveer 45 minuten) om dan de zonsondergang te zien, waarna we dan met een taxi teruggaan.

Tegen half 4 staat onze chauffeur ons op te wachten en brengt ons weer terug naar het Ras Nungwi Beach Hotel. Onderweg krijgen we een telefoontje van de agent op het eiland van African Miracles (onze reisorganisatie), om ons te feliciteren en te vragen hoe de lunch was, erg attent allemaal! Terug in het ressort nemen we eerst een duik in zee en daarna in het zwembad, maar beiden zijn niet echt verfrissend.

Nu lig ik weer heerlijk in de hangmat, een koel briesje komt van zee en het wordt tijd dat ik mijn “studieboek” weer pak, want morgen begint onze duikcursus. Wim heeft zich bedacht en begint toch ook weer te lezen.

Om half 7 gaan we weer naar de televisiekamer waar we deel 1 en 2 van de cursus bekijken. Als we om 8 uur naar het restaurant lopen worden we gefeliciteerd door Rash, de manager van het ressort en naar een apart tafeltje gebracht, gescheiden van de anderen. Op het strand is te veel wind, zei hij, maar dit plekje is ook heel mooi.

Tegen half 10 komt opeens de hele staf, inclusief kok, zingend en muziek makend naar ons toe met een mooie taart. Natuurlijk zingen ze ook “Jambo, kuna matata”, wat een verrassing!

We hebben echt een heel leuke trouwdag gehad en gaan weer met een overvolle maag naar bed!

dag 18

18e dag – Donderdag 4 Februari

Vandaag hebben we onze eerst duikles, om 9 uur zijn we bij het duikcentrum, waar Jojo onze begeleidster blijkt te zijn. We moeten eerst nog deel 3 van de video gaan bekijken, dus zitten we weer 3 kwartier binnen (met de airco aan). Het is geen moeilijk stuk om te volgen (alles is in het Engels) en weer terug bij Jojo neemt ze eerst een stuk theorie met ons door en moeten we een soort klein examen doen.

Daarna krijgen we wetsuits aan en geeft ze uitleg over alle apparatuur. Vervolgens krijgen we lood om en wordt de hes met BCD (Boyance Control Device) en andere apparatuur omgegespt. We lopen naar het zwembad, waar we 2 uur doorbrengen met allerlei dingen uitproberen o.a. ademhalen door mondstuk, langzaam naar beneden zwemmen, op een bepaalde diepte blijven, enz.

Het gaat goed allemaal en terug bij de duikschool leren we hoe alles weer uit elkaar moet, om daarna schoon te maken in water. Dit was een leerzame ochtend, we nemen een sandwich met een biertje aan het strand en daarna is het weer tijd voor het theorieboek. Ook moeten we nog 2 delen film afkijken, dat doen we tegen half 6.

Een uur later (we hebben nu alles van scuba-diving gezien) is er een sundown-cocktail by the pool. We ontmoeten er een Canadees stel, dat ook al heel wat van de wereld heeft gezien. Na een paar sangria’s en hapjes gaan we nog even terug naar ons huisje, eten is pas om 8 uur. We doen een paar spelletjes “sushi bar” voor en na het eten en dan is het weer “bed tijd”. Tijdens het eten (vandaag is het weer barbecue met krab en garnalen) is er een bandje dat rustige muziek speelt.

dag 19

19e dag – Vrijdag 5 Februari

Vanmorgen hadden we dan onze eerste echte duik in open water. Vanaf het duikcentrum gingen we in een open boot met dak, voorbij het ondiepe gedeelte, naar het koraal. We moesten eerst een stuk door het water lopen om bij de dhow te komen.

In de boot stonden al zo’n 12 flessen zuurstof klaar, plus onze BCD vesten.

Er waren nog 3 andere duikers, 2 Fransen met wat ervaring en een Duitser, die zijn eigen spullen bij zich had. Er waren 3 begeleiders, plus 2 locals voor de boot.

