Onze reizen: Afrika 2014

Afrika 2014

Najaar 2014 zijn wij 10 weken naar Afrika geweest, de eerste 6 weken met een groepsreis van Wereld Contact:   5 koppels, reisbegeleiding en een monteur, in totaal 7 campers.

De reis start in Kaapstad en gaat via Namibië, Botswana, Zimbabwe naar Johannesburg. Daar nemen we afscheid van de groep en reizen samen nog 4 weken verder via Swaziland weer naar Kaapstad. in totaal leggen we ruim 13000 km af.

Onderstaand een uitgebreid verslag van deze reis met 1436 foto’s.

Veel lees en kijkplezier.

Verslag 1

We beginnen vandaag (6 september 2014) aan een nieuwe, spannende reis namelijk naar Zuid-Afrika, vervolgens naar Namibië, Botswana en Zimbabwe. Dit keer gaan we met Wereldcontact, een organisatie die al ruim vijftig jaar bestaat, maar die voor ons helemaal nieuw is. Het is weer een groepsreis, echter deze bestaat uit slechts twaalf personen, inclusief de begeleiding. Het jongste stel is rond de veertig en het oudste echtpaar nog geen zeventig. Nadat Dennis ons vanmorgen om zeven uur heeft afgezet bij Schiphol en we,  voor het eerst, onze bagage zelf hebben ingecheckt, vertrekken we om tien uur richting Kaapstad, een vlucht van elf en een half uur.

1

2

3

4

De eerste nacht verblijven we in een hotel en morgenvroeg gaan we onze gehuurde camper ophalen, waarmee we tien weken gaan rondtrekken. De eerste zes weken in groepsverband, eindigend in Johannesburg, waarna Wim en ik de camper in vier weken tijd terugbrengen naar Kaapstad. We hebben er erg veel zin in !!

5

Eenmaal aangekomen in het hotel hebben we nog gezellig in de bar wat gedronken.

6

Verslag 2

Na weer een vrij korte nachtrust (eigen schuld, hadden we maar niet tot twaalf uur aan de bar moeten zitten!), zijn we vanmorgen vanaf  hotel Verde naar het depot van Maoui gereden, waar onze “onderkomens” voor de aankomende weken klaar moeten staan.

1

2

In een grote loods bevinden zich inderdaad vijf hele nieuwe luxe campers en onze kleine “four-wheel-drive” camper. We zijn uren bezig om ons “huisje” helemaal in te richten en naar wens te krijgen. We ontvangen extra beddengoed, handdoeken, borden, glazen en bestek en ook wordt er een luifel gemonteerd, krijgen we stevigere stoelen en een tweede tafel, dit omdat we buiten moeten (en willen !) koken en er geen ruimte is om iets neer te zetten.

3

4

Nadat we er een prima lunch hebben genuttigd rijden we in colonne (alleen vandaag !) een prachtige route langs Kaapstad om te eindigen bij een grote supermarkt “Pick & Pay” waar we weer enkele uren doorbrengen.

5

We moeten letterlijk alles aanschaffen zoals kruiden, olie, keukenrol, broodbeleg en ga zo maar door. Tegen vieren hebben we alles bij elkaar en rijden door naar camping Miller’s Point Resort, vijf kilometer zuidelijk van Simon’s Town. Hier aangekomen krijgen we allen een prachtige plek met uitzicht op de False Bay en gaan we weer vrolijk verder met het inrichten van de camper.

6

7

8

Om half zeven heeft alles de juiste plek gekregen en even later wandelen we met de groep naar het seafood restaurant “Black Marlin” dat pal naast de camping ligt.

9

10

Hier brengen we enkele uren door en nuttigen een voortreffelijke vismaaltijd, ook de wijn die geserveerd wordt is uit de kunst en de avond is dan ook erg gezellig, als de rest van de reis ook zo verloopt zijn wij dik tevreden ! 

Verslag 3

We hebben prima geslapen in ons nieuwe onderkomen, ook al ben je natuurlijk wel een paar keer wakker, maar op dit bed kunnen we het wel tien weken uithouden.

1

2

We zijn weer vrij vroeg opgestaan en na een ontbijt, buiten mét zon, zijn we om kwart over acht met de groep in een busje richting Kaapstad gereden, waar we na anderhalf uur aankwamen. Als eerste hebben we  kasteel de Goede Hoop bezichtigd, waar om tien uur de wisseling van de wacht plaats vindt.

3

4

Behalve ons groepje was er alleen een grote klas schoolkinderen die dit toeristische schouwspel bekeken, er werd zelfs nog een schot gelost met een héél groot kanon.

5

Het kasteel werd in 1697 voltooid en is het oudste intact gebleven bouwwerk van Kaapstad. Er is ook een museum in gehuisvest met mooie schilderijen van oude meesters, we mochten er helaas niet fotograferen. Vervolgens hebben we koffie gedronken in een heel speciale espressobar, waar je de koffiebonen via een aparte machine zag veranderen in een lekkere kop cappuccino, espresso of “black coffee”.

6

7

(Onderweg zagen we nog een demonstratie met zingende mensen.)

Midden in Kaapstad ligt het prachtige stadspark de Gardens, waar brutale eekhoorntjes rondliepen die duidelijk aan mensen gewend zijn.

8

9

10

11

12

13

Vroeger (in 1652 aangelegd) werd hier groenten en fruit geteeld om schepen op weg naar de Oost van verse waar te kunnen voorzien.

14

Regelmatig zien we op de achtergrond de Tafelberg liggen, waar vandaag een soort “tafelkleed” overheen ligt in de vorm van bewolking. Je kunt met een kabelbaan omhoog voor een wandeling of om van het mooie uitzicht te genieten, maar vanwege de harde wind is hij nu gesloten. We komen langs diverse mooie oude gebouwen en na een korte rit maken we een stop bij de Bo-Kaap, het traditionele woongebied van de Kaapse moslims met zijn hobbelige straatjes en dicht opeen gebouwde pastelkleurige huizen. Regelmatig

wordt dit decor gebruikt voor films of reclamemateriaal.

15

16

17

18

Dan is het tijd voor de lunch en rijden we naar Victoria & Alfred Waterfront, gelegen aan een drukke haven. Met zijn winkels en andere toeristische attracties de belangrijkste trekpleister van de stad.

Er is veel live muziek, je vind er allerlei soorten restaurants, kunstmarkten en winkels. Wij vinden er een leuk plekje met uitzicht op de haven en genieten er samen van een heerlijke vismaaltijd, natuurlijk met een prima Zuid-Afrikaanse wijn erbij.

19

20

21

22

Daarna hebben Wim en ik de “Slave Lodge” bezichtigd, waar we een film bekijken over de slavernij in Afrika, erg indrukwekkend. Weer terug in de bus maken we een prachtige tocht langs de kust met onder andere de spectaculaire “Chapman’s Peak Drive”, een zeven kilometer lange kustroute met 114 bochten. De weg is in 2004 heropend als tolweg, nadat hij enkele jaren gesloten is geweest vanwege vallend gesteente.

23

24

25

26

27

28

29

Net voor we weer afgezet worden bij de camping bezoeken we nog een slijterij: gisteren konden we in de supermarkt geen drank kopen, omdat het zondag was (om de drankenafdeling stonden hekken geplaatst), maar we lusten natuurlijk allemaal wel een lekker wijntje ! Als we na vijven weer terug zijn bij de camper is het helemaal afgekoeld en staat er een harde wind. We hebben nog een tijdje buiten gezeten met de parasol uitgeklapt als windscherm, maar tegen zevenen verhuizen we naar binnen, hier hebben we niet veel ruimte en moeten op bed zitten. Hopelijk hoeft dit niet vaak en kunnen we het grootste gedeelte van de vakantie heerlijk buiten vertoeven !

30 

Verslag 4

Na een stormachtige nacht, waarin we allemaal lagen schudden in de camper, hebben we weer een prachtige dag gehad. De helft van de groep is naar Robbeneiland geweest met aansluitend de Tafelberg, wij zijn richting  Kaap de Goede Hoop gereden, de meest zuidwestelijke punt van Afrika. In 2005 hebben Wim en ik Zuid-Afrika ook bezocht en toen Robbeneiland en de Tafelberg al bekeken. Ook op het schiereiland hebben we toen met de auto rondgereden, maar op Cape Point waren we nog niet geweest. Met een tandradbaan  genaamd de ‘Flying Dutchman”, neem je het laatste stuk naar de vuurtoren en komt zo 238 meter boven zeeniveau, vanwaar je een prachtig uitzicht hebt over de Atlantische Oceaan.

1

2

3

4

5

Bij de ingang van N.P. Table Mountain, waaronder Kaap de Goede Hoop ook valt, hebben we een “Wild Card” gekocht, waarmee we de rest van onze reis gratis de Nationale Parken in mogen. (We hebben er dezelfde dag nog profijt van wanneer we naar “Boulders Beach”gaan.) Nadat we de meest zuidwestelijke punt bekeken hebben rijden we door naar “Kaap de Goede Hoop”, waar menigeen zich heeft laten vereeuwigen met het bekende bord en het prachtige uitzicht.

6

7

We toeren nog wat rond en zien in het park ”baboons”, een wilde aapsoort die je beslist niet moet voeren, struisvogels en allerlei prachtige bloemen.

8

9

10

11

12

13

Natuurlijk zijn ook de schitterende kusten met hun hevige branding prachtig om te zien.

14

15

16

(Dit is een klipdassie !)

Nadat we het park verlaten hebben rijden we door naar Simon’s Town, waar een pinguïn kolonie te bekijken is. We zien er honderden pinguïns zwemmend, wandelend of verscholen tussen de struiken, een prachtig gezicht.

17

18

19

20

Wanneer we tegen vieren terug komen op de camping is de zon verdwenen en heeft de wind weer vrij spel. We zitten nog even buiten maar gaan daarna naar Cees en Mary, waar even laten ook Carel en Corry zich aansluiten. Na enige tijd komt de rest van de groep terug uit Kaapstad en met z’n allen zitten we, half verkleumend, nog enkele uren buiten ! 

Verslag 5

De camping ten zuiden van Simon’s Town waar we drie nachten gestaan hebben was prima, alleen is er op deze plek duidelijk meer bewolking dan in de omgeving. Vanmorgen was het er helemaal bewolkt, maar we waren nog maar net onderweg of de zon kwam tevoorschijn. Die hadden we ook echt nodig, want we hadden het best koud (het is natuurlijk ook nog winter in Zuid-Afrika !). De route van vandaag ging eerst een stuk langs de False Bay over de Baden Powel Drive, weer een prachtige weg met aan de ene kant duinen en aan de andere kant de zee.

1

2

We zijn nog gestopt voor een korte wandeling en daarna doorgegaan naar Stellenbosch, één van de bestbewaarde stadjes uit de tijd van de V.O.C.. Veel lanen hebben er eeuwenoude eiken, geplant in 1685, toen gouverneur Simon van der Stel de stad stichtte. We hebben het Village Museum bezocht, waar vier gebouwen te bekijken zijn, gerestaureerd en ingericht in de oorspronkelijke stijl. In elk huis was een dame aanwezig, origineel gekleed, die ons in het Afrikaans te woord stond (zodra ze hoorde dat we uit Holland kwamen !), een grappige taal die we redelijk konden verstaan.

3

4

5

6

7

8

9

In de Dorp Street staan veel oude witte huizen en ook vind je er “Oom Samie se Winkel”, echt een ouderwetse dorpswinkel waar van alles te koop is.

10

11

12

In Stellenbosch staat ook nog o.a. de Rhenisch Church met z’n oude klokken en het V.O.C. Kruithuis uit 1777.

13

De omgeving is schitterend met aparte bergen en natuurlijk zijn er veel wijngaarden rond de stad.

14

Nadat we onze camper bij de “Hollandsche Molen” neergezet hebben, gaan we tegen half vier met twee campers naar wijngoed “Lynx” in het nabij gelegen Franschhoek.

15

16

Na uitleg over het wijnproces volgt er een prima proeverij en als we enkele uren later weer vertrekken staan in beide campers diverse dozen met flessen wijn. Wim kookt voor het eerst deze vakantie, nadat we diverse attributen hebben aangeschaft, ook hebben we vandaag geen last van de wind !

17

(Op de camping moeten we ons wel gedragen, want ze hebben hier strenge regels !!)

18

Verslag 6

1

Nadat we vanmorgen de Hollandse Molen verlaten hebben rijden we als eerste naar het Afrikaanse Taalmonument, vlakbij de plaats Paarl, in 1975 opgericht ter herinnering aan de officiële erkenning van het Afrikaans honderd jaar eerder. Het indrukwekkende monument bestaat uit drie koepels en drie zuilen, alle variërend in grootte en hoogte, een grote obelisk en een torenhoge zuil. Deze elementen vertegenwoordigen de taalkundige invloeden van de verschillende culturen.

2

3

4

Het uitzicht vanaf het monument is schitterend en de tuin eromheen is ook interessant met prachtige bloemen en struiken

5

6

7

We vervolgen onze weg en rijden een prachtige route door de bergen via Ceres naar Citrusdal, onderweg zien we velden met bloeiende boomgaarden en later veel sinaasappelbomen.

8

9

10

11

12

13

Een gedeelte van de weg is gravelroad, iets wat voor onze four-wheel-drive camper geen probleem is, wel zit de wagen bij aankomst op de camping (Citrusdal Creek) onder het rode stof.

14

(Vlak voor de kampplaats komen we nog langs een struisvogelfarm.)

15

16

17

Tegen half zes hebben we nog een korte briefing om de route voor morgen te bespreken, daarna gaat ieder z’n eigen gang.

18

Wim haalt wat hout en aanmaakblokjes en even later zitten we heerlijk bij een kampvuur, wat erg welkom is, want het koelt nog steeds flink af  ’s avonds. Hopelijk volgen er nog veel van deze mooie avonden !

19

20

Verslag 7

Het is vanmorgen helemaal bewolkt en alles is vochtig, pas tegen de middag komt de zon tevoorschijn. We gaan weer verder noordelijk richting Namibië, maar niet via de N7, zoals de rest van de groep doet, wíj nemen een alternatieve route ! (Tip van Carel, onze reisbegeleider.) Deze onverharde weg loopt langs de andere kant van de Olifants Rivier en brengt ons in het Cederberggebergte, met z’n aparte rotsformaties.

1

Regelmatig zien we de rivier ver beneden ons, met z’n kleine witte strandjes, even later is het water weer op gelijke hoogte met de weg. De rit is werkelijk schitterend en heel afwisselend: we komen langs sinaasappelbomen, kleine dorpjes en we stoppen bij een mooie natuurlijke grot.

2

3

Ook zien we aparte nestjes met prachtige gele vogels, die bezig zijn met hun huisje.

4

5

6

7

8

9

We hebben wel een grote stofwolk achter de camper, die ervoor zorgt dat we binnen alles onder het fijne rode zand hebben zitten. Bij de plaats Clanwilliam draaien we de N7 op en staan gelijk in de file, ze zijn volop bezig met de weg en regelmatig moet je een tijd wachten tot de tegenliggers gepasseerd zijn.

10

11

12

(Tijdens het wachten zien we dat de druivenranken al veel meer bladeren hebben, dan in Stellenbosch, wat een stuk zuidelijker ligt!)

We volgen de Cape Namibia Route  en bij Vanrhijnsdorp maken we een stop om even wat te eten. In het restaurantje is de stroom uitgevallen en Wim krijgt z’n frietjes gekookt, toch smaakt het prima net als mijn biltong-salade. Ook zien we hier de eerste kokerbomen.

13

14

Na enkele uren rijden over een vrij saaie weg stoppen we in het plaatsje Kamieskroon bij koffieshop “Kuiervreugde”, waar ze heerlijke worteltaart hebben, een tuin met bloemen en allerlei leuke Afrikaanse spreuken.

15

16

17

18.1

Daarna vervolgen we onze weg door Namaqualand, waar in augustus veel bloemen bloeien, helaas zijn de meeste inmiddels uitgebloeid en zien we nog maar enkele keren oranje, gele of paarse bloemen het verder grauwe landschap kleuren.

18

19.1

19

Tegen half zes en vier honderd kilometer verder, komen we aan in Springbok, waar we nog gauw gaan tanken, enkele boodschappen doen en nog wat Zuid Afrikaanse Rand pinnen. Morgen gaan we de grens met Namibië over en daar kun je met ZAR betalen, wat we natuurlijk liever doen, anders zitten we straks met NAD die we nergens meer kwijt kunnen. Het is alweer donker voor we aan de maaltijd kunnen beginnen en de camping (Springbok Caravan Park) hebben we nog nauwelijks verkend. Morgen is de rit minder lang en zijn we, als het goed is, al in de loop van de middag op de plek van bestemming !

Verslag 8

We zijn inmiddels een week onderweg (zaterdag 13 september) en al aardig gewend aan ons nieuwe ritme: voor zevenen opstaan (zodra het licht wordt) en tegen half elf naar bed ! De campings die we tot nu toe gehad hebben zijn allemaal best luxe met goede douches en toiletten, voldoende elektriciteit en vaak een “braai”, waar je een houtgestookte barbecue op kunt maken. Vanmorgen op de kampplaats hebben we ons eerste kleine “wild” gespot: een steenmarter en een stokstaartje.

1

2

We gaan vandaag de grens over naar Namibië bij de plaats Vioolsdrif, aan de Zuid-Afrikaanse kant krijgen we een papiertje en een stempel in ons paspoort en nadat we de Oranje Rivier (de natuurlijke grens ) over gestoken zijn moeten we drie lijsten invullen, 220 Rand betalen en krijgen we een “Road Permit” voor de periode dat we in het land zijn.

3

Tegen twaalven is alles afgehandeld en begint het avontuur in Namibië. Na een stuk asfaltweg door onherbergzaam, woestijnachtig gebied  slaan we af richting Ai-Ais waar de weg over gaat in gravel, voor ons campertje, een Nissan Trax met slechts 5000 kilometer op de teller, geen enkel probleem.

4

We zien wel diverse kapotte banden langs de kant van de weg liggen. Af en toe rijden we over een wildrooster en laag bij de grond zien we kleine witte vetplantjes.

5

6

We rijden zo’n tachtig kilometer per uur en laten een grote stofwolk achter ons !

7

Opeens zien we een springbok, langs de kant van de weg, we zullen er waarschijnlijk nog heel veel zien, maar de eerste moet natuurlijk wel goed op de foto !

8

Tegen half twee komen we, als eerste van de groep, aan bij Ai-Ais-Restcamp, een prachtige camping omringd door bergen en bekend om zijn hot springs. Er is een zwembad op de kampplaats met water van 36 graden, maar ook de buitentemperatuur is, in de schaduw, al 35 graden, dus voor verkoeling hoef je het water niet in, wel is het heerlijk voor je spieren.

9

We hebben en prachtige plek gevonden voor ons “huisje”, onder een grote acaciaboom vol op gele brem lijkende bloemetjes.

10

11

De rest van de groep staat een eind verderop, maar dat is juist het mooie, je kunt gaan staan waar je wilt. Ik heb vandaag voor het eerst een wasje gedaan en deze is natuurlijk zo droog met de warme föhnwind !

12

We genieten volop en krijgen nu echt het vakantiegevoel van vrijheid, blijheid !

Verslag 9

We hebben gisteravond gewoon in shirt en korte broek buiten kunnen zitten en voor het eerst kwam de Triominos te voorschijn. Ook hebben we de hele nacht alle ritsen van de stoffen-ramen open gehad en keek je zo door het gaas heen naar buiten.

1

We trekken weer verder en rijden eerst naar de Fish River Canyon, deze heeft een lengte van 160 kilometer, is 26 kilometer breed en 550 meter diep, het is één van de grote natuurwonderen van Afrika. Op weg ernaartoe zien we enkele impala’s en twee struisvogels, ook de omgeving blijft interessant.

2

3

4

Bij de canyon, waar je alleen heen kunt nadat je bij Hobas tol hebt betaald, is een mooi uitkijkpunt.

5

Ook kun je er goed wandelen, er is zelfs een vijfdaagse voettocht uitgezet, maar deze is alleen in de wintermaanden te maken.

6

7

8

9

Wanneer we vlak bij onze kampplaats zijn zien we ineens een groep spiesbokken de weg oversteken, deze dieren hebben een lange zwarte staart en hoorns die ruim een meter lang kunnen worden.

10

11

We overnachten in de “bush” bij de Canon Roadhouse, een heel gezellig restaurant vol oude auto’s, werktuigen en andere leuke spulletjes.

12

13

14

15

16

(Dit is Sifiso, de technische man, die de hele trip met ons meereist in een camper.)

17

Tegen vieren maken we met een gedeelte van de groep een wandeling in de omgeving over rotsachtige heuvels, helaas zien we geen enkel dier.

18

19

20

Net terug bij de camper wordt er ineens een dwergpofadder gespot !

21

Om half zeven gaan we gezamenlijk uit eten in het Roadhouse, het wordt weer een heel gezellige avond en het eten is uit de kunst. Er wordt nog voor ons gezongen door een groep Afrikanen en dit klinkt heel swingend en sfeervol, al met al een geslaagde dag !

22

Verslag 10

We hebben vannacht een klein beetje regen gehad en één slag onweer, het zorgde er wel voor dat de lucht vanmorgen weer (even) mooi blauw was. De autoruiten worden bij iedereen weer schoongepoetst en de eersten vertrekken al vroeg.

1

2

Natuurlijk gaan wij weer als laatste weg, ruim na negenen, maar de rit voor vandaag is niet lang, slechts 185 kilometer. We zijn nog maar net vertrokken wanneer we in de verte een grote groep mannelijke struisvogels zien en tevens minstens tien hartebeesten. Deze dieren behoren tot de antilopen en hebben een korte nek, een smal lang gezicht en grote puntige oren.

3

We rijden een zandpad in om ze van dichterbij te kunnen zien en staan lange tijd stil om de groep goed te kunnen observeren.

4

5

We vervolgen onze weg en rijden lange tijd langs een smalle spoorlijn, er komt geen enkele trein langs maar ook auto’s zien we nauwelijks.

6

Wanneer er één aankomt sluiten we snel de ramen, vanwege al het stof van de gravelwegen. Namibië is een uitgestrekt land, ongeveer twintig keer zo groot als Nederland en er wonen slechts 1,9 miljoen mensen. Onderweg komen we geen pompstations tegen, gelukkig hadden we gisteren al getankt en ook hebben we de twee extra jerrycans, achterop de camper, gevuld met diesel. Het landschap doet ons vaak aan Australië denken en ook aan Marokko, zeker wanneer er ook nog een groep geiten de weg oversteekt.