Alles was goed geregeld, alleen, eenmaal aan boord werd Wim zeeziek, terwijl hij er toch pilletjes voor ingenomen had. Gelukkig hoefden we niet ver te varen. We kregen onze spullen om en na nog een duidelijke uitleg moesten we, op de rand van de boot zittend, ons achterover laten vallen (met de benen omhoog) in zee. Je moet dan je masker en je regulator (mondstuk waar de lucht uitkomt) goed vasthouden, zorgen dat er lucht in je hes zit en met de andere hand je riem met gewichten vasthouden. Het leek me heel eng, maar het viel erg mee. Daarna moesten we langs een ankerlijn langzaam afzakken naar de bodem, zo’n 12 meter diep. Bij elke meter moet je zorgen dat je oren niet dicht gaan zitten, dit heet “equalizen”. Het ging allemaal prima, we hebben 45 minuten rondgezwommen en veel mooie koraal en vissen gezien. We hadden de camera niet meegenomen onder water, dit omdat het pas de eerste duik was en ook omdat we toch nog een tweede duik zouden maken. Toen we terug waren aan boord, kreeg Wim weer last van zeeziekte en goed ook dit keer, hij moest echt gaan liggen.

We zijn teruggegaan naar de kant en stellen de tweede duik uit tot morgen, hopelijk gaat het dan beter. Hij ligt nu te slapen op bed. De andere duikers vonden het gelukkig geen probleem dat we teruggingen.

Na ruim een uur slaap voelt Wim zich gelukkig weer beter. Op de veranda gaan we weer verder met de cursus (we moeten echt heel veel lezen en vragen beantwoorden en dat in het Engels!). Tegen half 4 gaan we weer naar Jojo, voor verdere instructies en om examenvragen te maken. Daarna krijgen we nog uitleg over de recreatieduikplanner RDP, een kaart met allemaal cijfers en letters erop en ook daar krijgen we weer vragen over!

Om half 6 zijn we echt gaar, we gaan terug naar ons huisje, de zon is inmiddels al weg van het strand. We nemen een wijntje (we hebben een prima minibar) en pakken voor de verandering ons “gewone”leesboek, we zijn allebei nog steeds met de eerste bezig! Toch komt er van lezen niet veel, we hebben zoveel ervaringen uit te wisselen over het duiken en de cursus.

Om 8 uur gaan we weer naar het restaurant, waar elke dag door een lange trommelroffel het startsein voor de maaltijd wordt gegeven. Het eten is hier echt voortreffelijk, wat tot gevolg heeft dat je met een volle maag naar bed gaat. Hoe blijf ik slank!

dag 20

20e dag – Zaterdag 6 Februari

Om 8.15 uur zijn we alweer bij het duikcentrum, voor onze tweede duik in “open water”.

Wim heeft z’n één-na-laatste pilletje van thuis ingenomen en deze blijkt veel beter te helpen tegen zeeziekte dan die van de duikschool, hij heeft totaal geen last (nou was er ook haast geen wind vandaag!). Dit keer ben ik de spelbreker. We gaan weer naar beneden, nadat we in de boot zelf de hele check (of alle apparatuur goed zit) gedaan hebben, maar dit keer zonder touw, er wordt namelijk geen anker uitgegooid.

We zitten net tussen eb en vloed in en er zou geen stroming moeten zijn, maar die is er dus wel. We drijven af tijdens het dalen en zo is het moeilijk je te concentreren op je ademhaling en het “equalizen” (klaren van de oren), ook was er niets te zien (geen vis of koraal) en was het water vrij troebel. Ik raak een beetje in paniek en wil/ga weer naar boven. Wel baal ik als een stekker, want stel dat ik dit vaker heb! De Duitser van gister is er ook weer, dus we wachten tot hij boven is. Ook hij had last van de stroming en moest zich aan het koraal vasthouden als hij een foto wilde maken, bovendien was hij 2 kilometer afgedreven. We gaan naar een andere mooie plek om te duiken en proberen het daar nog een keer, nu gaat alles prima. Op de bodem moeten we verschillende vaardigheden testen en dat gaat ook goed.

We zijn 42 minuten onder water en zien veel mooie vissen en koraal, dit keer heeft Wim het fototoestel bij zich.

Ondertussen proberen we onze “boyence” (het op één hoogte zwemmen, drijfvermogen) onder controle te houden. Later, met het naar boven gaan, moeten we net doen of één van ons geen lucht meer heeft en gebruiken we de reserve regulator van de ander. Je moet dus vlak bij elkaar blijven, ook dit lukt redelijk (Ik trek alleen per ongeluk Wim’s regulator uit z’n mond, waardoor hij dus echt geen zuurstof meer krijgt!).

Op de terugweg naar het ressort zien we een groep dolfijnen, we varen er met de boot vlak langs.