7

Het laatste stuk weg is weer asfalt, duidelijk pas aangelegd, hopelijk gaan ze niet te veel verharden, dat haalt de charme van het land weg. Tegen de middag komen we aan in de kleine plaats Bethanie, waar we gaan staan bij Bethanie Guesthouse, een verrassend leuke plek waar we vanavond een Afrikaanse braai krijgen.

8

9

10

11

Als ik een klein handwasje op wil hangen komen we tot de ontdekking dat we onze waslijndraad twee dagen terug hebben laten hangen in het Ai-Ais Restcamp. Bij een klein “supermarktje” willen we een nieuwe kopen: er ligt wel een meter vol met wasknijpers en ook hebben ze honderden potjes schoensmeer, maar waslijndraad verkopen ze niet.

12

14

Dan gebruiken we onze elektriciteitsdraad maar ! Het is inmiddels weer goed warm geworden: in de schaduw is het 37 graden en voor morgen wordt nog warmer weer voorspeld. We hoeven in ieder geval niet meer, zoals de eerste dagen, ’s avonds met een dik vest aan in de camper te zitten !

13 

Verslag 11

Bethanie is een tweehonderd jaar oud missionaris plaatsje met zo’n 4500 inwoners, grotendeels Nama’s. Enkelen hiervan kwamen gisteravond tijdens de braai voor ons zingen en dansen, met hun mooiste kleding aan.

1

Bethanie Guesthouse is het oudste hotel van Namibië en de laatste paar jaren helemaal opgeknapt, we hebben hier een heel gezellige avond gehad met de groep.

2

Vanmorgen zijn we al om half acht vertrokken, de rit is een kleine 350 kilometer over vrij slechte wegen. Het is bewolkt weer en af en toe valt er een spatje regen, prima weer om te rijden. Onderweg zien we een boom met weversnesten, deze zijn een stuk groter als degene die we enkele dagen terug zagen, de vogels vliegen in en uit.

3

Ook zien we enkele wilde paarden, die er gauw vandoor gaan wanneer Wim ze op de film wil zetten.

4

5

6

We maken een stop bij Duwisib Castle, het enige kasteeltje van Namibië. De rijke Duitse baron Hans von Wolf liet het 22 kamers tellende gebouw in 1909 voor zijn Amerikaanse vrouw bouwen. Er zijn lokaal gedolven stenen gebruikt en materialen die uit Duitsland werden geïmporteerd; ambachtlieden uit Italië , Zweden en Ierland waren betrokken bij de bouw. De baron sneuvelde in 1916 tijdens de Slag aan de Somme en zijn vrouw keerde niet meer naar Namibië terug. Het kasteel is nu een Nationaal Monument en is prachtig gerestaureerd.

7

8

9

10

11

12

Wanneer we onze weg weer vervolgen komen we in het NamibRand Nature Reserve en hier spotten we diverse impala’s, struisvogels en spiesbokken.

13

14

15

16

Deze laatste staat als Nationaal Symbool van Namibië afgebeeld op het 100 dollar biljet. Tegen tweeën zijn we bij Sesriem Campsite in het Namib Naukluft Nationaal Park, waar we weer een plekje onder een boom vinden, het is 44 graden, dus de schaduw is zeer welkom.

17

18

19

20

Zoals gewoonlijk zit de camper weer onder het zand, zowel binnen als buiten, maar met een stoffer en een natte doek kom je een eind, ook word je steeds makkelijker en raak je gewend aan al het stof !

21

22

23

(Mystieke Afrikaanse zonsondergang !)

 

Verslag 12

We zijn vanmorgen vroeg opgestaan (half vijf) om op tijd bij “duin 45” in het Sossusvlei Park te zijn voor de zonsopkomst. Deze plek ligt 45 kilometer van onze kampplaats verwijderd en met een aardig gangetje zijn we daar in het donker met onze campers naartoe gereden. Daar aangekomen zijn we op blote voeten het duin opgeklommen, net als vele tientallen anderen.

1

2

Hoog op de duinrand hebben we de “sunrise” gezien al was deze niet echt spectaculair, wel is het een hele belevenis om mee te maken.

3

4

5

6

7

8

9

Nadat we met z’n allen ontbeten hebben beneden aan het duin zijn we 15 kilometer verder gereden naar een parkeerplaats waarvandaan je met 4×4-auto’s over een erg zanderige weg vervoerd wordt naar de “Dead Vlei”. We zijn aardig door elkaar geschud voor we de laatste vijf kilometer afgelegd hebben.

10

11

12

13

We zijn hier echt in het hart van de Namibwoestijn en als we een stuk gelopen hebben over rood zand komen we ineens bij de prachtige kleipan met z’n dode bomen.

14

We hebben hier lange tijd rondgewandeld en veel foto’s gemaakt !

15

16

17

18

19

Nadat we weer terug gehobbeld zijn en zestig kilometer met de camper hebben afgelegd zijn we ruim na de middag terug bij Sesriem campsite waar we tot vier uur heerlijk relaxen met een mooi boek.

20

Dan gaan we weer op pad met ons “huisje” en rijden naar de Sesriem Canyon; de rivier de Tsauchab heeft hier een spectaculair, veertig  meter diep ravijn uitgesleten. De canyon dankt zijn naam aan de eerste kolonisten die hier met hun ossenkarren kwamen en zes lange leren “rieme” nodig hadden om voor hun dieren water in de diepte van de kloof te kunnen putten. Via een vrij steil pad gaan we naar beneden en maken er een mooie wandeling door het ravijn.

21

22

23

24

25

Na afloop gaan we hier gezamenlijk naar de zonsondergang kijken en gelijk ons avondeten nuttigen.

26

27

28

Pas tegen achten zijn we terug op de camping waar het vandaag een stuk frisser is als gisteravond. Natuurlijk zitten wij (als enigen) weer gewoon buiten tot onze ogen dichtvallen na deze lange, maar prachtige dag ! 

Verslag 13

Vannacht was het, in tegenstelling tot gisternacht toen we slechts onder een dun lakentje lagen, maar zeven graden en we hadden dan ook alle ramen dicht geritst en dus totaal geen uitzicht. Toen ik vanmorgen uit de camper stapte zag ik op vijf meter afstand een impala, op z’n gemak grazend in de opkomende zon, prachtig om te zien !

1

2

Nou zijn impala’s voor Afrika gelijk aan de kangaroes in Australië: je ziet ze overal, vaak in groepen en je kunt ze eigenlijk niet missen, maar het blijven prachtige dieren om te zien. Iets verderop in het open veld loopt een spiesbok en ook een paar struisvogels zijn net ontwaakt. De plek waar we staan bij Sesriem Campsite is werkelijk schitterend, toch trekken we vandaag weer verder, nu naar de kust.

3

4

5

6

Via Solitaire, waar  een druk bezochte benzinepomp is en tevens een restaurant, motel, winkel en een bakkerij (waar ze heerlijk brood en gebak verkopen), rijden we over de C14 door het Namib Desert Park.

7

8

Onderweg passeren we de Gaub Pass en de Kuiseb Pass, de laatste bestaat uit leisteen en heeft een mooie oase.

9

10

Daarna wordt de weg saai: er is haast geen begroeiing meer en de weg vrij vlak, ook is de temperatuur weer

flink opgelopen.

11

Toch komen we onderweg een groep fietsers tegen, waarvan hun bevoorradingswagen al een stuk terug langs de kant van de weg geparkeerd stond. Zo’n vijftig kilometer voor Walvisbaai zien we opeens een grote rots in de verte: de Vogelfederberg.

12

Wij zijn hier naartoe gereden, hebben hem beklommen en er ook onze lunch genuttigd. De granieten rots, (de Ayers Rock van Namibië !) blijkt 527 meter hoog te zijn en is grillig van vorm, van bovenaf zie je pas goed de weidsheid van de woestijn.

13

14

15

16

17

Wanneer we weer verder rijden begint het steeds harder te waaien en op het laatste stuk weg naar de kust, dat gelukkig geasfalteerd is, krijgen we een heuse zandstorm. We moeten flink vaart minderen en hebben niet veel uitzicht meer: de lucht is helemaal grauw en het zand stuift over de weg, wel een belevenis !

18

Ook in de plaats Walvisbaai krijgen ze de storm over zich heen, maar blijkbaar gebeurt dit hier regelmatig, want er staan diverse waarschuwingsborden. Eenmaal bij het “Alte Brücke Resort” in Swakopmund, waar we een prachtige kampplaats hebben met privé douche en toiletruimte, is het nog steeds erg winderig en fris, maar van het zand hebben we geen last meer.

19

De camper krijgt een grote schoonmaakbeurt en wanneer deze is ontdaan van al het stof gaan we met de groep naar een prachtig restaurant waar we uren doorbrengen en diverse soorten vis verorberen, uiteraard met een goed glas wijn erbij !

20

 

Verslag 14

Gisteren, vrijdag 19 september, hadden we een rustdag, de camper is dan ook niet van z’n plaats geweest. We hebben eerst heerlijk uitgeslapen en uitgebreid ontbeten, daarna hadden we tijd voor wat klusjes en het verder schoonmaken van de camper. De vuile was werd bij de receptie afgeleverd en aan het eind van de middag schoon weer opgehaald (uiteraard tegen betaling !).

1

2

Tegen enen zijn we naar de pier gewandeld waar aan het uiteinde een heel gezellig restaurantje zit, waar we enkele uren hebben doorgebracht, de golven rolden onder je door en het uitzicht was spectaculair.

3

In tegenstelling tot donderdag is er weinig wind en schijnt de zon uitbundig, de temperatuur blijft echter rond de twintig graden, ongemerkt zijn we aardig verkleurd en ik gloei dan ook helemaal aan het eind van de dag.

4

We zijn nog naar een binnenmeertje gelopen waar flamingo’s rondstappen en verder hebben we gelezen tot we weer met de groep uit eten zijn gegaan,

5

dit keer naar “The Tug”, gelegen pal aan zee, waar we de zon mooi in het water zagen zakken. Weer hebben we een heerlijke avond en genieten we van een vismaaltijd. De paar dagen dat we aan zee zijn willen we ook zoveel mogelijk zeebanket eten.

6

7

Nadat we vanmorgen Sifiso toegezongen hebben voor z’n (31ste) verjaardag zijn we gezamenlijk met enkele campers naar Walvis Bay gereden, waar we bij de haven aan boord zijn gegaan van een open motorboot voor een anderhalf uur durende tocht door de lagune.

8

Weer is er weinig wind, maar helaas is het ook heiig en laat de zon zich pas tegen de middag zien. We zijn nog maar net op weg wanneer er enkele pelikanen overvliegen, gelokt door een stukje vis van één van de twee bemanningsleden, de meeuwen zijn er echter ook gek op.

9

10

11

12

Op een smalle landtong liggen grote groepen Kaapse pelsrobben, ook zwemmen en duiken er velen in het water.

13

Even later zien we enkele dolfijnen boven water uit springen en mee zwemmen met de boot, prachtig om te zien. De pelsrobben zijn niet allemaal verlegen en opeens komt er één aan boord, natuurlijk weer gelokt met een visje, hij gaat rustig op de bank zitten en is totaal niet schuw.

14

15

16

Al met al hebben we een zeer afwisselende tocht.

Eenmaal terug aan wal rijden we nog een stukje langs de lagune en zien duizenden roze flamingo’s in het ondiepe water staan.

17

18

19

20

(Dit is een zadeljakhals.)

Ook gaan we nog even naar de zoutfabriek waar bergen helderwit zout op het terrein liggen.

21

Dan is het weer tijd voor een maaltijd (what a life, but somebody has to live it !!) en even later stoppen we bij een grote bedoeïenentent aan het strand, waar de drankjes al klaar staan en twee koks het eten aan het bereiden zijn, wat een surprise !

22

23

24

25

26

Weer is het genieten en erg gezellig. Pas tegen half vier zijn we terug op de camping, waar de meesten zich terug trekken voor een dutje ! We zijn nu bijna twee weken onderweg en hebben al heel wat meegemaakt, nog acht weken te gaan !!!

 

Verslag 15

De koude, vochtige lucht van de Atlantische Oceaan zorgde ervoor dat we gisteravond al vroeg in de cabine van onze camper belandden, het was te fris om nog langer buiten te blijven. We hebben er enkele uren doorgebracht met de laptop, I-Pad en een mooi boek en we weten al dat het vanaf nu gelukkig alleen maar warmer wordt !

1

Vanmorgen hebben we eerst een heel stuk noordelijk over de C34 gereden, parallel aan de zee, tot we na 125 kilometer aankwamen bij Cape Cross Seal Reserve, hier broeden ruim 150.000 Kaapse  pelsrobben, een ronduit indrukwekkende ervaring.

2

3

4

De stank van deze dieren is overweldigend net al het kabaal dat ze gezamenlijk produceren. Naast zogende moeders,  hele families en zwemmende robben zien we ook baby’s die het niet overleven en door hun treurende moeder afgevoerd worden naar een plek waar de zeemeeuwen al op ze wachten, dit is de natuur, ook al is het soms hard !

5

6

De geur van de robben trekt in onze kleding en een eindje verderop stoppen we voor de lunch en laten we onze vesten lekker wapperen in de wind !

7

8

Onderweg zien we nog een scheepswrak liggen, één van de vele die hier gestrand zijn.

9

Nadien volgen we een 160 kilometer lange alternatieve route, alleen geschikt voor 4×4 drive auto’s.

10

We zien er vele “welwitschia mirabilis”, de meest bekende Namibische plant die in het Afrikaans: “twee bla kan nie dood” genoemd wordt en alleen in de Namib Naukluft woestijn voorkomt.

11

De weg is erg hobbelig en zeker niet geschikt voor de andere campers, ook wij vliegen af en toe de lucht in en de camper zit, na aankomst op de camping (the white lady) in Uis ,weer onder het stof. Onderweg zien we slechts twee auto’s, enkele struisvogels, diverse impala’s en één onyx, maar wel vele kapotte banden, achter gelaten aan de kant van de weg. Toch hebben we geen spijt van onze alternatieve rit door de woestijn, we zien aparte bergen, ruig landschap en schitterende natuur.

12

13

14

15

Op het laatste stuk komen we langs enkele huisjes, gemaakt van lege olietonnen; dan realiseer je je weer hoe góed wij het hebben en hoe een gedeelte van de bevolking hier leeft !!

16

17

Bij aankomst op de camping zit de rest van de groep al gezellig te pimpelen en nadat onze camper uitgeklapt en van het meeste stof ontdaan is, sluiten wij hier bij aan. Pas tegen achten gaan we, ieder voor zich, koken en daarna wordt het snel rustig op de kampplaats !!

18

 

Verslag 16

Vier dagen terug heeft Wim z’n rib gekneusd (hij wilde iets uit de kliko halen !) en hij heeft hier flink last van, vooral slapen op de zij is lastig en ook al die hobbelige wegen werken niet erg mee. Toch zal hij de aankomende weken nog aardig last ondervinden en nog de nodige tabletten moeten slikken !

De weg die we vandaag afleggen is vrij saai, onderweg passeren we enkele kraampjes waar Herero vrouwen ons lokken om te stoppen en hun waar te kopen. Ook wij willen de dames wel eens van dicht bij bekijken en op de foto zetten: ze hebben een hoed op in de vorm van een koehoorn en hun kleding is afgeleid uit de Victoriaanse tijd  en bestaat uit enorme hoepelrokken, meestal diverse lagen over elkaar. We kopen niks van ze, maar geven hun kinderen schrijfgerei en wat vers fruit, in ruil hiervoor mogen we ze op de foto zetten.

1

2

3

4

Daarna verlaten wij de doorgaande weg en rijden naar de “Organ Pipes”, een omweg van 135 kilometer, maar zeker de moeite waard. Onderweg komen we door een prachtig afwisselend landschap en eenmaal bij het 130 miljoen jaar oud gesteente krijgen we een rondleiding in het Afrikaans en vernemen dat het basaltgesteente gebruikt werd voor speren en bijlen. We kopen er een leuk Himba-poppetje, als vergoeding voor de gids en steunen zo de plaatselijke bevolking.

5

6

7

(Ook een ezelwagen kan een lekke band krijgen !)

8

9

10

11

12

Eenmaal terug op de C 35 is het weer vrij saai rijden, alles is stoffig en de lucht is gewoon grauw. We zien nog een hoge termietenheuvel en Wim spot een kudu ,maar tegen de tijd dat we omgekeerd zijn is deze allang verdwenen.

13

We zien wel verkeersborden die je in Nederland niet tegenkomt.

14

15

Tegen half vier komen we aan bij Duncan’s Campsite, twintig kilometer voorbij Kamanjab, hier staan we tussen de granieten boulders, lekker primitief, zonder stroom en met open douches.

16

17

18

19

Tegen vieren bezoeken we een Himba dorp, geleid door Jacob (ook te zien in het programma van Erica Terpstra: op reis in Namibië).

20

Het is erg commercieel opgezet en dagelijks komen hier enkele bussen met toeristen. Logisch dus dat de Himba-vrouwen niet erg enthousiast reageren wanneer we foto’s willen nemen en ook de kinderen weten heel goed dat ze van alles krijgen ! Toch maken we heel wat foto’s en wordt er van alles gekocht.

21

22

23

24

25

26

27

28

29

Ook mogen we in een hutje aanschouwen hoe de Himba vrouwen zichzelf verven en “fris” houden.

30

Het volk leeft van de veeteelt en deze stam heeft het zeker niet slecht: in de kraal staan vette stieren en koeien en ook lopen er veel geiten rond.

31

Na het bezoek aan het Himba dorp lopen we naar een “filmset”, een prachtig gebouw waar ooit een Franse film is opgenomen om Namibië te promoten. Ik zou hier graag enkele dagen doorbrengen !

32

33

34

35

36

Eenmaal terug op onze kampplaats heeft Sifiso de barbecue al opgestookt en genieten we met z’n allen van een Afrikaanse braai !

37

 

Verslag 17

Nadat we vanmorgen (dinsdag 23 september) de natuurcamping, gelegen tussen de mooie granieten rotsen, verlaten hebben krijgen we eerst een rit van 135 kilometer over een geasfalteerde weg naar Outjo, de laatste plaats voor we het Etosha N.P. ingaan, hier wordt door iedereen voorraad ingeslagen. Ook wij doen hier onze inkopen, verzenden de laatste mail en gaan nog even langs bij een apotheker om een rekverband voor Wim te kopen. Helaas zijn er hier veel Afrikanen die vragen om voedsel of bedelen om geld ! Na nog eens honderd kilometer rijden komen we eindelijk aan in de Etosha Pan, “de grote witte plek van het droge water”. Het Etosha N.P. in de savanne van Noord-Namibië is een van de oudste en grootste natuurparken van Afrika, het is tevens het beste park om groot wild te spotten in een kurkdroge omgeving. En inderdaad, we zijn nog maar net binnen het hek of we zien al een giraf, enkele zebra’s, een spiesbok en vele impala’s.

1

2

3

We rijden eerst naar onze kampplaats Okaukuejo Restcamp om ons aan te melden en even wat te eten. Daarna gaan we toch nog naar de kliniek van het kamp om Wim’s rib in te laten zwachtelen: de zuster smeert er een zalfje op en doet er vier rekverbanden omheen (Wim is nu eenmaal niet de smalste !) en als we om de rekening vragen blijkt het nog voor niks te zijn ook !! Daarna willen we een rit door het park gaan maken, maar rijden per ongeluk de verkeerde kant op en komen uit bij de prachtige observatieplek die bij Okaukuejo hoort, één van de mooiste waterpoelen van Afrika.

4

5

In de verte zien we eerst enkele olifanten aan komen lopen, maar binnen korte tijd blijken het er vijfendertig te zijn: een hele familie, inclusief baby’s.

6

7

Ze willen allemaal drinken en verkoeling zoeken in de poel, prachtig om te zien !

8

9

10

11

12

Alleen één grote olifant, een mannetje, blijft op afstand alles in de gaten houden en gaat pas drinken als de anderen al weer vertrokken zijn.

13

Dan gaan we alsnog een rit door het park maken en zien gnoes, vele zebra’s, giraffen en prachtige vogels.

14

15

Dit zijn reuzentrappen (Kori Bustard)

16

17

We zorgen dat we voor zonsondergang terug zijn in het kamp, want dan gaan de hekken dicht. Nadat we heerlijk “kudu” gegeten hebben (gewoon te koop in de supermarkt) lopen we nog een keer naar de waterpoel, deze is nu mooi verlicht en we zien twee neushoorns en een giraf, maar het is niet mogelijk ze goed op de foto te krijgen. We staan morgen heel vroeg op en gaan dan nog een keer naar de poel om de dieren te spotten wanneer ze net ontwaakt zijn !!

 

Verslag 18

We waren vanmorgen al vroeg wakker: er zijn namelijk veel bussen met toeristen op de camping, die in koepeltentjes slapen (hun matjes zijn wel erg dun !) en zij staan ’s morgens al heel vroeg op, om alles weer af te breken. Vandaag komt het goed uit, we willen toch voor het te warm wordt wild “spotten”. Om half zeven liepen we al naar de poel om te kijken of er iets te beleven was, helaas was het er nog erg rustig. Na het ontbijt zijn we nog een keer gaan kijken en nu was er een groep zebra’s aan het drinken.

1

Om half acht zijn we vertrokken van de kampplaats (Okaukuejo), we verblijven vandaag én morgen in het Etosha N.P. Je rijdt van de ene waterplaats naar de andere, want daar zitten de dieren, de omgeving is verder helemaal uitgedroogd.

2

Al snel zien we een witte neushoorn, hij heeft een bredere mond dan zijn soortgenoot de “black rhino”.

3

Een eindje verderop ligt een leeuw, erg lui in de zon.

4

5

Natuurlijk zien we onderweg ontelbare impala’s en voor het eerst maken we kennis met de prachtige koedoes, vooral de mannetjes hebben mooie gedraaide hoorns en kunnen wel 250 kilo worden.

6

7

Ook het wrattenzwijn, met z’n knobbels aan weerskanten van z’n kop, wordt gespot.