Weer terug aan de kant is het afdouchen, spullen schoonmaken en even rust, om 2 uur gaan we weer oefenen in het zwembad. Als we om 2 uur weer bij de duikschool aan komen krijgen we te horen dat Jojo vertrokken is, ze werkte maar tijdelijk op het ressort, vanaf nu is Darren onze begeleider. We krijgen weer een heleboel uitleg over de apparatuur en de vaardigheden die we moeten kunnen en het blijkt dat Darren een prima leraar is, ook in het zwembad neemt hij alle tijd voor ons. We moeten o.a. leren onze BCD-uitrusting aan en uit te doen, onder water, in het water en boven water. Het zelfde geldt voor de riem met gewichten.

Tegen half 5 zijn we pas klaar en we spreken af morgen een pauze in te lassen. We gaan dan alleen om 3 uur het theoriegedeelte afsluiten en vervolgens het examen doen. Maandag (8-2) gaan we dan een hele dag de zee op en maken 2 duiken op 18 meter diepte, daarna hebben we ons brevet. We luieren nog anderhalf uur op het strand, waar we een groep vrouwen zien, die aan het vissen zijn met grote netten.

Tegen half 7 drinken we, boven bij ons huisje, een wijntje.(Je mag voor en na het duiken gaan alcohol drinken!)

We horen de hele dag de zee ruisen, wat een relaxed geluid is. De wind is de laatste dagen flink afgenomen en de temperatuur schommelt zo’n beetje rond de 36 graden. Op het hele eiland is al 2 maanden geen stroom, de kabel die loopt van Dar es Salaam naar Zanzibar is gebroken. In het ressort en in de meeste hotels hebben ze generatoren, maar voor de gewone bevolking is het knap lastig.

Na weer een voortreffelijke maaltijd doen we voor het eerst een potje triominos en liggen tegen half elf weer plat.

dag 21

21e dag – Zondag 7 Februari

We zijn geslaagd voor onze theorie, van de 50 vragen hadden we er 4 fout, dus dat was een nette score. Darren zei dat we ver boven het gemiddelde zaten. Wel was het al ruim 5 uur in de middag voor we eindelijk klaar waren, de hele dag hebben we gelezen, vragen gemaakt en tabellen bestudeerd. We hebben het waarschijnlijk veel te serieus gedaan, want vaak wordt alle theorie in 1 dag afgehandeld. Nu nog 2 duiken en we hebben eindelijk ons PADI open water duikbrevet. Gister was er haast geen wind, vandaag al veel meer en voor morgen is er een flinke wind van 10 knopen voorspeld.

We zouden de hele dag met een boot meegaan, 1.15 uur varen naar een eiland, waar je niet aan land mag, duiken, dan 1.30 uur rust en vervolgens een tweede duik, waarna nog een terugvaart volgt van 1.15 uur. Dat wordt het dus niet !!(Wim is veel te bang weer zeeziek te worden.) Morgen om 10 uur moeten we ons melden bij Darren, dan krijgen we nog uitleg over het kompas en dan bekijken we het weer. Waarschijnlijk wordt het 1 duik, 10 minuten varen van hier. We hebben net gebeld met Holland, eerst met ma, die weer ziek was geweest en daarna met Dieren, waar Dennis op bezoek is bij opa en oma. Het is nog steeds guur weer in Nederland en Dennis is druk met de “bogenbouw”, schieten, zingen en met carnaval. Hij heeft geen tijd om ons te missen!

Zo, de lesboeken zitten onder in de koffer, die willen we niet meer zien, nu zijn onze leesboeken weer aan de beurt. Na de avondmaaltijd doen we nog tot 11 uur (voor het eerst zo laat!!) buiten spelletjes, ondertussen staat binnen de airco aan, zodat we bij een redelijke temperatuur (28 graden) kunnen slapen.

dag 22

22e dag – Maandag 8 Februari

Om 10 uur moeten we ons melden bij Darren, dus tot die tijd hebben we nog heerlijk in de hangmat en op het bed, gemaakt van kokostouw, gelegen. Elke keer komt er iemand met matrassen, kussens en handdoeken om alles comfortabel te maken. Het is vlakbij ons huisje, een heerlijk plekje!

Darren neemt met ons door wat we vandaag allemaal weer gaan oefenen in en onder water, o.a. het masker vol met water laten lopen en daarna weer leeg maken (en dat 6 meter onder water!)

Tegen half elf vertrekken we, alleen met Darren en een local, die de boot bestuurt, naar de rand van het rif. Het is maar 10 minuten varen, Darren weet dat Wim niet te lang in de boot wil zitten. Alles gaat prima,

we zwemmen tot 18 meter diep en zijn zeker 45 minuten onder water. We zien prachtige koraal en heel aparte vissen. Weer boven moeten we onze gewichtengordel af en weer om doen en ook ons hesje met alles “d’r op en d’r aan” aan- en uittrekken en dat in golvend water, dat valt niet mee.