8

Op de eigenlijke zoutvlakte lopen veel struisvogels en ook een spiesbok laat zich zien.

9

Tegen elven is het al ruim 35 graden en langzaamaan rijden we in de richting van ons volgende kamp: Halali. Opeens komen we bij een plek waar diverse auto’s stilstaan: het blijkt dat er een leeuw met enkele vrouwtjes ligt en die wil iedereen natuurlijk goed op de foto hebben !

10

11

Naderhand zien we nog een dickie dick (een klein hertje)

12

en een sekretaris, een prachtige grote vogel.

13

14

15

16

Dan wordt het tijd om naar de kampplaats te rijden, we kunnen onderweg namelijk niet ergens gaan eten, want we mogen de auto niet uit. De andere campers kunnen zo vanaf hun bestuurdersplaats binnendoor lopen naar de toilet of de keuken, wij dus niet ! Tegen half twee hebben we ons huisje weer uitgeklapt en dan doen we het een tijdje kalm aan: het is ruim veertig graden in de schaduw.

Ook hier op de camping is weer een waterplaats waar je naartoe kunt lopen en tegen vieren horen we opeens een harde brul en gaan we kijken bij de poel: er is een groep olifanten aan het badderen en er zijn ook enkele kleintjes bij, we bekijken het schouwspel langdurig.

17

18

19

20

21

Waren het gisteravond de zadeldekjakhalzen, die over de camping rondliepen, vanavond is het een honingdas die de vuilnisbakken omgooit opzoek naar iets eetbaars.

22

Tegen half tien begint het ineens te regenen, iets wat al drie jaar niet meer voorgekomen is in het Etosha Park !

 

Verslag 19

We hebben vanmorgen heerlijk uitgeslapen tot zeven uur (!!), het was lekker koel omdat we alle ramen met gaas ervoor open hadden. Rondom ons zien we mensen met een tent op hun auto, die veel werk hebben om het geheel weer in te klappen, ook moet je met een trapje het dak op en heb je verder weinig ruimte. Er zijn dan ook al diverse personen langs geweest, die onze camper wel heel “relaxt” vinden en tevens lekker ruim, wij zijn dus ook dik tevreden !

1

Na het ontbijt gaan we eerst nog een keer kijken bij de poel van de kampplaats en een groep koedoes is hier aan het drinken, het blijven prachtige dieren om te zien.

2

3

4

Zodra we de poort uit zijn zien we zebra’s lopen en bij de waterplaats “goas”, is een grote groep olifanten zich aan het verfrissen. Ze spetteren er vrolijk op los en gaan soms kopje onder.

5

6

In de verte komt een volgende groep soortgenoten aanlopen en even laten komen er nog meer olifanten.

7

Het is een drukte van jewelste in deze prachtige waterpoel, waar ook nog zebra’s en impala’s hun dorst lessen, zij het op gepaste afstand. We hebben een prachtig uitzicht op het hele spektakel en wanneer ze genoeg hebben van het water, lopen de olifanten langzaam in onze richting. Eén kijkt ons zeer indringend aan en ik ben nog even bang dat hij recht op ons afkomt.

8

9

De hele groep buigt echter af en loopt pal achter de camper van Dennis en Godelieve langs, die ook al geruime tijd naar het mooie schouwspel kijken. Ze knijpen hem wel even, maar zolang je stil blijft staan, zien de dieren geen gevaar in je en lopen  gewoon langs.

10

11

12

Een eindje verderop komt ons een doordringende zwavel geur tegemoet: in een poel zijn olifanten zich aan het onderdompelen in  de zwarte modder (alleen het slurfje komt boven), we zien dan ook ineens allemaal zwárte olifanten ! Behalve deze dieren zien we geen ander wild, de poel is niet geschikt om te drinken.

13

14

Nadat we ook hier een tijd stilgestaan hebben rijden we verder en staan ineens oog in oog met twee grote olifanten, die midden op de weg staan. We stoppen meteen en verwachten dat ze ons zo vertrappen, gelukkig buigen ze net voor ons af ! (Wim was geen moment bang, ik wel !)

15

16

Daarna gaan we richting de Etosha Pan, het echte kale gedeelte van het park dat ruim 4500 vierkante kilometer beslaat. Je kijkt uit over een eindeloze, droge vlakte. Het totale Nationale Park is ruim 22.000 kilometer2. We houden hier een stop om wat te eten en het valt ons opdat er hier geen hekken om de picknickplaats staan.

17

18

Inmiddels is het 49 graden in de schaduw ! Nadien zien we weer enkele gnoes, impala’s en een trappe.

19

20

De omgeving is  kaal, droog en alleen de acacia’s met hun lange stekels overleven hier. Opeens zien we enkele heel grote mannetjes olifanten lopen, helemaal onder de modder van de zoutpan.

21

Bij een volgende poel spotten we een kampadelaar in een boom, ook een groep giraffen en enkele hartebeesten komen voorbij.

boom

vogel

22

23

Wanneer we naar de laatste waterplaats voor de volgende kampplaats rijden zien we ineens een groep hyena’s, luierend aan de waterkant en verkoeling zoekend in het water.

24

25

26

Tegelijkertijd komen er enkele giraffen aanlopen die graag willen drinken, ze zijn echter heel kwetsbaar als ze voorovergebogen bij het water staan en het duurt bijna een uur voordat ze zich veilig wanen en gaan drinken !

27

28

29

Het is dan ook al half zes voor we bij de volgende camping aankomen in het Etosha Park (kamp Namutoni), de rest van onze groep is allang aanwezig !  We nemen een douche, een lekker biertje en relaxen de rest van de avond !

30

Verslag 20

De gekneusde rib van Wim is af en toe erg vervelend, vooral ’s nachts bij een onverwachtse draai is deze pijnlijk. Ook de hobbelige onverharde wegen, die we steeds rijden, werken niet echt mee. Het verband dat de zuster aangebracht had, is dezelfde avond nog in de prullenbak beland, deze was van zo’n slechte kwaliteit, net als het zelfklevende verband van de apotheek. Gelukkig had ik uit Holland een rekverband meegenomen en deze houdt de boel een beetje strak bij elkaar. Maar, zoals gewoonlijk, Wim klaagt niet en gaat gewoon door! Vanmorgen hebben we eerst nog enkele uren rondgereden in het Etosha Park, maar helaas zien we minder wild dan de afgelopen dagen. Wel spotten we een drinkende giraf, een etende olifant (de hele boom gaat eraan !), wrattenzwijnen en bij de laatste poel allerlei wild te gelijkertijd.

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

Als we om twaalf uur het park verlaten kunnen we weer gas geven, binnen de hekken mocht je niet harder dan 60 kilometer per uur en dit haalde je zelfs bijna niet. Onderweg picknicken we in de schaduw en daarna volgt een rit van ruim tweehonderd kilometer.

11

12

Bij de plaats Tsumeb komen we weer in de geciviliseerde wereld en proberen we in een prachtig nieuw winkelcentrum te internetten, wat helaas mislukt. Gelukkig is er op onze kampplaats: Roy’s Restcamp een openlucht internet café, waar we onze mails wel kunnen verzenden. We hebben zelfs nog even contact gehad met Dennis via Facetime.

13

14

15

Vanavond hebben we een gezamenlijke maaltijd in het restaurant van de camping en moeten we allemaal beginnen met het slikken van Malerone, vanaf morgen komen we in een malariagebied en we willen natuurlijk niet ziek worden van een steek van een besmette mug !

16

 

Verslag 21

We moeten vandaag ruim vier honderd kilometer afleggen en de weg is grotendeels geasfalteerd. We rijden richting Rundu over de B8 en halverwege passeren we de “Rode Lijn”, een controlepost die vee en daarmee veeziekten uit het noorden moet tegenhouden.

1

Direct voorbij dit punt komen we door bedrijvige dorpjes met ronde hutten en vee langs de kant van de weg. Er lopen veel mensen langs de straat met jerrycans water op hun hoofd, die ze soms van kilometers verderop gehaald hebben.

2

3

4

5

6

In Rundu tanken we diesel en zijn dan nog maar enkele kilometers verwijderd van Angola, wij buigen hier echter af richting het oosten naar de Caprivistrook. Na een lange rit komen we aan bij Divindu, vanwaar het nog vijftien kilometer is naar Ngepi Restcamp. De laatste vier kilometer rijden we door mul zand, een uitdaging voor de luxe campers, maar iedereen komt er goed doorheen.

7

8

Op de zandweg staan kinderen op de uitkijk die beginnen te dansen en te trommelen, zodra ze toeristen zien, we hebben nog potloden en schrijfboekjes voor ze.9

10

11

12

De kampplaats is heel apart, voor de toilet moeten we twee trappen op en de douche is in een bloementuin.

13

14

15

We staan pal aan de Okavango Rivier, waar veel nijlpaarden in zitten.

16

17

18

We zien regelmatig een kop boven water komen en tegen de avond worden ze actief en beginnen te brullen en water te spuiten. Het kan zijn dat ze vannacht zelfs om de camper heen lopen.

19

20

 

Verslag 22

We hebben vannacht heerlijk geslapen met de geluiden van duizenden krekels en het gebrul van de nijlpaarden op de achtergrond. Toen vanmorgen de zon op kwam zagen we aan de overkant van de Okavango-rivier grazende hippo’s.

1

2

Zodra het echter warmer wordt verdwijnen ze in het water en brengen daar de dag door. Regelmatig zie je hun kop met de ronde oortjes boven komen, want ze kunnen niet langer dan vijf minuten onder water blijven.

3

Tegen half negen hebben we gezamenlijk met een gids enkele hutjes bekeken van een dorpje in de buurt. Wat leven de mensen hier primitief: voor water moeten ze een half uur lopen, ze slapen met het hele gezin in één kleine ruimte en een douche of toilet kennen ze niet. Bij de eerste familie die we bezochten liepen zes kinderen rond terwijl de ouders pas voor in de twintig waren !

4

5

6

7

8

9

10

11

12

Eenmaal terug bij Ngepi restcamp hebben we eens rustig rondgekeken bij alle aparte voorzieningen, het is gewoon een belevenis om te douchen of gebruik te maken van het toilet !

13

14

15

16

17

18

19

We blijven hier nog nacht en hebben het de rest van de dag kalm aan gedaan: nog een handwasje, een extra keer onder de douche (wat bij veertig graden in de schaduw erg lekker is) en eindelijk tijd voor een leesboek. Om half zes zijn we aan boord gegaan van een platte boot voor een sunset-cruise. Onderweg zien we één kleine nijl-krokodil en tientallen nijlpaarden, verder laat het wild het vandaag afweten.

20

21

22

23

24

25

26

27

Na afloop eten we gezamenlijk en keren daarna terug naar de camper, terwijl de krekels weer volop van zich laten horen ! 

Verslag 23

1

Nadat we vandaag (maandag 29 september 2014) eerst nog kort door het Mahango Game Park hebben gereden, waar zoals altijd getekend moet worden voor doorgang,

2

3

komen we even later aan bij de grens met Botswana. (In het Game Park spotten we wel de eerste buffel, al is hij een beetje ver weg !)

4

5

6

Bij de grens moeten weer allerlei papieren ingevuld worden, krijgen we stempels in ons paspoort en in Botswana betalen we 150 pula (15 euro) om binnen te mogen komen. Om half tien verlaten we, na zestien dagen, het stoffige Namibië en rijden meteen over een geasfalteerde weg,  al zitten er wel aardig wat gaten in ! (Doet ons weer denken aan Marokko !) We zien dat de huizen van betere kwaliteit zijn, sommigen zelfs van bakstenen, en ook de mensen zijn verzorgder gekleed. Botswana is dan ook één van de welvarendste landen van Afrika. Er zijn veel dieren langs de weg: geiten, ezels en ook veel runderen, je moet steeds goed uitkijken dat ze niet ineens voor je auto lopen. Ook zien we weer Herero-vrouwen in hun kleurrijke kleding.

7

8

We tanken twee keer onderweg (de diesel kost hier, net als in Namibië, rond de euro per liter) en kunnen hier gewoon met de visakaart betalen, in tegenstelling tot Namibië waar alles contant moest. Onderweg krijgen we twee keer te maken met een controlepost, dit om verspreiding van ziektes tegen te gaan: de banden van onze camper worden met een desinfectant bespoten en we moeten zelf met onze voeten (wel met de schoenen aan !) in een bak met ontsmettingsmiddel gaan staan, of dit nu echt helpt betwijfel ik !

9

10

11

12

13

Na 435 kilometer komen we aan bij Audi Camp, vlakbij de plaats Maun. We slapen hier vannacht gewoon in onze camper, maar morgenvroeg  laten we ons “huisje” hier achter en gaan twee dagen naar het Moremi Game Reserve, in de Okavango Delta, waar we in tenten slapen. Hier gaan we wild spotten per 4WD Safari Jeep en ons verder laten verwennen, want alles is helemaal verzorgd. We zijn van de buitenwereld afgesloten en er is geen stroom, pas donderdag keren we terug in de “bewoonde wereld” !

(Met Wim’s rib gaat het gelukkig beter, hij herstelt altijd heel snel, wat nu weer in zijn voordeel werkt !) 

Verslag 24

Dinsdag 30 september is het Onafhankelijkheidsdag (sinds 1966)  in Botswana en daarom hadden de mensen allemaal een lang weekend vrij. Vandaar dat iedereen er zo netjes bij liep en we ’s avonds op de camping muziek en gezang hoorden. Dezelfde dag hebben wij onze campers allemaal netjes afgesloten en bij Audi Camp laten staan, want we worden tegen achten opgehaald door Eddy, een Belgische gids die samen met zijn vrouw en enkele medewerkers een bedrijf runt: Kalahari Skies.

1

2

We rijden, verspreid in twee jeeps, naar het Moremi Game Reserve aan de oostzijde van de Okavango Delta, de grootste binnenlanddelta van de wereld. Oktober is de droogste maand en er is dan ook niet veel water meer in het gedeelte waar wij verblijven en de wegen zijn erg droog en zanderig. Ook kun je er met een gewone auto echt niet rijden, vanwege het mulle zand en de vele bochtige wegen, we láten ons daarom rijden. Eddy is een goede gids met leuke humor en ook de chauffeur van de andere jeep, Rainy, doet goed zijn best. We zijn nog maar net binnen het reserve of we spotten al wild, waar gelijk ook van alles over verteld wordt. De grootste giraf, bijvoorbeeld, is 530 cm lang, de mannetjes eten met het gezicht omhoog en hun iets kleinere vrouwtje met het hoofd naar beneden, zo wordt de boom mooi verdeeld. Wel worden er meer mannetjes gedood, omdat ze de verkeerde kant opkijken. Hun tong is zo’n 45 cm. lang en ze zijn gek op acaciabomen.

3

4

Impala’s leven soms met ruim twee honderd vrouwtjes tegelijk en slechts één mannetje. Dit houdt hij natuurlijk niet lang vol en op een gegeven moment komt er een sterkere mannelijke impala, die de strijd aangaat en de groep over neemt.

5

Als we een stuk gereden hebben zien we opeens een kar staan met een wiel eraf, deze blijkt van Eddy te zijn en hierin zitten alle keukenspullen, die nodig zijn voor het kamp. Op weg hierheen heeft een medewerker een ongelukje gehad, nu moet Eddy straks, als hij ons afgeleverd heeft weer helemaal terug om de kar leeg te halen.

6

We zien heel veel aparte vogels, waaronder de rood- en geelsnaveltok.

7

8

9

Over de strepen van de zebra weet hij te vertellen dat de zwarte strepen absorberen, de witte reflecteren en zo samen zorgen voor een verkoeling.

10

Ook krijgen we voor het eerst de tsessebe (topi) te zien, die vrij veel voor komt in het park en de snelste antiloop is.

11

In de slurf van een olifant zitten 40.000 spieren en elke stap die hij zet staat gelijk aan vier stappen van ons.

12

Zo geeft Eddy ons steeds informatie en weet ook te vertellen dat de donkere ooievaar de zwarte kindjes aflevert !?! Tegen twaalven lunchen we met de hele groep ergens buiten en gaan daarna verder in de richting van het kamp.

13

We komen enkele andere wagens tegen vol met kinderen: vanwege de vrije dag worden weeskinderen, waarvan er in Botswana 85.000 zijn, getrakteerd op een “dagje uit”. We zien nijlpaarden, moerasantilopen en krokodillen, die wel vijf meter lang kunnen worden maar hersens hebben ten grootte van een erwt.

14

15

16

Als we bij het kamp aankomen is het een beetje een chaos: alle drank staat in de zon, de tenten zijn nog niet klaar en Eddy moet gelijk weer weg.

17

18

Wel is de plek mooi gelegen bij een water met enkele kleine krokodillen en veel nijlpaarden, die ’s nachts zo het kamp in kunnen lopen, want er zit geen hek omheen (ze kunnen 35 km. per uur lopen !)

19

20

21

We relaxen een beetje bij de kampplaats en als Eddy tegen vijven terug komt gaan we nog een keer “game driven”.  Weer zien we veel wild en krijgen goede uitleg.

22

23

24

25

26

Als we tegen half zeven, na een prachtige zonsondergang, terug komen brandt het kampvuur al, is de tafel gedekt en is hele kamp klaar.

27

Het bier en de wijn staan koud, we krijgen een heerlijke maaltijd voorgeschoteld met ijs als toetje !!! Dat hadden we ’s middags écht niet verwacht.

28

 

Verslag 25

Woensdagmorgen worden we om half zes door Eddy gewekt. Buiten staat een bak met warm water plus handdoek voor ons klaar en in de grote tent zijn ze al druk bezig met het ontbijt. Nadat we gebruik hebben gemaakt van de tent-toilet gaan we tegen half zeven weer de jeeps in, dit keer is Rainy onze gids en hij volgt Eddy op een afstand. We zijn nog maar net op weg wanneer er een hyena ons pad kruist, deze heeft erg sterke tanden en kan botten zo fijnmaken.

1

2

3

(Dit is de shit van een hyena, hij eet letterlijk alles. De lichte kleur komt door de gemalen botten.)

 

Ook vandaag fotograferen we weer veel prachtige vogels.

4

5

6

7

8

9

10

Sinds lange tijd zien we weer bavianen, die mooie capriolen uithalen, er zijn ook veel jonkies bij.

11

12

13

14

Het wrattenzwijn komt voorbij lopen, met z’n staart omhoog en met drie jongen achter zich aan, iets wat we in Kenia ook vaak zagen en daar de “Kenia express” genoemd werd.

15

16

De gnoes leven vaak samen met de zebra’s: gnoes hebben goede oren, zebra’s kunnen beter zien. Nadat de zebra’s het hoge gras opgegeten hebben, eet de gnoe het laatste korte beetje op.

17

18

19

20

Weer hebben we ’s middags een prima lunch, dit keer op de kampplaats, en tegen half vier stappen we de auto weer in (we hobbelen wat af !) voor een game-drive.  Eddy krijgt een melding dat er een auto vast zit en hij gaat er heen om deze eruit te trekken (ze kennen hier geen ANWB !)

21

Zodoende komen wij voorop de rijden en wanneer we opeens nijlpaarden  spotten die op de oever lopen willen we natuurlijk wel als eerste deze op de foto zetten (het zijn ónze hippo’s !). Wanneer deze trouwens moeten poepen draaien ze heel snel met hun staartje in het rond (net een propeller) om zo hun “shit” gelijk fijn te malen !

22

23

24

25

Tegen kwart voor zeven komen we terug op het kamp en na een koud wijntje bij het kampvuur wacht ons een driegangen maaltijd en dat allemaal in de bush !

26

Tegen tienen liggen we op bed, het was weer een lange dag !

 

Verslag 26

Ook vandaag zitten we weer om half zeven in de auto, nadat we afscheid hebben genomen van de “crew” die ons zo voortreffelijk verzorgd heeft. Dit keer zitten wij (weer samen met Hilde, Fred, Godelieve en Dennis) bij Eddy in de jeep. We hebben nog steeds geen leeuwen en luipaarden gespot, terwijl ze wel in het park voorkomen, Eddy baalt hier erg van, maar ja, deze dieren blijven natuurlijk niet op één plek zitten: een leeuw heeft een territorium van twintig vierkante kilometer. Wel spotten we al vrij snel tien wilde honden, dit roofdier verslindt zijn prooi levend, nadat hij deze, in groepsverband, eerst helemaal afgemat heeft.

1

2

Eindelijk zien we ook de eerste waterbuffels met hun geweldige horens (en één van de big-five).

3

4

5

6

Nadat we het skelet van een olifant gepasseerd zijn zien we ineens een groep meerkatten, een aapsoort met een zwarte kop.

7

8

In een bijna drooggevallen plas proberen de maraboe en de zadeldekooievaar de laatste visjes te pakken te krijgen. (De groep na ons heeft geluk en ziet een grote groep pelikanen het hele meertje leegeten !)

9

10

11

(Dit zijn mangoesten.)

12

(De visarend is druk bezig met zijn prooi.)

Nadat we nog wat ander wild gespot hebben verlaten we het park, zonder een enkele leeuw of luipaard gezien te hebben. Toch zijn we heel tevreden, we hebben een paar leuke dagen gehad.

13

Eddy zet ons tegen de middag af bij onze campers en nadat we snel wat gegeten hebben vertrekken we van Audi Camp, want we moeten nog 320 kilometer afleggen naar het volgende kamp. De rit die volgt is vrij saai, al rijden we nog door een N.P. waar we twee (!) struisvogels zien.

De temperatuur is weer opgelopen tot ruim boven de veertig graden en de warme föhnwind waait door de ramen van de cabine. Tegen vieren komen we als eerste (!) aan bij Nata Lodge, waar we zelf een plek mogen zoeken op de bushcamping. Het terrein is echter niet echt geschikt voor de luxe campers van onze groep en eentje komt er dan ook vast te zitten. We zijn allemaal moe, bezweet en toe aan een douche als we eenmaal ons plekje gevonden hebben. Gelukkig koelt het ’s avonds heerlijk af en kunnen we nu de slaap inhalen die we de afgelopen twee dagen te kort gekomen zijn!

 

Verslag 27

We hebben vanmorgen heerlijk uitgeslapen ook al was dit met alle ramen dicht, het ging gisteravond hard waaien en daardoor koelde het flink af.

1

Na een ontbijt in alle rust (vandaag staat er niets bijzonders op het programma) hebben we bij Nata Lodge de verslagen van de afgelopen dagen van foto’s voorzien en zijn daar tot half twaalf mee bezig geweest. De lodge ziet er prachtig uit, heeft een zwembad en diverse plekken waar je in de schaduw kunt zitten. Gisteravond waren we te moe om hier iets van te bekijken.

2

3

4

We moeten vandaag weer ruim drie honderd kilometer afleggen en onderweg komen we, net als gisteren, weer langs een controlepost. Nu mogen we gewoon doorrijden, gisteren moesten de schoenen en banden weer ontsmet  worden en wilden ze zelfs in mijn koelkast kijken of ik niet stiekem vlees, melk of eieren meenam ! We komen weer in gebied waar zich wild bevindt en net na de controlepost lopen er ineens drie olifanten de geasfalteerde weg over, terwijl het toch echt niet rustig is op de weg.

5

Heel veel vrachtverkeer maakt gebruik van de A33 van Nata naar Kasane. De laatste plaats ligt ingeklemd tussen vier landen: Zimbabwe, Botswana, Namibië (Caprivistrook) en Zambia. Even later zien we ook nog een groep zebra’s langs de kant. Een ander opvallend iets zijn enkele bomen die op een soort eilandje staan in een vallei. Het blijkt dat het zand er rond omheen is weggehaald voor ophoging van de weg, maar de bomen moesten blijven staan.

6

Net voor het gehucht Pandamatenga, de enige plaats die we zien tijdens de lange rit, is er opeens sprake van landbouw: grote velden zijn bewerkt voor graan- of maisbouw, al is alles nu heel kaal en moet het eerst gaan regenen. We komen rond etenstijd aan bij Pandamatenga en stappen naar binnen bij een soort “take away” (gelegen naast een “supermarktje”)

7

en vragen of we daar binnen iets kunnen eten (buiten is het alweer rond de veertig graden). Het blijkt niet normaal te zijn, maar we krijgen een kantoortafel waar ze zelfs een kleedje overheen leggen en op een bord wordt rundvlees, rijst, rode kool en salade geschept en even later zitten we heerlijk onder de plafondventilator te eten. (Later rekenen we slechts drie euro per persoon af !)

8

9

Vlak voor Kasane zien we weer een groep olifanten, we zijn dan ook dichtbij het Chobe N.P., het oudste Nationale Park van Botswana en vooral bekend om zijn olifantenpopulatie (ongeveer 120.000).

10

11

Eenmaal in de stad maken we onze laatste pula’s op in de supermarkt, want overmorgen gaan we de grens over naar Zimbabwe, hier betalen we met dollars.

12

(Onderweg zien we een heel grote baobabtree !)

Tegen vijven arriveren we pas op de camping: Thebe River Safaris, waar we morgen ook blijven staan. We hebben een mooie ruime plek en blijven, zoals gewoonlijk, de hele avond buiten zitten waar het nog lang zwoel is !

 

Verslag 28

We hebben weer een warme dag achter de rug al zorgde de wind wel voor wát verkoeling. Omdat we vandaag niet hoeven te rijden wordt er door de meeste wel een wasje gedaan of de camper krijgt een beurt, zo ook bij ons. De kampplaats ligt dicht bij de Chobe River en vanaf het terras bij het restaurant kun je de olifanten spotten.

1

Wij zien hier bij de camper een andere diersoort: een groep mangoesten komt voorbij lopen, op zoek naar voedsel.

2

Om kwart over drie verzamelen we ons en gaan met de groep in een open voertuig naar de enkele kilometers verderop gelegen boot, waarmee we een sunset-cruise over de Chobe rivier maken.

3

Deze tocht is wel heel anders dan de vorige boottrip: we zien diverse grote krokodillen, groepen buffels, heel veel olifanten, soms maar op enkele meters afstand en ook het nijlpaard laat zich weer op de foto zetten.

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

Natuurlijk zijn er ook weer veel prachtige vogels te zien, er zijn 350 verschillende soorten in het Chobe N.P.

15

16

17

We zijn niet de enigen die rondvaren, het is echt een toeristische attractie.

18

In de rivier liggen enkele eilanden waar de olifanten naartoe zwemmen, prachtig om te zien.

19

20

Helaas is het vrij bewolkt weer en trekt de wind steeds harder aan en komen er golven op het water. (Wim heeft gelukkig geen last van zeeziekte !) Het laatste stuk terug met de open wagen zit iedereen met de handen voor het gezicht, vanwege de harde wind. Maar al met al was het een fantastische ervaring om zoveel wild van dichtbij te zien.

 

Verslag 29

We hoeven vandaag (zondag 5 oktober) pas om tien uur van de camping weg, dus voor die tijd willen we nog internetten, helaas ligt alles weer plat (niet voor de eerste keer) en kunnen we weer niets verzenden.  Kasane ligt slechts enkele kilometers van de grens met Zimbabwe en we hopen, door later te vertrekken, dat de overlandtrucks en vrachtwagens de grens al over zijn. Toch duurt het weer erg lang voor we de grenskantoren gepasseerd zijn: aan de kant van Botswana moeten we een formulier invullen en bij de volgende balie aan een andere medewerker weer afgeven (!), om Zimbabwe in te komen moeten veel formulieren ingevuld en stempels geplaatst worden, ook zijn we 165 dollar armer.

1,

We zijn anderhalf uur verder voor we uiteindelijk de grens over zijn en daarna moeten we nog zeventig kilometer rijden om in Victoria Falls te komen. We rijden eerst onze kampplaats voorbij om een krokodillenfarm te bezoeken, waar tevens nog enkele leeuwen te zien zijn.

2,

3,

De farm bestaat al veertig jaar en ook een grote groep krokodillen, die daar leven, bestaande uit één mannetje en achttien vrouwtjes zijn al veertig jaar oud. Enkele ervan krijgen nog een stuk vlees toegeworpen, maar erg happig zijn ze niet ! (Een mannelijke krokodil heeft een bredere kop en is langer dan de vrouwelijke variant.)

4,

5,

We mogen een babykrokodil van tien maanden oud vasthouden en ook zien we een heel grote groep twee jaar oude “krok’s”, deze zijn bestemd voor de slacht: hun vlees is erg lekker en wordt geëxporteerd, van de huid worden riemen en tassen gemaakt. Wanneer deze dieren één en twintig dagen oud zijn worden hun tanden verwijderd want: ”je wilt toch geen krokodillentas waar een stuk uit is !”

6,

We zien nog enkele albino’s waarvan de huid veel lichter is en die het waarschijnlijk in de vrije natuur niet overleefd zouden hebben en ook weten we nu dat een krokodil wel vijf en veertig eieren per keer legt, al met al was het heel interessant !

7,

We rijden terug naar camping Victoria Falls Restcamp, midden in het bruisende stadje vol restaurants, souvenirwinkels, reisorganisaties en supermarkten. Nadat we geïnstalleerd zijn gaan Wim en ik een stukje wandelen en staan ineens voor de ingang van het Victoria Falls N.P. , het is de bedoeling hier morgen met de groep heen te gaan, maar we besluiten om het vandaag ook alvast samen te gaan bekijken. Het is werkelijk adembenemend, wat een water valt er naar beneden en dan zitten wij het nog in het droge seizoen.

8,

9,

Over een breedte van 1700 meter stort de Zambezi zich in een 108 meter diepe kloof. (Door de bevolking wordt het de “donderende rook “ genoemd.) Er loopt een wandelroute langs met diverse uitkijkpunten en we zien aan de andere kant van de kloof ook mensen lopen op enkele  eilandjes. De bekendste hiervan is Livingstone Island, vanwaar de ontdekkingsreiziger (in 1855) voor het eerst de waterval aanschouwde.

10,

Tijdens de wandeling krijgen we regelmatig een regenbui over ons heen en dit heeft geresulteerd in het enige tropische regenwoud dat Zimbabwe heeft met een oppervlakte van 2 kilometer bij 100 meter.

11,

12,

13,

14,

15,

16,

17,

We zijn heel blij dat we hier samen rondgelopen hebben en het is echt geen straf morgen hetzelfde traject nog een keer af te leggen, de stand van de zon is dan weer heel anders en we kunnen nog een keer genieten van dit prachtige natuurverschijnsel !

18,

19,

20,

Verslag 30

Victoria Falls Restcamp is helemaal omgeven door een hek met prikkeldraad erbovenop, dit om de vele baboons en meerkatten die hier leven af te weren. Natuurlijk helpt dit totaal niet, want de apen komen via de hoge bomen zo het kamp in. Tot nu toe vinden we het wel grappig om te zien hoe deze dieren bovenop de campers springen, zolang er niets vernield wordt of gejat, is alles best.

1

2

Het zijn niet de enige beesten op de camping, gisteravond ben ik, zonder het te merken, tientallen keren in m’n benen gestoken door een soort zandflies en zit nu onder de bultjes, vanavond gaat dus de lange broek aan met dichte schoenen, hoe warm het ook is. Om half negen vanmorgen zijn we gezamenlijk naar de Vic. Falls gelopen en hebben dezelfde tocht als gisteren nog een keer gemaakt.

3

4

5

De zon stond nu natuurlijk heel anders, zodat we weer heel wat foto’s gemaakt hebben, maar de hoeveelheid nevelregen die we over ons heen kregen was hetzelfde:  heerlijk verkoelend !

6

(Onderweg zagen we nog een bosbok, een tamelijk schuw dier.)

Aan de Zambiaanse kant van de falls is een groep waaghalzen, aan elkaar verbonden met een touw, bezig om vanaf Livingstone Island langs de rand van de kloof door het water te lopen !

7

8

9

10

11

12

Helemaal aan het eind van de wandeling zie je de grote ijzeren brug die Zimbabwe met Zambia verbindt, veel mensen gaan lopend of op de fiets bepakt en bezakt de grens over. Vanuit het park zijn we daar ook  heen gelopen en kunnen dus nog een vijfde land aan onze reis toevoegen: we zijn een half uurtje in Zambia geweest.

13

14

15

16

17

18

Vanaf de brug zie je de honderd en elf meter lager gelegen Boiling Pot waar wildwatervaarders op hun rubbervlotten springen. Ook kun je in de verte het beroemde Victoria Falls Hotel (1904) zien staan. Dat was tevens het volgende punt waar we heen gelopen zijn en na de middag hebben we enkele uren doorgebracht in het uiterst luxe hotel, dat helemaal in Brits koloniale stijl gebouwd  en ingericht is.

19

20

21

22

23

Daarna zijn we terug gewandeld naar het restcamp en onderweg liepen de apen weer over straat, ook zagen we enkele wrattenzwijnen grazen: ze moeten dan door hun poten  zakken om bij het gras te kunnen. Eddy zei hierover: dit is een “constructiefoutje”, hun nek is te kort.

24

25

26.

26

De rest van de dag doen we niet veel meer, we moeten morgen vroeg op, dus gaan ook vroeg naar bed en zullen vannacht zeker weer het gebulder horen van de prachtige waterval.

 

Verslag 31

Zimbabwe, het vroegere Rhodesië, is 11 keer zo groot als Nederland en heeft bijna 13 miljoen inwoners, hiermee komt de bevolkingsdichtheid op 33 mensen per vierkante kilometer. In Botswana en Namibië is deze met respectievelijk 3,7 en 2,9 per km2 veel lager. Het land heeft geen directe toegang tot de zee en is hierdoor afhankelijk van buurlanden. Wij zijn vanmorgen uit het rijke gebied van Victoria Falls vertrokken om het land verder te gaan verkennen.

1

2

Al vrij snel komen we weer langs de dorpjes  met slechts enkele musha’s. Elk erf wordt bewoond door een familie bestaande uit ouders, kinderen, grootouders en vaak ook nog een paar ooms en tantes. Op de musha staan naast de kookhut verschillende slaaphutten, gemaakt van leem of steen en met een rieten dak. We hebben vanmorgen zo’n erf bekeken, er waren maar enkele familieleden aanwezig, maar deze waren erg vriendelijk, zoals iedereen in Zimbabwe, en we mochten overal rondkijken. En jonge vrouw nam me mee naar haar hut om haar “instrumenten” te laten zien. Het bleek dat ze kapster was en ze had haar spullen tijdelijk in het huisje opgeslagen.

3

4

We zijn vanmorgen al om zeven uur vertrokken en hebben in kolonne gereden, omdat Carel nogal wat problemen onderweg verwachtte. Het bleef bij zeven politiecontroles, waar we overal zo door konden rijden en vriendelijk toegeknikt werden, dit schijnt in het verleden wel anders geweest te zijn. Eén keer moeten we tol betalen (twee USD), hopelijk gebruiken ze dit geld voor wegen, want af en toe zitten er aardige kuilen in.

5

(Dit stuk weg was wel erg slecht !)

6

Tegen tienen stoppen we bij een middelbare school (Dampa Sec. School) en samen met Corry en enkele anderen van de groep lopen we naar een leraar die bij de poort staat. Corry, altijd heel spontaan naar de plaatselijke bevolking toe (en zeker ook naar de groep !), maakt gelijk een praatje en even later worden we uitgenodigd bij de directeur van de school voor een gesprek.

7

8

Er worden heel wat vragen over en weer gesteld, de man weet nauwelijks waar Nederland ligt en snapt niet dat er zoveel mensen in zo’n klein landje kunnen wonen. De school, met ruim vierhonderd leerlingen is vrij modern en heeft zelfs achttien computers ter beschikking.

9

10

Ook hebben alle leerlingen (allemaal netjes in uniform gekleed) een fiets om naar school te kunnen komen. Er wordt onderwijs gegeven in landbouw en veeteelt, kleding maken en houtbewerking. De leerlingen vinden het heel interessant om ons, blanken te zien en als ik ze de foto toon die ik net van ze gemaakt heb, vinden ze dit prachtig.

11

12

We zijn op weg naar de Gwango Elephant Lodge bij het Hwange N.P., maar onderweg worden we opgewacht door de eigenaar en krijgen te horen dat een groep olifanten de campsite vernietigd heeft, op zoek naar water. We worden nu ondergebracht bij een kamp waar ze nog volop aan het bouwen zijn, maar er ís water en stroom, alleen de weg ernaartoe is erg mul en de één na de andere camper komt vast te zitten en moet uit het zand getrokken worden. Wim rijdt onze camper met gemak door het mulle zand,  maar daar is de wagen dan ook voor gemaakt.

13

Eenmaal op het kamp valt het sommigen erg tegen: er is helemaal niets, maar we komen dan ook aan bij veertig graden hitte en hebben al uren doorgebracht in de auto.

14

15

16

17

18

19

We zouden met eigen wagen door het N.P. rijden, maar nu blijven de campers gewoon in het kamp staan en gaan we met open safariwagens een game drive maken. Hwange N.P. heeft een omvang zo groot als België en de dieren kunnen overal zitten dus je moet geluk hebben wild te spotten. Onze toer is dan ook erg teleurstellend tot we bij het Nyamandholova platform aankomen.

20

21

Hier is het druk met blanke Zimbabwanen die druk aan het tellen zijn. Eens per jaar met volle maan worden in het hele park de dieren geteld en toevallig is dit vandaag ! We maken een praatje met de mensen en ondertussen zien we een grote groep olifanten aan komen lopen, allemaal op weg naar de waterpoel, die we goed kunnen zien vanaf het platform.

22

Er liggen twee grote krokodillen langs de kant en ook leven er enkele hippo’s in de poel. Het blijft niet bij één groep olifanten, we zien nog enkele kuddes, soms hardlopend, naar de waterkant gaan.

23

24

25

26

27

Ondertussen begint het al te schemeren en ik tuur met m’n verrekijker rond opzoek naar andere dieren. Opeens zie ik een grote leeuw staan, in de ondergaande zon, helaas ben ik te laat met mijn fototoestel en loopt hij weg, uit het zicht. Ik ben niet de enige die dit prachtige dier zag staan, dus het is geen verzinsel. Hij werd waarschijnlijk opgeschrikt door enkele olifanten, die ik gelukkig wel vereeuwigd heb.

28

Om half zeven moeten we uit het park zijn en de gids rijdt dan ook vrij hard terug, inmiddels is het flink afgekoeld en hadden we best een vest kunnen gebruiken.

29

Bij aankomst in het kamp brandt er al een groot vuur waar we met z’n allen nog enkele uren doorbrengen !

30

Verslag 32

We zijn nog maar net klaar met ons ontbijt wanneer Roy, de beheerder en tevens gids, ons komt vertellen dat hij enkele leeuwen gezien heeft, vlakbij de kampplaats. We klimmen bij hem achter in de jeep en gaan op zoek naar deze prachtige dieren.

1

2

Helaas zijn ze vertrokken, we volgen nog een tijdje hun spoor, maar raken ze dan helemaal kwijt. We keren terug naar ons kamp, waar we dan tot drie uur ’s middags tijd voor ons zelf hebben. Na een koude nacht gaat het kwik toch al snel weer richting de veertig graden dus doen we kalm aan en blijven in de schaduw. Ondertussen gaan de werkzaamheden in het kamp gewoon door: er lopen een tiental werklieden rond die, in Afrikaans tempo, langzaamaan de lodge afwerken. Tegen drieën gaan we met z’n allen een game-drive maken waarbij we dan onderweg stoppen voor enkele  korte wandelingen in de natuur.

3

Roy heeft een geweer bij zich, mocht er onverwachts iets gebeuren, maar de kans hierop is heel klein.

4

5

6

7

8

Ook vandaag laat het wild zich niet in grote getale zien, wel komt er een groep olifanten vrij dichtbij en zijn er natuurlijk weer impala’s en enkele koedoes.

9

10

Er moeten sabelantilopen in het park zijn, een dier dat we nog niet gespot hebben, maar wanneer we hem dan uiteindelijk zien is dit niet zoals we het voorgesteld hebben. Een oudere mannelijke sabelantiloop ligt gewond in het hoge gras, hij is aangevallen door twee leeuwinnen, die vlakbij hem liggen. Ze wachten tot hij langzaam sterft en durven tot die tijd niet dichterbij te komen, een gewond dier kan heel gevaarlijk zijn, zeker met die grote horens.

11

12

We blijven een hele tijd, heel stil, vrij dichtbij staan kijken in de jeeps, maar één leeuwin zit verscholen achter een boomstam en de andere is verstopt in het hoge gras. Wanneer we uiteindelijk de wagens weer starten schieten de leeuwinnen tijdelijk weg, maar keren later weer terug. Het is moeilijk om ze op de foto te krijgen.

13

We rijden weer een stukje en stoppen dan op een open plek, waar we uit de auto mogen. Er worden koude drankjes en lekkere hapjes geserveerd en zo genieten we van een prachtige zonsondergang.

14

15

Bij terugkomst op de kampsite brandt er alweer een groot kampvuur, waarop later een braai verzorgd wordt. Je kunt zien dat we de eerste gasten zijn en dat alles niet goed is voorbereid: de kok legt met z’n blote handen het vlees op het rooster en verlichting is ook nergens aanwezig. We hebben gelukkig een barbecuetang voor hem en ik zet hem zolang mijn hoofdlamp op en zo verzorgd één man voor de hele groep het eten.

16

Gisteravond heeft een Afrikaanse man van het kamp voor ons gezongen bij het vuur, vanavond heeft hij een andere verrassing: hij heeft alle werklui opgetrommeld en die komen voor ons zingen en dansen. Het is echt heel spontaan en voor hun misschien wel de eerste keer, dat maakt het juist zo leuk. Zo hebben we weer een heel aparte dag gehad, al was het dan heel anders dan oorspronkelijk gepland !

17

18

 

Verslag 33

Vandaag, donderdag 9 oktober, verlaten we de Gwango Elephant Lodge en rijden, helaas weer in kolonne, driehonderd en dertig kilometer in zuid oostelijke richting. Om het kamp uit te komen hebben ze allemaal lege cementzakken op het mulle zand gelegd en dit keer blijft er maar één vastzitten ! We krijgen over de hele rit acht politiecontroles, die omgekocht worden met een pak koekjes en flesjes drinken.

1

Het is dan de bedoeling dat de hele groep door kan rijden, maar dit mislukt toch nog een keer. Er zijn een paar auto’s tussen geschoven en Dennis en Godelieve moeten ineens halt houden. Ze krijgen een bekeuring van twintig dollar, omdat ze niet gestopt zijn (!!), iets wat wij geen van allen deden. We rijden de hele dag over de A8, een vrij slechte weg met veel vrachtverkeer. Enkele keren staat er één kapot zo maar midden op de weg (in Nederland had je gelijk ellenlange files !) en ook zien we bussen volgeladen met mensen en bagage op het dak.

2

3

4

Er ligt veel vuil langs de kant van de weg, iets wat tot nu toe wel mee viel. Langzaamaan verandert het landschap en zien we ook dat er akkerbouw plaats vindt. Ineens staan er enkele mensen met bossen wortelen aan de kant van de weg, deze zien er zo prachtig uit dat je eerst denkt dat het nep is. We stoppen en kopen allemaal voor één dollar zo’n bos, ik denk dat de hele groep vanavond wortels op z’n bord heeft liggen.

5

6

7

8

9

Bij de stad Bulawayo, na de hoofdstad Harare de  grootste stad van Zimbabwe, stoppen we bij een grote supermarkt, iedereen is door zijn voorraden heen. Daarna is het nog een half uur rijden tot we aankomen bij de Big Cave Camping, vlakbij het Matopos Game Reserve. We blijven hier weer twee nachten en gaan morgen de omgeving bekijken.