Tegen half 1 zijn we terug bij ons huisje, we douchen en zoeken ons lekkere plekje aan zee weer op. Even uitrusten! We eten en drinken wat en hebben eindelijk tijd voor een mooi leesboek.

Tegen half 5 gaan we een lange strandwandeling maken naar het Z-hotel, dat aan de westkant van het eiland ligt. Het is een klein uurtje lopen, maar de wandeling is mooi en bij eb goed te doen.

Bij het hotel drinken we een biertje en maken nog een foto van het mooie uitzicht. Hier is haast geen wind en het is dan ook zweterig, benauwd weer.

We besluiten geen taxi te nemen, maar gewoon terug te lopen, lekker met de voeten in de zee en de wind in het gezicht, hier beginnen we al mee voor de zon helemaal onder is.

Onderweg maken we foto’s van dhow’s met de ondergaande zon op de achtergrond.

Net na zevenen, voor het helemaal donker is, zijn we weer terug, we voelen ons vies en bezweet en duiken weer onder de douche. We zijn blij dat we een ressort hebben aan de wind-zijde, ook al zien we dan geen zonsondergang. Om 10 uur liggen we al op bed, het was een vermoeiende dag!

dag 23

23e dag – Dinsdag 9 Februari

Vandaag hebben we voor het eerst helemaal niets op het programma staan. We slapen uit (!) en zitten om 8 uur aan het ontbijt, waar we uitgebreid van genieten. Op onze hangmat ligt al een matras en daar relaxen we met een mooi boek.

We nemen een cocktailtje, zwemmen in zee en eten pasta met een wijntje op ons favoriete stekje (de Johazi-bar), waar ons huisje pal achter ligt.

’s Middags nemen we zelfs een glaasje champagne. We hebben de hele dag de tijd, met en voor elkaar!

Ook maken we nog een strandwandeling, nu de andere kant op. Het is hier echt een paradijsje! (Dat zeiden we op de Malediven ook al!)

Als we ’s avonds, met een volle buik, terugkomen van het diner, staat er een flesje witte wijn (Fairview, Zuid-Afrika) op tafel met een kaartje erbij: “Have a drink on us, with compliments”. Zo worden we regelmatig verrast: een flinke kortingsbon voor een massage, een mandje met kruiden, een box met allerlei soorten thee, erg attent allemaal.

dag 24

24e dag – Woensdag 10 Februari

Vandaag gaan we Zanzibar verder verkennen. Om 9 uur worden we opgehaald en de chauffeur brengt ons eerst naar het midden van het eiland voor een “spice-tour”.

Onderweg ernaartoe zingt hij allerlei liedjes voor ons! (Hij heeft een prachtige stem, de meeste mensen hier kunnen zo bij een koor!)

De kruidentoer is erg interessant, op het eiland staan erg veel bomen/struiken met kruiden, vooral bestemd voor de export. Kruidnagel is een belangrijk artikel en ook kaneel, gember, pepers, vanille en nog diverse andere soorten verbouwen ze hier.

Ook zijn er veel vruchten: mango’s, ananas, bananen (ook rode), papaya’s, dorians, lyches, groene sinaasappels en limoenen.

We worden rondgeleid door een gids die een hulpje bij zich heeft, deze haalt allerlei kruiden uit de bomen, maar is ook heel handig in het maken van voorwerpen van bladeren. Hij maakt een hoed, een stropdas, een tasje, een kikker, een bril, een ring en oorbellen voor ons. Heel leuk allemaal!

Tijdens de tour begint het te regenen en niet zo’n klein beetje ook. Ik krijg een grote palmtak als paraplu en deze houdt een hoop water tegen,

maar het begint steeds harder te plenzen en zelfs te onweren,

dus nemen we toch maar een gewone paraplu. In een mum van tijd lopen we te soppen in de plassen en door de modder, maar we gaan gewoon door met onze gids. Er is ook nog een ander “hulpje”, deze klimt, al zingend, hoog in een palmboom, met een simpel touw tussen zijn voeten, als steun.

Weer beneden snijdt hij een nog jonge kokosnoot open en deze moeten we leegdrinken, dit schijnt goed te zijn voor je spijsvertering. Daarna snijdt hij de zachte kokos eruit en ook deze smaakt prima.

Natuurlijk proberen ze ons ook wat te verkopen: er is een boom met heerlijk ruikende bloemen, waar ze parfum van maken. Daar kopen we een paar flesjes van (souvenirs) en ook hebben ze allerlei soorten kruiden en thee in zakjes, maar deze hebben we allemaal al in het ressort gekregen. Aan het eind van de rondleiding krijgen we nog allerlei fruit te proeven, zo vers van de grond of uit de boom. Het is erg leerzaam en smakelijk allemaal.

We gaan met heel vieze, natte schoenen weer terug in de auto, om verder te gaan naar Prison-island. Eerst eten we een pizza bij de haven van Zanzibar Stad, met uitzicht op zee, in het Freddie Mercury restaurant. Deze zanger van Queen is geboren op Zanzibar en daar zijn ze trots op.

Daarna gaan we met een simpele dhow naar het eiland, de zee is helemaal glad vandaag! We hebben inmiddels weer een andere gids mee.

Op het eiland valt niet veel te zien: er is een ressort, wat aardig in verval is geraakt en de gevangenis zelf stelt ook niet veel voor. Het enige leuke zijn de reuze schildpadden die er leven, we mogen ze voeren en bekijken ze uitvoerig.

Omdat er nergens stroom is op Zanzibar en er op dit eilandje ook geen generatoren aanwezig zijn, kunnen we niets krijgen, dus ook geen lekker koud pilsje! Daarom varen we weer terug richting Stone Town, een wijk in Zanzibar-stad.

Daar drinken we een koel biertje in een luxe, Arabisch uitziend hotel, het Africa House, deze heeft een prachtig uitzicht over de zee.

Later lopen we door de smalle straatjes van Stone Town, je kijkt je ogen uit. Overal proberen ze je van alles te verkopen en ondertussen sjezen de fietsers en bromfietsers langs je heen, een hele belevenis. We komen hier de laatste dag van de vakantie terug. We kopen nog wat beeldjes, waar Wim flink op afpingelt en verder zeggen we heel vaak “nee”. Volgende keer willen we meer foto’s maken, maar nu hebben we onze handen vol.

Daarna moeten we nog een uur terug rijden naar Ras Nungwi, wat helemaal in het noorden ligt. We hebben weer een andere chauffeur, ze zijn wel allemaal van dezelfde companie. Onderweg is er weer van alles te zien, je blijft je verbazen over het simpele leven dat veel mensen hier leiden: voor water moeten ze naar de bron, er is geen elektriciteit, kleding wassen doen ze in grote plastic bakken (met de hand natuurlijk), ze zitten in overvolle bussen (daladala’s) om ergens te komen, dragen veel zware dingen op hun hoofd (de vrouwen) en toch zien ze er allemaal heel tevreden en gelukkig uit. Ze kennen geen televisie (misschien hebben ze daarom allemaal zoveel kinderen!), maar wel heeft haast iedereen een mobieltje. Alleen zonder stroom is het natuurlijk moeilijk om deze op te laden, hier wordt weer op ingespeeld en er zijn mensen die hier goed geld mee verdienen. In Stone Town hoor je constant het irritante gezoem van de generatoren, omdat de winkeltjes en de hotels toch stroom nodig hebben! De bevolking bestaat voor 90 % uit moslims en voor maar 3 % uit Christenen, toch vieren ze hier gezamenlijk Kerstmis en het feest van de Ramadan en de kinderen gaan samen naar school.

Onze gids, die wel in een stenen huis woont, vertelt dat ze vaak 4 dagen achtereen water hebben in huis en dat daarna een andere wijk aan de beurt is, er komt dan bij hun geen water uit de kraan. Ze moeten dus zorgen dat ze voldoende jerrycans met water gevuld hebben, want het kan wel een week duren voor ze weer een paar dagen water hebben. Echt drinkwater kopen ze in flessen. Vanwege de stroomuitval doet hun ventilator het ook niet (en dat bij 36 graden!) en ook strijken gebeurt weer op de ouderwetse manier, met hete kooltjes. Wat zijn wij in Nederland toch verwend, we vinden het maar heel normaal dat er drinkwater uit de kraan komt en dat we elektriciteit hebben voor licht en om de temperatuur te regelen in huis. Ook met de hygiëne is het heel anders gesteld: de vis wordt ongekoeld op straat verkocht, achterop de (brom)fiets wordt melk vervoerd voor de verkoop

en afvalcontainers kennen ze niet; alles wordt gedumpt of verbrand. Toiletten spoelen meestal niet door (er staat een bak water naast) en velen hebben niet eens een W.C. Toch is Zanzibar een mooi eiland, erg groen met veel fruit- en palmbomen en er zijn mooie stranden. Het zeewater is prachtig blauw en er zijn veel koraalriffen met gekleurde vissen en de temperatuur is meestal prima. Wij zitten in een luxe ressort met airco, ventilator, stromend water en prima eten, maar hier echt wonen zou ik dus nooit willen!!

dag 25

25e dag – Donderdag 11 Februari

Omdat Wim nogal last had van zeeziekte bij zijn vorige duiken, gaan we vandaag met een speedboot naar Mnemba, een prachtig eilandje met witte stranden en veel koraal eromheen.