10

 

Verslag 34

Het landschap van Matobo N.P. (430 km2) is bijzonder indrukwekkend, het is reeds drie miljard jaar geleden gevormd toen graniet naar de oppervlakte werd geduwd. Dit graniet is geërodeerd waardoor gladde heuvels ontstonden die zijn bezaaid met keien waar struikgewas op groeit. 1 2 3 4 5 6 7 Het wildpark met een oppervlakte van 100 km2 is vooral bekend om haar neushoornpopulatie die hier streng wordt bewaakt tegen stropers en bestaat uit prachtig landschap met enkele spectaculaire balancerende rotsen en een indrukwekkend uitzicht over de vallei van de rivier Mpopoma. We zijn vanmorgen om zeven uur opgehaald door een gids en in open jeeps naar het Nationale Park gereden. 8 Het is de bedoeling vandaag neushoorns te spotten. We maken enkele prachtige wandelingen en klauteren over granieten heuvels, helaas zien we niet veel wild. 9 Slechts een groep gnoes laat zich zien en een wrattenzwijn familie, toch doet de gids uitstekend z’n best en laat ons prachtige stukken van het park zien, ook weet hij veel te vertellen over de bomen en planten. 10 11 (Als je deze plant met wat water in je handen fijn wrijft, kun je deze gebruiken als zeep, met een hoog aloevera-gehalte  !) 12 13 Tegen half twaalf roept hij de hulp in van enkele scouts die stropers moeten weren en leven in simpele tentjes in het park. Ze hebben toevallig vanmorgen een vrouwtjes neushoorn gezien met haar vier maanden oude jong. Het wordt onze vierde wandeling voor vandaag, maar we lopen vol verwachting achter de bewapende mannen aan…. en ja, even later zien we de neushoorn (met een gewicht van bijna twee duizend kilo) liggen met naast zich haar jong. 14.1 14 Haar hoorn is erg kort, dit komt omdat ze deze elke drie jaar afzagen (dit wordt onder verdoving gedaan en is vrij pijnloos), om zo te voorkomen dat ze gedood wordt (mensen betalen veel geld voor de hoorn van een neushoorn omdat deze een potentieverhogende werking zou hebben, in Jemen wordt er een dolk van gemaakt en gezien als een statussymbool. In Oost-Azië worden prijzen betaald van meer dan 10.000 euro per kilo !) We lopen voorzichtig steeds dichterbij om haar niet aan het schrikken te maken (ze heeft ons natuurlijk al lang gezien) en brengen zo wel drie kwartier door, op minder dan tien meter afstand, met het bewonderen en foto’s maken van het mooie tafereel. 15 16 Pas na half één keren we terug naar de kampplaats en springen daar meteen onder de douche, we zitten onder de vegen van takken en zijn flink bezweet. 17 Het blijft echter niet bij deze wandelingen: tegen vieren staan we weer allemaal paraat om de omgeving van de kampplaats verder te bekijken. Het wordt weer een schitterende  tocht over rotsen en met prachtige uitzichten. 18 19 20 21 Ook zien we rotstekeningen, gemaakt door de San, die hier zo’n twee duizend jaar terug leefden. 22 23 24 25 26 27 28 29 30 We eindigen bij de prachtige lodge (een heel contrast met onze simpele kampplaats), behorend bij de camping en genieten daar van een lekker biertje. 31 32 Tegen half zeven zijn we terug op de kampplaats waar Fred, die niet mee geweest is met de wandeling, het kampvuur al opgestookt heeft. Sifiso heeft de barbecue al heet en zo nuttigen we allen, bij de warmte van het vuur, onze maaltijd. Het was weer een heel gezellige dag, jammer dat er aan het eind van de avond een lange discussie ontstaat over de kwaliteit van de campings en de verwachtingen van de totale reis !!

 

Verslag 35

Omdat we vandaag 425 kilometer af moeten leggen en ook nog “even” een grens over moeten, starten we al om zeven uur met rijden, voor de laatste keer achter elkaar aan. Ook nu passeren we weer tien politieposten, maar dit keer verloopt alles soepeltjes en verwisselt er maar één keer een pak koekjes van eigenaar. In totaal hebben we nu ruim zes duizend kilometer afgelegd en daar zullen er nog heel wat bijkomen in de aankomende weken. We hadden een koude en winderige nacht en ook vanmorgen is het vrij fris, de bevolking loopt dan ook allemaal in winterkleding rond, het is echter ideaal weer om te rijden. Wel is het zwaar bewolkt waardoor de natuur er minder mooi uitziet. 1 2 Er lopen weer veel koeien, geiten en ezels langs de weg, die soms ineens oversteken en ook uitgebrande en totaal gesloopte auto’s liggen voor oud vuil aan de kant. We zien opeens een grote groep gieren rondzwermen en het blijkt dat er een dode koe in een droge sloot ligt. 3 4 Onderweg stoppen we een paar keer en bij een prachtige baobab boom lunchen we, een paar kinderen komen even kijken en krijgen van alles toegestopt. 5 6 7.1 Dan komen we aan bij de grens Zimbabwe – Zuid-Afrika. We moeten eerst negen dollar grenskosten betalen in de categorie “light vehicule”, maar dan blijkt dat de campers bij de “zware jongens” horen en moet de groep ineens terug om bij te betalen. Wíj worden doorgestuurd, krijgen enkele stempels, moeten weer een stukje doorrijden tussen twee auto’s in en dan opeens wordt er om nóg eens veertig dollar gevraagd. De man zegt: het is weekend en we doen niet moeilijk, je mag zo doorrijden, betaal je niet, dan moet je alles uitpakken ! Dit gebeurt écht niet met een glimlach, maar door een intimiderende, strenge man. We betalen dus maar en rijden de grens over, voor een week Zimbabwe zijn we bij de grens alleen al ruim twee honderd dollar kwijt, zo krijg je wel toeristen binnen !! We wachten een tijdje op de anderen, maar deze zijn nog steeds aan het onderhandelen, ook zij moeten van alles betalen (uiteindelijk 73 dollar !) en rijden dan maar door naar de volgende grenspost: Zuid-Afrika. Weer moeten er stempels gezet worden en papiertjes ingevuld. Overal staan lange rijden met mensen, want alles gaat op z’n Afrikaans. 7 Tegen drieën zijn we dan in Zuid-Afrika waar we de rest van onze vakantie doorbrengen, de andere campers rijden pas een uur later het land binnen. Iedereen heeft de balen van Zimbabwe en wil er nooit meer heen, ze zijn hier duidelijk nog niet ingesteld op toeristen en erg corrupt. 8 We overnachten in Forever Resort Tshipise, waar een prachtig zwembad, een goed restaurant en een heel mooi sanitair is, ook staan we op gras en gaan, sinds lange tijd, zonder zwarte voeten naar bed !

 

Verslag 36

We zijn vanmorgen (zondag 12 oktober) niet echt vroeg vertrokken, omdat we slechts honderd kilometer af hoefden te leggen tot de noordelijkste gate (Pafuri) van het Krugerpark. Daarvandaan is het nog ruim tachtig kilometer rijden, in zuidelijke richting, naar onze eerste kampplaats Punda Maria Restcamp. 1 Onderweg in het Krugerpark, waar je maximaal vijftig kilometer per uur mag rijden, kun je diverse onverharde zijwegen nemen waar vaak een poel te vinden is. Ik had de TomTom ingesteld op Punda Maria Restcamp en toen we bij een wegonderbreking rechtsaf moesten hebben we eigenlijk blindelings ons navigatiesysteem gevolgd. De weg die we reden werd echter steeds slechter en we zeiden al tegen elkaar: de grote campers kunnen hier nooit overheen. 2 Het bleek dat we richting Punda Maria reden, maar dan via allerlei binnenweggetjes, langs kleine dorpjes en door de bergen. 3 4 5 De tocht was schitterend, echt avontuurlijk en we kwamen tegen enen aan bij de Punda Maria Gate (zeventig kilometer zuidelijker dan Pafuri), vlakbij de omheinde campsite. Vrijwel direct kwam er een onverharde afslag en binnen vijf minuten stonden we oog in oog met een grote kudde olifanten (zes en dertig stuks), negen buffels, enkele zebra’s en een groepje impala’s. 6 7 8 9 10 11 12 13 14 Er was geen enkele andere auto in de buurt en we hebben hier bijna een uur van het schitterende schouwspel genoten. Daarna hebben we de camping opgezocht, wat gegeten en tegen vieren zijn we nog een tocht gaan maken in het park. 15 16 Weer zagen we olifanten, zebra’s en buffels, maar ook enkele giraffen die verliefd bij elkaar stonden, prachtig om te zien. 17 18 19 20 Om zes uur moet je terug zijn op de camping, want dan sluit de poort. Vanaf onze plek kun je een waterpoel zien waar regelmatig olifanten en buffels komen drinken. Ook word je verblijd met het luide gekwaak van honderden kikkers, die er voor zorgen dat we zorgeloos in slaap vallen !

 

Verslag 37

Kruger N.P. is het grootste nationale park van Zuid-Afrika en ongetwijfeld één van de mooiste reservaten van de wereld. Het is 352 km lang en gemiddeld 60 kilometer breed. De totale oppervlakte is rond de twintig duizend km2 en ongeveer even groot als Israël, de oostkant grenst aan Mozambique. We trekken vandaag weer een honderd kilometer zuidwaarts naar de volgende kampplaats: Shingwedzi. 1 Om kwart over zeven zitten we al in de auto, want we willen zoveel mogelijk zien van het park, natuurlijk nemen we weer zoveel mogelijk onverharde wegen. Al vrij snel zien we een grote groep buffels, het zijn er minstens vijftig. 2 3 Ze hebben veel jongen bij zich, eenmaal volwassen zijn het zeer zwaar gebouwde grazers (tot 150 cm. schofthoogte) met relatief korte poten. De grote, dik behaarde oren hangen onder de indrukwekkende gebogen hoorns die samenkomen in een knobbel. Ze ogen vrij onschuldig, maar zijn zeer gevaarlijk en één van de “Big Five”. 4 We spotten voor het eerst nyala’s, die het midden houden tussen een grote koedoe en de bosbok (deze heeft op z’n kont een witte cirkel). De mannetjes Nyala heeft tien tot twaalf witte verticale strepen, lange spiraalvormige hoorns, ruige zwartblauwe manen met witte toppen en gele poten. 5 6 7 8 Bij een poel staat een grote kudde olifanten en de impala’s zijn natuurlijk ook weer overal te zien. 9 10 11 12 13 14 Onderweg is een plek met toiletten en een picknick mogelijkheid, ik smeer er even snel brood dat we later in de auto opeten. 15 16 We rijden tot twee uur rond en melden ons dan aan bij de camping, het is inmiddels ruim veertig graden in de schaduw en sinds lange tijd maken we gebruik van het zwembad. Tegen vieren stappen we toch de camper weer in om nog een stuk te “game driven”, vaak zie je tegen de avond meer wild en we maken dan ook nog diverse mooie opnames. 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 Tegen zevenen hebben we gezamenlijk een braai, inmiddels is er een harde wind op komen zetten, die ervoor zorgt dat het zand over de kampplaats waait. Het vlees knarst dan ook tussen de tanden (zand schuurt de maag), ook de camper zit van binnen en buiten weer onder het stof, maar daar zijn we inmiddels wel aan gewend !

 

Verslag 38

We vertrekken vandaag pas om kwart voor negen (als laatste) van de camping, het was gisteravond na de braai nog erg gezellig en door de zandstorm kon de camper wel een kleine schoonmaakbeurt gebruiken. 1 Vlakbij de kampplaats zitten in meertje enkele hippo’s en ook krokodillen liggen weer lui aan de rand van het water. 2 3 4 5 Een grote groep buffels laat veel stof opwaaien wanneer ze de weg oversteken en zebra’s, gnoe’s en giraffen staan rustig te eten. 6 7 8 9 10 Het Kruger park is erg afwisselend wat natuur betreft, soms is er weinig begroeiing en is landschap vlak, even later rijd je weer door een rivierbedding of door dicht struikgewas. Het bevalt ons prima om met eigen auto door het park te rijden: je kunt stoppen wanneer en hoelang je maar wilt en ook kun je zelf je route bepalen. Het is erg rustig in het park, we komen maar af en toe een auto tegen. 11 12 13 Na een prachtige tocht langs een rivier komen we bij een hoog uitkijkpunt (Tshanga), waar we de auto uit mogen en even de benen kunnen strekken, ook is er een simpel toiletje aanwezig. 14 15 16 We verblijven er een tijdje en rijden dan de rondtocht verder, tegen twaalven zijn we pas achttien kilometer verwijderd van de kampplaats waar we overnacht hebben. Het is gelukkig een stuk koeler dan gisteren en zodoende is het goed uit te houden in de auto, midden op de dag. 17 18 19 20 21 Vlak langs de kant van de weg ligt een hyena uit te rusten en een eind verderop lopen vier mannetjes olifanten voor onze auto die eerst niet aan de kant willen, we blijven er met een sukkelgangetje achteraan rijden tot ze uiteindelijk één voor één afbuigen. 22 23 24 We zien een struisvogel familie met een heel stel jongen en weer groepen buffels en olifanten, er is ontzettend veel wild in het park. 25 26 27 28 29 30 31 Op een grote brug, vlakbij onze slaapplaats voor vannacht (Letaba), mogen we de auto uit, inmiddels is het half vier en wordt het tijd om te stoppen, de hele dag wild spotten is erg vermoeiend. 32 33 Op de camping lopen we nog even binnen bij de Elephant Hall, waar de slagtanden van de “Magnificent Seven” te zien zijn, waarschijnlijk de grootste die ooit in Zuid-Afrika werden gevonden. 34 35 36 We gaan vanavond bijtijds naar bed, we willen morgen nog een keer heel vroeg vertrekken, het is de laatste mogelijkheid wild te spotten want we verlaten het Kruger Park weer.

 

Verslag 39

Voor het eerst deze reis zijn we vanmorgen als eerste van onze groep van de camping vertrokken: we zaten al om zeven uur in de auto. Al vrij snel zien we hippo’s die, omdat het nog vroeg is, nog aan het grazen zijn aan wal. 1 2 3 Ook later op de dag liggen de nijlpaarden te luieren op eilandjes in de Olifantsrivier, het is namelijk niet erg warm vandaag en ze hoeven dus geen verkoeling te zoeken in het water. 4 De Koedoes zijn ook volop aanwezig in de buurt van de rivier, waar de bomen al veel groene blaadjes hebben. 5 Er lopen twee rangers langs het water, waarschijnlijk om te controleren of er geen stropers of dode dieren zijn. 6 Bij een prachtig uitkijkpunt over de Olifantsrivier mogen we uit de auto (al blijft het op eigen risico !) en hebben tevens een plaspauze (Wij kunnen niet even binnendoor in de camper naar het toilet !). 7 8 9 10 11 12 13 14 Het Kruger N.P. heeft maar liefst twee duizend kilometer aan wegen in het park, waarvan zeven honderd verhard; wij hebben in die drie dagen hier toch ruim vijf honderd kilometer rondgetoerd en dan zijn we alleen nog maar in de noordelijke helft van het park geweest. Als we tegen half één bij de uitgang van het Krugerpark komen (Phalaborwa Gate)  vraagt de man die de kaartjes controleert of we de leeuw gezien hebben, zo’n twee kilometer terug ! Die hebben we dus niet gespot en we draaien gelijk om, om alsnog te gaan kijken. We rijden een uur lang allerlei wegen met een snelheid van tien kilometer per uur, maar géén leeuw ! Als we opnieuw bij de uitgang komen is de informatie alweer veranderd en is de leeuw ergens anders gespot ! Het is goed zo, we moeten nog honderd en dertig kilometer rijden, boodschappen doen en de verslagen verzenden (In het park was nergens internetverbinding). Dit wordt dus een drama: bij een infocentrum in Phalaborwa kunnen we rechtstreeks inloggen, maar de internetverbinding is zo traag dat we niks kunnen verzenden. Inmiddels is het al over drieën en moeten we nog steeds een flink eind rijden. Bovendien is de weg erg slecht, vol potholes en de vele vrachtwagens rijden om de diepe kuilen heen, slingeren zodoende over de weg en zijn erg moeilijk in te halen. Later op de route rijden we door prachtig berggebied, helaas begint het te regenen, waardoor alles er grauw uitzien. 15 16 17 Ook de vermoeidheid begint mee te spelen, pas tegen vijven komen we aan op Forever Resort Blyde Canyon. We rijden met onze camper gelijk door naar het restaurant (lopend is dit niet te doen) en kunnen daar onze verslagen verzenden en gelijk de maaltijd nuttigen, Wim is te moe om te koken. Tegen achten zijn we terug op de kampplaats en voor negenen liggen we uitgeteld in bed ! (Dat noemen ze vakantie !!)

Verslag 40

We zijn vanmorgen (donderdag 16 oktober) pas tegen half elf van de camping vertrokken, het is zwaar bewolkt weer, vrij fris en de afstand die we vandaag af moeten leggen is maar honderd kilometer. Wel is het een heel mooie rit: de Panoramaroute. Als eerste komen we langs de “Three Rondawels”, drie hoge bergen lijkend op rondavels, de traditionele hutten van de Xhosa, die hoog boven de bomen uitsteken. Helaas hangt er een mist omheen en kunnen we ze niet goed zien. 1 2 2.1 3 4 Bij de “Blyde River Canyon View” wordt het weer al iets beter en kunnen we de rivier diep in de kloof zien stromen. Als we vervolgens bij de “Bourke’s Luck Potholes” aankomen begint de zon even te schijnen en genieten we van de prachtige rotsformaties, die door eeuwenlange erosie zijn uitgesleten. 5 6 7 8 9 10 Daarna zien we een bord met: “echt Zuid-Afrikaans eten”, draaien een onverharde zijweg in en komen uit bij “Potluck Boskombuis”: een schitterend gelegen restaurantje buiten in de natuur aan een riviertje. 11 12

We bestellen “potjekos” (wat de pot schaft) en genieten van een heerlijke maaltijd.

13 14 We vervolgen de route weer en komen uit bij de “Berlin Falls”, een tachtig meter hoge waterval, die zich vanaf de kliffen naar beneden stort in een grote groene waterpoel. 15 Daarna staan er een paar uitzichtpunten op het programma: Wonderview en God’s Window, die we door de mist totaal niet kunnen bekijken, we zitten dan ook op ruim zeventien honderd meter hoogte. 16 Wanneer we vervolgens in Pelgrim’s Rest, een gerestaureerd goudzoekerstadje, aankomen begint het ineens te hagelen. We kunnen nog net op tijd schuilen in een bar, de stenen, zo groot als knikkers, kletteren op de golfplaten van dit onderkomen. 17 18 19 20 21 22 23 24 Zodra het droog is rijden we verder, de weg is veranderd in een modderpoel met kleine riviertjes en overal ligt rotzooi op straat. Even later moeten we stoppen voor een personenauto die dwars op de weg staat, hij is geslipt door het vele water. We helpen de inzittenen om de auto weer op het goede spoor te krijgen en zijn nog maar net weer op weg, wanneer er een boom de straat blokkeert. 25 26 De hulpdiensten zijn er echter snel bij en zijn al bezig het obstakel in stukken te zagen. We maken nog één stop voor we bij de kampplaats arriveren: de Mac Mac Falls, weer een prachtige waterval, waarvoor we eerst een eindje moeten lopen, om deze te bekijken. 27 Gelukkig is het weer droog, al zijn de locale mensen met hun uitgestalde waren niet blij: vanwege de regen hebben ze alles onder zeil moeten verpakken en nu is hun handel niet zichtbaar. Tegen vieren komen we aan bij Merry Pebbles Caravan Park, hier hebben ze wasmachines en –drogers en ik heb nu eindelijk de mogelijkheid en de tijd om ons beddengoed en vele badlakens te wassen. Helaas blijft het niet lang droog, we krijgen een flinke onweersbui op ons dak en weer komen er grote hagelstenen naar beneden. 28 We zouden vanavond een gezamelijke braai hebben, maar deze wordt verzet naar morgen. Wim en ik gaan nog een keer eten in het campingrestaurant, buiten koken is geen optie, en deze is werkelijk perfect (een heel verschil met gisteren), we nuttigen voor de tweede keer vandaag een prima maaltijd buiten de deur, maar met die Afrikaanse prijzen is dit geen enkel probleem !

 

Verslag 41

Het heeft vannacht veel geregend en ook het onweer, wat we gisteren al hadden,  kwam weer terug en zorgde ervoor dat alles vanmorgen kletsnat was. We waren vergeten de hoes over ons slaapgedeelte te doen (al die tijd hebben we geen regen gehad !) waardoor de matras en ons dekbed vochtig werden. We hebben alles vanmorgen maar nat ingepakt en zijn tegen half negen vertrokken van de camping (Op de volgende kampplaats hebben we alles, bij mooi weer, laten drogen). 1 Na een prachtige rit door de bergen  komen we langs de Sudwala Caves, die we natuurlijk bezichtigd hebben. 2 In de grotten leven vleermuizen, er zijn stalagmieten te zien, maar toch is hij weer heel anders dan andere grotten: we glibberen af en toe over de kleigrond en moeten gebukt door smalle gangen lopen. Er is zelfs een amfitheater aanwezig waar regelmatig concerten te beluisteren zijn. 3 4 5 6 7 Wanneer we weer verder rijden verandert het landschap en vrij snel rijden we over brede snelwegen en zijn de bergen verdwenen, we wanen ons haast in Holland. Onderweg stoppen we voor een lunchpauze bij een groot benzinestation, waar tevens diverse restaurants en winkels zijn. Ook hebben ze hier de savanne nagemaakt en lopen er zebra’s, buffels, antilopen, struisvogels en zelfs neushoorns (zonder hoorn) rond. Het is net als de Beekse Bergen in Nederland, wij spotten ze toch liever in de natuur ! In totaal rijden we zo’n drie honderd kilometer over de snelweg, waar we plaatsnamen zien als: Middelburg en Bronkhorst !! Tegen drieën arriveren we in Pretoria op het Fountain Valley Resort, een vrij drukke camping midden in de stad met ernaast een terrein waar openluchtconcerten gegeven worden, herrie zat dus ! We zitten nog een keertje gezellig bij elkaar en ook word ik nog even gekortwiekt. Laura, die vroeger kapster was, had aangeboden mij te knippen, iets waar ik dankbaar gebruik van maak ! 8 10 9 Het koelt tegen de avond flink af, het kampvuur gaat aan en we maken er weer een gezellige “braai” van. Tegen negenen is het hout op en trekt ieder zich terug in zijn eigen camper.