Volgens de “locals” aan boord komt Bill Gates hier ook regelmatig, net als diverse andere beroemdheden.

We zijn binnen 20 minuten op de plaats van bestemming, terwijl we er met de dhow 1 ½ uur over gedaan zouden hebben. Onderweg kruisen we een groep dolfijnen, die mee zwemmen met de boot, ze hebben duidelijk zin om te spelen!

We hoeven nog maar 2 oefeningen onder water te doen, bij het duiken, namelijk “stil zitten” halverwege de afdaling (dit is een kwestie van ademhaling) en het masker op- en afzetten. Dit vind ik altijd vervelend met mijn lenzen, maar alles gaat goed.

We gaan bijna 20 meter diep en blijven 3 kwartier onder water, waar we natuurlijk weer veel aparte vissen en prachtig koraal zien. Duiken is zo verschillend van snorkelen, nu zwem je tussen de vissen, terwijl je ze anders van bovenaf bekijkt,

ook zie je andere soorten koraal en is deze veel mooier en meer ongeschonden. We zijn niet de enige hier vandaag, want Mnemba is een geliefde locatie voor zowel duikers als snorkelaars. Ook zijn er veel vissersboten in de buurt, vanwege de grote hoeveelheid vis. Na deze duik zijn we officieel geslaagd voor ons PADI open-water-duik-brevet en nu kunnen we, als we willen, gaan duiken in bijvoorbeeld Egypte, Maleisië of Thailand, zulke locaties trekken ons wel!

Weer in de boot lunchen we en tegen tweeën gaan we nog een keer naar beneden. Dit keer gaan we gewoon met de stroom mee en worden we 3 kwartier later weer opgepikt, dat is heel relaxed zwemmen, ook nu gaan we weer bijna 20 meter diep. Er zijn meer duikers die dezelfde route volgen, maar dat maakt niet uit. Wim heeft dit keer z’n camera niet bij zich, dus hij heeft alle tijd om rond te kijken, het blijft fascinerend onder water. Deze extra duik krijgen we voor noppes van Darren, we moeten voor de speedboot namelijk wel extra betalen, terwijl ook Darren en de crew genieten (deze boot wordt haast niet gebruikt), bovendien heeft Wim totaal geen last van zeeziekte! Weer in de boot gaan we vol gas terug richting ressort. Met flinke snelheid passeren we de dhows en tegen 3 uur zijn we weer terug. We zijn flink verkleurd vandaag, je kunt precies zien waar het pak zat. We douchen even en spoelen alle spullen af, dit is heel belangrijk, want zout water is funest voor de apparatuur.

Daarna gaan we relaxen op het strand, we zijn best moe.

Tegen zessen maken we onze fles “Fairview” open en om half 7 is er de wekelijkse sun-down cocktail (Hik!). Dit keer raken we in gesprek met een stel Amerikanen, die de Kilimanjaro wilden beklimmen, halverwege werd zij echter ernstig ziek en moesten ze terugkeren. Het eten is weer in BBQ-vorm (voor ons de vierde en laatste keer), we hebben al heel wat krab en scampi’s (grote garnalen) op.

Nog één dag hier en dan zit het erop. We zijn blij dat we ruim de tijd hadden om onze cursus te doen, nu zien dat we het bij houden!!

dag 26

26e dag – Vrijdag 12 Februari

Gisteren, bij onze tweede duik, hadden we allebei op het laatst last van onze oren en daar hebben we vandaag nog een beetje hinder van. Maar goed dat we nog niet hoeven te vliegen, want dan kan het pijnlijk worden.

Het is vandaag onze laatste dag in Ras Nungwi, na het ontbijt gaan we naar de receptie om onze terugvlucht te laten bevestigen en om een kopie van “spelregels” te laten maken. Ze hebben namelijk op Zanzibar een apart spel met balletjes: Bao, wat we als souvenir mee willen nemen. Eergister in Stone Town hebben we ze in soorten en maten zien liggen, dus daar kopen we er wel één, hier in het ressort hebben ze in ieder geval de Engelse beschrijving. Ook zit het Bao-spel hier in een tafel verwerkt, dus heb ik vandaag met de barkeeper een potje gespeeld. Daarna gaan we voor het laatst naar het strand, nog een keer luieren in die heerlijke hangmat.