 

Verslag 42

Vandaag is het de laatste dag dat we met de groep op reis zijn, morgen gaan er acht personen terug naar huis, Mary en Cees ruilen hun camper in voor een gewone auto en gaan, net als wij, nog vier weken verder trekken door Zuid-Afrika. Na een koude nacht (acht graden), waarvoor ik zelfs m’n sokken weer opgezocht heb, zitten we om acht uur al in een busje met een Belgische gids, die ons de omgeving van Johannesburg en Pretoria zal laten zien. Johannesburg is weinig interessant, we rijden langs het huis waar Mandela de laatste jaren gewoond heeft, maar deze woning is omgeven door een hek met prikkeldraad, nog geen foto waard. Ook zien we het voetbalstadion, in de vorm van een grote kalebas, waar Nederland vier jaar terug de finale tegen Spanje verloren heeft. 1 Het wordt interessanter wanneer we in Soweto (South Western Townships) fietsen huren en een twee uur durende tocht door deze kleurlingenwijken gaan maken. (Mary en Godelieve bekijken het geheel vanuit een TukTuk.) 2 3 4 Onderweg krijgen we uitleg over deze “stad”, met ruim vier miljoen inwoners, die al honderd jaar geleden is gesticht. 5 We zien heel armoedige “huisjes” bestaande uit muren én dak van golfplaten, waar de vuilnis gewoon op straat ligt en er is ook geen rioleringssysteem. 6 7 8 9 10 11 12 Ook zijn er betere wijken waar de mensen elektriciteit, een auto en satellietschotel hebben. Overal lopen veel kinderen rond, die je een “high five” willen geven en de meeste mensen zijn erg vriendelijk. Het valt op dat de kinderen netjes opgevoed worden: wanneer ze van onze groep een rol koekjes krijgen gaan ze netjes in de rij staan, zodat ieder evenveel krijgt uitgereikt. (Probeer dat maar eens in Holland !) 13 We bezoeken een shabeen, een plek waar in het verleden illegaal drank geschonken werd en nu een soort gemeenschapshuis is. We krijgen er zelfgemaakt bier te drinken en maïspap met stukjes gekookt vlees (van de wangen van een rund), het smaakt prima. 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 Later rijden we met de bus door de straat waar zowel Nelson Mandela (in 1994 als eerste zwarte  president van het nieuwe Zuid-Afrika gekozen), als Desmond Tutu gewoond hebben. Hier is Mandela’s huis te bezichtigen en ook zijn er veel souvenirwinkeltjes en restaurants in de buurt. 26 Bij het Hector Pieterson plein stoppen we bij het monument waar tevens een grote foto te zien is van de jongen, die er doodgeschoten werd door de politie (in 1976), en waar grote rellen hebben plaatsgevonden voor vrijheid en democratie. 27 Dan gaan we richting Pretoria en stoppen onderweg bij een luxe casino waar allerlei restaurants omheen gebouwd zijn. Het geheel is overdekt, maar het lijkt net of je buiten bent: je ziet de lucht, de wolken en op sommige plekken is het avond en zie je de sterren. 28 29 30 We eten er, sinds weken, in een sushi-restaurant. We beseffen wel dat het hier een erg groot contrast is met Soweto. 31 32 We stoppen naderhand nog diverse keren met de bus, o.a. bij “Nelson Mandela Square” in Sandton, waar een groot beeld van hem staat (de gelijkenis is niet erg treffend), maar bij de Union Buildings in Pretoria is na zijn (Mandela’s) dood een veel groter monument neergezet en deze ziet er prachtig uit. 33 34 Veel straten in Pretoria hebben aan beide zijden jacarandabomen, die alleen in de maand oktober in bloei staan. 35 36 37 Na een laatste stop bij Church Square, waar een beeld van Paul Kruger staat (ze hebben hem net van de week overgeschilderd omdat de vogels het beeld vol gepoept hadden !) en tevens het Paleis van Justitie zich bevindt (hier werd Mandela tot “levenslang” veroordeeld), vindt iedereen het welletjes en gaan we terug naar de camping. 38 Onze camper ziet er een stuk schoner uit: Sifiso heeft hem vandaag gewassen en motorisch nagekeken, omdat wij er nog vier weken mee verder gaan. Na een half uurtje vertrekken we alweer voor het afscheidsdiner, het wordt een heel gezellige avond: Fred heeft een heel gedicht gemaakt over alle belevenissen en ook maken we alvast een afspraak voor een reünie. 39 40 We hebben deze reis met de camper 7725 km. afgelegd, morgen trekken Wim en ik dus samen verder, we kunnen vanaf nu zelf onze bestemming, in ons eigen ritme, bepalen !

 

Verslag 43

Nadat we vanmorgen afscheid hebben genomen van iedereen rijden we naar Gold Reef City in Johannesburg. Dit thema- en pretpark laat de periode tot leven komen waarin de stad van een mijnplaatsje ongemerkt uitgroeide tot een stad. Het park is gebouwd rond de Schacht 14, een goudmijn die van 1887 tot 1971 in gebruik was. 1 2 Wij zijn deze mijn in geweest, al ga je niet dieper dan 75 meter onder de grond, toch is de uitleg altijd weer interessant. Voor het eerst horen we over een “prikklok” systeem: iedereen moest bij aankomst een briefje in een bak doen en deze er ’s avonds weer uithalen. Zo kon men zien of er mensen achtergebleven waren in de mijn. 3 4 5 6 7 Weer boven bekijken we het goud gieten, een proces waar het goud vloeibaar wordt gemaakt en in bars wordt gegoten. 8 9

(Hier mag ik even een echte staaf goud vasthouden met een waarde van ruim 336.000 euro !)

10 We lopen nog wat rond, maken een rondje in het reuzenrad en vinden het dan genoeg. We hebben geen behoefte aan achtbanen en duizelingwekkende attracties, bovendien is het inmiddels achtentwintig graden in de schaduw. 11 12 We rijden nog zo’n honderd en vijftig kilometer in oostelijke richting en stoppen bij een leuke camping Barham Bay Lodge (vlakbij Emalahleni), gelegen aan een meer. Tegen de avond koelt het flink af, Wim maakt een kampvuur en samen zitten we uren bij het vuur. 13 14 

Verslag 44

Ik had thuis natuurlijk een planning gemaakt voor de laatste vier weken van de reis, die we met z’n tweeën maken, maar na één dag is het schema al veranderd. We zouden eigenlijk naar Sun City gaan, een soort Las Vegas, maar dan in Afrika, met aansluitend een wildpark, echter nadat we gisteren door het drukke pretpark liepen hadden we daar helemaal geen zin meer in (Ik ga liever écht naar Las Vegas !), bovendien ligt het een eind uit de route. We hebben dus gistermiddag al een stuk in oostelijke richting gereden en vandaag  nog eens drie honderd kilometer afgelegd en tegen de middag (terwijl de rest van de groep op Schiphol landde !), na diverse detours, stonden wij weer voor de poort van het Krugerpark !! 1 We zijn tenslotte in Afrika om wild te spotten en dit park heeft zoveel te bieden, bovendien hebben we pas de helft van het reservaat bekeken. Bij het verlaten van het park, een week geleden, hadden we al navraag gedaan, of je zonder reservering in het Krugerpark terecht kan en dit is dus gelukt. We hebben drie verschillende campsites geboekt (15 euro per nacht !) en verder hebben we geen kosten omdat we een “wild card” hebben. Zodra we binnen de hekken zijn nemen we een onverhard pad en spotten waterbokken, koedoes en zebra’s. 2

Iets verderop, bij een meertje, liggen de hippo’s lui in het water.

3 4 De omgeving is hier heel anders dan in het noorden, we zien granieten heuvels en, omdat het geregend heeft, is alles heel groen. 5 6 Terwijl we richting camping (Pretoriuskop) rijden komt er een groep olifanten over de weg, wat heerlijk om al het wild weer te zien. 7 8 9 10 We verblijven enkele uren op de kampplaats en rijden tegen vieren weer weg voor nog een “rondje wild spotten”. We zien echter niet zo veel, wel spot Wim opeens een white rhino mét hoorn, maar het is moeilijk hem goed op de foto te krijgen. 11 12 13 14 15 16 17 Tegen zessen zijn we terug op de camping, waar gelijk het kampvuur aangaat. De komende dagen vermaken wij ons wel in het Krugerpark !!! 18

 

Verslag 45

Na een relaxte avond bij het kampvuur werden we vanmorgen uitgerust wakker. Natuurlijk maken we weer gebruik van de sanitaire voorzieningen, die best goed zijn in het park. Het bevreemd ons echter dat er overal op de kampplaatsen in Zuid-Afrika ligbaden aanwezig zijn, terwijl er niet eens een douchekop boven hangt. Niemand gaat op een camping in bad liggen (alleen de schoonmaaksters !) en voor de douches moet je soms wachten omdat ze allemaal bezet zijn. Ook ontbreekt het slot regelmatig, maar we klagen niet, het is tien keer beter dan in Marokko !! 1 1. We zijn om acht uur vertrokken uit Pretoriuskop en vandaag willen we de Sabie-rivier volgen en vervolgens doorgaan tot Crocodile Bridge (onze volgende overnachtingplaats), helemaal in het zuiden van het park. Als we geen zijwegen nemen is het een afstand van 135 kilometer dus, met een snelheid van maximaal vijftig (en meestal minder) kilometer per uur, zijn we wel even onderweg. 2 3 4 5 6

(Dit noemen ze een worstenboom)

Nadat we al vrij snel enkele zebra’s,  giraffen en twee “ground hornbills” spotten zien we daarna de eerste uren niet veel meer. 7 8 9 Bij een “vogel-spotplaats” wordt dit echter ruimschoots goedgemaakt: een grote kudde olifanten komt voorbij, er zijn krokodillen, waarvan er één zeer actief is, en we spotten allerlei vogels waaronder de gele wever met z’n nestje. 10 11 12 13 14 15 16 Als we weer verder rijden zie ik ineens een luipaard, een ogenblik later is hij weer verdwenen, maar een gids in een safari-auto heeft hem ook gespot en geeft dit door aan de andere game-drivers. Binnen korte tijd komen er meerdere jeeps aanrijden, maar het luipaard is dan allang verdwenen. 17 18 Later spotten we een impala waar verschillende vogels op zitten, deze verwijderen de teken bij het dier, de natuur doet z’n werk. 19 Bij Nkuhlu is een picknickplaats waar we de auto uitmogen, Wim bakt eieren en maakt koffie, op een afstand kijkt een baviaan toe of er nog iets lekkers te halen valt. 20 21 22 23 24 25 26 27 28 ’s Middags spotten we nog diverse dieren, waaronder een grote kudde buffels en twee keer over een neushoorn, we zien er zelfs twee tegelijkertijd !! 29 30 31 32 33 34 Tegen half zes komen we aan bij de kampplaats, we kopen weer hout voor het kampvuur en net als gisteravond bakt Wim het vlees op houtskool, waarna er weer hout opgaat voor een verwarmend vuur. 35 We staan vlakbij de afrastering van de camping en tegen half acht komen er ineens twee hyena’s aan. 36 We hadden de botten van het (impala) vlees over het hek gegooid en daar komen ze op af. Wat ben ik blij dat er een hek om het kamp staat !!! 37 38

 

Verslag 46

Vandaag, woensdag 22 oktober, wordt het voor ons de laatste dag in het Krugerpark, weer zitten we al om acht uur in de auto, spottend naar wild. We nemen alleen de onverharde wegen en crossen weer heel wat af. Het is erg rustig in dit (zuidelijke) deel van het reservaat, helaas geldt dit ook voor de dieren. We zien natuurlijk impala’s, giraffen,  zebra’s en koedoes, maar daar blijft het bij. 1 2 3 4 5 Zelfs de olifanten hebben zich verstopt vanmorgen. Dan zien we opeens een katachtig dier over de weg lopen, wanneer we dichterbij komen verschuilt deze zich achter het hoge gras. We stoppen en blijven net zo lang staan tot het dier zich langzaam weer opricht en voorzichtig verder loopt. Het blijkt een serval te zijn, een gevlekte kat, kleiner dan een jachtluipaard (cheetah). Het dier, wat jaagt op kleine zoogdieren, vogels en reptielen, wordt niet vaak gezien vanwege zijn teruggetrokken leefwijze. 6 7 8 We kunnen vandaag helaas maar één keer, bij een uitkijkpunt, de auto uit om de benen te strekken en een kop koffie te drinken. Verder wordt het behelpen: als we nodig “moeten” kijken we of er impala’s in de buurt zijn (dan is er geen groot wild !) en doen dan gauw de deur open om een plas te doen !! 9 10 11 12 13 14 In de loop van de middag spotten we toch weer wild: de olifanten komen weer tevoorschijn en op enkele meters afstand van de camper staan twee neushoorns te drinken, we kunnen ze rustig bekijken, ze trekken zich niks van ons aan ! 15 16 17 18 Later loopt er een grote mannetjes olifant recht op ons af, gelukkig stopt hij vlak voor de auto en gaat de bosjes in. 19 20 21 22 Tegen vieren vinden we het welletjes voor vandaag en rijden richting “Berg en Dal”, onze laatste kampplaats. Echter zo’n vijftien kilometer voor de camping staan er diverse auto’s geparkeerd bij een open veld: op grote afstand  liggen twee leeuwinnen te luieren ! Eén keer beurt een vrouwtje haar kop op, maar verder zit er helaas weinig beweging in ! 23 24 25 26 Na een kwartier rijden we toch maar verder en net voor de kampplaats krijgen we nog een kudde olifanten te zien, drinkend aan de kant van de weg. 27 28 29 Tegen vijven zijn we op de camping, helemaal “total loss”, wild spotten is erg vermoeiend, ik denk dat we vanavond al om negen uur plat liggen !! 30 

Verslag 47

We hebben het prachtige Krugerpark om half elf verlaten, nadat we nog een tocht door het bergachtige gedeelte van het reservaat hebben gemaakt. 1 2 3 We spotten nog wát wild, maar niet benoemenswaardig al zien we wel een beest wat we nog niet eerder gespot hebben: een schildpad ! 4 We rijden zuidelijk en gaan via Jeppe’s Reef de grens over met Swaziland. Bij het grenskantoortje krijgen we weer wat stempels in ons paspoort en aan de kant van Swaziland betalen we 50 ZAR (3,50 euro) voor het invoeren van de camper. Binnen tien minuten zijn we de grens over en rijden door bergachtig gebied. 5 6 Er zijn veel rietvelden en bananenplantages en verder verschilt het land niet veel van Zuid-Afrika. In Piggs Peak doen we wat boodschappen al kunnen we geen pot jam en keukenrol vinden, voor ons heel normale artikelen. Net als gisteren is het zwaar bewolkt en omdat we vrij hoog zitten, ruim boven de duizend meter, is het ook fris. De mensen lopen allemaal in winterkleding rond, terwijl wij de korte broek nog aan hebben ! Tegen drieën zijn we bij het Malolotja Naturel Reserve, dit moet een prachtig natuurpark zijn, maar dan waarschijnlijk in een ander seizoen. We zitten inmiddels op ruim vijftienhonderd meter hoogte en het is nog maar zestien graden. We rijden wat rond in het park, maar na Kruger valt dit natuurlijk erg tegen. 7 8

We zien enkele elandantilopen,  zebra’s en veel rotsen, verder is het erg kaal.

9

10 11 12.1 12 Op de camping, waar verder niemand is, sprokkelen we hout voor een kampvuur en hopen zo de avond buiten door te komen, hopelijk blijft het droog ! 13 14

14.1 

Verslag 48

Omdat we gisteren al vrij vroeg op de kampplaats waren aangekomen en het verslag snel af was, had ik eindelijk eens tijd voor wat ontspannende lectuur ! Bij het verwarmende kampvuur was het goed toeven en nadat mijn chef-kok een heerlijke maaltijd had geserveerd, hebben we tot negen uur buiten gezeten. Toen begon het ineens te lichten en te waaien, binnen een kwartier hadden we alles opgeruimd. We lagen nog maar net in bed toen het begon te onweren en te regenen, de wind gierde om de camper, uren lang hield de storm aan. 1 Vanmorgen was het zonnig, alle wolken waren weggeblazen en met een prima temperatuur zijn we verder Swaziland ingetrokken. 2

(Er liepen nog enkele hartebeesten vlakbij onze kampplaats.)

Via de hoofdstad Mbabane zijn we richting Hlane Royal N.P. gereden, de weg gaat gedurende tien kilometer vrij steil naar beneden, de vrachtauto’s gaan in hun laagste versnelling en staan bijna stil op de weg, wat gevaarlijke situaties oplevert. Onderweg zien we ineens een grote Spar supermarkt, het blijkt een heel moderne, zelfs met elektronische schapkaartjes en hier slaan we voor de komende dagen boodschappen in. Iets wat veel voorkomt in Swaziland en erg irritant is, zijn de hoge verkeersdrempels in de buurt van steden en scholen: ze zijn knap hoog en er liggen er wel zes achter elkaar, je gaat als een kangaroe de weg over. 3 4 We kopen nog wat hout, iets wat overal onderweg te koop aangeboden wordt, en komen tegen enen aan bij Hlane Royal Nationaal Park, dit was een koninklijk jachtgebied sinds de koloniale tijd, maar wordt vanaf 1967 beheerd als wildreservaat, hoewel koning Mswati III  nog steeds de eigenaar is en er tijdens ceremoniële bezoeken volgens de traditie op impala’s jaagt. 5 6 Er komen ondermeer nijlpaarden, olifanten, breedlipneushoorns, giraffes en zebra’s voor en het bestrijkt een gebied van 70.000 ha. De leeuw en de cheeta leven in een apart gebied, waar je alleen met een safari jeep van het park mag komen, de rest van het reservaat kun je met eigen auto bekijken. We boeken twee overnachtingen en een game-drive voor half vier vandaag en zoeken een leuk plekje voor de camper. Er is geen stroom op de kampplaats: de douches worden verwarmd door houtvuur onder grote boilers en ’s avonds zorgen petroleumlampen in het toiletgebouw voor het nodige licht. 7 8 Tegen vieren (het loopt een beetje uit allemaal) gaan we samen met vier Duitsers in een jeep twee en een half uur game-driven. 9 10

Al snel zien we een olifant en drie neushoorns.

11

12 Wanneer we een afgesloten hek gepasseerd zijn komen we op het jachtterrein van de leeuwen en al spoedig spotten we er vier: drie leeuwinnen liggen lui in het gras, een één jaar oude welp is nieuwsgierig en komt steeds overeind. 15 13     14 16

Later zien we ook pappa leeuw, maar ook deze heeft geen zin om zich te tonen voor de camera.

17 18 Tegen half zeven zijn we terug en weer maakt Wim een kampvuur, waarop gekookt wordt. Tegen achten horen we iets piepen in de camper, het blijkt dat de accu’s leeg zijn, die stroom geven aan de koelkast en diepvries. Zitten we daar met een voorraadje vlees !! Het blijkt dat we al drie dagen kamperen zonder stroom en dat kan de camper toch niet aan, morgenvroeg moeten we maar een oplossing bedenken, zolang blijft het eten (en de biertjes !) nog wel koud !

 

Verslag 49

Vanmorgen geeft de koelkast negen graden aan, Wim informeert bij de receptie of er ergens stroom is of dat er een mogelijkheid is onze spullen te koelen. Er blijkt een soort dependance te zijn van de kampplaats, waar wel stroom is, we krijgen een zelfgetekend kaartje mee voor de route en kunnen daar stroom tappen en zelfs blijven slapen. Maar voor we hier heen gaan willen we natuurlijk wel het Hlane Royal N.P. met eigen auto verkend hebben. We rijden zo’n drie uur rond, maar zien weinig wild, zelfs in het meer zitten geen krokodillen of hippo’s. 1 Wel is het voor Wim een uitdaging rond te rijden: de wegen zijn vrij slecht, vol kuilen en hoge hobbels, we schudden heen en weer in de auto, het is nu echt fourwheel-driven. 2 We rijden niet harder dan vijftien kilometer per uur, ondertussen laden de accu’s wel mooi bij ! De dieren die we zien: nyala’s , koedoes, impala’s en gnoes, zijn erg schichtig, zou dit komen omdat er hier nog gejaagd wordt ? 3 4 Opeens staat er een familie giraffen midden op de weg, ze blijven een tijdje nieuwsgierig staan en rennen dan weg. 5 6

7

Later spotten we één olifant en twee neushoorns die helemaal onder de modder zitten.