We duiken maar één keer de zee in, want er zwemmen vandaag gemene beestjes in het water, een soort jellyfish. Ze zijn wel mooi om te zien: knal blauw, rond en met zwarte haartjes, maar als ze je raken gaat het flink jeuken, Wim is de pechvogel! Hij krijgt een rode vlek op z’n arm, maar er wordt ons verteld dat je het flink moet afspoelen met schoon water en inderdaad, na een paar uur is de vlek en de jeuk verdwenen. Tegen half 5 lopen we voor de laatste keer naar het duikcentrum, we kunnen onze logboeken ophalen

en er wordt een foto van ons gemaakt. Deze wordt opgestuurd naar een kantoor van PADI en over een week of 2 zijn onze pasjes dan bij ons thuis. Nu moeten we het dus bij gaan houden, zodat we het niet verleren. Darren is trouwens zeer tevreden over ons, hij vindt dat we erg relaxed zijn in het water.

Daarna wordt het tijd om de koffers te pakken, maar eerst trekken we een flesje champagne open,

om officieel te vieren dat we PADI open water duikers zijn.

Koffers inpakken gaat op de terugweg altijd veel sneller dan thuis, bovendien slapen we morgen nog een nacht op Zanzibar, dus daarna gaan we pas de zware spullen als handbagage meesjouwen.

Het zal straks weer wennen zijn thuis; hier is het ’s nachts 28/29 graden en liggen we zonder laken op bed met de ventilator aan. Ook het zeewater heeft een temperatuur van 29 graden.

Ons laatste diner nuttigen we op het strand, onder de sterren. Ze hadden dit weken niet meer georganiseerd vanwege de wind, maar vanavond voor het eerst wel weer en omdat we zolang in het ressort geweest zijn, viel ons de eer te beurt. Een leuke afsluiting!

dag 27

27e dag – Zaterdag 13 Februari

We zijn vertrokken uit Ras Nungwi, onderweg naar Zanzibar-Stad zien we weer allerlei interessante dingen, o.a. gedroogde sardines, matten vol.

Tegen 12 uur zijn we in het Swahili-House, waar we vannacht verblijven. Het ligt midden in Stone Town en is een van de oudste gebouwen hier.

Op het dak is een open terras waar de wind lekker doorwaait en vanwaar je een mooi uitzicht hebt over de stad, tevens is het een restaurant.

Ook hier is natuurlijk geen elektriciteit en de dag-generator staat vlakbij onze kamer en maakt een aardige herrie, deze werkt tot 6 uur, dan neemt een grotere generator het over (die staat gelukkig veel verder weg). Na de lunch gaan we Stone Town in, waar we van de ene verbazing in de andere vallen. We komen in een markthal waar allemaal kippen verkocht worden, zowel dood als levend (Ik eet hier geen kip meer!).

Ook allerlei fruit, kruiden, eigenlijk alles wordt hier verhandeld in de smalle straatjes.

Iets speciaals op Zanzibar zijn ook de teakhouten deuren, deze stammen uit de tijd dat de Arabieren hier aan de macht waren, ze bevatten vaak schitterend houtsnijwerk. In sommige deuren zijn fragmenten uit de koran gesneden, anderen bevatten koperen punten om olifanten te weren.

Wij gaan op zoek naar een bao-spel, al snel komt er een local op ons af, die ons wel even de weg zal wijzen. Hij brengt ons inderdaad bij een vakman die hout bewerkt en bij hem kopen we zelfs 2 bao’s, één voor Dennis en één voor onszelf. Weer meer handbagage!

Daarna is ons Tanzaniaans geld op en laten we ons terugleiden naar ons hotel. We kunnen nog een half uurtje boven zitten en dan komt de gids ons halen om ons naar de sunset cruise, in een dhow, te brengen. Wim is bang dat hij weer zeeziek wordt (er staat een aardige wind vandaag), maar dat valt erg mee,

we zeilen ook met de boot en dat is hij wel gewend. Alleen overstag gaan werkt wel iets anders dan bij onze boot. We zijn samen met 3 andere passagiers en met 3 bemanningsleden aan boord, we varen 2 uur langs de kust en gaan maar één keer overstag. Er zijn diverse lekkere hapjes en drankjes en de kapitein vertelt allerlei interessante dingen. Op een gegeven moment laat Wim hem een stukje film zien van de dolfijnen, toen we in de speedboot zaten. Zegt de kapitein opeens: “hé, dat is mijn broer!” Dit was de bestuurder van de speedboot, wat een toeval, we zitten nu aan de andere kant van het eiland.

Om 7 uur rijden we terug naar ons hotel, waar we eerst de koffers in orde maken en daarna weer naar het leuke dakterras gaan. Het enige nadeel is dat je 8 trappen op moet om er te komen, dus je bent heel blij als je de wind voelt wanneer je boven bent. Wederom zitten we onder de sterren te dineren. Om 8 uur beginnen ze vanuit de moskeeën weer te zingen, om de mensen op te roepen voor het gebed, dit gebeurt 5 keer per dag, de eerste keer al om 6 uur ’s morgens. Er zijn 50 moskeeën in Zanzibar en 2 kerken. Om 10 uur zijn we helemaal op en duiken ons bed in, onze laatste nacht in Afrika!

dag 28

28e dag – Zondag 14 Februari

Na een lekker ontbijt gaan we naar beneden (8 trappen af), want om 9 uur hebben we een rondleiding door Stone Town. Onze gids vertelt uitgebreid over de geschiedenis van Zanzibar en over de slavernij. Hij laat ons de kelders, waar de slaven tijdelijk werden opgesloten, zien en ook een monument hiervan.

We lopen weer door diverse smalle straatjes en door een hal waar ze vis en vlees verhandelen en schoonmaken. We zien geitenkoppen liggen, gehakt bij een temperatuur van 35 graden (probeer dat maar eens in Holland!) en allerlei soorten vis die ter plaatse bewerkt wordt.

De hygiënische omstandigheden verschillen wel heel veel met die bij ons, je kijkt echt je ogen uit! Ook komen we bij het “oude fort”, waar een muziekfestival aan de gang is

en bekijken we “the House of Wonders” een soort museum.

Wij vinden de smalle straatjes en marktjes het interessantst.

Op het laatst zien we in een winkeltje nog een paar mooie schilden, gemaakt van koeienhuid. Na onderhandelen kopen we er 3 voor 30 dollar, we weten alleen niet zeker of ze mee mogen naar Holland !! We nemen tot slot nog wat foto’s van de plaatselijke bevolking en een groep schoolkinderen.

Daarna is het tijd terug te gaan naar het Swahili House, we hebben weer heel wat foto’s en film gemaakt. We nemen snel een douche (met deze vochtige warmte blijf je niet droog!), pakken de laatste spullen in (de koffers zijn wel erg zwaar geworden!) en klauteren de trappen nog maar een keer op voor de lunch.

We worden om 4 uur opgehaald, dus tot die tijd blijven we hier. Het ritje naar het vliegveld is maar kort, daar aangekomen duurt het heel lang voor we de instapkaarten hebben. Het is nog steeds goed heet en het zweet loopt met straaltjes over de rug, terwijl we bij de balie staan te wachten. We krijgen er zowel de kaarten voor de vlucht naar Nairobi als voor Amsterdam, helaas lukt het niet om “lange benen”-plaatsen te bemachtigen. Eenmaal op het vliegveld gaat alles heel relaxed, je mag gewoon buiten gaan zitten en je loopt zo naar de vliegtuigen toe,

de meeste zijn vrij klein, tot 16 persoons, of nog kleiner. Ons vliegtuig is redelijk groot, maar de tweede (van Nairobi naar Amsterdam) is kolossaal: een Boeing 777 300, er kunnen 425 personen in en hij zit helemaal vol. In Nairobi doen we pas warmere kleding aan en onze dichte schoenen, voor die tijd is het veel te heet. Tegen half twaalf ’s avonds krijgen we nog een warme maaltijd en om half 5 ’s morgens alweer ontbijt, tussentijds slapen we een beetje. Wim kijkt eerst nog een film en ik lees m’n derde boek uit. ’s Morgens om half 6 komen we, zonder problemen, op Schiphol aan, het is – 4 graden !! Brrrr… Margriet staat ons al op te wachten en brengt ons netjes naar huis, ideaal. Onderweg en later thuis hebben we heel wat te vertellen! We hebben een fantastische vakantie gehad, zeer afwisselend: al die wilde dieren waren schitterend om te zien en ook zijn we heel blij met ons duikbrevet. De cultuur en de natuur waren fascinerend en de temperatuur was heel wat beter dan in Holland!

Terug naar boven