8 9 10 Tegen enen gaan we op zoek naar het andere kamp, we komen uit bij allemaal suikerrietvelden en rijden hier dwars door heen. 11 12 Nadat we kriskras langs de vele velden hebben gereden en niets hebben kunnen vinden gaan we maar terug naar kamp Ndlovu, inmiddels is de koelkast teruggekoeld naar vijf graden. We gokken het er maar op, vanavond zal alles wel weer uitgaan en morgen zoeken we in ieder geval een camping met stroom. Net als gisteren is het weer rond de dertig graden en vanmiddag heb ik tijd voor de was, helaas wordt hier gebruik gemaakt van grondwater en is het water een beetje bruinig, maar dat wordt het zo wie zo wanneer je hier de kleding wast, alles zit vol zand en stof ! 13 14 Terwijl ik aan het wassen ben loopt er vlakbij het hek een giraf, die heerlijk de blaadjes van de struiken eet !. 15 16

Verslag 50

1 Terwijl we gisteravond onder een heldere sterrenhemel bij het kampvuur zaten, is het vanmorgen weer zwaar bewolkt, gelukkig kunnen we alles droog inpakken. Tijdens het ontbijt horen we weer leeuwen, net als de afgelopen nachten, ze brengen een apart geluid voort wat lijkt op loeien en kreunen. In het donker lijkt het net of ze vlakbij zijn, gelukkig scheiden een paar hekken ons van hen. Tegen half tien verlaten we de camping, waar we als enigen gestaan hebben. 2 Weer komen we langs veel suikerplantages en natuurlijk lopen er veel mensen langs de kant van de weg, vandaag erg netjes gekleed omdat het zondag (26 oktober) is. 3 Tegen elven passeren we de grensovergang (Lavumisa) tussen Swaziland en Zuid-Afrika, in het zuiden van het land. Het is een moderne, drukke grenspost en het duurt dan ook veertig minuten voor we beide overgangen gepasseerd zijn en weer wat nieuwe stempels in ons paspoort hebben. 4 5 6 7 Vlak na de grens komen we langs een groot stuwmeer Pongola, dat later overgaat in de gelijknamige rivier en uiteindelijk in zee stroomt. We passeren heel wat kleine dorpen waar veel mensen op de been zijn, sommigen op weg naar de kerk, anderen gezellig in groepjes bijeen. 8 9 Via een bergketen rijden we noordoostelijk richting Mozambique en de Indische Oceaan, waar we uren later bij Kosi Bay op Lake View Bush Camp aankomen (het laatste stuk via een zandweg). 10 11 In de verte zien we het Kosimeer liggen en eigenlijk willen we er vandaag naartoe wandelen, maar het weer blijft onstabiel. 12 13 We komen zelfs terecht in de kampkeuken omdat het weer begint te regenen en Wim kookt vandaag binnen! Hopelijk wordt het vanavond iets beter, want we hadden het hout voor het kampvuur alweer klaarliggen ! 14

Verslag 51

Alhoewel we dan gisteravond geen kampvuur konden maken vanwege het slechte weer, hebben we ons toch prima vermaakt in de kampkeuken (zelfs sinds lange tijd weer een potje Triominos gespeeld !), bovendien zijn de accu’s weer helemaal opgeladen. Vanmorgen is het gelukkig weer prima weer en starten we de dag met een wandeling naar het Kosi meer, we worden vergezeld door een Afrikaanse vrouw die werkzaam is op de kampsite. 1 2 3 4 Het is een mooie wandeling door het bos en onderweg vertelt de vrouw hoe ze met haar zoontje, van zeven jaar, leeft. Hij gaat ’s morgens om zes uur lopend van huis en na een uur is hij op school, waar hij Engels krijgt en ook leert hoe hij rijst moet koken. 5 6 Het grote meer wordt in het weekend druk bezocht door de locale bevolking, er wordt in gezwommen en gevist.  Wanneer we terug zijn bij Lake View Bush Camp staat Len, de eigenaar, al op ons te wachten. Hij rijdt met zijn auto voor ons uit en brengt ons naar de ingang van het Nature Reserve van Kosi Bay, waar we een permit kunnen krijgen om naar “the Mouth” , een prachtig stuk natuurgebied vlakbij zee, te kunnen komen. 7 Eenmaal in het park boeken we gelijk een overnachting en krijgen een prachtige plek met uitzicht op het grootste (één van de vier) Kosi Lake. 8 Kamperen in Zuid-Afrika is heel goedkoop (ongeveer vijftien euro per nacht) en als je overnacht in een N.P. krijg je de vergunning er soms gratis bij. Bovendien is het nu laag seizoen en is er overal voldoende plek, vaak zijn we de enige op een kampplaats. We rijden naar “the Mouth”, slechts vijf honderd meter verwijderd van Mozambique en tevens het noordelijkste deel van KwaZulu-Natal. 9 10 11 Via een zandweg, waar je alleen met 4×4 kunt rijden, komen we eerst langs enkele meren, waar nog op de ouderwetse manier, met hekken van stokken en riet (Tonga-visfuiken), vis wordt gevangen en dan opeens komt de Indische Oceaan in zicht, prachtig ! 12 13 14 We parkeren onze camper en nadat we wat gegeten hebben pakken we onze snorkelspullen en lopen door het zeewater naar een plek in de lagune waar het diep genoeg is om te snorkelen. 15 16 Helaas wordt het eb en stroomt het water terug naar zee, waardoor het erg troebel is. Toch snorkelen we, met de stroom mee, een half uurtje en zien diverse mooie tropische vissen. 17 18 19 Nadat we nog even naar zee zijn gewandeld moeten we weer door het ondiepe water waden om terug te komen bij onze auto. 20 We rijden nog naar een mooi uitkijkpunt, vanwaar je de vier meren goed kunt zien en vervolgens gaan we terug naar onze kampplaats. 21 22 23 24 25 Onderweg zien we veel kinderen lopen die uit school komen en we maken er  heel wat blij met onze potloden en schrijfboekjes. (Ook de lollies, die Dennis en Godelieve nog over hadden, leveren vrolijke gezichten op !). 26 Nadat we onze snorkelspullen en onszelf van het zoute water hebben ontdaan, gaan we naar de lange steiger op de kampplaats, waar Wim voor het eerst deze vakantie, zijn hengel uitgooit. (Ook al vangt hij niks, de plek is prachtig !). 27 2829 30 Natuurlijk vervolgen we de avond weer met een maaltijd bereid op een Afrikaanse braai, afsluitend met een mooi kampvuur !

 

Verslag 52

1 2 Wim heeft vandaag, wat rijden betreft, de dag van z’n leven gehad. We zijn het Kosi Bay Nature Reserve verder gaan bekijken en het gebied bestaat uit mulle zandpaden, die je alleen met vierwiel aangedreven auto’s mag berijden. 3 4 Regelmatig moest er zelfs overgeschakeld worden naar “low gear” en ook hebben we een paar keer vastgezeten: we konden dan net de heuvel niet op en moesten ons terug laten zakken en een andere weg zoeken. 5 6 Op diverse paden was totaal geen bandenspoor te zien, er was al lange tijd niet op gereden. We zijn een stuk van het gasstel kwijtgeraakt (maar hebben het weer teruggevonden) toen we tegen een grote tak aanreden en de trap kwam ook, tijdens het rijden, spontaan naar beneden ! Het was heel spannend allemaal en Wim had al zijn stuurmanskunsten nodig, maar hij genoot ! 7 Eerst zijn we naar “Black Rock” gereden, waarvoor we gisteren al een permit hadden gehaald. Er stond echt iemand bij de afgesloten slagboom en we moesten ons registeren. (We waren er tegen half twaalf en pas de tweede auto voor vandaag !) 8 We hebben een strandwandeling gemaakt en op de rotsen geklommen en vervolgens zijn we weer verder gaan crossen door de duinen. 9 10 11 12 13 14 Bhanga Nek is het derde punt (na the Mouth en Black Rock) wat interessant moet zijn. De tocht ernaartoe was prachtig maar het punt zelf viel erg tegen. 15 16 17 18 19 20 We besloten terug te rijden naar de kampplaats waar we vannacht geslapen hebben en komen daar ruim na drieën aan, er staan weer honderd extra kilometers op de teller. Wij gaan nog een keer de steiger op, maar er staat veel meer wind dan gisteren. We hebben een prima tijd gehad in Kosi Bay, maar “the Mouth” was duidelijk het mooiste stukje natuur ! 21

(De vier Kosi-meren met rechts the Mouth.)

22 23 24

 

Verslag 53

Als afsluiting op de (voor Wim) perfecte dag volgt natuurlijk een mooi kampvuur, toch haak ik na enkele uren af en lig om negen uur op bed ! (Al die uren heen en weer schudden zijn écht vermoeiend !) 1 We slikken nog steeds trouw de anti-malariatabletten (Malerone), maar waarschijnlijk was dit helemaal niet nodig geweest. Kosi Bay is ook een gebied waar malariamuggen voor kunnen komen: er zijn mangrovebossen en tropisch regenwoud, we zijn hier nu enkele dagen en hebben nog geen mug gezien ! Over Ebola hoor je helemaal niets, alleen bij grensovergangen hangt een papier waarop staat dat wanneer je in Ebola-besmet gebied bent geweest, je dit moet melden !  Wel zie je veel informatie over Aids en HIV, vooral in winkelcentra en bij doktersposten. Nog een weekje slikken en dan kunnen we stoppen met de Malerone, gelukkig hebben we geen last van bijwerkingen, zoals slapeloosheid, we vallen elke avond als een blok in slaap ! 2 Nadat we honderd en vijfenzestig kilometer zuidelijk hebben gereden, over gewoon asfalt, komen we uit bij het Hluhluwe-Umfolozi Game Reserve, het op drie na grootste  wildreservaat van Zuid-Afrika, wat  wereldberoemd om zijn neushoornbeschermingsproject. Met onze “wildcard” kunnen we weer kosteloos het park in en mogen met eigen vervoer door het reservaat rijden. Meteen bij binnenkomst (het lijkt wel of ze de dieren er gewoon neerzetten !) zien we zebra’s, buffels, wrattenzwijnen en verschillende neushoorns. 3 4 5 6 Het park is heel bergachtig, we rijden eerst naar Hilltop Camp, op 450 meter hoogte en zien dáár totaal geen dieren. Nadat we er wat genuttigd hebben gaan we via onverharde wegen het park verkennen. Zodra we bergafwaarts gaan spotten we weer wild: een groep giraffen met jongen is druk aan het eten, maar zodra ze ons horen aankomen lopen ze elegant het bos in. 7 8 9 10 11 12 Weer zien we neushoorns, één gaat precies achter onze camper staan schijten (ze hebben hier vaste plekken voor !). 13 14 15 16 Later komt er een grote kudde olifanten voorbij lopen, een jonge blijft een stuk achter en wordt door “pappa” opgehaald ! 17 18 19 20 21 22 Tegen vijven verlaten we het park, we kunnen hier niet overnachten in de camper, en rijden nog een half uurtje tot we aankomen bij “Bushbaby Lodge and Camping”, we maken geen kampvuur vanavond, want er staat een harde wind !

 

Verslag 54

Vlakbij onze overnachtingplaats ligt DumaZulu Village, een levend museum, waar nog Zoeloes leven op de traditionele manier. We waren er al om acht uur en werden welkom geheten door de Zulu Chief, die ons gelijk hun taal wilde leren. Hij vertelde dat hij vijf vrouwen had, voor ieder moest hij elf koeien als bruidsschat betalen, en hij vond het maar vreemd dat Wim maar één vrouw had !! 1 2 3 We werden rondgeleid door het dorp en de bewoners lieten ons hun werk zien. Er werden speren gemaakt, kralen geregen, potten gebakken en de medicijnman was bezig kruiden te snijden. Een getrouwde vrouw is helemaal gekleed in het zwart en heeft een rood hoofddeksel op, ongetrouwde meisjes mogen niet bedekt zijn en hebben kralen in hun haar. De vrouwen waren druk aan het kauwen op suikerriet, iets wat we onderweg regelmatig zien. 4 5 6 7 8 Wij waren de enige bezoekers en nadat we bier gedronken hebben uit een ronde pot werd er een twintig minuten durende dansshow voor ons opgevoerd, prachtig om te zien ! 9 10 Er werd gezongen, op trommels geslagen en de mannen sprongen en dansten met hun speer en schild in de hand. Tegen half tien zijn we weer vertrokken, een flinke fooi achter latend en hopend dat ze later meer bezoekers krijgen, het is zeker de moeite waard om heen te gaan. 11 12 Een uurtje later zijn we weer (net als gisteren) in het Hluhluwe-Imfolozi Game Reserve, nu via een andere ingang en eigenlijk in Imfolozi. De twee parken zijn in de jaren vijftig met elkaar verbonden en zijn samen bijna duizend vierkante kilometer. De verharde wegen in het park zijn erg slecht, vol potholes, maar zodra we de onverharde paden nemen is er goed te rijden. Het is vandaag knap heet, ruim dertig graden, dus de meeste dieren zijn verscholen onder de struiken en bomen. Toch zien we bij binnenkomst gelijk een grote groep buffels en even later diverse waterbokken. 13 14 15 Enkele neushoorns zijn aan het drinken bij de rivier, natuurlijk zijn er zebra’s, gnoes en impala’s gras aan het eten en de warthogs leven zich uit in de modder. 16 Na een lunchpauze zien we in de verte, bij een rivier, een grote kudde olifanten en ook enkele buffels liggen in het water. Dit is een mooie afsluiting voor vandaag, want we hebben nog een eind te gaan tot onze volgende kampplaats. 17 18 19 20 Na twee honderd kilometer rijden komen we tegen vieren aan bij Battlefields Caravan Park, een leuke kleine kampplaats bij particulieren, waar we de enige gasten zijn. (Kosten: negen euro !). 21 22 Er is een, gedeeltelijk, overdekte plek waar we kunnen zitten en tevens een braai kunnen maken. Dit komt goed uit, want het waait behoorlijk en ook is er onweer op komst. 24 25 26 De eigenaar helpt Wim nog met de camper: we zijn onderweg een grote bout verloren en de bull-bar zit helemaal los, deze is nu weer gerepareerd en moet maar vast blijven zitten tot we terug zijn in Kaapstad !

23 

Verslag 55

We hebben de morgen doorgebracht bij “Blood River”, waar op 16 december 1838 een veldslag heeft plaatsvonden tussen boeren en Zoeloes. De boeren, ook wel “voortrekkers” genoemd en bestaande uit (voornamelijk) Hollanders, Duitsers en Fransen, waren vertrokken uit het, door Britten bestuurde, Kaapstad om een nieuw leven op te bouwen in KwaZulu-Natal, noordoostelijk van de Kaapkolonie. Ze waren in onderhandeling met Zulu King Dingane over land, maar ondertussen liet de koning wel honderden voortrekkers ombrengen. Hierdoor ging een nieuwe voortrekkersleider (Andries Pretorius) een gerichte aanval tegen de Zoeloes opzetten: 468 boeren gewapend met geweren en kanonnen stonden strategisch opgesteld met hun wagens op de oever van de Ncome Rivier. De 10.000 Zoeloe-strijders, met slechts korte speren (assegaaien), waren niet opgewassen tegen de wapens van de boeren en vluchten de  rivier over. Drie duizend Zoeloes werden gedood terwijl ze over de rivier vluchten en kleurden het water rood, vandaar de naam Bloedrivier. Deze veldslag, lang gezien als symbool voor de Afrikaners’ overwinning op de Zoeloes, werd een Nationale feestdag op 16 december, nu Verzoeningsdag (Day of Reconciliation) genoemd. Wij wilden vanmorgen het aparte monument, bestaande uit 64 ijzeren, met brons overgoten, huifkarren bekijken, maar kwamen eigenlijk per ongeluk bij het Ncome museum terecht, waar de Zoeloe versie van het hele gebeuren wordt weergegeven. 1 Een overenthousiaste gids bleef maar aan het vertellen over de strijd, maar toen hij na een uur bezig was de hele familie van Zoeloe koning Shaka op te noemen, hebben we hem afgeremd en gezegd dat we nog meer te doen hadden vandaag. 2 Aan de andere kant van de Ncome rivier staat het Blood River museum, waar het verhaal van de Voortrekkers wordt verteld. Na een film van een kwartier en het lezen van veel documentatie lopen we naar het monument, waar we, zoals gewoonlijk, weer de enige toeristen zijn. 3 4 5 6 7 8 Na afloop drinken we een kop koffie in een oer-Hollands restaurantje wat bij het museum hoort. 9 10 Tegen twaalven verlaten we het “slagveld” en rijden naar Dundee, waar we tanken, boodschappen doen en een hapje eten. (Inmiddels hebben we deze reis 10.000 kilometer afgelegd !!) Wanneer we om half drie de stad verlaten zijn we pas twintig kilometer verwijderd van onze slaapplek van afgelopen nacht ! We hebben nog honderd en zeventig kilometer te gaan tot het Royal Natal N.P. dat bij de Drakensbergen ligt. Tegen half zes komen we aan bij Mahai Camp Site, helaas is het al de hele dag zwaar bewolkt en regent het af en toe een beetje, dus zien we weinig van de bergen. 11 12 13 14 We maken nog een korte wandeling door het park en trekken ons dan terug onder de luifel. Helaas is het weer “lange broeken weer”, wel een heel verschil met gisteren !!

 

Verslag 56

Het begon gisteravond te motregenen en ook vanmorgen is het niet droog: het is zwaar bewolkt en de Drakensbergen zijn gehuld in mist. Helaas blijft het vandaag slecht weer en ook de voorspellingen voor morgen zijn niet gunstig. (Alleen in de buurt van Kaapstad is het mooi weer en daar hoeven we pas over twee weken te zijn). Ik denk dat we gewoon nog een keer terug moeten komen om alles met zonneschijn te bekijken. Het Royal Natal N.P. is bekend om zijn Amfitheater: een zes kilometer brede halvemaanvormige basalten wand, die 1500 meter omhoogt rijst. Hier raast de Tugela-rivier 948 meter omlaag het dal in, de op één na hoogste waterval ter wereld. Via een vijf uur durende hike kun je er komen, nou vinden we wandelen leuk, maar dan wél bij mooi weer en niet met regenkleding aan ! We hadden nog meer van de omgeving willen bekijken, zoals de Cathedral Peak en Champagne Castle, maar dit heeft nu allemaal geen zin. 1 2 3 4 We veranderen onze plannen weer en gaan alvast een stuk richting kust en na enkele uren rijden (de laatste acht kilometer onverhard, waardoor onze camper onder de modder zit !), komen we tegen half twee aan bij Highover Wildlife Sanctuary. 5

(Onderweg zien we deze knaap, tevreden met een zelfgemaakte auto !)

6 Het is geen echte kampplaats, maar er staan enkele huisjes, er is plaats voor “grote groepen” en er worden allerlei sportieve activiteiten georganiseerd. Op dit moment is er een vrijgezellenfeest (allemaal jonge mannen) aan de gang, er is een kerkelijke Indiaas -Afrikaanse groep in het grote huis en wij zijn de enige campinggasten. We krijgen een prachtige plek en mogen gebruik maken van de faciliteiten van een huisje, ook krijgen we hout en een grote vuurbak  te leen. Vanwege de temperatuur hebben we deze wel nodig en de hele middag en avond zitten we bij een heerlijk vuurtje. 7 8 9 10 11 12 13 14 We vermaken ons hier prima: hebben tijd om te lezen, enkele Indiase mensen komen een praatje maken en willen onze camper van binnen zien (een tienermeisje wil weten waar onze badkamer is !!) en de vrijgezellen worden steeds uitbundiger door alle drank die  ze genuttigd hebben. De “aanstaande”, gekleed in een jurk, gaat over een evenwichtsbalk …! 15 16 17 We krijgen van de Indiase mensen zelfs twee schalen curry en brood aangeboden….Ze willen dat we, eenmaal terug in Holland, terug denken aan de Indiaas- Afrikaanse gastvrijheid. Weer hebben we een unieke plek gevonden !! 18

 

Verslag 57

Het heeft heel wat geregend vannacht maar gelukkig is het droog wanneer wij opstaan. Op de kampplaats zijn enkele kinderen aan het kanoën en later hangen ze aan een touw boven het water. 1 2 We verlaten de plaats weer en rijden een uur lang over een onverharde bergpas (Hella Hella pas), onderweg zien we aapjes, impala’s en een klipdassie. 3 De camping ligt echt in een dal en wij stijgen naar 1190 meter, een prachtige route. We gaan naar de kust en rijden door vele dorpen, elke keer moeten we weer die vervelende drempels over, we hobbelen wat af. Overal hangt de was weer te drogen en de busjes, die je in het hele land ziet, rijden af en aan om de mensen te vervoeren. 4 Het valt op dat hoe slechter de hutjes eruit zien, hoe meer troep er om heen ligt. Het is trouwens zo wie zo een echte wegwerpmaatschappij hier, iedereen gooit alles van zich af: een leeg blikje of flesje, een snoeppapiertje of plastic zak, alles belandt op straat ! Zuid-Afrika is heel heuvel- en bergachtig, erg groen en er wordt veel aan bosbouw gedaan. De verharde wegen zijn in redelijke staat, maar er komt veel bochtenwerk aan te pas en ook zijn er grote hoogteverschillen. Het is altijd opletten geblazen voor de koeien, geiten en schapen die zo de weg oversteken. De steden zijn ontzettend druk, je moet er stapvoets doorheen rijden en het ziet er zwart van de mensen. Iedereen probeert iets te kopen of te verkopen, ik durf hier niet te filmen of te fotograferen en we stoppen echt niet in die mensenmenigte. De vrouwen lopen, zonder enige moeite, met kilo’s gewicht op hun hoofd, dat moeten wij eens proberen ! Het laatste stuk naar de kust (achttien kilometer) is weer onverhard en in vrij slechte staat. Het is gelukkig nog steeds droog en inmiddels weer aardig warm, maar er wordt weer regen voorspeld en dan kan de weg erg slecht worden ! 5 6 7 8 9

De camping: Mbotyi Camp Site ligt vrij hoog en we kijken uit op een Afrikaans dorp en op zee.

10 11 12 13 Aan de andere kant van de weg ligt het resort van de camping waar we ons moeten melden bij de receptie. Ik zie hier een kaart hangen met “massage” erop en aangezien al mijn schouder- en nekspieren zeer doen van al het gehobbel, boek ik meteen zo’n behandeling ! De dame doet het prima, al zal ik morgen best spierpijn hebben. Wim is ondertussen gaan vissen in de lagune, op loopafstand van de kampplaats. 14 15 16 17 18. Tegen half vijf keren we terug naar onze camper, inmiddels neemt de bewolking weer toe, hopelijk blijft het droog !!

 

Verslag 58

Het heeft helemaal niet geregend vannacht en vanmorgen schijnt zelfs de zon. Tijdens het ontbijt, met uitzicht op de rondavels, bekijken we nog eens goed hoe alles reilt en zeilt binnen een Zuid-Afrikaans dorp: de kinderen komen in uniform de berg af, op weg naar school, vader is bezig een nieuw huis te bouwen, moeder  is druk met de was en de geiten zijn nog niet buiten het hek. De toilet staat, zoals het bij ons vroeger  was, een stukje van het huis af. 1 2 Wanneer we weer verder trekken staan er, zoals gewoonlijk, weer veel mensen langs de weg die mee willen liften, ze snappen niet dat er bij ons achterin de camper echt geen ruimte is ! 3 We rijden vandaag langs de “Wild Coast” en de R61 slingert constant door de groene bergen. Bij Port St.Johns kijken we opeens, tussen de bergen door, op zee. 4 5 Tussen de middag maken we een stop in Mthatha, een stad die iets rustiger aandoet dan de steden waar we gisteren doorheen reden, de politie loopt er rond en er zijn veel scholieren. Wel staan er lange rijen voor de bankautomaten: iedereen wil zijn uitkering opnemen ! 6 7 We doen enkele boodschappen en eten er wat, we zijn hier de enige blanken en er wordt regelmatig naar mijn benen gekeken, gestoken in korte broek ! Wanneer we een tijdje later door Dutywa, een middelgrote stad, rijden, is het wel weer heel druk: er klinkt luide muziek en er wordt volop gehandeld op straat. (doorrijden dus !!) We komen al dagen geen caravans, campers of auto’s met tent op het dak tegen, deze streek is duidelijk niet toeristisch ! Langzaamaan verandert het weer en komt de bewolking tevoorschijn, we rijden door tot Double Mouth N.R. waar je prima moet kunnen vissen en pal aan zee staat. We komen er via een onverharde weg vol kuilen en waterplassen, ook moet er twee keer een hek opengemaakt worden. 8 9 10 11

Tegen vieren komen we aan en we maken gelijk een wandeling over de rotsen, langs zee.

12 13 14 15 Het was eigenlijk de bedoeling hier twee dagen te blijven, er zouden wasmachines en drogers zijn (ik moet nodig mijn beddengoed en handdoeken wassen !), maar ik zie alleen een paar vieze oude wasbakken ! We moeten dus toch weer een andere kampplaats opzoeken ! Wel klopt de informatie wat betreft het uitzicht: we kijken op zee en zien de wilde golven op de rotsen slaan. 16

 

Verslag 59

We hebben vandaag slechts vijf (!!) kilometer afgelegd en staan nu op camping Morgan Bay. Hier hebben ze wél een wasmachine en een droger ! We staan nog maar net wanneer het begint te plenzen en de eerste uren brengen we door voor in de cabine van de auto. Ondertussen draait er al wel een wasje en deze wordt later zelfs netjes opgevouwen en wel afgeleverd, wat een service ! In de loop van de middag wordt het gelukkig weer droog en omdat we vlakbij een mooie lagune staan, kan Wim zo zijn hengel uitgooien. Hij vangt zelfs twee vissen, die nu in de koelkast liggen. 1 2 3 4 De zon komt nog even tevoorschijn en ik maak een wandeling naar zee, waar het net eb wordt, zodat ik langs de lagune kan lopen. 5 6 7 8 Het blijft een frisse, winderige dag en daarom gaan we uit eten. Wanneer we tegen achten terug komen gaat er toch weer hout in de, altijd op de campings aanwezige, vuurbak, zo kunnen we nog enige tijd buiten doorbrengen !

 

Verslag 60

Nadat we vandaag (woensdag 5 november) drie honderd en zestig kilometer hebben afgelegd, Zuid-Afrika is een groot land en je verkijkt je soms op de afstanden, komen we tegen enen aan bij Addo Elephant N.P., ongeveer vijftig kilometer ten noordoosten van Port Elisabeth. Zoals de naam al zegt komen hier veel olifanten voor en ook de andere vier van de “big five” leven in het park. Nadat we ons hebben aangemeld eten we wat op onze kampplaats en gaan daarna de auto weer in om het reservaat te verkennen. Het park heeft een omvang van zes honderd vierkante kilometer, maar het aantal wegen is beperkt, tot zes uur toeren we rond en hebben dan het grootste gedeelte al wel gezien. Natuurlijk zien we olifanten, heel veel zelfs en ook komen er veel hartebeesten, zebra’s, worthogs en koedoes voor. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Helaas hebben we geen katachtige dieren kunnen ontdekken en zelfs impala’s spotten we niet ! Over de weg lopen veel kleine kevers die gek zijn op de poep van de olifanten 13

en ….. noemen ze dit nu een “zebrapad” !

14 15 16 17 Eenmaal terug op de kampsite zijn we best moe: we hebben weer heel wat kilometers afgelegd en veel in de auto gezeten, turend naar wild. Maar na een wijntje bij het kampvuur en een lekker bord eten komen we weer tot rust en genieten na van al het moois wat we weer gezien hebben ! 18

 

Verslag 61

We hebben een leuke, gevarieerde dag gehad: nadat we vrij laat van de volle camping in het Addo Elephant National Park zijn vertrokken, gaan we nog enkele uren game driven , het is voor ons de laatste kans wild te spotten. Dit park heeft veel dicht struikgewas, wat zoeken naar dieren moeilijk maakt en ook heeft het de laatste dagen veel geregend en is alles heel groen, de dieren kunnen dus overal drinken en eten ! De olifanten zijn wel veel aanwezig en ook hartebeesten, koedoes en zebra’s lopen overal rond. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Net voor we tegen twaalf uur het park bij de zuidelijke gate verlaten zien we enkele elandantilopen, helaas op grote afstand. 10 We zijn het er wel over eens dat het Krugerpark het mooiste reservaat is van Zuid-Afrika en we willen over een paar jaar zeker terug naar dit land, om al het wild te bekijken. Het Etosha Park in Namibië was ook spectaculair, maar daar hadden we het geluk dat het nog niet geregend had en de dieren massaal naar de waterpoelen gingen. We hebben in Addo Elephant Park alle wegen gereden en zo’n 175 kilometer afgelegd ! De zuidelijke ingang is niet ver van Port Elisabeth en hiervandaan is het nog tweehonderd kilometer naar onze volgende bestemming Storms River in het Tsitsikamma N.Park. Dit keer zijn de snelwegen recht en vlak en via de Sunshine Coast rijden we in enkele uren tijd naar onze bestemming. Op de borden zien we dat we nog maar zes honderd kilometer van Kaapstad verwijderd zijn en we hebben nog negen dagen te gaan… we kunnen het dus vanaf nu kalm aan doen !! Bij de brug over de Stormrivier stoppen we om te genieten van het prachtige uitzicht, wat een diep ravijn ! 11 12 De kampplaats ligt binnen het Nationaal Park en we krijgen een plaats toegewezen, bij aankomst blijkt hier al een “overland truck” te staan met zo’n tien tenten eromheen ! We parkeren onze auto eerst een eind verderop om de één kilometer lange, prachtige wandeling te maken naar de hangbrug over de riviermonding, onderweg zien we vele klipdassies. 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 Eenmaal terug bij de kampsite vinden we een prachtige plek, uit de wind en zitten hier heerlijk enkele uren in de warme zonnestralen. 24 25 26 En terwijl de zon langzaam ondergaat in zee zien we ineens een walvis zwemmen, water spuitend en met één vin omhoog. 27 28   Ondertussen heeft Wim het vuur alweer aangemaakt voor een braai en na zonsondergang gaan er heerlijke lamskoteletjes op het rooster. Uren later vallen we in slaap, met het geluid van de beukende golven tegen de rotsen op de achtergrond !

 

Verslag 62

Terwijl we vanmorgen onze camper aan het inklappen waren, kwamen er twee mensen naar ons toe om te vragen of ze ons plekje mochten hebben, zij hadden de hele nacht pal in de wind gestaan ! Wij trekken weer verder en onderweg stoppen we bij de Bloukrans Bridge, 125 meter boven de gelijknamige rivier en tevens de plek van ‘s werelds hoogste bungeejump. Nadat we verschillende jongelui van de brug af hebben zien springen met een lang elastiek om hun enkels geknoopt, rijden we verder naar Nature’s Valley Rest Camp. 1 2 3 4 Deze kampplaats blijkt nu echter niet geschikt voor ons: afgelopen nacht hadden we geen stroom en op deze camping is ook nergens elektriciteit, ook sta je onder de bomen zonder enig uitzicht. Iets verderop, waar de lagune in zee uitmondt, stoppen we en maken een strandwandeling. Hier is de omgeving schitterend, alleen waait er een harde wind en is het gevaarlijk om in zee te zwemmen. 5 6 7 8 Via de Bloukrans Pass trekken we verder richting Plettenberg Bay, waar we terecht komen op het prachtige Keurbooms Lagoon Caravan Park. We vinden weer een prima plek, uit de wind, met uitzicht op zee en terwijl ik hier, hopelijk voor de laatste keer deze vakantie, een wasje doe, gaat Wim vissen in de lagune. 9 10 11 12 Tegen vijven is hij door zijn aas heen en komt terug naar de kampplaats. Het kampvuur gaat weer aan en vanavond hebben we de warmte echt nodig, want het koelt hier ‘s avonds flink af !

Verslag 63

Toen we in 2005 voor de eerste en tevens enige keer ook in Zuid-Afrika waren, hebben we een dag of vijf in Plettenberg Bay doorgebracht, gebruik makend van een Bed & Breakfast. We hebben toen van alles in de omgeving bekeken en we waren benieuwd wat we nog herkenden, niet veel dus ! Het is een “vakantiespeeltuin voor de rijken”, zo wordt het in de boeken omschreven en inderdaad is alles hier heel luxe. Dit is wel een heel ander Afrika dan wij de laatste weken gezien hebben. Nadat we onze koelkast weer aangevuld hebben (bij een heel grote supermarkt !) rijden we richting Keurbooms-strand, waar een goed visrestaurant moet zitten volgens de campingeigenaar waar we gisteren voor twee nachten geboekt hebben. Wanneer we er aankomen gaat er een golf van herkenning door ons heen: hier hebben we een dag aan het strand gelegen en in een restaurant, waar ze een heel grote pepermolen hadden, gegeten. En inderdaad, de pepermolen is er nog steeds en het eten is formidabel ! 1 2 3 4 5 We brengen enkele smakelijke uren door bij Enrico’s (Italiaanse)  restaurant en keren daarna terug naar de camping, waar Wim nog een keer gaat vissen en ik me heerlijk verdiep in een boek. Het is prima weer, rond de vijfentwintig graden, maar langzaamaan komt er bewolking opzetten, hopelijk heeft dit geen invloed op het weer van de komende dagen. 6

Verslag 64

1 2 We hebben onze zondagmorgen goed besteed: ten zuiden van Plett, zoals de bevolking de plaats noemt, ligt Robberg Nature Reserve, een schiereiland met spectaculaire kliffen die vrijwel loodrecht uit zee oprijzen, maar ook zijn er kleine inhammen met mooie zandstranden. We hebben hier enkele uren rondgewandeld en geklauterd en zijn zelfs een hoge duin afgekomen, iets wat Wim normaal niet zo leuk vindt !! 3 4 5 6 7 8 We hadden er prachtig weer bij en hebben onderweg nog pelsrobben gezien en één zeekoe, helaas waren er geen dolfijnen en walvissen te spotten. 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 Wanneer we weer gaan rijden komen we langs een grote township, vol huisjes van golfplaat, ineens besef je weer: we zijn nog steeds in Afrika. 19 Wandelen wekt de eetlust op en tegen de middag komen we aan bij de  Knysna Lagoon, bekend om zijn oesterteelt. Bij een restaurant waar ze naast oesters ook sushi’s en tapas serveren, komen we beiden aan onze trekken. Ook deze plaats is erg geliefd als vakantiebestemming. 20 21

(Dit bordje hing bij het toilet !)

We rijden nog zo’n vijftig kilometer verder westwaarts langs de kust en komen tegen half vier aan bij Wilderness Ebb-and-Flow Rest Camp, weer gelegen in een Nationaal Park. 22 We staan aan de Touws Rivier waar diverse kano’s langs komen varen, ik maak er nog een korte wandeling door het bos (Wim had een te spannend boek), maar alleen lopen vind ik erg ongezellig, ook wordt het langzaamaan helemaal bewolkt en ziet het er naar uit dat het gaat regenen. Tegen zessen is het nog drie en twintig graden en nog steeds droog !! 23 24

Verslag 65

1 Vannacht begon het te regenen en dit ging vanmorgen gewoon door, weer om lekker lang in bed te blijven ! Zochten we gistermorgen nog de schaduw op om te ontbijten, nu zitten we onder de luifel te eten en worden nog nat ! We verlaten de kust en rijden naar de Kleine Karoo (karoo betekent droog), een streek, een stukje landinwaarts. Nadat we een kilometer of vijftien de bergen ingereden zijn wordt het droog en dit blijft de hele dag zo. Onze bestemming is Oudtshoorn, bekend om zijn struisvogelindustrie. Rond 1880 werd er goed geld verdiend aan de export van struisvogelveren naar alle modehuizen van de wereld, dit hield aan tot de eerste wereldoorlog. Daarna ging het lange tijd slecht in de handel tot er rond 1940 belangstelling kwam voor de leerindustrie, van struisvogelleer worden dure tassen, schoenen en portemonnees gemaakt, ook de eieren en het vlees worden verhandeld. Tegen twaalven komen we aan bij Safari Show Farm, waar je een rondleiding van een uur krijgt. 2 3 Struisvogels hebben geen tanden en geen krop, in plaats daarvan eten ze stenen, die helpen het voedsel (een soort luzerne en insecten) te vermalen en te verteren. De vrouwtjes leggen om de dag een ei tot ze er ongeveer achttien hebben en gaan deze dan uitbroeden, iets wat zo’n twee en veertig dagen duurt. Op de farm worden regelmatig eieren uit het nest verwijderd, waardoor de vrouwtjes nieuwe blijven leggen, een gedeelte van de eieren wordt kunstmatig uitgebroed. ’s Nachts zitten de mannetjes op de eieren: zij hebben zwarte veren en vallen hierdoor in het donker niet op. De vrouwtjes keren de eieren twee keer per dag (zodat het jong in het midden blijft), een proces wat we toevallig zien tijdens de toer. 4 5 6

De eieren zijn heel stevig en je kunt er gerust op gaan staan.

7 8 9 We mogen de dieren eten geven via een grote lepel en ook is het mogelijk op ’s werelds grootste vogel te gaan zitten (zolang je onder de tachtig kilo weegt.) 10 11 12 Op het laatst wordt er een korte struisvogelrace gehouden met twee echte jockeys. Al met al was het een leuke bezichtiging ! 13 14 15 16 We rijden het stadje in en vinden een plekje op camping Kleinplaas, vlakbij het centrum. Het blijft hard waaien en de wind komt van alle kanten, geen weer voor een kampvuur: we gaan vanavond de stad in om daar een lekker stukje struisvogelbiefstuk te eten !

Verslag 66

Als we ooit nog eens terug keren naar Oudtshoorn gaan we zeker weer eten in “the Black Swan”, waar  zelfs op maandagavond alle tafels bezet zijn en we  nog een tijdje moesten wachten voor we aan konden schuiven. Na een prima voorgerecht van zeker vijftien mosselen, een hoofdgerecht van struisvogelbiefstuk die om te zuigen was met diverse bijgerechten én salade, kregen we een totaalrekening van nog geen dertig euro, inclusief een fles goede wijn, mousserend water en een dubbele espresso, probeer dat in Holland maar eens !! Vandaag is het weer tijdelijk opgeklaard en met een zonnetje verlaten we Oudtshoorn over de R328 richting de plaats Prince Albert, onderweg zien we nog enkele struisvogels, die overal gefokt worden. Via de Schoemanspoort Pass komen we bij de Swartbergpas, een onverharde, vier en twintig kilometer lange weg door een prachtig berggebied. 1 2 3 4 Regelmatig stoppen we onderweg om foto’s te nemen en op de top zitten we 1570  meter boven zeespiegel. 5

(De protea’s staan volop in bloei !)

6 7 8 9 10 11 12 13 14 De afdaling naar Prince Albert is eigenlijk nog mooier en wanneer we uiteindelijk in het dorp aankomen keren we om en gaan dezelfde pas weer terug. 15 16 Inmiddels is het al wat drukker op de smalle wegen geworden en behalve tientallen auto’s zien we een groep motorrijders en enkele fietsers op de steile grindweg. 17 18 19 20 Aan het eind van de route slaan we af richting Calitzdorp en ook deze weg is weer schitterend. Tegen de middag stoppen we bij een weide, waar we in de schaduw van een boom een boterham nuttigen. Ons uitzicht is prachtig, we kijken uit op rode rotsen in allerlei grillige vormen, inmiddels is de temperatuur opgelopen naar ruim achtentwintig graden in de schaduw. 21 22 23 24 We besluiten nog twee honderd kilometer langs de bergen door te rijden tot Swellendam en nadat we vanaf Barrydale de Tradouw-pas hebben gereden komen we tegen half zes aan bij het Bontebok N.P., zes kilometer zuidelijk van Swellendam. 25 26 27 We genieten op de kampplaats nog even van de warme zonnestralen en zodra het begint te schemeren gaan het hout weer in de vuurbak voor een braai en de nodige warmte, want het koelt vannacht, bij een heldere lucht vol sterren, weer af naar twaalf graden. 28 29 30

Verslag 67

Omdat we in het Bontebok National Park, met 28 vierkante kilometer het kleinste wildpark van Zuid-Afrika, overnacht hebben, gaan we hier natuurlijk ook “game-driven” !! En inderdaad, wie zien diverse groepen bontebokken met jong rondspringen. 1 2 3 4 5 Na een half uurtje verlaten we het park en gaan naar Swellendam, de op twee na oudste stad van het land, alleen Kaapstad en Stellenbosch zijn ouder. We doen er onze laatste boodschappen voor deze reis, maar blijven er niet lang hangen: de stad mist sfeer, de oude huizen zijn veranderd in winkels of kantoren en er is geen leuk centrum, we vonden Prins Albert en natuurlijk Stellenbosch veel mooier. 6 7 8 9 We rijden een eind zuidwaarts door glooiend landschap met droge gerstvelden en schapenweiden, en stoppen eerst bij Arniston, door de lokale bevolking Waenhuiskrans genoemd naar een grot die iets ten zuiden van de plaats ligt. Ook wij willen deze “cave” bekijken, echter deze is alleen bij eb te bereiken en tegen de tijd dat we aankomen komt het zeewater alweer omhoog, enkele bezoekers hebben dan ook moeite om terug te komen. 10 11 12 13 14

De omgeving is erg mooi met z’n witte duinen en oude vissershuisjes.

15 16 17 18 Wij gaan weer verder en rijden naar het meest zuidelijke punt van Afrika: Cape Agulhas, hier komen de Indische en Atlantische Oceaan samen. Het is één van de gevaarlijkste kusten ter wereld: het vaak wilde water is ondiep, de bodem is bezaaid met rotsen en er zijn hoge golven en sterke stromingen, meer dan twee honderd en vijftig schepen zijn hier al ten onder gegaan. 19 20 21 22 23 Ook vandaag staat er een harde wind, het is zelfs zo erg dat we op de camping niet terecht kunnen, dus gaan we weer een stuk noordelijker en komen tegen vijven aan bij een zeer verrassende plek: Khomeesdrif, gelegen aan de Riviersonderend River en met uitzicht op de gelijknamige berg. 24 25 26 27 Natuurlijk wordt er weer een kampvuur gemaakt, waar later het eten op bereid wordt, dit was nu aan zee onmogelijk geweest ! 28

Verslag 68

Vanaf onze mooie kampplek zijn we weer zuidelijk gegaan richting de kust. Het eerste stuk is weer langs akkerbouw gebied en ook zien we weer vele schapen. 1 Langzaamaan komen echter de bergen in zicht en passeren we wijngebieden met diverse wijnhuizen. Aan de kust maken we een korte stop bij een lagune, waar flamingo’s parmantig rondstappen in het ondiepe water. 2 3 4 Wij rijden door naar Hermanus, we willen namelijk walvissen zien !! Elk jaar trekken de zuidkapers (een walvissoort) vanuit de sub-Antarctische wateren hierheen om in de beschutte Walker Bay te kalveren. Ze komen in juni en vertrekken weer in december, de piek van het walvisseizoen ligt echter in september en oktober, dan zijn deze zoogdieren gegarandeerd elke dag te zien. 5 6 7 Maar we hebben geluk, ook vandaag zwemmen er nog enkele rond. We vinden een leuk restaurantje pal aan het water vanwaar we de dieren enkele uren observeren, ondertussen genietend van verse zeevis. 8 9 10 11 12 Wat een machtig gezicht is het deze grote vissen boven water te zien, een mooie V-vormige fontein van water omhoog spuitend en wanneer hij weer onderduikt komt zijn grote staartvin omhoog. 13 14 15 16 17 18 19 20 21 Pas tegen drieën verlaten we Hermanus en rijden naar Onrus Caravan Park, waar we een beschutte plek zoeken, op de achtergrond horen we het ruisen van de zee. 22

Verslag 69

We zijn vanmorgen (vrijdag 14 november) weer teruggereden naar Hermanus, onze overnachtingplaats was slechts vijf kilometer verderop en we hebben tijd genoeg (we zijn nog maar een uur van Kaapstad verwijderd !). Het Old Harbour Museum wordt positief omschreven in de reisgidsen, dus daar wilden we nog naar toe, helaas viel het erg tegen ! We hebben een skelet gezien van een walvis en wat informatie over deze zoogdieren, maar verder deed het oudbakken aan. 1 Wel hoorden we buiten iemand op een hoorn blazen, het bleek de “walvisomroeper” te zijn die door Hermanus loopt en aangeeft wanneer er walvissen in de baai zijn. 2 Terwijl ik deze man opzoek om op de foto te zetten, ziet Wim een walvis drie keer uit het water omhoog springen, ik heb dit dus jammer genoeg gemist !!  Er zwemmen twee zuidkapers vlakbij de kust en we observeren ze geruime tijd, net als vele andere mensen. Helaas hebben we geen mooie opnames, maar we hebben ze wel goed gezien. 3 4 5 6 Het is echt verslavend: walvissen spotten ! Pas na twaalven verlaten we de stad om door te rijden naar het depot van Kea/Britz, vlakbij Kaapstad, waar we onze koffers tien weken geleden achtergelaten hebben. We worden vriendelijk ontvangen en krijgen te horen dat we morgen voor één uur de camper in moeten leveren, we hebben dus volop de tijd. 7 8 Met onze reiskoffers vertrekken we richting Stellenbosch, waar we op het Mountain Breeze Resort gaan staan, een kampplaats met hoge bomen en vrij beschut, er staat namelijk nog steeds een heel harde wind, een camping aan zee is dus geen optie. 9 10 We beginnen vast met spullen inpakken en kastjes leeghalen, dat scheelt morgen weer. (Ons vliegtuig naar Amsterdam vertrekt zaterdagnacht om 0.25 uur, nadat we de camper hebben ingeleverd moeten we nog een hele middag en avond doorkomen. Het is de bedoeling naar Victoria en Alfred Waterfront te gaan, want ook voor morgen wordt er slecht weer voorspeld en daar zitten we in ieder geval droog !) Helaas begint het te regenen en we houden “happy hour” voor in de cabine van de auto. Tegen zevenen is het gelukkig weer droog en gaat, voor de laatste keer deze reis, het kampvuur aan. 11 12 Wel is het flink afgekoeld en wordt het vannacht maar negen graden, kunnen we vast wennen aan Holland !  Wat hebben we weer een prachtige, gevarieerde reis gemaakt en genoten van al het wild en de mooie natuur! We hebben veel in Nationale Parken overnacht en, door in het begin van de reis een WildCard te kopen, ruim honderd en tachtig euro uitgespaard: we konden zo overal de parken inrijden, ideaal ! Totaal hebben we in tien weken tijd ruim dertien duizend kilometer afgelegd, soms waren de afstanden vrij lang, maar meestal was het heel relaxt. We zijn het er in ieder geval over eens dat we over een paar jaar naar dit prachtige land terug keren, maar wel wat later in het seizoen, we boeken dan alleen een ticket, huren een zelfde soort camper en gaan heerlijk op de bonnefooi met z’n tweeën op pad !!

Terug naar boven